MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Water||Woud Klas: Master Norwood Partner: Run rabbit, run; Alice is on the Hunt
Onderwerp: the Red line // Thomasso wo okt 02 2013, 23:53
C . H . I . L . D _ O . F _ G . L . A . S . S
Klik klak, klik klak, klik klak… De klik kwam voor de klak en na de klak, kwam de klik net iets later dan de klak daarvoor kwam. Als een hartslag. Dat wist ze, dat wist het meisje heel erg goed. Het was immers dagelijks dat ze die looppas uitoefende en herhaalde. Elke dag opnieuw en opnieuw, tot ze de pas bemeesterd en perfectioneert had. Benen netjes in een rechte, uitgestrekte pas zodat ze bij elke stap elegant en mooi uitzagen. Heupen lichtjes heen en weer bewegend tijdens elke stap, om die rondingen goed tot stand te laten komen. Ze wist hoe je perfect, als een echte dame moest lopen. Ze wist het, want ze had ervoor geleerd. Net zoals ze geleerd had voor die ene toets, als een braaf, net meisje. Zo gebeurde dat nou eenmaal. Leerkrachten gaven je opdrachten en toetsen om voor te leren, wat je dan als ieder beschaafd kind deed. Je deed je opdrachten juist, maakte de toets foutloos, nam een complimentje van de docent aan en de routine begon vanaf dat punt weer opnieuw. Zo liepen die dingen. Zo hóórde het. Zo hoorde het… Met grote, ongelovige ogen staarde het meisje naar het stuk papier wat ze in haar trillende handen hield. Zo hoorde het… Maar… als het zo hoorde, waarom was ze dan alsnog door die cirkel gebroken!? Tijdens haar passen bleven haar ogen maar op één ding gefixeerd; die vervloekte 9,8. 9,8… 9,8 was geen 10. Een 9,8 was geen perfecte score. Het was een foutje. Met een rode veeg stond de fout dik tussen het zwart en wit doorgestreept. Een streep wat aanvoelde als een spijker die door haar hart geslagen werd. ‘Een klein misverstandje, simpelweg ontstaan uit een leesfoutje, niks meer. Goed gedaan, Avaria, je bent een voorbeeld voor de klas.’ Ja, dat had de lerares gezegd. Goed gedaan, had ze gezegd. Een voorbeeld voor de klas, had ze gezegd. Maar Avaria had de messen in haar stem wel gehoord. De scherpe slagen die haar open probeerde te halen bij elk woord wat ze sprak. En dan ook nog met die giftige glimlach zo vuil. Duivelin.
Klik klak, klik klak, klak klik, klak klak, klak klik… wacht… Nee, dat klopte niet! Klik kwam na klak en klak kwam na klik, later dan de klik! Of was het nou toch nog andersom… Klik kwam… nee… Ze… klik… Z-ze wist het niet meer! ‘Waardeloos,’ liet één van de stemmen in haar hoofd plotseling van zich horen. Bij de laatste stap die Avaria gezet had klapte haar knieën dicht en landde ze met een harde dreun op de grond, ogen opengeslagen in een verschrikte blik. Imperfect, volgde kort daarna een andere. ‘Abominabel,’ echode de volgende. Paniekerig bedekte Avaria met haar handen haar oren, zacht snikkend om het geteister. Het velletje papier met de toets erop lag vergeten naast haar op de grond, de streep die erop stond even rood en fel als het meisje haar angstige ogen. ‘Afgrijselijk.’ ‘Nutteloos.’ ‘Onwaardig.’ gingen de stemmen door, een eindeloze rits aan beledigingen en messteken in Avaria haar buik creeërend. “Neehe… stop…” dreinde ze zachtjes, klappertandend van angst en de plotse kou die met wrede, lange vingers via haar schouders naar haar keel toe waren gekropen. ‘Waardeloos,’ begon de echo weer opnieuw. Tranen rolde nu over het bange meisje haar wangen, dik en zoutig, wat haar make-up over haar gezicht uittekende. Jammerend en snikkend kroop Avaria over de grond en rolde ze in elkaar als een balletje, zachtjes heen en weer wiegend. “Alsjeblieft… stop…”
Thomasso
PROFILE Real Name : Double-o Seven Posts : 436
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Woud ♥ Klas: N/A Partner: You're so dark, babe.
Onderwerp: Re: the Red line // Thomasso za okt 05 2013, 22:08
Het rook naar regen in zijn kantoor. Het wijd openstaande raam liet de wind binnen, die de geur meebracht. De druppels waren echter al gevallen. Thom’s kantoor had potdicht gezeten tot de bui over was, maar nu had de man alles weer open gegooid. De muffige werklucht werd verdreven door de regengeur. Het muffige werk bleef echter gewoon op zijn bureau liggen. Dossiers, voorschriften, logboeken voor zijn stage, rekeningen en willekeurige papieren die vast wel een belangrijke betekenis hadden maar waarvan hij op dit moment niet kon bedenken wat dat dan was. De man zelf zat voorovergebogen in zijn leunstoel, met een hand onder zijn hoofd en een pen in zijn andere hand. Hij maakte kanttekeningen in het dossier van een jongen die hij zojuist gesproken had, in gedachten alvast het moment plannend dat hij de veranderingen permanent zou maken. Niet meer vandaag, dat zeker. Dan werd het dus weekendwerk. Bah, werken in zijn vrije tijd. als het nu nog een gesprek was geweest, oké. Maar het herschrijven van een medisch dossier was niet iets waartoe hij zich extreem toe voelde aangetrokken.
Zijn deur stond ook open, gaf hem zicht op de ziekenzaal. Op die deur werd zacht geklopt. Thom’s ogen schoten naar de deur, bijna blij dat er een afleiding was van zijn werk. ‘Ja?’ vroeg hij toen hij de leerling zag, zwevend tussen ijzige dokter Cavallo en opgeluchte Thomasso. De jongen liep trillerig naar zijn bureau, een nerveuze uitdrukking op zijn gezicht. ‘Meneer Cavallo,’ begon hij, zijn stem even nerveus als zijn gezichtsuitdrukking. ‘E-Er is iets wat u moet zien.’ Zijn stem alarmeerde Thom en in een vlugge beweging stond hij op uit zijn stoel, greep hij zijn bril van het bureau en legde zijn hand op de schouder van de jongen. ‘Waar?’ vroeg hij dringend aan het trillende joch, die nerveus naar hem opkeek en ‘Etages.’ mompelde. Thom knikte. ‘Breng me er maar heen.’ vertelde hij de jongen, mogelijk nog dringender dan eerst.
‘Zo ligt ze er al de hele tijd.’ stamelde het jochie zacht. Ze stonden op een meter of vijf af van het bolletje mens op de vloer. De jongen staarde naar het meisje op de grond, Thom observeerde haar met een neutrale uitdrukking. ‘Je hebt er goed aan gedaan me te halen. Ga maar, ik regel de rest zelf wel.’ gaf hij de leerling toestemming om te vertrekken. De nervositeit van een puber was op dit moment wel het laatste waar hij wat aan had. De jongen wist niet hoe snel hij zich uit de voeten moest maken, weg van de huilende opgekrulde persoon en de psychiater. Thom zelf was echter niet van plan om weg te gaan. Zijn zachte leren schoenen maakten bijna geen geluid toen hij het hoopje mens op de grond naderde. Voorzichtig strekte hij zijn hand uit, zijn vingertoppen raakten de kruin van het meisje in een aaiende beweging. En opnieuw. En opnieuw. Alsof hij Hanni aaide. Geruststellen. Praten. Haar meenemen. In die volgorde en niet anders. De totale paniek die het meisje leek te voelen verscheurde hem vanbinnen, maar zijn ijzige emotionele blokkade hield stand. ‘Wat moet er stoppen?’ weerklonk zijn stem laag en zacht door de gang, als de stem van een vader die een klein meisje gerust moest stellen na een nachtmerrie.
LYRICS
All you want is someone onto whom you can cling Your mother warned of strangers and the dangers they may bring Your dreams and memories are blurring into one The scenes which hold the waking world slowly come undone
WORDS
545
TAGGED
'Variah
NOTES
Laat. Sawry.
Avaria .
PROFILEReal Name : ɐuou Posts : 88
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Water||Woud Klas: Master Norwood Partner: Run rabbit, run; Alice is on the Hunt
Onderwerp: Re: the Red line // Thomasso zo okt 06 2013, 21:34
C . H . I . L . D _ O . F _ G . L . A . S . S
Eindeloos bleef de baan aan fluisteringen doorgaan en zich herhalen. Elke stem die in haar hoofd huisde liet nu van zich horen, allemaal even vals en pijnlijk. Allemaal hadden ze zich erbij gevoegd en deden ze eraan mee. Het was zo ernstig geworden, dat Avaria de woorden niet meer apart van elkaar kon horen. Alles had zich samengevoegd tot één grote waas aan geluid. Maar dat maakte het allemaal niet minder kwellend voor het meisje. Ze wist wat er gezegd werd. Het wéten was genoeg om het pijn te laten doen. Er bestond geen grotere pijn dan het ‘bewustzijn van’. De ‘eindeloze’ baan leek uiteindelijk toch eerder aan zijn einde te komen dan Avaria in eerste instantie verwacht had. Een plotse onderbreking bracht een einde aan de naalden die in haar brein gestoken werden en liet de mist in haar hoofd zich opklaren. Een mannenstem galmde door haar gehoorgangen, de andere stemmen voor een kort moment wegjagend. Hij sprak zacht en voorzichtig, maar zijn woorden klonken als oorverdovend. Zo plots. Zo anders dan de andere stemmen. Bijna lieflijk en geruststellend. Geen kwaadaardigheid of afstraffing was erin te vinden. De overgang maakte haar bijna misselijk. Langzaam gleden haar armen wat van haar lichaam af, als een plant wat zich open wilde klappen om wat extra zonlicht op te vangen. Een schichtige, behoedzame blik kwam tevoorschijn, met groot opgezette ogen, nog rood en vochtig van de pasgelaten tranen. Een vraag. Hij had een vraag gesteld. En vragen hadden antwoorden nodig om afgesloten en op slot gedraaid te kunnen worden. En zij had toevállig de sleutel voor deze vraag.
Langzaam kroop het meisje wat naar achteren en drukte ze zichzelf weg van de grond. Net zo lang tot ze met een gerechte rug op haar knieën zat en de vreemdeling recht aankeek. Haar blik was omgeslagen van angstig naar wantrouwend in de fractie van een seconde. “Zíj,” sloot ze de vraag simpeltjes af. Na haar antwoord krabbelde ze verder overeind, tot haar benen haar gewicht weer droegen en haar voeten op de grond stonden. “Maar ze zijn al gestopt. Je hebt ze weggejaagd,” zei ze, kalm als water. Even klopte ze het zand van haar jurkje af nadat ze zich volledig recht gesteld had. “Maar straks zijn ze er vast wel weer, ze blijven nooit lang weg.” Oh nee, de stemmen zouden haar nooit lang alleen laten. Daar waren ze te trouw en loyaal voor. Soms bestoken ze haar dan wel met valse woorden en scherpe beledigingen, maar dat verdween vanzelf altijd wel weer. Ze waren min of meer als een klein broertje, waarbij je het liefst de nek om zou draaien, maar wat je tegelijkertijd ook weer wilde koesteren . Ze wijzen haar gewoon op haar fouten. Het was pijnlijk, maar nodig. Op zijn tijd. Rustig en kalm, alsof ze het hele voorval alweer vergeten was, stapte ze op hem af en ging ze rakelings naast de man staan. Eén van haar koude handen greep hem vast bij zijn onderarm, stevig en ruw, als een plotse impuls. “Maar zíj komen straks ook weer terug. Ze zitten al te wachten. Ze kijken naar ons. Kan je ze zien? Daar, in de schaduwen en onder de tegels. Verstopt, wachtend tot ze een opening zien. Dan kruipen ze tussen de scheuren en gaten van het gebouw en trekken ze alles naar beneden. Boem! Iedereen dood! Kan je ze zien?” Haar gezicht hing vlak naast het zijne, drukte zich bijna tegen zijn wang aan terwijl haar grote, rode ogen doelde op de verstopplaatsen. De wijsvinger van haar vrije hand wees de duivels in hun verstopplaatsen aan. Daar, in één van de geworpen schaduwen op de grond en bij de plinten. En daar, tussen een kleine, subtiele scheuren in de vloer. Subtiel, maar Avaria had het allemaal wel gezien. “Daar, zie je? Ze kijken naar je.” Ze wist dat ze keken. Ze kon het voelen. Als warme, brandende naalden die met hun scherpe punten door haar huid heen probeerde te boren. Ze voelde het wel. Ze wist het wel!
Thomasso
PROFILE Real Name : Double-o Seven Posts : 436
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Woud ♥ Klas: N/A Partner: You're so dark, babe.
Onderwerp: Re: the Red line // Thomasso ma nov 11 2013, 17:11
Dokter Thomasso Cavallo was een ijskoude. Emoties in zijn blauwe ogen onzichtbaar door de glazen van zijn bril. Donkerbruine, grove krullen omlijstten een stenen gezicht wat bijna op een Romeins beeld leek qua uitdrukking: streng en droevig. Maar het verlangen om warm te glimlachen en de ijskoude uitdrukking op zijn gezicht te veranderen brandde achter dat gezicht. Hij mocht niet toegeven, zelfs al zag het meisje er zo pathetisch uit. Hij had het in oude mannen gezien, in moeders, in mannen van zijn eigen leeftijd – maar dit gezicht, het gezicht van een kind wat overspoeld was met tranen en getekend met uitgelopen schmink, was nieuw. Steeds vaker begon hij te beseffen hoe het beeld van zijn zusje doorlekte op zijn vrouwelijke patiënten hier. Steeds vaker begon hij zich te realiseren dat het niet mocht. Zelfs al waren ze hier niet, zijn moeder en zusje, hij mocht de herinnering aan die twee niet aan zijn oordeel laten vreten. Dus zijn gezicht bleef hetzelfde. Bevroren, serieus, emotieloos.
Hij bleef rustig op zijn plaats toen het meisje bewoog. Op zijn knieën, zijn uitgestrekte hand langzaam terugtrekkend. Haar de ruimte gevend, zwijgend luisterend. Zij, verklaarde het meisje. Een zij die Thomasso kon zien noch horen. Het verbaasde de man geenszins. Zijn blauwe ogen vestigden zich in haar rode, ze zo emotieloos houdend als hij kon. ‘Ik heb ze weggejaagd.’ herhaalde hij haar woorden. Zacht, laag, toonloos. In zijn hoofd werkten de scharnieren, openden de stoffige boeken zich al. Hallucinaties waren het meest voor de hand liggend. Overigens ook de meest lastige diagnose om mee te werken – het maakte een persoon zowel gevaarlijk als hulpeloos en er was geen gevaarlijker combinatie in Thomasso’s boekje. Soepel stond hij op toen zij dat ook stond, hield zijn spieren zo onder controle dat er geen trilling over zijn spieren liep, geen enkele beweging was die hij niet bewust aanstuurde. Hij wilde haar geen angst aanjagen. Hij wilde dit meisje helpen – het was zijn plicht.
Door die specifieke controle was er slechts een scherpe ademhaling die zijn schrik aantoonde toen ze zijn arm plots vastgreep. Er liep een rilling via zijn arm naar zijn ruggegraat – haar handen leken in ijswater gedoopt te zijn. De ongemakkelijke situatie waarin hij zich bevond liet zich niet zien op zijn gezicht. Innerlijke Thom, niet psychiater-Thom, schreeuwde tegen hem weg te rennen, maar dokter Thomasso was dit gedrag gewend en luisterde aandachtig. Achteraf gezien zou hij zich er elke keer weer over verwonderen hoe hij het deed, maar het lukte hem. Zijn blik gleed over de schaduwen, de tegels, volgde de vinger van het zwartharige meisje. Even dacht hij iets te zien, in zijn ooghoek. Een figuur, lange tanden en smerige vingernagels, in elkaar gedoken, gemeen grijnzend. Een andere rilling over zijn rug. Hij liet dit teveel toe – het meisje begon in zijn geest te kruipen.
‘Nee, ik kan ze niet zien.’ antwoordde hij echter, zijn leugen even soepel als de beweging waarmee hij zich richting het meisje draaide, haar iets van zich afduwde. Zijn handen lagen op haar schouders, zijn blik licht bezorgd nu. ‘Maar ik weet zeker dat ze niet bij mij in de buurt komen.’ Hij had het een keer eerder succesvol gedaan, zijn aanwezigheid als veiligheid garanderen, maar dat was verkeerd afgelopen. De patiënt had niet willen slapen zonder zijn aanwezigheid. Toch niet zo succesvol dus. Zijn emotieloosheid kwam terug. ‘Ik zal niet weggaan, dat beloof ik.’ vertelde hij het meisje. ‘Maar vertel me over hen. Waarom ben je bang van ze?’
Avaria .
PROFILEReal Name : ɐuou Posts : 88
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Water||Woud Klas: Master Norwood Partner: Run rabbit, run; Alice is on the Hunt
Onderwerp: Re: the Red line // Thomasso di dec 31 2013, 23:47
C . H . I . L . D _ O . F _ G . L . A . S . S
Ze lachte haar uit. Ze kon het wel horen. Het schelle geluid van tanden die over elkaar knarste bij hun gegrijns en het koude gewrijf van handen die tegen elkaar geduwd werden. Ze genoten. Genoten en lachte. ‘Wij zitten hier en jij kan ons niet pakken. Nah-nah-nah-nanah!’ Wat een lol, wat een lol. Wat zou het leven makkelijker zijn als je ze gewoon vast kon grijpen en bij je kon houden, hongerige vingers als tralies van een gevangenis. En de tralies zouden dan steeds kleiner en kleiner worden. Kleiner… kleiner… Tot je het sappige, zwarte teer tussen de kieren en gleuven van je handen kon voelen glijden. Hun levensvloeistof. Hun bestaan, weggeveegd met een simpele uitvoering. Wat zou dat toch makkelijk zijn. Er zouden dan lang niet zoveel duivels meer zijn die Avaria zouden blijven volgen en tarten. De school zou dan een veiligere plaats zijn om te leven. Dan hoefde ze niet meer met één oog open te slapen. En haar handen zouden zwart zien van hun vloeistof. Permanent zwart, door het hoge aantal wat door haar huid was heen gedrongen. Opgezogen en geabsorbeerd. Maar zo werkte het niet. Die duivels glipte zo tussen je vingers door. Als water. Floep! En weg waren ze weer. Ze wist het. Ze had het geprobeerd. Váák. Het werkte niet. Ze waren te snel, te glibberig, als alen. Net zo ongrijpbaar als de schaduwen op de muur.
Het gelach leek luider en hoger te worden toen de man het antwoord gaf wat het meisje niet wilde horen, maar als ondankbare gast toch in ontvangst moest nemen. Een hoge piep roerde door haar brein, hún gelach. Het maakte haar kwaad, misselijk en dorstig tegelijk. Kwaad om hun gelach waar ze maar niet mee wilde stoppen. Zelfs niet als ze het als een goed, vriendelijk meisje vroeg. Misselijk om het idee wat er met de man kon gebeuren door zijn onoplettendheid. Onoplettendheid was slordigheid. Slordigheid stond gelijk aan fouten en fouten was hún thuis. Al waren de fouten nog zo klein. De duivels lagen in de details. En dan de dorst. De drang om hem te voeren en bewust te maken over alles. Het was zo ernstig, dat haar vingers ervan tintelde. Hoe durfde hij zo onwetend te zijn. ‘Onwetend,’ sidderde één van de stemmen. De eerste was alweer thuis gekomen. Haar tong danste ongeduldig achter haar gesloten mond. Oefende alvast de woorden die ze hem toe zou fluisteren, om haar dorst te kunnen sussen. “Jong mannetje, moet weten,” begon ze, op bijna zangerige toon, ogen vrolijk en glimlach breed. “Jouw onoplettendheid is als een deuropening. Oppassen, of ze dringen zo tussen je papiersneetjes door. Nestelen ze zich in het sterretje van je bril en dan richten ze hun nieuwe huisje in. Maar je laat ze maar bij je intrekken, niet? Het geeft geen problemen, toch? En ondertussen laat je dat ene schilderijtje scheef hangen. Niemand die er verder last van heeft. En dat propje papier op de grond, ach, wat maakt het uit, hmm? ALLES! In een schok van woede greep Avaria hem vast bij zijn kraag, om hem wat naar zich toe te trekken. Het licht van vrolijkheid in haar rode ogen was weggejaagd door de plotse omslag, waar het niks meer dan leegte had achtergelaten. Doods en verlaten. Haar ademhaling was schokkerig en onregelmatig, als een regenstorm. Dan kwam er een hele hoos en later daalde slechts enkele druppels. “Die precisie is het enige wat tussen hen en jouw eigen bewustzijn staat. Hoe chaotisch de gedachten van je krullen ook mag zijn. Laat ze niet binnen, houdt de deur dicht. Zelfs wanneer ze aanbellen, snapje?” Haar stem leek bijna een spoor van wanhoop in zich te dragen. “Snap je?”
Volledig in het thema van Valentijn staan er twee Events op het programma van de site. Beide zullen van start gaan vanaf 14 februari, dus houd de site zeker goed in de gaten.
Cupid Hearts: Verras vrienden of in game characters met een vrolijk hartje deze Valentijn. Met of zonder lief berichtje eraan vast. Anoniem of juist niet. Stuur je hartjes naar het account van Alpha.
Valentine's Dance:Vanaf 14 februari zal de grote zaal van de school omgetoverd worden tot een danszaal vol met eten, drinken en live muziek. Iedereen is welkom om aan dit algemene topic deel te nemen.
WINTER
Tijdens de winter is het terrein van de school in diepe rust. De meeste dieren zijn onvindbaar verscholen en de ijzige wind houd ook de leerlingen binnen. De perfecte tijd om met een kop warme choco naar de vallende sneeuw te kijken.