Onderwerp: Wine and Whisky [Saf] di aug 13 2013, 22:45
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:23; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] di aug 13 2013, 23:45
“They know - that hell ends with me.”
I find it hard to see the light In the kingdom I behold I see him in the morning I see him in the night I see the devil in my life - There's a devil in me -
Het duistere bos was misschien wel de enige plek, waar hij zich zonder tegenzin waagde als hij zich al een keer buiten het kasteel moest begeven. De oude ruïnes waren te open en dus te winderig, de waterval te luidruchtig, het stille meer te nat, het grasveld te overbevolkt door luie leerlingen en over de kassen wilde hij nog niet eens een oordeel vellen, want daar waren bloemen en exotisch groen en al dat andere gruwelijke Grenaans volop in bloei. Hier was het beschut, afgelegen en dieper in het woud werd het tot het grote genoegen van een volbloed Shadraan zelfs schemerig. Ja, het donkere bos deed zijn naam eer aan. En wie was hij om het bos niet wat te helpen een beetje van die eer te behouden door er een gewoonte van te maken om tussen de grauwe stammen rond te dolen, op zoek naar menig spijbelend leerlinggebroed. Het was rustiger op het buitenterrein toen hij een voet buiten het immense kasteel waagde. Later in de ochtend, als het merendeel van de leerlingen hun eerste paar lessen uitzaten, was het gelukkig nooit druk hier. Maar je zou gek zijn om te denken dat iedere leerling braafjes met een geslepen potloodje en keurig gevouwen handjes boven hun tafeltje in een klaslokaal zaten. Er waren altijd lui op oorlogspad die hem te slim af dachten te zijn. Spijbelaars op heterdaad betrappen was al net zo'n hobby geworden als oude exemplaren bestuderen van de kunst van zwarte magie, kamermuziek luisteren onder het genot van een glaasje wijn en zich te verzoenen met een doosje getrokken melktandjes van iepige meisjes die hij verkregen had uit zijn tijd als tandarts en die hij had bewaard als een heilig relikwie. In rigoureuze benende stappen brachten zijn opgepoetste herenschoenen hem dichter bij het bos, dat als een grote zwarte vlek was afgetekend tegen de tamelijk staalblauwe ochtendhemel. Al na een paar omgeslagen bochten, afgedaalde hellingen en kleine heuveltjes naarmate hij dieper het bos in kwam werd hij bewust van een vreemde geur die in de lucht hing. En als er iets was dat zijn neus uit duizenden geuren op kon pikken, was dat de sterke geur van drank wel. Als een rondsnuffelende bloedhond op een vossenjacht dwaalde hij het wandelpad af, zijn reukzin achterna. De geur leidde hem een klein zijpaadje in, vrijwel aan het oog onttrokken voor iedere nietsvermoedende wandelaar die braaf het hoofdpad zou volgen. Het leek meer een soort vluchtroute voor kleinere zoogdieren, want het lopen ging hem niet af zonder hier en daar nogal baldadig een lage tak weg te meppen die voor zijn meesterlijke neus durfde te hangen. Wat hij daar zag, onverschillig zittend op een boomstam met een boek in zijn hand, verbaasde hem eigenlijk niet - nee - maar het ontzette hem wel. 'En WAT -,' maakte hij zijn aanwezigheid snerend bekend, griezelig snel op het gestalte afbenend, 'zijn we hier aan het doen?! In alle stiekeme stiekemigheid aan het uitvreten, aan het terroriseren, aan het - parasiteren?' Hij maakte zijn zin die opzettelijk eindigde in een duur woordje af met een verachtende snuif en gaf een ongeduldige ruk aan de arm van de persoon om het joch half overeind te trekken, hem daarbij dwingend om naar hem op te kijken.
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] wo aug 14 2013, 10:01
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:23; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] do aug 29 2013, 22:15
“They know - that hell ends with me.”
I find it hard to see the light In the kingdom I behold I see him in the morning I see him in the night I see the devil in my life - There's a devil in me -
Waarlijk, je hoefde maar een paar enkele plekken, te weten die beschut genoeg waren voor de doorsnee spijbelende leerling - nog niet eens. Met groot geluk - als je dat al zo kon noemen - liep je ze na een paar meters al tegen het lijf, want het bos leek een populaire trekpleister als afspreekpunt van een rendez-vouz te zijn. Hij liet er geen gras over groeien en gaf de jongen een ferme ruk aan zijn arm om hem van zijn luie donder omhoog te forceren. Een tel staarde hij streng in een bleek gezicht dat werd gekarakteriseerd door gifgroene ogen en donkere, naar achter gekamde lokken. Als het die gluiperd niet was. Fabelachtig om te weten dat hij zich niet zomaar voor zijn eigen vertier uit kon leven door zijn slechte humeur op ronddolende leerlingen los te laten, maar dat er nu in dit geval ook zakelijke verplichtingen aan vastzaten. Het joch zat in zijn mentorklas en de gouden taak waar hij zich o zo enthousiast handenwrijvend klaar om kon stomen om iedere leerling met S.J.D. Sathandiai in zijn of haar groepnaam bij de lurven te grijpen, was daarbij aan hem. Als een onvoldane wolf die zojuist beroofd was van zijn karige hazenmaal in het midden van een schaarse winter klemde hij misnoegd zijn tanden op elkaar toen Lie de brutaliteit op kon brengen om quasi-civiel op zijn vraag te antwoorden. Lezen - Weer zo'n typisch antwoord waar hij geen kip aan had. Spijtig voor hem, maar dat hoefde hij hem niet te vertellen; hij had heus wel gezien dat hij het boek gauw trachtte weg te stoppen. Lichtelijk trok de man even zijn wenkbrauwen op en blikte met een klein knikje van zijn hoofd op de jongen neer terwijl hij langzaam zijn handen tegen zijn heupen zette, een houding die hem bijna vaderlijk deed ogen. 'Werkelijk?' vroeg hij haast verwonderd. Zo waar als hij Savador heette was het niet meer te verwachten dat het slechts een act was en de attente uitdrukking als sneeuw bij zon van zijn gelaat gleed. In een vliegensvlugge beweging slaagde hij erin het boek van de boomstronk te grissen. Met een expressie die belangstellend aandeed scheurde hij zijn blik van Lie los om deze op het boek te laten rusten, draaide de kaft verscheidende keren in een hand om en leek het van alle kanten nauwkeurig te bekijken. Toen, zonder pardon of enige waarschuwing, liet hij het boek vlamvatten in een steekvlam die pijlsnel uit zijn handpalm de hoogte in rees en evensnel weer kromp. Hoge likkende vlammen omvatten de kaft, smeulden het leer en krulden de pagina's - tot er niet veel meer over was dan een zwartgeblakerd onherkenbaar object dat met een plofje tussen de droge bladeren terecht kwam. Alsof hij zelf ook overvallen was door het plotselinge tafereel zochten zijn ogen die wat Egyptisch aandeden met opgetrokken wenkbrauwen erboven de blik van Lie, zijn hand nog in de houding waarin hij het boek vernield had. Takjes knerpten onder zijn herenschoenen toen hij zich een ogenblik later iets dichter naar de jongen toe boog. 'Was het interessant?' vroeg hij op een sinistere, half fluisterende toon. Zijn mondhoeken krulden zich langzaam maar zeker om tot een smalende glimlach. Hij leek er bijna geen moeite voor te hoeven doen om zijn gezicht weer terug in de welbekende strakke plooi te krijgen toen hij zich vervolgens weer terug boog. De stilte werd verbroken door een verachtende snuif van zijn kant, neer starend op Lie met minachtende blik en nors opgeheven kin. 'Jij hebt iets dat ik niet heb, en het is geen tot as verpulverd boek of een hoofd vol zaagsel.' Zijn kalm gesproken woorden klonken des te meer intimiderend nu hij de afstand tussen hem en zijn mentorleerling vervaarlijk verkleinde. 'Now, wáár heb je het verstopt?' In plaats van de jongen bont en blauw te slaan zoals zijn eerdere houding wel deed vermoeden, plaatste hij een hand doodleuk op Lie's kruin om hem als een onbelangrijke nietige steunpilaar te gebruiken - een stuk decor, een zinloos achtergrondobject zonder enige waarde - en zijn evenwicht te kunnen bewaren terwijl hij haast over hem heen geklommen achter de boomstam neusde, één voet daarbij zwevend achter zich in de lucht en in het geheel nogal in strijd met zijn gracieuze wijze. Hij moest en zou het vinden, want in dit soort kwesties loog zijn neus nóóit.
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo sep 01 2013, 12:54
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:23; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] di sep 10 2013, 00:46
Yes, the girls are out there in the backyard - Playing dead
Beloond met een blijk van animositeit van Lie's kant werd hij niet. Maar no matter. Het gebeurde naar zijn ervaring wel vaker dat de schoft zijn ware emoties verborg achter een maskertje. Eigenlijk exact zoals hij dat deed. Eigenlijk exact zoals iedereen dat deed. In zijn achterhoofd hield hij al een totaalbeeld van Lie in bewaring, kloppend of niet, maar grotendeels gevormd uit narcistische vermoedens. Hoe hij bijvoorbeeld het idee had dat deze knul voor zijn neus het soort persoon was dat zich flink gedroeg, type grote klep maar klein hartje, en 's avonds in zijn bed lag te grienen als een grote baby. De hooghartigheid was van zijn gezicht af te lezen toen de jongeman een doodnormaal antwoord gaf op zijn veinzende vraag, en hij besloot terug te stappen. Moest dat weerwoord hem met de mond vol tanden laten staan of iets dergelijks? Dat deed het namelijk niet. En hij voelde ook bepaald niet dat hij in een nadeel stond, laat staan dat zijn gevoel van triomf van hem op Lie overging. Goed. Hij liet hem maar geloven wat hij wilde geloven, al dan niet zonder een opgetrokken wenkbrauw. Er waren andere prioriteiten nu. De fles whisky, bijvoorbeeld. Erg verstandig om drank bij je te houden - alsof je die sterke doordringende geur niet kon ruiken. In dat geval hoefde je niet eens te weten waar het was. Weten dát het er was, was al genoeg. Lie's opmerkingen werden volkomen genegeerd tijdens zijn solo-zoektocht (hij was al aan het zoeken, kolderiek joch - en dacht hij werkelijk dat hij hem de fles zou teruggeven en hem met 'op je gezondheid, jongen!' vriendschappelijk op de schouder zou slaan?). Waarom zou hij ook de inspanning leveren erop te reageren - die had hij al nodig bij het speuren. De geur was te sterk en de reukzin van de mens was te zwak om precies te kunnen concluderen waar een fles whisky verborgen werd gehouden. De dwaas te laks in zijn oplossingen; werkelijk, de meest voor de hand liggende verstopplek hier was in het struikgewas of in een holle boom, iets in die trant. Kinderen waren nooit creatief in verstoppertje spelen; kon hij uit ervaring spreken, en niet bepaald in de vriendelijke variant van vinden en aftikken. 'En als U hem hebt gevonden, gelieve het niet te breken.' Opeens klonk het niet meer op de plek vlak voor hem. Het stemgeluid klonk als een weergalming door het woud, alsof het zich op hogere lijn bevond. Vlak boven hem. En hij was zijn steun kwijt en viel met mantel en al tussen de varens achter de boomstronk, die zijn val enigszins nog braken. Zijn hand, die nog in de lucht zweefde, greep uit reflex een tak beet die meedogenloos meegetrokken werd. Hij lag er daar erg charmant bij, met zijn bovenlichaam tegen de bosgrond, onderlichaam over de boomstronk, mantel als een laken over zijn hoofd gedrapeerd, bedolven onder takken en bladeren van varens. Hoewel het gehele beeld vreemd aandeed, misschien wel een beetje geestig, werd dat alles bemanteld tot niets bij de verderfelijke blik die in zijn irissen schoot. Als een vlam in de pan. Zo'n blik dat je wist dat het goed mis was, en dat je je afvroeg in hoeverre iemand in staat was je iets aan te doen. Dat je te ver bent gegaan, en niet zo'n beetje ook. Je kon een persoon bij eigen hand en toedoen levensgevaarlijk maken als je diens zwakke punten wist, al je kracht in een enkele vinger verzamelde en deze punten onophoudelijk percuteerde, samenkneep, verbrijzelde. En als er iets was wat je absoluut niet bij een persoon als Savador moest flikken, was dat het krenken van zijn trots. Geluk bij een ongeluk; de verstopplek van de whiskyfles had hij in ieder geval gevonden - daar, enkele meters verder, waar de varens overgingen in lage veldesdoorn. Erg van belang leek het nu echter niet voor hem. Hoe kon het dat ook zijn, verblind als hij was door zijn razernij? Dit was de toestand waarin hij het meisje dat het zware nieuws van Diva's dood was komen brengen in al zijn ongelovigheid en onbegrip tegen zijn bed geworpen had, daadwerkelijk had gewurgd als ze zichzelf niet had weten te bevrijden met een kniestoot in zijn maagstreek. Waarin hij een oude bekende die hem het leven zuur had gemaakt in zijn basisschooltijd, hem had gedwongen te leven met de opgelopen littekens, een te zware verdoving had toegediend in de tandartsstoel en zijn gebit met alle onbenodigde instrumenten die hij had tot een bloederige pulp had verbouwd alsof het een bouwpakket was gedurende de tijd dat hij niet bij bewustzijn was. Alsof er pek door zijn bloedbaan stroomde. Alsof de hele wereld rood kleurde. Maar het was niet 'zijn' staat, o nee. Iedereen kon een psychopaat zijn, al was het maar voor even. Het gif van zijn woede maakte zich toonbaar aan de wereld in zijn snelle tred naar de boom waar het joch zich hoog op een tak prinselijk voelde alleen al, de door een blauwpaarse gloed van duistere magie omgeven hand die hij met zo'n geweld tegen de stam stootte dat deze splinterig indeukte. Een donkere olievlek van dood en verderf verspreidde zich over de stam de hoogte in als resultaat, zoog het leven aan deze zijde van de boom op als een spons en omvatte de takken. Het was slechts een kwestie van tijd voor Lie's tak het kreunend begaf en als een afgestorven levensvorm van iets moois en organisch uitgeleefd tussen de varens belandde. Hij greep zijn kans. Het kon hem niet schelen of de jongen in een verkeerde houding terecht kwam als hij door zwaartekracht naar beneden werd geworpen en hij hem midden in zijn val ruw bij de kraag van zijn kleding greep. Dát hij maar gedoemd werd met een schouder uit de kom. Er was geen limiet aan pijn, en een overvloed van dat laatste dat hij de jongen aan wilde doen. In feite wenste hij hem op het moment alle leed in de wereld toe. Ongenadig bonkte hij de jongen met zijn rug tegen de stam van de boom, zijn vuisten om zijn kraag zo strak gebald dat de huid bij zijn knokkels wit kleurde. Zijn smalle op elkaar geperste lippen oogden bleek en leken op dezelfde maat als zijn handen te trillen terwijl hij zijn gezicht naderbij bracht. 'Ik verzeker je, jongen, dat als je het schalkse lef riskeert een beletsel te vormen voor mijn animo, ik er hoogst persoonlijk voor zal zorgen dat je nieuwe vriendinnetje nog niet eens naast je wenst te liggen wanneer je als binnenstebuiten gekeerd kadaver in een massagraf wordt gesmeten,' siste hij zacht, alhoewel zijn stem luider werd, de greep om de kraag strakker. De ondertoon in zijn stem droeg een beving met zich mee. 'Je lijkt je immers niet te kunnen gedenken dat ik je lot hier met een enkele vingerknip kan veranderen, je toebehoren kan ontnemen, al dan niet vergruizelen. Nu. En in de toekomst. Sta me toe -' Het was alsof het gehele bos even verblind werd door de zilveren schittering van het voorwerp dat hij in een fractie van een seconde omhoog haalde als een slagersmes, en neer liet komen in een flits. Een tel later - misschien nog niet eens - sloeg de whiskyfles kapot op het hoofd van Lie. Alles wat ervan over bleef waren de tientallen scherven in het zwarte haar van de tiener, die zich niet onwaarschijnlijk in zijn huid boorden, en de sterk riekende inhoud die bij de impact alle richtingen opspatte als een waterballon, en nu sijpelend over zijn gelaat, zijn kleding bedrenkte. Kraaien vlogen in de verte krassend op bij het geluid van brekend glas dat de rust verstoorde. Hij hijgde nog terwijl hij zijn resultaat bekeek, keurend. In zijn hand hield hij de afgebroken hals van de fles nog, de scherpe randen ervan blikkerend in het daglicht. Het was niet alleen dat hij de jongen misprees. Hij verafschuwde hem.
- Bash sum' bottles ( ´_ゝ`)
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] do sep 19 2013, 16:15
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:22; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] za sep 21 2013, 08:17
Dance for me! Furiously! In agony! And madly!
Ja, dat was amuserend, hé? Dat was grappig. Dat was leuk. Hadden die kinderen het destijds ook geen groot vertier gevonden om hem met z'n allen als weerloze jongen tegen de grond te werpen, hem aan zijn bretels op te hangen in de hoogste boom, zijn broek uit te trekken, recht voor de neus van het meisje waar hij een zwak voor had gehad, nog maar te zwijgen voor het oog van de gehele school? Hij had aan de rand van het schoolplein gezeten, alleen zoals altijd, zacht een deuntje neuriënd (Lizard, lizard, baby lizard. Chop off your legs and now you're a snake. Lizard, lizard, baby lizard. Chop off your tail and now you're a worm) terwijl hij met een stok de hagedis terug het zand in porde - en toen waren ze naar hem toegekomen. Proestend achter een hand, fluisterend en elkaar aantikkend. Niet twee of drie, nee - uiteraard dat heel de klas dat wilde meemaken. En maar sleuren. En maar duwen. Als aasvreters op een prooi. Neerfladderende gieren op een stuk kadaver. Hij onder al die graaiende armen en rukkende handen wriemelend als de worm die hij volgens hen allen was, in enige poging om zijn bretels strak aan zijn gesp te houden, zijn broek zo hoog mogelijk op te trekken. Onmogelijk als je van alle kanten voeten in je ribben krijgt, tegen je achterhoofd die je met je armen nog probeert te beschermen en diverse hoofden zich over je heenbuigen om een flinke klodder spuug in je open geforceerde mond te laten vallen tot je ervan kokhalsde. Leraren - welke leraren? Niemand om hem te hulp te schieten, alsof ze het juist wilden laten gebeuren. Zijn kleren gescheurd en vuil door de modder op een hoopje en voor hij het wist voelde hij het koude staal van het klimrek tegen zijn naakte rug, zijn enkels en polsen er stevig aan vastgebonden met springtouwen. Maanden had hij het verborgen weten te houden. Zes lange maanden tot het verplichte schoolzwemmen, en ach, wat een leuke verassing was het voor zijn klasgenoten geweest; Savador, bang van water. Laten we er met z'n allen dan ook maar waterpistolen bij pakken om hem van alle kanten te bespuiten, tot hij uren later rillend en blauw en doorweekt en nog altijd naakt werd gevonden. Maar niet voor ze hem zijn versje gierend in zijn gezicht schreeuwden en met een grote schaar zwaaide die ze (Lizard, lizard, baby lizard! Chop off your legs and now you're a snake! -) om zijn armen klemde en vervolgens (Lizard, lizard, baby lizard! Chop off your tail and now you're a worm!) dicht in de buurt van een lager deel brachten. Zijn hele bestaan omgegooid tot een leven van angst en schuld, want ze wisten het zo te spelen dat zijn frustratie er net als een grote vloedgolf uit kwam op het moment dat er een leraar in de buurt was, die hem vervolgens met een tik tegen zijn wang of intimiderend geschreeuw ('Wát is er godverdomme mis met jou?! Laat je nakijken, ondeugd!') moest kalmeren als hij met stoelen gooide. Ga maar helemaal achteraan zitten, dan val je het minst op. Geef maar geen antwoord op al die vragen, ook al weet niemand anders ze behalve jij; blijf gewoon stil en wees lucht. Bijt op je tong als je voelt dat je kwaad word, bijt hem er desnoods af zodat je erin stikt en weggevoerd kan worden uit dat hellegat, maar gooi het er onder geen enkele omstandigheden meer uit. Geknield in een hoekje zitten met angstige ogen en een papieren zak aan zijn mond en lachen, lachen overal. Tot in zijn dromen toe. Al had je het onder geen beding dromen kunnen noemen, trillend en nat van het koude zweet als hij naar bed ging en trillend en nat van het koude zweet als hij weer wakker werd. En dit joch, dit simpele naïeve joch dat ongetwijfeld nog half niet zoveel had meegemaakt als een persoon dat geschaad was voor de rest van zijn leven, durfde hem uit te lachen? Hém? Hij was zo onwetend dat hij niet eens wist dat hij oude wonden open haalde, de zorgvuldig ontwikkelde hechtingen door de jaren heen zo uit dat oude litteken scheurde. Er was geen positie meer als leraar en leerling, mentor en mentorleerling, jongen en man. Zijn razernij was grenzeloos. Alle afbakeningen vervaagden alsof ze er in de eerste plaats nooit waren geweest, en hij zou hebben geschuimbekt, ware het niet dat hij nog wel een beetje bewust was van de situatie. Een volle treffer - waarom ook niet? het joch zag het niet eens aankomen - en het bloed dat langs de slaap van de jongeman naar beneden sijpelde zo rood als de waas voor zijn ogen. Hij zakte tegen de stam ineen op de grond, duidelijk buiten bewustzijn - maar verdween het volgende ogenblik zomaar. Onder een gejaagde ademhaling bleef hij staan, zonder enige heldere emotie neer starend op de plek waar nu enkel een paar zwammen zichtbaar waren die langs de stam groeiden. Geen moment dat hij hoefde te verspillen om zijn hoofd te draaien, zijn blik langs de stammen te laten glijden als een moordenaar op vrije voeten. Van achteren. Waar anders? Maar voor hij zich in een ruk kon omdraaien en de scherpe uiteinden van de gebroken flessenhals in de buik van zijn belager kon planten werd er een lemmet tegen zijn keel gezet en hoorde hij de sissende stem van Lie vlak naast zich opstijgen als rook. Een waar genoegen dat hij geen medewerking bood om hem in leven te houden, misselijkmakende rat die hij was. Bovendien, hij had ook een mes. Hij had, als het ware, meerdere messen. Was dat hem mogelijk ontschoten, klap op zijn kop iets te hard geweest? Een sissende vuurspreuk verliet zijn dunne prevelende lippen, de hand die hij beschermde en tegelijkertijd als in een buitenlaag eromheen tot een kokende temperatuur verhitte omhoog brengend. Een hels gesis verloste zich bij de eerste aanraking toen hij zijn gloeiend hete hand als een klem stevig om die van Lie legde, om de hand waarmee hij de dolk vasthield, en hem vervolgens van zich aftrapte. Zijn mantel golfde gracieus om hem heen en zijn herenschoenen blonken in het doffe daglicht alsof er geen vuiltje aan de lucht was geweest, maar hij liep met de ongerepte snellooppas van een bezetene op de jongen af, gebroken flessenhals in de hand. Pas toen hij nog geen meter van hem was verwijderd werd duidelijk dat er wel degelijk iets in hem geknapt was. Zijn lippen persten zich op elkaar, zijn ogen verwijdden zich en op datzelfde moment schoot zijn arm op de jongen af om een handvol van dat halflange donkere haar te grijpen en hem met ferme rukken een eind door de varens te sleuren. Af en toe was er een glimp op te vangen van zijn woedende op elkaar geklemde kaken, een witte flits van zijn tanden als zijn trillende onderlip even naar beneden krulde. Met een tjak stampte hij de hak van zijn herenschoen half in de aarde, half op de pols waarin de dolk werd vastgehouden. Ondertussen morrelden zijn handen bevend en gehaast onder zijn mantel en colbert tot ze zijn riem hadden losgerijgd die hij met een knal in de lucht recht sloeg. Een knie stompte neer in Lie's maagstreek bij het knielen, de voet van zijn andere been nog op zijn pols in de hoop dat deze onder de druk verbrijzelde. Maar zijn aandacht was volledig gefixeerd op de riem die hij in zijn rappe handelingen als een tuigje om de hals van de jongen legde, het lederen uiteinde met de gaten door de gesp haalde en strak aantrok. Trekken, trekken en trekken, de riem steeds beknellender en het ademtekort steeds groter, tanden op elkaar, een zweetspoor dat werd onderbroken bij zijn neusvleugel en lippen, een ader kloppend bij zijn slaap en opgezet in zijn hals bij alle geleverde inspanning en spierkracht, ademhaling hijgend en onregelmatig - maar dat deerde nu niet. Hij zou doen wat hij al veel eerder had moeten doen. Hij zou hem het leven benemen, hier en nu. Niemand zou het oneens met hem zijn over het feit dat hij slechts ongedierte getermineerd had.
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo sep 22 2013, 21:45
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:22; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo sep 29 2013, 13:01
Dance for me! Furiously! In agony! And madly!
Hoe kortzichtig om hem aan te vallen. Wat onbezonnen om tegen hem aan te kijken als een gelijkwaardige tegenstander, misschien zelfs nog wel onder dat niveau. Dacht hij het werkelijk? Dacht hij werkelijk dat hij iemand als hem onder zijn duim kon houden, kon verpulveren als een nietig insect onder zijn schoenzool? Had hij zich nog niet genoeg duidelijk gemaakt in de jaren dat hij als een van de meest hatelijke leraren voor de klas stond, lesgaf op rigoureuze wijze, de gangen van het kasteel domineerde in zijn benende pas en imposante verschijning? Dat hij niet alleen de Hoofdmeester was - wat hem in zijn eigen opzicht al groots genoeg maakte - maar ook de opvolger van de Vrouwe der Duisternis? Savador, een naam die nog veel voor ging komen in de geschiedenisboeken van de toekomst; hij zou er hoogst persoonlijk voor zorgen. Er werk van maken om zich helemaal boven naar de top te werken en, zodra hij daar was, de trap van succes hoger maken dan de Toren van Babel ooit was geweest. En hij zou er ook hoogst persoonlijk voor zorgen dat het leven uit iedere blaag die zich op zijn pad naar heil durfde te wagen geknepen zou worden, beginnend met dit mispunt. Aders in zijn handen zwollen zichtbaar op terwijl hij zijn vingers steviger om het leder van zijn riem kneep, deze zo strak als de lengte ervan en zijn eigen spierkracht kon bieden aan te trekken. Zijn arm spande zich zo stevig aan dat hij bang was dat zijn schouderblad zich dwars door zijn vlees zou scheuren, zijn zweet vertroebelde zijn zicht en zijn tanden boorden zich haast door zijn lip - maar bij Medusa; wat was het het waard. Er was geen enkele manier om uit te leggen hoe geweldig het gevoel was dat hem overspoelde om de jongen onder zijn gewicht en in zijn klem te zien worstelen, de losse aarde om hem heen die omhoog werd gestrooid en de wanhoop die nabij was die hij in het diepste geheim wel vaker op diverse gezichten had gezien. Als een verwilderd beest dat ter plekke werd afgemaakt. Het was voor de meesten hier geen nieuws dat hij zijn bestaan vredig voort liet duren als keurige heer, hoogopgeleid ambtenaartje voor het oog van de overheid - maar dat er op hetzelfde moment een duivel in hem huisde die naar buiten denderde als een alles-verpulverende stoomtrein zodra de overheid wegkeek. Hij verplaatste zijn gewicht iets lager om de trappende benen van Lie in bedwang te houden, lachend. Er was lang geleden iets in hem geknapt dat de dood iets wonderschoons voor hem was geworden, bovenal wanneer het leven door zijn toedoen weg sijpelde uit de ogen van zijn belagers. Het maakte hem tot iets onoverwinnelijks, maakte hem groots, opgewonden zelfs. De jongen onder hem worstelde voor zijn leven en hij kon er met hetzelfde genot naar kijken alsof zich een naakte vrouw tegen de bosgrond had gevleid. Eén van de zovelen meisjes van plezier uit zijn jongere jaren die hem lonkend en wijsvingerwenkend naar zich toe lokten, en die hij later in een hotelkamer tegen betaling deed in de gloed van stedelijke neonlichten door het raam. De welbekende lasso die om hem heen geworpen werd en hem meetrok in een eindeloze erotische spiraal waarin hij geen besef meer had van tijd, plaats, wie hij was, wat hij was - wat hij deed. Bloed. Borsten. Dood. Billen. Verderf. Lippen. Opengereten middenrif. Climax. Een plotselinge, helse pijn slingerde hem met gewelddadige kracht terug in het hier en nu. Kennelijk had zijn mond zich al luidkeels opengescheurd in een ijselijk geschreeuw, maar hij besefte het pas toen hij zijn hoofd draaide en naar zijn schokkende hand staarde, waaruit het heft van de dolk stak. Als een grote doorn in zijn handpalm. Verontwaardigd schoten zijn furieuze ogen weer terug naar de jongen, alsof hij wilde zeggen waar hij het vuile lef vandaan haalde om een grootheid als hem te krenken. Zijn gewonde hand wilde maar niet ophouden met beven van de pijn toen hij een poging waagde om het bloeden enigszins te stelpen door het strak tegen zijn borst te klemmen. Een echte kans kreeg hij er ook niet toe, want hij voelde de vaste grond onder zijn rechtervoet verdwijnen en verloor zijn evenwicht. Hij viel op zijn zij in de varens, en meteen werd hij van zijn benauwde positie verzekerd met een enorme klap in zijn maag. Zijn door ziekte verzwakte longen werden door de impact uitgeperst als twee citroenen. Als hij een moment later zijn stijf dichtgeknepen ogen geopend had, had er een tweede dolk uit zijn lijf gestoken; hij wist zich ternauwernood op tijd te herstellen door in een reflex de pols van de jongen vast te grijpen met zijn goede hand. De punt van de dolk schraapte af en toe over zijn keel in de worsteling die volgde, waarin hij een verwoede poging deed om Lie's arm met pure spierkracht van zich af te houden. Hij slaagde erin zijn voet op te liften en de jongen een fikse trap tegen zijn achterste te verkopen, zodat hij hem over zich heen wierp en hij achter hem terecht kwam. Nu het gewicht eindelijk van hem af was kon hij zijn kans grijpen om zich op zijn knieën te werken. Kuchend en in een nog wat voorovergebogen houding kwam hij overeind, zijn woedende blik tussen de zwarte lokken die verwilderd in zijn gezicht waren gaan hangen door op Lie gericht. In een nijdig gebaar rukte hij de dolk uit zijn vlees en onderdrukte met opeengeklemde kaken een pijnkreet. Het grootste deel van het lemmet was besmeurd met zijn bloed, en ook de lelijke snee wees erop dat het wapen er vrij diep in moest zijn gegaan. En hoe langer hij naar zijn eigen bloed op het blikkerende staal keek, hoe groter zijn razernij werd. 'Dus je wilt het zo spelen -' Zijn voeten brachten hem in een schuine, wankelende lijn richting Lie, zijn gewonde hand slap langs zijn zij hangend zodat hij een spoor van bloeddruppels achter liet. Met moeite wist hij met één hand een stuk van zijn mouw af te scheuren. De reep stof gebruikte hij om zijn hand mee te verbinden - dat moest maar voor zolang. Langzaam zocht zijn blik die van zijn mentorleerling weer. Al net zo langzaam veegde hij een sliert speeksel bij zijn mondhoek weg. En hij liep weer verder, wankelend. Donkere magie verspreidde zich als een paarsblauwe gloed die steeds feller leek te worden over zijn gezonde hand, kroop langs zijn arm omhoog als zwart vuur. Toen hij zijn hand weer onder zijn mantel vandaan haalde weerklonk er een staalachtig schuivend geluid, alsof er een zwaard uit zijn schede werd gehaald. Een rapier, om precies te zijn, gecreëerd uit zwarte magie. Lang niet zo comfortabel in de hand liggend als zijn eigen persoonlijke rapier, ergens in zijn kamer, netjes in zijn gevest, steunend tegen de wand van een kledingkast. Maar goed genoeg voor kwesties als deze snel af te handelen. Talent voor schermen zat hem in de genen. Sabels, rapieren, degens; dat waren zijn soort wapens. En hij voelde zich royaal vereerd dat hem een gelegenheid werd geboden om dat vanmiddag hier in het bos te mogen demonstreren. 'Vecht als een man, jongen!' hijgde hij sardonisch terwijl hij de afstand plotseling in een snelle pas verwijderde en Lie een ongenadige trap tegen zijn hoofd gaf. Zijn arm schoot opzij en hij wees met de punt van zijn rapier veelbetekenend naar de dolk die blikkerend tussen de varens lag, klaar om opgepakt te worden, klaar om er de strijd tegen hem mee aan te gaan. 'Niet als een beest.'
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo okt 06 2013, 11:45
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:21; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] wo okt 09 2013, 18:53
VOICE;;
Als een roofdier dat op het punt stond zijn prooi te verslinden sloop hij met langzame passen om zijn tegenstander heen. De punt van de rapier was op de grond gericht, maar gereed. Het dunne lemmet ervan liet een donkerpaars waasachtig spoor achter in de bewegingen, dat in een trechtervorm achter het wapen uit waaierde. Het verdween zo snel weer als dat het verscheen. Als een illusie, of een mistwolk. Terwijl hij in zijn bewegingen een cirkel trok bleef zijn blik gefixeerd in het middelpunt daarvan. De hongerige geelachtige ogen staken fel af in de schemering van het bos, onder de donkere lokken, en draaiden onheilspellend in zijn oogkassen mee om Lie in zijn gezichtsveld te houden. Smalend krulden zijn mondhoeken zich iets om: het joch verging van de pijn door de glasscherven die zich dieper in zijn hoofd hadden geramd. Van z'n eigen fles. Als hij het niet had meegesmokkeld had hij het nooit tegen hem kunnen gebruiken in de eerste plaats.
Hij hield zijn pas plotseling abrupt in, zijn ogen tot spleetjes geknepen. Misschien om beter mogelijke bewegingen te registreren, of te kunnen luisteren zonder het strijkende geluid van zijn schoenen door het gras en de varens. Maar voornamelijk dat laatste. Want het joch zat geknield op de bosgrond met een hand tegen zijn slapen gedrukt en prevelde iets. Een kille herfstbries floot op het verkeerde moment tussen de takken door en nam de zinnen mee, die hij enkel kon gokken bij de hand aan hoe de lippen van de jongen op en neer gingen. Toen de wind ging liggen ving hij alsnog woorden op; dat niemand in het bijzonder zijn mond moest houden, dat dit zijn gevecht was, dat niemand in het bijzonder er iets mee had te maken - en Savador vroeg zich een moment af of het denkpatroon van het joch een totale chaos was geworden. Dat was mooi. Dat was een voordeel. Het betekende dat hij niet helemaal bij zijn besef was, niet zou weten wat hij deed en waarschijnlijk - hopelijk - ook minder flexibel kon denken.
Maar flexibel genoeg om te weten dat hij geen partij zou zijn zonder wapen. Terwijl hij toekeek hoe het joch op zijn nietige dolk afsprong stelde hij zich in zijn hoofd de vraag of hij zelfs ook maar een partij zou zijn mét wapen. Hij klemde zijn hand steviger om het gevest van de rapier en was verder gelopen, maar hij stond enkele meters verder weer stil om Lie zijn minachtend opgetrokken wenkbrauwen te tonen. Het joch wierp, net als hij, de duistere magie in de strijd om tot een wapen te vormen, en dat duidde er volgens hem op dat hij inderdaad te zwak zou zijn om hem met één wapen aan te kunnen. De anticlimax. Even werd het bos gevuld met Savadors snode kille lach als reactie op de vraag die hem werd gesteld, hoewel het meer een retorische zou zijn. Kletterende rotsen die met een geweldige kracht door de dikke ijslaag van een rivier braken. Een hakbijl die klievend door de dikke stam van een boom sloeg. Zand dat stuivend langs een helling op een hoop naar beneden gleed. Er konden zoveel geluiden aan vastgeknoopt worden, maar in alles zou het ijzig en hooghartig klinken. 'Jouw eigen krachten?' herhaalde hij op een spottende hoge toon zodra hij van het lachen was bekomen, alsof hij wilde zeggen dat hij dat verdomme toch niet kon menen. Een grinnik ontsnapte zijn mond en hij plantte de rapier voor zich tussen zijn voeten in, zijn beide handen - half verscholen achter de Turkse knoop - op de rijkelijk versierde pommel gevouwen. Toen werd zijn gezicht doodserieus, bijna venijnig. Hij boog zich zelfs iets naar voren om de volgende woorden als het ware in een afgrijzend gesis uit te spuwen; 'Iedere godvergeten ziel met een béétje duistere magie in zich kan zich dat koude kunstje permitteren, jongen: basiskennis, for fuck's sake! Drijf er de spot niet mee met je imbeciliteit. Scherven iets te diep in je schedel geramd?' Wat was hij: dom? Datzelfde kunstje - het verschijnen en verdwijnen, met en door de schaduwen voortbewegen - had hij nog geen maand geleden gebruikt om te voorkomen dat Kasumi Bell hem ontglipte. Sterker nog; hij had dezelfde spreuk in een gevorderde vorm nota bene jaren geleden van Heer Deshas zelf geleerd, en dat maakte het niets persoonlijks. Niemand moest hem bestoken met onwetendheid over de magiesoort waar hij spoedig Legendarisch heerser over zou zijn. Lie's volgende opmerking bracht niettemin een sinistere halve grijns op zijn gezicht. Hij wierp de jongen een slinkse blik vanuit zijn ooghoeken toe terwijl hij een vinger begerend langs het staal van de Turkse knoop liet gaan. 'Eerlijk?' zei hij zacht. 'Ik ben zo goudeerlijk als het lot zelve -' En hij had nog nauwelijks zijn zin afgemaakt of zijn ene arm vouwde zich achter zijn rug in een schermersstand en zijn andere schoot in een razendsnelle steekbeweging af op de onbeschermde borst van zijn tegenstander.
WORDS;; 854
- derppoopasspuke - K'heb op middeleeuws zwaardvechten gezeten en ken alleen die technieken, dus Safs schermdansje kan van het origineel verschillen GHAHA. thought you should know.
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] do okt 24 2013, 00:08
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:21; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] za okt 26 2013, 03:38
VOICE;;
Hij miste. Of, beter gezegd: zijn slag werd door middel van een flexibele beweging ontweken. Zijn blik, gefixeerd op de kling die doelloos door de lucht sneed, en die nu in een afgewogen stand van zijn gestrekte arm boven de mulle aarde leek te zijn bevroren, schoot vanuit zijn ooghoeken opzij. Razendsnel trok hij zijn arm ook weer in, zoals het hem jarenlang was ingestampt in het stoffige oefenzaaltje in het recreatiehuis op Shadra. Blijven steken in je aanvalshouding kon je fataal zijn: je tegenstander greep je arm in een klem, een enkele draai, een enkele beweging, een enkele knak - en voor je het wist lag je daar weerloos in het vochtige gras met een zwaard tussen je ribben. Over een schouder gegooid of over een voet gestruikeld nadat je van je wapen was ontdaan. Met een stap achteruit wist hij zijn stand te herstellen. Rug gerecht, rechtervoet vooruit, arm op zijn rug gedraaid. De rapier bevond zich weer vlak voor zijn gezicht, zodat hij de jongen met ogen gevuld van duivelse haat langs de lange kling aanstaarde.
De dwaas bracht zijn trucje opnieuw tot stand, verdween nog geen seconde later in het niets. Als een kameleon die zich aan zijn omgeving aanpaste omdat het een van zijn schaarse kwaliteiten was, en even kwam er een glimlach bij Savador naar boven. Dit begon voorspelbaar te worden. Wierp hij hetzelfde trucje in de strijd, zouden ze de hele middag door kunnen blijven gaan tot een van hen de positie van de ander toevallig wist te detecteren. Hij had wel wat in zijn mars om dat te kunnen voorkomen, maar hij besloot met spottende vreugde de jongen nog even in de waan te laten. Sparren, een schijngevecht, of een levensechte strijd op leven en dood: het was allemaal niets zonder amusatie.
Zijn gehoor maakte hem er eerder van bewust dat Lie even verderop weer was verschenen dan zijn zicht: een suizend geluid naderde en hij slaagde erin de dolk die op hem af kwam alsof hij een doel was middenin een veld van geoefende meswerpers te mijden. Het geritsel tussen de varens achter hem wees erop dat het wapen daar ergens terecht moest zijn gekomen. Hij belette zijn concentratie af te laten zwakken door zijn aandacht strak op zijn tegenstander gericht te houden, die een ogenblik later weer opging in de kleuren en vormen van de achtergrond. Spijtig voor hem dat ze zich in een bos bevonden en zijn gespitste oren het knappen van takjes en het ritselen van bladeren opving om ook de volgende slag te kunnen ontwijken. Hij wendde zich in een halve draai achter een boom, zijn rug tegen de stam gedrukt, en hoorde nog geen seconde later het tjakkende geluid van de dolk die zich in de schors boorde. Op goed geluk, want inschatten wanneer de dolk gegooid zou worden stelde een riskanter risico bloot.
Gereserveerd schuifelde hij weer achter de boom vandaan met de rapier in de aanslag. Enkel zijn hoofd en een stuk van zijn schouder zichtbaar, zodat hij, als het nodig was, zich weer snel genoeg weg kon trekken. Zijn slinkse ogen werden beschaduwd door zijn warrige donkere lokken terwijl hij ondertussen nauwkeurig de omgeving afging, grijnsde toen hij tot de conclusie kwam dat het joch er nog altijd voor koos om in zijn onzichtbare staat te blijven. Onbekommerd over verdere verrassingsaanvallen stapte hij nonchalant achter zijn schuilplaats vandaan. De punt van zijn rapier tikte onverschillig langs bomen als een kleine jongen die al spelend met een stok langs de spijlen van een hek ratelde, en zijn voeten, die hem in korte vastberaden stappen de omgeving af lieten gaan, streken zacht langs de varens, gevolgd door de ruisende zoom van zijn lange mantel. 'En zo werd de iele, lege ziel benomen door zijn eigen doodsangst, te bevreesd om zich nog langer aan de wereld te willen tonen,' smaalde hij op een quasi-spijtige toon in het niets voor zich uit. Mind your tongue, my dear boy,' riep hij vervolgens geamuseerd door het verlaten bos. 'Het zou weleens het laatste kunnen zijn wat je zegt. Een pity dat je de kans niet meer wordt gegeven om eervol voor me te buigen zodra je ledematen nog slechts aan enkele pezen aan je lichaam bungelen, waarlijk, maar ik zie het je graag proberen.' Hij kwam tot stilstand, spreidde zijn armen theatraal en vervolgde, zijn tanden blootlachend richting te hemel: 'Zúllen we het eens proberen, jij en ik, samen? Ik zal er persoonlijk op toezien dat ik je op je blote knietjes krijg, maar dan moet je wel eerst tevoorschijn komen.' Hij slaakte een lachje en zijn kin zakte omlaag tot zijn borst. Zijn oplettende blik vernauwden zich op vermaakte wijze nu hij vanuit zijn bovenste ooghoeken langs iedere boom, ieder struikgewas, ieder hoopje omgewoelde aarde gleed alsof hij de jongen ondanks zijn onzichtbaarheid kon ruiken. 'Come out, come out, wherever you are - I know, I know you're not very far ~,' kweelde hij de woorden van het rijmpje zangerig in zijn dure accent bij iedere grote stap die hij dwars door het struikgewas zette, als een hinkelend kind dat luid en demonstratief zijn stappen telde. De mengeling van amusatie en sadisme zette al net zo'n overduidelijke streep onder zijn anders zo door kalmte en charmes verborgen waanzin als dat hij op het ogenblik ontoerekeningsvatbaar was.
Voor een moment leek zijn pret even te zijn bedorven, want hij staakte abrupt zijn overdreven sluiptred toen hij, zoals het leek, bijna gechoqueerd bleef stilstaan. Als hij niet beteugeld was door zijn eigen vertier had hij de zware ademhaling misschien kunnen horen naderen, maar nu kon de jongeman openlijk van de gelegenheid gebruikmaken om hem misschien wel daadwerkelijk schaakmat te kunnen zetten als hij niet in een ijselijk geschreeuw was losgebarsten. De ernstige uitdrukking op het gezicht van de volbloed Shadraan schakelde langzaam over naar verbazing, en verbazing maakte plaats voor schertsende verpozing. De blik in zijn verwijde ogen stond nog een tikkeltje ongelovig, maar zijn smalle lippen deelden niet in die expressie mee en krulden langzaam maar zeker om tot een brede tirannieke grijns. Alsof hij nauwelijks kon geloven dat zijn prooi zich zo eenvoudig terugtrok. Hij stootte een zacht lachje uit bij dit aanzicht, dwong de jongen met druk op zijn schouder op zijn knieën. 'Ach,' verzuchtte hij in geveinsd medelijden zodra hij zich hersteld had, hoewel zijn lippen nog waren verwrongen in een glimlachje. Zijn hoofd kantelde iets om het gezicht van zijn tegenstander te kunnen blijven zien. Met de scherpe punt van zijn zwaard onder Lie's kin dwong hij hem om zijn hoofd naar hem op te richten, zijn triomferende, overwinnende zelf te aanschouwen - dat laatste alleen al zichtbaar hoe zijn eigen kin zich ook fier oprichtte, zijn borst vooruit stak en zijn minachtende maar nog steeds 'jammerlijke' blik op de jongen neer staarde. Het leek haast wel echte ontferming zoals hij glimlachend zijn wenkbrauwen even optrok, de jongen daarmee zonder een woord te verspillen vertellend dat het over voor hem was. Voorbij. 'Ik vrees dat die schaakmat aan mij toebehoort,' zei hij hem zacht op een toon zoals een vader begripvol zijn zoon toesprak als het om een moeilijke maar verplichte kwestie ging die alleen maar voor zijn eigen bestwil zou zijn.
Verschrikt zoog hij een teug lucht naar binnen terwijl hij zijn rapier plotseling terugtrok. Er was iets geweest dat hem verkilde en zich tot diep in zijn botten nestelde. Iets, een ijzige kilte. Een schok die als een voltage door zijn lichaam trok en even snel weer verdween, en toen hij zijn blik op de punt van zijn wapen vestigde zag hij wat weleens de oorzaak zou kunnen zijn. Het dooide en verdween snel weer, maar hij zag het. Een kleine brok ijs die zich als een cocon om een tak had bevestigd. En toen zijn verwarde blik terugschoot naar zijn op zijn knieën gedwongen belager kon hij het eerste moment alleen maar staren. Daar, op de bosgrond, tussen de struiken, daar zat geen jongen meer. Wat daar zat en hem grijnzend aanstaarde met ijsblauwe ogen was.. bij Medusa, wat het precies was wist hij niet. Het lachte, en even later sprak het wezen tot hem alsof hij Lie opgeslokt had en hij het daadwerkelijk over een ander persoon had. Het leek zonder enige moeite wapens van ijs tevoorschijn te halen. En voor een moment vroeg hij zich af waar, in hemelsnaam, hij met zijn duistere magie ijs vandaan kon halen. De stem van het wezen was de trigger die hem weer terughaalde in het hier en nu. Een triomfantelijke, hooghartige glimlach sierde zijn gelaat. 'Ik bevecht duister met duister en je schijnt het niet eens te merken. Maar ijs, jongen?' Al lachend spreidden zijn handen zich opnieuw. Leraar vuurmagie en het genie voor hem trachtte hem met ijs te willen bevechten. Have it your way. Terwijl hij zijn rapier weer liet zakken schoten er na een kleine rukachtige beweging van zijn hand vlammen over de kling, die zich likkend aan het staal tegoed deden. In een enkele stap naar voren en een rappe schijnbeweging die de tegenstander uit zijn focus diende te halen, zwiepte hij het door zwartpaarse vlammen omgeven zwaard vlak langs het hoofd van zijn mentorleerling - met de bedoeling zijn triomf (daar was hij nog steeds van overtuigd) te vereeuwigen met een grote jaap in zijn wang of, misschien wel, door zijn keel.
WORDS;; 1609
- HURRDEHURR Nachtinspiratie
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo okt 27 2013, 21:59
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:20; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] wo okt 30 2013, 12:59
VOICE;;
Blauw en rood, ijs en vuur. Tegenpolen. En zo stonden ze ook op een drie meter afstandslengte tegenover elkaar, omgeven in de kleurrijke gloed van die twee elementen. Het enige verschil met diezelfde elementen van origine was dat de ijsvorm van de jongen ongetwijfeld voorkwam uit een tak van zijn zwarte magie en dus geen echte ijsmagie was, en het vuur, zijn vuur, dat niet de heldere oranje gloed had maar een kolkend paarsblauw als likkende vlammen uit het hellegat zelve. Alsof die plotselinge ijsmantel ook invloed leek te hebben op de jongeman zelf - als hij hem zo langer nog kon noemen - was zijn houding nu ijzig en stoïcijns. He couldn't care less. Al zweeg hij hem dood; als dat de keuze was waarop hij overvleugeld wilde worden, then so be it. Laat hem daar maar in alle talen zwijgen terwijl de kans die hij verwachtte te krijgen - het vooruitzicht dat hij slechts met een paar wonden en kleerscheuren terug naar het kasteel zou keren, aan een willekeurige tafel schoof in de Grote Zaal om onbekommerd zijn avondmaal te benutten zoals iedere andere avonden, en de avonden die nog zouden komen, de trap naar zijn slaapzaal op slofte, een rusteloze droomloze nacht doorkwam en hem de komende weken erna ongetwijfeld met veel moeizame maar te overleven confrontaties zou tegenkomen - in één slag vertrapt werd. Een nietige kever die met veel onsmakelijk geknars werd vermorzeld onder zijn schoenzool.
De bliksemsnelle kling van de rapier schampte alleen zijn wang en dat was niet genoeg. Bij lange na niet. Nu was het niet vaak voorgevallen dat hij de gelegenheid had genomen de kunst van het schermen toe te passen in gemeende situaties, zoals deze. De meerderheid van de succesvolle steken die hij zichzelf had zien uitvoeren waren de handelingen geweest op een juten oefenpop, of schijnbewegingen met een sparpartner - maar hij was wel beter dan dit en meende voor een ogenblik te geloven dat hij niet meer in topvorm was na al die jaren. Boos op zichzelf schoof hij achteruit, met zijn voet schrapend door de aarde daarmee een kleine stofwolk creërend. Ondanks alles verscheen er toch een grijns op zijn gezicht. Langzaam, één mondhoek hoger opgetrokken alsof hij het niet waardig genoeg vond om er teveel energie in te stoppen. 'Dat denk ik niet, jongen,' antwoordde hij kalm, al dan niet met gebruikelijke wrok. 'You see -' Hij nam een kleine ademteug voor hij nonchalant steunend op de pommel van zijn wapen de daaropvolgende uitleg verschafte, alsof hij gewoon in een lokaal les stond te geven. ' - Watersturen ligt niet in jouw kunnen - en ik betwijfel ten zeerste of je met een knip van je vingers en een beetje van je eigen magie dat valse ijswater van je op kan laten spatten om mijn vuur te doen doven - mijn vuur dat uit pure magie bestaat, mind you, niet voorkomend uit een of ander amateuristisch scheikundig goocheltrucje.' Wat een macabere grap zou dat zijn: hij, volleerd leraar na vijfentwintig jaar studie vuurmagie, die met zijn kolkende zo-echt-als-het-maar-zijn-kan vuur verloor van een joch met een faux magiesoort die slechts opgezet was uit enkele trucages. Dat opzij gezet zou hij de jongen ook kunnen meegeven dat dit alles nog uit pure vermaak voor zichzelf was. Een beetje spelen voor hij zijn prooi verslond met het serieuzere werk. Maar zou hij dat doen, dan nam het joch zonder enige twijfel voorzorgsmaatregelen, nam hij de pret weg. En dat was het niet waard. Nog niet.
Het enige wat de dwaas met zijn smeltwater kon verrichten was het opnieuw laten bevriezen wanneer het van zijn ijspegels, langs zijn polsen, recht in de aarde sijpelde. En water - vooral water dat voortkwam uit onecht ijs, zoals hij aannam - had tijd nodig om te bevriezen. Die tijd zou hij hem niet eens geven: de hitte om de kling van zijn zwaard verspreidde zich van zijn armen en torso naar zijn voeten, waar de grond droog en brokkelig werd en kleine scheurtjes begon te vertonen als een stervende kamerplant. Waar hij zijn voeten ook plaatste, de rap drogende grond eronder verspreidde onmiddellijk een zandkleurige vlek die aantoonde dat al het gevallen regenwater op die plek verdampte, zodat binnen een mum van tijd hun onzichtbare gevechtsring met zijn onzichtbare grenzen, gevormd door grote eiken, meer weghad van een droge kaalgegraasde kleivlakte. Door de verspreidde hitte was het niet onwaarschijnlijk dat het gesmolten water ook verdampte voor het de bosgrond ook maar kon raken. Nutteloos. In het voordeel? Het maakte hem ertoe dat hij 'think again!' in het gezicht van de jongen wilde spatten.
Als in een soort wals schraapten en veegden zijn voeten over en door de droge aarde, intussen verwoede pogingen in de strijd gooiend om het joch aan zijn zwaard te spiesen. Een slag van links, een slag van rechts, een halve draai, steek, een halve draai. Snel en beheerst, als van een ervaren zwaardvechter. Er zouden weinigen zijn die deze vlug opvolgende handelingen in formidabele snelheid wisten te doorstaan met als eindresultaat slechts een paar kleerscheuren - of helemaal niets. Struiken werden gekortwiekt, aarde stoof op. Maar alles wat hij doorkliefde was de lucht en een enkele keer de stam van een boom, waar zijn rapier even in bleef steken voor hij hem weer wist los te rukken, en hoe meer hij tevergeefs in de aanval moest gaan, hoe groter zijn frustratie werd. Het enige wat hij zijn tegenstander, die ergerlijk goed leek te zijn in zijn verdediging, ermee liet voelen was de schroeiende hitte langs zijn wang in de vlagen die bij elke slag van zijn zwaard vrijkwamen. Wie Savador goed genoeg kende wist donders goed dat je er absoluut geen vriendelijk spel mee uitlokte. Wat of wie het wezen in Lie ook was: het leek zoveel meer voorbereid te zijn op het offensieve. Toch was hij blind voor de kracht die er wel degelijk achter moest schuilen. Zijn borst en schouders gingen zwaar op en neer, de uithalen van zijn hijgen leek het vuur om zijn zwaard steeds een beetje op te laten rijzen, zijn huid glom terwijl het zweet over zijn gezicht parelde, zijn razende ogen hadden zich verwijd en zijn tanden beten zich strak op elkaar, maar zijn zwaard en zijn focus - ze bleven standvastig op het wezen voor hem gericht, want niets of niemand deed er verder aan toe dan datzelfde wezen hier en nu te doorklieven. Al zou het duren tot hij erbij neerviel; het duurde nooit minder van een paar intensieve vier minuten voor hij zijn tegenstander in een potje schermen wist te raken, soms nog niet eens. Dus waarom zou het hem verdomme nu niet lukken?
Hij leek niet eens te merken wat zijn vreemde mengeling van grenzeloze woede en gelukzalige amusatie om hem heen aanrichtte, ook al stompte hij zeer bewust een vlammende hand hier en daar tegen een boom. De kleur - verborgen achter de paarsblauwe gloed door de mix van zijn zwarte magie erdoorheen - zou niet langer meer de razende rode kleur hebben, maar blauw, zoals blauw vuur van nature heter was. En als een vuur met een graden van rond de 1200°C geen ijs kon smelten, vrat hij zijn schoenen op. De trilling bij de impact op het moment dat de twee wapens met elkaar in contact kwamen trok door zijn arm. Als hij zijn kans had kunnen grijpen had hij meteen de afstand weer vergroot met een stap terug. Het was niet de duw die hem direct uit balans bracht, maar de boomwortel waar hij achter bleef haken. Een schromelijke pijn trok door zijn ribben na zijn val waarbij hij even volledig verdween tussen de varens, maar hij wist zijn kreet in te slikken en te smoren tot een schel piepgeluidje. En het had niet veel gescheeld of hij had zichzelf met zijn rapier kunnen spiesen in zijn val. Hij was op iets hards terecht gekomen: een andere boomwortel, misschien, of een rots verborgen onder onkruid. Het zwaard had zich van zijn meester verwijderd in een draaiende beweging, even verderop. Hij was nog nauwelijks overeind gekrabbeld of hij dook er al op af, en slaagde er tot zijn grote voldoening in om het ding beet te grijpen. Tijd om zich ermee te verdedigen had hij niet, wat hem ertoe dwong in een reflex zijn openliggende hand klauwend om die van de jongen te knijpen toen hij opeens achter hem was verschenen, gereed om hem in zijn zenuwen te steken met een verraderlijke dolk. Hij schreeuwde het uit terwijl hij het hete bloed uit zijn wond voelde gutsen, dat vervolgens langs zijn gehele onderarm sijpelde en lang genoeg in contact bleef met zijn laaiende huid om zijn weg naar beneden te vinden, maar te kort om te verdampen tot een vochtige smoezelige vlek, sissend op de aarde neerviel. Gedreven door zijn waanzin sperde hij zijn ogen wijd open en klemde zijn kaken op elkaar, genoodzaakt voor de inspanning en om zijn vuur mogelijk nog heter te maken en daarmee de hand van het joch te doen verbranden voor hij deze weer met een ruk losliet. Bevrijd uit de greep, maar niet zonder de vreselijke pijnscheuten die door zijn hand trokken.
Maakte het veel verschil? Was hij al niet aan de overwinnende hand? Savadors vingers krulden tamelijk losjes om het gevest van zijn zwaard; hij kwam langzaam maar zeker overeind, oprijzend uit de varens in een houding die cru en ijselijk kalm aandeed. Plotseling omgeven door hoog opgerezen vlammen die om hem heen kolkten en laaiden en likten alsof hij erdoor werd opgeslokt, weggezonken in zijn eigen mantel van vuur. Zijn kin wees naar het stuk woud rechts van hem en links van het joch, maar zijn ogen, die hongerige goudgele ogen, staarden vanuit hun bovenste hoeken onheilspellend en recht en spottend in zijn ziel, met op zijn smalle lippen een brede grijns - en toen pas werd duidelijk wat hij met zijn ongetemde vuur had aangericht. Hoe het stuk natuur om hen heen, datgene wat hun zogenoemde luttele arena was, was geabsorbeerd door een allesverwoestende bosbrand: op het begin nog maar een paar vlammen die zich uitgehongerd tegoed deden aan de kurkdroge grond, maar die zich samengepakt hadden en dat grote gordijn had zich verspreid tot dit angstaanjagende natuurfenomeen. Eiken stonden haast tot hun kruinen in lichterlaaie, brandende takken en brandende asdeeltjes daalden om hen heen neer als een herfstbui en de struiken gaven elkaar het vuur door als een ziekte, zodat ze beiden waren ingesloten door de hoge kring van vuur, als de verduidelijkende grenzen van hun vechtring. Het vuur kronkelde door de omgeving als een slang en als je beter keek, dan zag je dat het daadwerkelijk ook een slang was. Een groot gekronkeld patroon, als het vette lijf van een uit zijn kluiten gewassen worm, dat zich met een onbehaaglijk geluid voortbewoog. Het leek gewoon het sissende geluid van het vuur zelf, maar dan van veraf, als een verloren echo. Op zekere momenten leek het opeens dichterbij te komen, als een voorbijrazende auto, dan nam het weer afstand - maar bij iedere keer, iedere huiveringwekkende keer, werd het luider. De lucht werd nu gevuld met het rollende helse gesis als van duizenden en nog eens duizenden slangen. Het was overduidelijk dat het niet slechts meer het vuur was.
'Realiseer je je hoe lang ik al smachtte en bliefde en verlangde naar majesteitelijk prestige, jongen?' sneerde hij hem boven het geraas van het vuur met een humorloze glimlach toe. 'Vijfentwintig jaar. Vijfentwintig lange, kwellende jaren. Ik heb mezelf van de stoffigste laagste plank omhoog gewerkt naar de top, talloze vernederingen moeten doorstaan in een lagere voetvolk-positie, maar ik ben er zeker van geweest - zéér zeker - om mijn belagers stuk voor stuk, beetje bij beetje, uit de weg te ruimen. En wie ben jij, jongen?' Een sluipende stap dichterbij, een demonstratief ballende vuist. 'Je bent een leeg omhulsel van de persoonlijkheid die ooit in je heeft gezeten, weggerot als een ontbindend lijk. Je ouders, laat staan je voogd, wilden je niet eens, en vandaag de dag ben je een arme stakker die zich vast zuigt aan drank en hier en daar een zogenoemd vertrouwenspersoon als de door slijm wriemelende parasiet die je bent, niet in staat om je te realiseren dat de mensen die je zogenaamd liefhebben de eerste personen zullen zijn die je weg willen werken. En, ach, hoe verrassend -' Nog eens twee sluipende stappen, een spottende, quasi-meelevende hand op zijn borst. Het kon hem niets schelen of de woorden die hij tot het wezen sprak ook tot de jongen door konden dringen of niet. '- Kijk eens aan: je hebt zelfs een of andere entiteit verwelkomd om in je simpele ziel te huizen. Fameus! Alsof het ervoor is gemaakt. Je weet dat je teer bent en er is NIETS dat daar iets aan zal veranderen! Je bent niemand. Alleen. Verloren. And I truly, dearly, pity you. Dus laat me het werk afmaken dat je zelf niet in praktijk kan brengen. Laat me je verlossende God zijn!' Hij spuwde het laatste sardonisch schreeuwend uit in het gezicht van zijn tegenstander nu hij pal voor hem stond, om hem met een slag van de punt van zijn rapier tegen de bosgrond al het onheil te tonen dat in hem schuilging. Onheil in de vorm van krioelende slangen als een wirwar van gordiaanse knopen waar zijn schaduw, geworpen door de gloed van het vuur achter hem, opeens uit leek te bestaan. Bij de doffe stomp op de grond die meer op een knetterende bliksemslag weerklonk schoten de slangen als een honderdkoppige hydra uit de grond omhoog en wierpen zich luid sissend op hun prooi door zich verstikkend strak om zijn middenrif te kronkelen, vast te bijten in zijn polsen, zijn enkels, zijn voeten, zijn ellebogen, zelfs zijn oorlellen en hem geen enige mogelijkheid tot beweging meer te geven. Als stevige hendels in een behandelstoel, zodat hij hem schaakmat kon zetten. Te aarde neervallend zoals het hoorde, en zoals het zou moeten gebeuren. Crashing down at his control.
WORDS;; 2386
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] za nov 02 2013, 16:54
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:20; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo nov 03 2013, 10:22
VOICE;;
Hij keek toe. Hij torende boven hem uit en keek toe, met een vreemd soort zichtbare vredigheid die zich over zijn gelaat en zijn gehele houding verspreidde. Het gebrek aan enige emotie op zijn gezicht behalve de pure voldoening maakte het er haast toe dat hij eerder op een tribune zat, hoog op een plastic stoeltje kijkend naar het paardenrennen onder hem, waar hij een grote som geld had gezet op het winnende paard. Eerder dat dan dat hij toekeek hoe zijn vraatzuchtige schaduwslangen het werk voor hem deden, zich samenpakten tot een onoverzichtelijke wriemelende bal en de persoon voor zijn schoenneuzen op de bosgrond met hun sterke lijven opslokten, dat alles ogend als een obscuur modern kunstwerk - en ja: hij vond het prachtig. De samengeknepen longen als een langzaam uitgeperste sinaasappel die zich op hun maximum moesten zetten om een teugje lucht naar binnen te zuigen, een borstkas die werd platgedrukt als een nietige kartonnen doos, de heerlijke ademnood. En het hele schouwspel benam ook letterlijk je adem - hoe ironisch. De enige factor die als een veeg over zijn schildersdoek was, was het feit dat het joch, het wezen, hoe hij hem ook mocht noemen, geen moment zijn blik van hem af leek te scheuren. Die ijsblauwe ogen staarden recht in zijn ziel, hoewel hij toch een soort gewoonte had ontwikkeld zijn eigen ogen voor dat soort onbenul af te sluiten. Het toonde aan dat hij het hem kennelijk nog niet duidelijk genoeg had gemaakt. Dat hij in pure doodsangst voor zijn voeten door het stof moest kruipen, hem eren, huilend smekend om zijn leven.
Toch slaakte hij een klein zuinig lachje om zijn binnenpretje en zodra hij weer bekomen was knielde hij voor zijn tegenstander neer. Zijn vingers graaiden als klauwen door de zwarte lokken van de jongen, rukten hardhandig aan zijn haar om zijn hoofd dichter tot hem te dwingen, maar de handeling hoe hij de kin van de jongen op zijn schouder plaatste was zacht en beheerst. Zoals hij uiteindelijk ook de dood in zou glijden. 'I handed you lots of opportunities on a silver platter, but I guess what they say is true: in their last moments, people show you who they really are. And you, my boy, are indeed worthless,' siste hij zacht in zijn oor. Langzaam boog hij wat achteruit om hem zijn zwarte lokken en goudgele ogen te tonen, hem goed in zijn ziel in te laten prenten wie zijn leven nam en waarom. Zijn gewonde hand streek over de bleke huid van het wezen voor hem en besmeurde zijn gelaat respectloos met zijn bloed, alsof hij de Lie in het wezen hiermee nog voor een laatste keer wilde bereiken. Maar niet zonder een triomferende grijns op zijn smalle lippen. Spijtig. Hij verliet het leven nu al. Zeer, zeer spijtig. Hij had nota bene nog een troefkaart achter de hand gehad die hij met alle plezier op hem toe wilde passen, maar oh well. Er was altijd nog een tweede keer.
Van het met smoezelige vegen besmeurde gezicht van zijn tegenstander ging zijn blik naar zijn trillende hand die hij inmiddels had teruggetrokken, en van zijn bloederige handpalm werd zijn aandacht als een magneet aangetrokken tot een vreemde kolkende substantie, opeens als een dichte mist over de bosgrond verschenen om hem nu op zijn beurt met een mystiek gefluister te verzwelgen. Grovelijk schoten zijn verwijde ogen onder de tot een ernstige frons samengekropen wenkbrauwen terug naar het ijswezen dat hij zo beklemmend in zijn greep dacht te hebben. Hij wist dat de eigenaardige draaikolk van mist geen goed teken was, absoluut geen goed teken - maar voor hij op tijd weg kon komen werd hij met een enorme kracht tegen de bosgrond geworpen. Een kort ogenblik bleef hij klauwend door de aarde liggen. De lucht was uit zijn longen geslagen en zijn ribbenkast voelde aan als hout dat onder een brute kracht was versplinterd. Met nu genoeg afstand gecreëerd tussen hem en het onvoorspelbare wezen slaagde hij erin zich kuchend overeind te werken. En terwijl hij dat deed schoten de roofdierachtige ogen tussen verwilderde zwarte lokken rond om de situatie te peilen. Zijn slangen waren stuk voor stuk het laaiende vuur in geslingerd, nu niets meer dan rookslierten die richting de hemel rezen, en het ijsmonster dat tussen dat vuur in stond - bij Medusa.. Het had zijn armen tot wapens getransformeerd, als grote machetten van ijs met verraderlijke gekartelde randen. Maar ijs was nog steeds ijs, bedacht hij zich terwijl hij met een hand gedrukt tegen zijn ribben helemaal overeind kwam. Zonder enige blijk van emotie, misschien zelfs wel zonder enige blijk van leven, stond hij daar als een standbeeld, het joch vanuit zijn bovenste ooghoeken onheilspellend aanstarend terwijl hem werd toegeschreeuwd dat het wezen geen aas was voor zijn illusies - maar jawel. O, jawel.
Stap voor stap bewoog het wezen zich voort en verwijderde afstand, een blauwe gloed om zijn armen verspreidend als neerdwarrelende ijskristallen. En toch bleef hij staan en verroerde zich niet. Hij stond daar maar te staren, met zijn ene arm nog onder zijn middenrif gedrukt, zijn andere ontblootte arm waar hij eerder de mouw van af gescheurd had om zijn druppende hand te verbinden hangend. Zwarte vegen van het vuurspel waren zichtbaar op zijn schouder en biceps, de tatoeage die geen tatoeage was op zijn onderarm half verscholen achter de met bloed doordrenkte manchet van zijn overhemd die niet met de stof van de mouw mee wilde komen, en nu doelloos om zijn pols draaide bij iedere beweging. Langzaam maar zeker kwam hij in beweging, begon nu ook afstand te bewaren door achteruit te schuifelen. Sneller, maar niet te overhaast om over zijn eigen voeten te kunnen struikelen. Toen hij vond dat er genoeg distantie tussen hem en het wezen was, wierp hij plotseling in een ruk zijn beide armen omhoog, liet ze in een ruk ook weer neerkomen, gooide ze vervolgens opzij als in een omgekeerde T-vorm. En in die enkele krachtige beweging danste de vuurkring om hen heen mee: een vijftal reusachtige vlammen die zich losrukten uit het patroon van de kring en met het omhoog werpen van zijn armen oprezen als slangen, een vijftal vlammen die tegelijkertijd met de beweging daalden en zich in zijn geheel met een onvoorstelbaar geweld neerstortte op de directe tegenpool onder hen, waarna ze op puur toeval van de wervelwind van het monster rond begonnen te kolken. Het ijs als een blauwe stip dat ze moesten verzwelgen, want hun meester beviel dat en zij vormden al die tijd al zijn troefkaart. 'That would be me,' glimlachte hij scherts als uitgestelde reactie op Thomas' misselijkmakende zelfverzekerdheid.
WORDS;; 1125
Gast Gast
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] zo nov 03 2013, 22:21
-
Laatst aangepast door Lie op ma apr 17 2017, 15:19; in totaal 1 keer bewerkt
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: Wine and Whisky [Saf] wo nov 13 2013, 18:43
VOICE;;
Het vuur stortte tegen de aarde uiteen, als een vanuit de hemel gezonden meteoriet. De hitte daarentegen werd verzwolgen door een kille vlaag ijs en mist die in zijn gezicht sloeg en langs zijn oren suisde, zodat hij wel gedwongen werd om met stijf dicht geknepen ogen een beschermende arm voor zich te slaan. Voor een paar enkele seconden leek hij zich midden in een extreme sneeuwstorm te bevinden op Noord-Cassia, begin februari, wanneer de naaldbomen in de doodzwijgende witte wouden er zelf sidderden van de onverdraaglijke kou. Zijn zicht werd door de dikke opslaande mistvlagen totaal benomen, maar hij kon het blauw van het wezen achter al dat vage wit onderscheiden, en met een grijns besefte hij dat hij hem moest hebben geraakt. Een voltreffer, precies zoals hij het zich ook had voorgesteld. Bull's eye, omdat het ook niet anders kon. Niet in zijn door grootsheidswaanzin vergiftigde consciëntie. In bewustzijn of in onderbewustzijn: hij triomfeerde nu, overwon morgen en leefde voort om de ingrediënten rond te zaaien die de geestelijke gezondheid van een persoon konden breken. Inclusief zijn eigen toerekeningsvatbaarheid.
De rancune waardoor dit alles werd aangewakkerd dreef hem voort in zijn achterdocht. De heiligschennende ziel die hem uit zijn klauwen ontglipte: die kans was er. Die kans bestond. Hij wilde er niet aan denken, en hij wilde het mogelijk minder willen zien gebeuren. Niet voordat hij klaar met hem was, hij iedere lettergreep en iedere accentuatie van zijn gezicht zou kunnen onthouden en daadwerkelijk kon associëren met iets waar je met alle eer mee om moest gaan. Door het stof kruipen en buigen, of anders creperen en sterven. Misschien vandaag niet meer, maar wellicht in een volgend leven. De laatste vlagen van de onstuimige wervelwind sloegen al afzwakkend verscheidende kanten uit, als een centrifuge die zijn energie verloor. Tussen al het rondvliegend puin zag hij hoe zijn slangen meegevoerd werden door de krachtige wind en verdwenen in het niets. Hijzelf kon zich er tegen verzetten, maar terwijl hij met een arm voor zijn gelaat een wankelende stap achteruit zette besefte hij - aan de hand van de druk op zijn botten en zijn kortademigheid - dat hij niet meer over genoeg kracht bezat om nog een metershoog allesverwoestend vuur te creëren, of elke andere spreuk die hem veel inspanning en concentratie kostte. Het oproepen van de honderdkoppige schaduwslangen en de ontembare bosbrand die nog steeds aan het woud vrat hadden zijn tol geëist. En dus was het moment aangebroken om zijn laatste zet te maken. Er een nadrukkelijke punt achter te zetten. De beslissende climax.
Het plotselinge geluid van scheurend stof dat normaal rauw maar kort in de oren klonk ging door merg en been, als nagels over een kalkbord. Colberts en pantalons van topkwaliteit, gewonnen uit geweven stoffen in arme Raziaanse fabrieken, verhandeld door de elite. De dure prijskaartjes die aan de elegante kledij hingen deden er niet meer toe, werden naar de achtergrond gedwongen als een niets aanvullend feit nu het in enkele repen stof was veranderd, of wat daar ook van was overgebleven. Hij leek in persoon uit zijn eigen vel te groeien, de kleding scheurend onder zijn transformatie en enkel zijn mantel ongeschonden achterlatend. Het dwarrelde achter hem neer als een bewijs dat het ooit aan een man toebehoorde, want wat zich daar in alle glorie ontvouwde was niet langer meer een man, niet langer meer de Savador die anders zijn pogingen weer had opgepakt om hem aan zijn rapier te spiesen. Het zwarte haar dat warrig in zijn gezicht viel leek samen te smelten met zijn kaaklijn, en zijn kaaklijn spande zich langs zijn schouders uit terwijl hij toenam in lengte, breedte, maar vooral lengte. Langs de kruinen van de vlammende bomen leek hij zich in alle glorie uit te rekken tot een immens gedaante. Eerder immens lijkend door het langwerpige geschubde lijf en de zwarte halsflappen die aan de binnenkant twee felrode starende 'ogen' onthulde, als de blik van de duivel zelf. Een zwarte gevorkte tong flitste tussen solenoglyfe tanden naar buiten, die als spitse holle naalden voorin de bek zaten en zich bij de geringste beweging naar voren bogen, als waren het dolken die waren bevestigd aan elastieken. Robijnrode puntvormen tekenden zich af op de donkere schubben, vormden een heel patroon over de rug van het lange zware lijf.
De inktzwarte cobra richtte zich in zijn indrukwekkende lengte op onder een dreigend, haast oorverdovend gesis. Het vulde de lucht in een soort vreemd satanisch gelach, alsof er onnoembaar vele waterdruppels werden gemorst op een ovenplaat. 'Sssspoiling your very own liesss,' stootte de slang er in zijn monsterlijke gesis uit terwijl het in geamuseerde spot zijn kop in een dansend patroon naderbij bracht. Zo snel als dat zijn tong in- en uit zijn bek flitste, zo snel hapte hij opeens toe - maar miste. Een kluit aarde kwam weer klonterend op de droge bosgrond neer, enkel een kuil achterlatend van de snelle aanval. Het lange lijf kwam langzaam, rollend, glijdend in beweging - het had nog het meeste weg van een soort trein die traag maar soepel over een spoor voort tufte - en krulde zich uiteindelijk om Thomas heen. Een nietig menspersoon dat het leven opeens zo fragiel deed lijken. Nee - niet Thomas. Thomas was weg. Leek in ieder geval weg te zijn. Had plaatsgemaakt voor Lie. Een wanhopig snikkende Lie, als een driedubbele streep onder hoe nietig en fragiel hij nu was en hoe hij zich moest voelen. Glunderend staarde Savador op de verloren ziel neer terwijl hij traag langs hem heen gleed om zijn lijf om hem heen te wikkelen, de roofzuchtige ogen verwijdend met een gemoed van voldoening bij de bloedstollende verwachting van het gedraai en gekronkel van zijn prooi in zijn genadeloze greep dat hij binnen nu en korte tijd te zien zou krijgen, vast en zeker. Dit was veel beter, veel meer de moeite waard dan de manier waarop hij hem hiervoor had vernederd. Deze keer was zijn geest onder zijn jurisdictie.
Hij luisterde met een sadistisch jolijt toen Lie het in al zijn wanhoop uitschreeuwde. Hoewel hij het er zich op het moment niet bewust van zou zijn, riep hij inderdaad precies uit wat de hele wereld hoorde te weten, misschien al wel wist. Ieder detail, elk gevoel. En zodra hij de scherpe pijn in het spoor van geteisterde tranen over die eens zo trotse wangen zag uitstorten was het voor hem een bevestiging dat de akte werd verzegeld. Eén bleke wang oogde teer, bijna paars toen het uiteinde van zijn slangenstaart er als een genadeloze zweep tegenaan petste. 'Look at me,' siste hij terwijl zijn prooi mogelijke pogingen verrichtte om zich voorover te buigen, misschien in een poging op zichzelf om de waanzin binnenin zijn geest te ontkomen. 'LOOK AT ME!' Savador schreeuwde het nu uit, het hevige verlangen om de dichte leegte te zien in de ogen van een persoon die op het punt staat te sterven, als bij iedere bons van zijn hart door zijn aderen pompend. Het was alsof het het perfecte moment zou zijn geweest voor hem om de genadeklap te slaan. Alles was onberispelijk, niets eraan ontbrak. Behalve misschien het feit dat hij het niet deed. Het gebeurde razendsnel, wellicht zelfs te snel om met het blote oog te kunnen volgen: in de schaduw brak de droge bosgrond onder de bungelende voeten van Lie open en het volgende moment schoot er iets langs en donkers tevoorschijn dat zich direct doelmatig afvuurde richting de vitale punten. Saethion. Die hij vlak na zijn val nadat hij tegen de bosgrond was gesmeten uit zijn 'container' had gehaald in de tatoeage om zijn pols, die ene handeling verborgen gehouden toen hij deed alsof hij koortsachtig van de pijn door de aarde klauwde. Die nu zijn tanden in de keel van de jongen had geplant in de greep van zijn meester, zijn lijf bungelend terwijl hij zich vasthaakte in de huid en zijn dodelijke gif uit zijn klieren, in de bloedbaan van het slachtoffer perste. Surprise, surprise. Als de fatale, letterlijke vorm van 'het addertje onder het gras'..
Volledig in het thema van Valentijn staan er twee Events op het programma van de site. Beide zullen van start gaan vanaf 14 februari, dus houd de site zeker goed in de gaten.
Cupid Hearts: Verras vrienden of in game characters met een vrolijk hartje deze Valentijn. Met of zonder lief berichtje eraan vast. Anoniem of juist niet. Stuur je hartjes naar het account van Alpha.
Valentine's Dance:Vanaf 14 februari zal de grote zaal van de school omgetoverd worden tot een danszaal vol met eten, drinken en live muziek. Iedereen is welkom om aan dit algemene topic deel te nemen.
WINTER
Tijdens de winter is het terrein van de school in diepe rust. De meeste dieren zijn onvindbaar verscholen en de ijzige wind houd ook de leerlingen binnen. De perfecte tijd om met een kop warme choco naar de vallende sneeuw te kijken.