MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Light Klas: - Partner: You ain't nothing more then a distortion in a perfect taken photograph
Onderwerp: The letters are the answer. za okt 13 2012, 11:37
Het was laat in de nacht en Fwinn liep met een kalme pas door de gang. Zijn ogen gleden om iedere hoek. Het was sinds het bezoek bij Savador over de overeenkomst dat hij niet meer kon slapen. En de rede was hem volledig helder. Zijn kleding had een lichte donkere tint al werd dit alleen maar versterkt door de donkerte die door de gang heerste. Hij liep rustig verder, alsof hij wist waar hij mee bezig was. Hij hield ieder geluid scherp in de gaten. Leerlingen mochten niet door de gangen sluipen 's nachts en werd hij gepakt dan moest hij opnieuw beginnen. Zwijgzaam glipte hij een hoekje om. Hij hoorde ineens voetstappen. Hij drukte zich tegen de muur, fluisterde een spreuk en werd langzaam een met zijn schaduw. Hij zag een leraar nog net voor hem langslopen. Hij stond even stil. Zwijgzaam slikte hij maar hij liep door. Zijn ogen opende zich en zwijgzaam bracht hij zich los van de muur. Hij sloop achter de docent aan. Deze ging echter net een andere richting in op een gegeven moment zodat Fwinn zonder moeite verder kon. Hij kwam aan bij de deur van bestemming. Het kantoor van de hoofdmeester leek zo spookachtig wanneer het nacht was. Misschien was het wel met opzet gedaan, maar Fwinn liet zich er niet door van zijn doel slaan. Zwijgzaam pakte hij de klink vast. Besefte zich nu pas dat Savador nog laat in de nacht wakker kon zijn met zijn werk. Hij knipte eenmaal in zijn vingers. Het geluid schoot door de ruimte heen en gaf Fwinn en duidelijk beeld voor een aantal seconden wat er zich afspeelde achter de deur. Het weerkaatsende geluid gaf weer dat Savador op zijn bed lag. Zwijgzaam duwde Fwinn de deur open liep rustig naar binnen. En het werd bevestigd de man lag op zijn zij met de rug naar hem toe. Fwinn keek gelijk naar het bureau. Met een paar stille passen liep hij langs het bureau heen opende een lade. Het bekende doosje was niet te zien. Hij schoof er nog een open, weer niet. De onderste dan. Ook niet! Fwinn wilde het uitschreeuwen, dit ging niet makkelijk worden. Hij opende een andere lade. Na alles in zijn bureau gehad te hebben ging hij naar boven op het bureau zelf. Het doosje stond er! Fwinn pakte rustig het doosje vast en wilde het openen. Een klein lichtgevend vlammetje schoot er uit. Fwinn vloekte binnensmonds. Het leek alsof Savador dit al had zien aankomen. Fwinn bestuurde de luchtstromen en liet het vlammetje doven door de zuurstof weg te nemen. Zijn blik schoot naar het bed maar geen bewegingen te merken. Zwijgzaam ging Fwinn richting de boekenkast. Hij bestudeerde iedere boek. Echter hield hij halt bij de derde plank. Twee boeken waren identiek. Met zijn fotografisch geheugen. Zachtjes pakte hij beide boeken. Het leek allemaal zo onwaar wat hij deed en ergens hield hij Savador strak in de gaten. Het was heel slim geweest ze niet naast elkaar te zetten maar dit was zelfs voor Fwinn te makkelijk. Hij opende de ene, normaal zonder enige poespas. Echter de tweede was veel lichter. Hij opende de kaft en ja hoor, daar kwam het geheim. Er was een kamer gecreëerd door alle pagina's aan elkaar te maken een vierkant er doorheen te snijden en vervolgens de kaft er over heen te leggen. Een ruimte waar in een sleutel verborgen lag. Was dat? Fwinn keek naar de kast waar een lade in zat waar een sleutelgat in zat. Zijn oog was daar ook al op gevallen. Hij pakte de sleutel en stak hem er zwijgzaam in. En ja hoor daar kwam het stapeltje brieven tevoorschijn, netjes vastgebonden in een rood lintje. Wat Fwinn niet wist was dat Mealena als momentum haar lintjes van haar vlechtjes mee had gestuurd naar Savador. Zwijgzaam pakte Fwinn het vast en legde het op het bureau. Hij maakte het lint rustig los en opende zonder al te veel geluid het eerste envelop. Vluchtig begon hij te lezen. Hij moest het weten, wat had Savador zo kwaad gemaakt. Wat had Savador zo woest laten reageren. Met iedere woord dat hij las vergat hij de omgeving. Hij pakte de tweede liet de andere vallen. Hij las snel, vluchtig en nam ieder woord op. Eenmaal bij de laatste brief begon hij langzamer te lezen. Deze had ook Savador gelezen. Hij eindigde met de laatste zin en staarde beduusd naar de brief. Dit kon niet, dit was niet. Een harde klap deed Fwinn opkijken. De deur die hij open had gelaten was dichtgeslagen en een gestalten stond bij de deur. Een niet al te vrolijke blik kon Fwinn opmaken. Zijn blik schoot naar het bed, leeg! Hij slikte moeizaam de brok door zijn keel, afwachtend op wat het schoolhoofd zou doen en nog maar half beseffend wat hij nu werkelijk had gelezen.
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: The letters are the answer. zo okt 14 2012, 06:21
Doodse stilte in het kasteel. Al heersend op de gangen sinds half elf gisteravond, wat nu nog maar een paar kleine uurtjes geleden moest zijn. Normaal gesproken sliep hij enorm licht, maar zelfs dan lukte het hem om tot de ochtend door te slapen - en de momenten dat hij wakker lag in bed was hij alert. Vergelijkbaar met hoe een roofdier zijn rust benutte. Neem als voorbeeld een wolf, die de natuurlijke gewoonte was ingeworteld om om de tien minuten zijn rust te onderbreken, de omgeving in de gaten te houden. Het kwam zowaar op hetzelfde neer, en deels moest het ook de reden vormen waarom hij een tweede bed in een aparte zijruimte van zijn kantoor had geplaatst en soms hier zijn nachten doorkwam. Op het feit na dat hij ook Uda wilde ontlopen, niet te vergeten. Behalve dat ging het hier ook om iets anders. Het is al meer dan eens gebeurd dat een leerling, een collega, een stagiaire - wie of wat dan ook - een poging waagde 's nachts zijn kantoor binnen te glippen. Hij was een eigenaardig man en moest zo ook door velen gezien worden. En daar kwamen ook de geheimen aan te pas. Uiteraard dat hij bepaalde zaken verborg in de laden van zijn bureau of onder de valse bodem van zijn garderobe die beter niet door een ander paar ogen dan de zijne gezien konden worden. Kwesties die niet in de schijn van het daglicht bloot konden worden gesteld was hier misschien iets te overdreven - het kwam er in ieder geval wel dicht bij in de buurt. Lege bladzijdes vulden zijn schemerige verleden voor iemand die hem nauwelijks kende. Vrijwel niemand die ervan op de hoogte was of zelfs één van de niet-genoemde daden van hem zou verwachten, omdat hij nu eenmaal zelf zo gesteld was op orde en regelmaat. Hoe het ook gewend of gekeerd werd; bepaalde criminele zaken waren niet onbekend bij hem. Dus ja, natuurlijk was hij zeer gesteld op zijn privacy. Daarbij meegenomen ook een persoonlijke werkplek waarachter de deur hij al zijn ware gevoelens kon rondslingeren en zijn geheimen kon wegstoppen voor deze door iemand werden ontdekt. Op dit tijdstip was de blijvende wantrouwigheid voor zijn omgeving hem even ontglipt in de soezelige verdoving van de slaap. Dodelijk vermoeid was hij geweest, toen hij zijn bureau had ontruimd en naar bed was gegaan. En hij zou nog steeds dodelijk vermoeid zijn als hij er over een aantal uur alweer uit moest, maar een mens had zijn slaap nu eenmaal nodig. Zelfs als het leek alsof je die nacht helemaal niet geslapen had. Hij lag op zijn rug, zijn hoofd rustend op het kussen en recht en statig en zijn handen rustend op de deken die halverwege zijn borst was opgetrokken - alsof hij zelfs in zijn slaap de hooghartige uitstraling moest uitoefenen en de allesoverheersende leider uithing die hij trachtte te willen zijn. Zelfs de ondiepe frons ontbrak er niet aan. Het bed was van een onwennig kleiner formaat dan hetgeen wat in zijn kamer op de lerarenetage stond, en was geplaatst in een zijkamer. Natuurlijk niet midden in zijn kantoor, net als een klein deel van zijn garderobe dat aan kleerhangers in of aan de kleerkast tegen de muur hing. De zijruimte mocht dan niet al te groot zijn; het bood de nodige comfort en de privacy. Ook hier hadden ooit wiegjes gestaan, tegenwoordig vervangen door twee kleine bedden van kinderformaat. Vanavond had hij ze niet meegenomen, had er ook de tijd niet voor gehad. Daar had hij op drukke doordeweekse dagen een kinderjuf voor. Het ging hem steeds slechter af met het teisterende gevoel van isolement en de onvoldoening, had duidelijk een oppepper nodig wanneer het even kon. Het was aan hem te merken. Niet alleen door zijn houding. Het ging hier vooral om de verwarring die hem geen moment met rust liet - vooral niet na het laatste incident. Hij had een handjevol van Mealena's brieven van het stapeltje gepakt en verspreid verborgen. Hier, op zijn kantoor - maar ook in zijn persoonlijke ruimte, in de laden van zijn bureau in het vuurmagielokaal, onder zijn kussen, een aantal zelfs nasmeulend en nu niets meer dan as in de haard van de etage van de duistere magiërs. Puur met de bedoeling om het op die manier van zich af te zetten, te voorkomen dat iemand anders dan hijzelf er steeds tegenaan stuitte. Dat was precies ook het probleem waar hij niet op gerekend had; hij kwam het steeds weer tegen, overal waar hij kwam. De belangrijkste brief was tesamen met het overige ongeschonden deel echter bewaard gebleven. Dezelfde brief waardoor hij de controle over zichzelf verloor en in dat enkele moment het talent hem in de steek had gelaten om een vinger op alles te kunnen leggen. Het was ondenkbaar geweest. Zijn hoofd zakte iets opzij, zijn gelaat nu half belicht door het bleke maanlicht dat tussen de gordijnen door de kamer binnenviel. Niet bewust van wat zich in zijn kantoor zelf afspeelde, wie of wat er in het holst van de nacht ronddoolde en met welke bedoelingen. Vermoedens over die bedoelingen spookten pas later als duizenden onbeantwoordde vragen door zijn hoofd, toen hij half overeind schoot en iets meende te horen. Hij bleef even rechtop in bed zitten, zijn oren gespitst en zijn aandacht gefocust op de rondverplaatsende aanwezigheid naast de kamer. Opeens was hij klaarwakker. Behoedzaam sloeg hij de dekens weg, gleed het bed uit en greep naar een dunne nachtmantel die nog een groot deel van zijn ontblootte bovenlijf onbedekt liet, nu niet de tijd nemend om het dicht te knopen. In enkel dat en zijn pyjamabroek, schuifelde hij bij het bed vandaan. Hij stond daar in de deuropening, een vuist omklemd om de zoom van zijn nachtmantel en zijn haar ongefatsoeneerd. Allereerst met schrik op zijn gelaat, dat in een kille streep maanlicht zichtbaar was in het duister. In een fractie van een seconde ebde het weg om plaats te maken voor woede, zijn smalle lippen op elkaar geperst en zijn slangachtige ogen met een dodelijke blik gericht op het gestalte in het midden van de kamer. Fwinncendh. Omringd door de onnoembare brieven van het stapeltje waarin feiten stonden die niet voor zijn ogen waren bestemd. 'Saethion!' siste hij hees door het vertrek, zijn stem trillend en onstabiel. Terwijl hij al naar de deur liep om die met een klap dicht te trekken en in een robuuste handeling op slot te draaien, schoot de Raziaanse Reuzencobra op het bevel van zijn meester al fel sissend overeind. Zijn halsflappen waren dreigend opgezet, en op nog geen vijf centimeter afstand van Fwinns neus verwijderd sloeg de gevorkte tong flitsend in zijn gezicht terwijl de slang waarschuwende golvende bewegingen met zijn lijf maakte en de indringer onder dwang hield met zijn haast hypnotiserende blik. Vrijwel op gelijke hoogte, en dan had hij zich nog niet eens in volledige lengte opgericht. Savador verspilde er geen enkel woord aan, maar beende op furieuze wijze op de jongen af om hem met trillende, dun op elkaar geperste lippen aan zijn haar tegen één van de boekenkasten te werpen. Dossiers en boeken daalden vervolgens neer en bezaaiden de vloer, maar hij stapte er met ruisende nachtmantel overheen. 'You've gone too far, boy.' Het kwam er voor zijn doen nu nog zacht en griezelig kalm uit. Schijn, want de bevende ondertoon in zijn stem ontbrak er niet aan. Ruw hield hij een onderarm tegen Fwinns keel gedrukt terwijl hij zich over hem heen boog en daarbij een knie in zijn maagstreek plantte. 'Wat heb je gelezen?!' siste hij in zijn gezicht. Zijn giftige slangachtige ogen schoten woedend over Fwinns gelaat, afwachtend op de reactie die naar zijn gevoel te lang op zich liet wachten. En geduld was gebrekkig in zijn woede. Hij zoog de lucht kwaad tussen zijn bleke lippen terwijl hij zijn handen om Fwinns schouders klauwde en hem wild door elkaar schudde. 'Ik vraag je WAT je hebt GELEZEN!' barstte hij een moment later uit, waarbij hij met een verbeten trek van razernij en radeloosheid op Fwinn neerstaarde. Verblind door de woede waardoor hij ook niet inzag hoe Fwinn door zijn handelingen iedere keer hard met zijn achterhoofd tegen de vloer beukte. Hij wilde een antwoord op zijn vragen, waar hij godverdomme het vuile lef vandaan had gehaald. Hoe hij überhaupt was binnengekomen om zijn gekwel te vervolgen. Alsof de laatste keer nog niet genoeg was geweest.
Kristh .
PROFILE Real Name : Little pig Posts : 301
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Light Klas: - Partner: You ain't nothing more then a distortion in a perfect taken photograph
Onderwerp: Re: The letters are the answer. zo okt 14 2012, 20:18
Fwinn zette zich schrap toen het schoolhoofd iets zei. Hij zette een stap naar achteren en wierp de brief op het bureau toen een mensengrote slang met dreigende verspreidde nekvellen tegenover hem stond te deinen. Hij bewoog geen spier. Pas toen het schoolhoofd in actie kwam zette hij een stap weer naar voren en zette zich schrap. Hij wilde zich verzetten maar de duw deed hem naar achteren vallen en zijn hoofd goed stoten tegen de kast. Deze schudde zo hard door de klap waardoor een aantal dossiers en administratie naar beneden donderde. Fwinn wilde zich klaar maken voor de volgende zet toen een arm tegen zijn keel drukte en hij hapte even naar adem toen het knietje in zijn maagstreek terecht kwam. Hij zakte door zijn knieën hoorde maar half wat het schoolhoofd zei. Het schoolhoofd pakte vervolgens zijn schouders vast om hem vervolgens door elkaar te schudden en Fwinn nog een aantal klappen te verduren kreeg. Het ging te snel, en de pijn greep hem op verschillende plekken aan. Fwinn kon niet helder nadenken laat staan een antwoord vormen. Fwinn had even een helder moment in de klappen en greep met zijn hand de keel van het schoolhoofd vast en kneep er in om zijn luchtwegen te vernauwen. Hij duwde wat naar achteren en zo het schoolhoofd van hem af. Fwinn kwam moeizaam overeind en legde een hoofd op zijn achterhoofd. 'Men...' mompelde hij vloekend. Hij wankelde wat en zocht steun tegen de muur. 'Wat ik heb gelezen...' herhaalde hij hees met een lichte dreigende ondertoon. Hij herstelde zich langzaam en kwam overeind. Hij had een hatelijke blik in zijn ogen. 'Waarom....' sprak hij nog hees. 'WAAROM!...' tierde hij net zo hard terug. 'Where the....' begon hij in het shadraans. 'WHERE THE BLOODY HELL WHERE YOU!....' sprak hij verhit. 'Al die tijd heeft mijn moeder lopen ziek wezen en jij zit in je kantoortje te zitten...' sprak hij. Zelfs met zijn woorden was hij van slag. 'Wat ik heb gelezen...' kwam hij terug. 'En dat is een manier om je zoon te behandelen?' sprak hij heftig terug. Hij schudde zijn hoofd. 'Het kan niet! Het kan gewoon niet! Ze was ziek! Wist niet wat ze schreef...' sprak hij alles ontkennend. Hij keek Savador verhit aan. Zijn haar was door de war zijn ogen brandend van de opgekropte tranen die hij in hield. 'Ik zwerf een half jaar over Shadra, ik heb me levenloos gezocht naar de man die mijn moeder wilde spreken. En dan blijkt die zelfingenomen zak mijn vader te zijn!...' sprak hij verhit. Hij haalde gehijgd adem en zette en stap opzij om meer afstand tussen de twee te maken. Hij stond nu met dezelfde afstand van de enige uitgang verwijderd. Zowel de raam als de gesloten deur zou een vluchtroute kunnen worden voor Fwinn. Hij wilde weg hier maar iets zei hem dat blijven misschien nog wel een sprankje hoop voor zijn vader zoon relatie zou kunnen brengen. Fwinn zijn ogen stonden verhit en hij beet zijn kaken op elkaar. 'Ik geloof het niet...' sprak hij kalm. 'Ik ga studeren voor mijn toekomst, voor mijn baan en wat blijkt, het schoolhoofd is mijn vader! En hij is er niet eens blij mee!...' begon zijn stem rustig maar verhitte zich weer op het moment dat hij de woorden weer sprak. Hij sloeg zijn vuist verwoed op zij die met een klap tegen de stenen muur kwam. 'Ik heb zo verhalen over u gehoord, een ding is zeker. Jij blijft uit de buurt van Noëla...' sprak hij ijzig dreigend. Noëla was niet de lelijkste en zeer naïef dus een perfect slachtoffer voor het schoolhoofd. 'U mijn vader? Vergeet het...' sprak hij toen meer tegen zichzelf. Hij zuchtte en hield zijn vuist gebald tegen de muur terwijl hij het schoolhoofd met stekende pijn in zijn hoofd in de gaten hield.
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: The letters are the answer. di okt 16 2012, 20:57
Geen greintje berouw, nergens. Waarom zou hij ook? Deze jongen had al veel te veel gezien en gelezen. Fwinncendh Sathandiai. De spot en hatelijke minachting droop er in dikke giftige klodders van af als hij de twee namen alleen al in zijn hoofd hoorde galmen, hem in een eindeloze echo hoorde naroepen die hem krankzinnig maakte. Het was niet waar! Wat wel degelijk de vuile waarheid was, was voor hem het toppunt van ontkennen, want het was bij Medusa niet waar! Zelfs als het zijn zoon was, waar waren de overduidelijke slangachtige eigenschappen die zijn familie al generaties lang eer aan deden? Geen bleke huid, roodkleurige ogen, een lelijk litteken op zijn wang, al om al eerder een hondsachtig uiterlijk dan een serpent in menselijk gedaante. Dit joch was door en door mislukt. Een misselijkmakend schepsel in zijn ogen, en niets anders dan dat. Als het kon zou hij hem hier ter plekke elimineren, zichzelf verlossen van de knagende wrok - maar het kon niet, net zoals dat de wetten en de angst om een slecht beeld over zichzelf af te roepen hem ervan weerhouden hadden om LaFee van kant te maken. Hij was nog verder van huis als de media erachter zou komen dat het zijn eigen zoon was geweest. Sterker nog; hij zou een gevangenisstraf worden opgelegd, waar ze direct ook al zijn andere criminele daden konden naspeuren en er de grote kans bestond dat hij voor de rest van zijn leven niet meer vrij kwam. Waar was Mealena om hem te helpen? Waarom had ze hem veel te vroeg verlaten? De trut. Ja, hij had gerouwd om haar, zijn ogen uit zijn kop gejankt wanneer hij er honderd procent zeker van was geweest dat niemand dit kon zien. Maar nu dit joch hem weer lastig kwam vallen om zijn schuldgevoelens en zijn fouten wat dat betreft letterlijk in zijn gezicht te slaan, voelde hij meer woede opkomen dan verdriet. Gewoon een jaartje meer - of ze niet gewoon een klein jaartje meer vol had kunnen houden om haar zieke lijf naar de egocentrische zak te slepen waar ze een fijn nachtje mee had gespendeerd om hem vervolgens uit de brand te helpen, want hij wist zich geen raad meer. Liet hem gewoon maar achter met de ellende. Alsof hij nog niet genoeg aan zijn hoofd had! Hoe ze het in haar leeghoofdige hoofd had gehaald om niet meteen een abortus te laten plegen; kindermoord, maar wat kon iemand als hij dat nu schelen? Het was gratis, verdomme! En je kende het kind toch niet, dus why bother? Ze had het weg moeten laten halen, dan had hij nu verder met zijn leven gekund. Ze wist bij God niet wat voor mislukt leven hij leidde, hoe hij iedere dag zijn uiterste best moest doen om alles op de rails te blijven houden. Hijgend in zijn woede staarde hij neer op Fwinn, de afgetogen jongen in benauwenis en woedende onbegrip neergedwongen tegen de vloer als een zwakke geest van iemand die hij zojuist had meegeholpen het leven te laten. Hij snakte ternauwernood naar adem die vervolgens in zijn keel bleef stokken bij de hand die zich om zijn luchtwegen sloot. Zijn goudgele ogen fonkelden furieus terwijl het ervoor zorgde dat hij alleen nog maar meer druk op Fwinns lichaam uitoefende. Ook zijn bleke handen knepen zich als de klauwen van een hongerig roofdier om Fwinns keel, beefden onder de hoeveelheid spierkracht die hij in zijn greep stopte. Bij zijn slaap zwol een ader zich zichtbaar op. Uit inspanning krulde zijn trillende onderlip zich iets om en verriedde hoe strak hij zijn kaken op elkaar had geklemd en hoe gemeend zijn poging was. Hij was al te ver gegaan, maar om hem dit ook nog eens aan te durven doen; behoorlijk foute zet. En hij zou zijn poging hebben voortgezet, zou niet hebben gestopt tot het hoofd van het joch opzij zakte en zijn verslagen lichaam zich verslapte onder zijn lichaam als Fwinn zich niet had weten te bevrijden. Zijn verblindende woede kon gevaarlijk zijn, ook voor hemzelf. De fouten die hij begaan had waren niet zozeer voortgekomen uit de drang dat hij het echt gewild had; het was de razernij die hij niet kon beheersen. Het diepgehaatte schoolhoofd die de schaduw vormde van de Shadraanse gentleman met zo zijn eigen charmes. Hij herstelde zich, kwam overeind, deinsde wankelend achteruit zonder hierbij zijn ijzige blik van Fwinncendh af te scheuren. Tussen de gitzwarte lokken die verwilderd in zijn gezicht waren gaan hangen hield hij hem strak in de gaten, peilde zijn reacties. Gereed om in de aanval of verdediging te schieten, afhankelijk van wat hij zou doen. Zijn borst en schouders gingen onder zijn gejaagde ademhaling snel op en neer terwijl hij toekeek hoe Fwinncendh zich vloekend en strompelend hervond. Vanuit zijn ooghoeken zag hij Saethion zich in flitsend snelle bewegingen verplaatsen in de richting van de deur, zoals alleen een slang dat kon. Zijn blik schoot terug naar Fwinncendh toen hij begon te spreken. Eerst hees, vervolgens de woede die de overhand nam en zijn woorden uit lieten mondden in geschreeuw. Savador bleef hem alleen maar strak aanstaren, verplaatste zich intussen zo onopvallend mogelijk met zijn rug schuifelend langs de boekenkasten en wanden om in welke positie dan ook in het voordeel te blijven. Waar in vredesnaam had de dwaas het over? Ach, dus het werd zo gezien. Hij was de boosdoener in deze zaak, de vader die niets van zich had laten weten. De vader die absoluut geen idee had gehad van zijn bestaan maar er tegelijkertijd wel voor hem had moeten zijn. Hoe kon het ook anders, het gebruikelijke. Je zag het ook bij scheidingen of kwesties van vreemdgaan; de vader had er altijd de schuld aan, de moeder werd afgeschilderd als de wezenloze ziel. 'Je bent mijn zoon niet en je zult het ook nooit worden!' siste hij hees door het duister, niets meer dan een zwart silhouet tegen de donkere muur. Enkel zijn ogen schitterden en gaven aan waar ergens in de kamer hij zich schuilhield. In feite stond hij nog niet eens zo heel ver van Fwinn verwijderd. Het joch ging door met zijn getier, beschuldigde hem van zaken waar hij zelf niet eens het fijne van wist. Hij beet zijn tanden stevig op elkaar, de opgezwollen ader begon nu lichtjes te kloppen. 'ZIEK OF NIET;,' blafte hij half door Fwinns zin heen, hem nauwelijks de kans gunnend om hem uit te laten spreken, 'Ik DENK er nog niet eens over de voogdij over jou op me te nemen! Het zal me benieuwen of je minstens een paar werkende hersencellen daarboven hebt, maar herinner je ook even het feit dat ik al twee kinderen héb en geen menselijk ongemanierd schande in mijn leven kan gebruiken dat achttien jaar niets anders dan enkel de binnenkant van een sardienblik heeft gekend!' De versnelde ademhaling, de ader die alsmaar groter werd, zijn stem die zich bij iedere nieuwe zin steeds luider begon te verheffen. Hij had zichzelf amper meer in de hand, wist dit, en nog steeds lag het niet in zijn kunnen om dit nu onmiddellijk af te kappen voor ze elkaar letterlijk de hersenpan in begonnen te slaan. In plaats daarvan naderde hij de jongen tijdens zijn tirade schuifelend dichterbij, in de hoop dat zijn woorden zo helderder overkwamen. Hij zwierf een half jaar over Shadra, in een hopeloze zoektocht naar de man die in verband stond met zijn moeder; oh boehoe, hij voelde de tranen voor zijn leed al opkomen. De gemaakte medelevende uitdrukking op zijn bleke gelaat moest boekdelen spreken, en hij had er nog een rake opmerking achteraan gesmeten als Fwinn niet dat ene gezegd had en hem uitschold. Zelfingenomen zak? Abrupt verstijfde hij midden in zijn beweging, zijn slangachtige ogen iets verwijd en met oprechte withete woede starend in die van Fwinn. Voor hij zichzelf tegen had kunnen houden, had zijn arm zich in een robuust gebaar al opgeheven om zijn hand met smal op elkaar geknepen lippen neer te laten komen. Een luide pets door het donkere kantoor volgde, op diens beurt weer gevolgd door een akelig lange stilte. Zijn vlakke hand was nog opgeheven na de slag. De woede in zijn grote starende ogen werd nauwelijks gedoofd toen hij zag dat zijn toedoen een rode plek op Fwinns wang had nagelaten. 'Never,' lispelde hij hees, 'insult me again!' Het bloed uit zijn nu hevig bevende lippen was weggetrokken, af en toe een glimp van zijn tanden doorlatend die hij op elkaar probeerde te klemmen om zichzelf ervan te weerhouden niet verder dan dit te gaan. 'Waar je het achterlijke lef vandaan haalt!' voegde hij er half fluisterend aan toe, maar dat zijn woede er beslist niet minder op maakte. Respect, bij Medusa! Was het zo moeilijk? Twee vingers grepen zich naar zijn neusbrug, die hij met gesloten ogen vastgreep terwijl hij zich ietwat duizelig van Fwinncendh afdraaide. Medicijnen. Hij had ze sinds kort sinds er misschien sprake was van de ziekte van Bechterew, hernia of een of andere nog onontdekte zeldzame aandoening en kon nu goed een kleine dosering gebruiken. Het ging hier in ieder geval niet enkel om zijn rug. Zijn hele lichaam leed eronder, en hij was absoluut niet van plan nu een terugval te krijgen door de aanwezigheid van deze schoft. Langs zijn duim en wijsvinger richtte hij zijn wazige blik weer op Fwinn die nu iets stond te wauwelen, om hem even aan te blijven staren tot zijn zicht weer volledig bijtrok. Hij hoorde hoe zijn bloed in het hoogtepunt in zijn oren suisde, en hoe zijn eigen luid in zijn hoofd bonkende hartslag zelfs even kort de woorden van de jongen overstemde voor deze tot hem doordrongen. Automatisch zwelde er een binnensmonds gelach van zijn kant aan. Eerst zacht, daarna steeds harder. Tot hij slap zijn hoofd in zijn nek had gelegd en hij er haast bij stond alsof hij de slappe lach had, schaterend richting het plafond. Zijn bovenlichaam schudde ervan op en neer, zijn ademsappel rolde door zijn keel. Nog nalachend rechtte hij zijn hoofd weer om zich tot Fwinn te wenden, en veegde tot slot met een 'aah' langs zijn ooghoek om de tranen met een duim weg te vegen. Onvoorstelbaar. Hij was nog dommer dan hij dacht. 'Dacht je werkelijk dat ik je na dat alles in de armen zou sluiten?' vroeg hij uiteindelijk zacht. Zijn mondhoeken hadden zich opgetrokken tot een smalend glimlachje. 'Je inpeperen voor alle leuke momenten die we in een misselijkmakend vader-zoon relatie vanaf de dag van vandaag horen te delen? Eeuwigdurende vrede, dolle pret iedere dag, geen wolkje aan de lucht, want alles is wel?' Zijn hele houding nam in een oogwenk weer de kille uitstraling aan. 'Wel, ik zal je vertellen dat dat zelfs in fantasierijke sprookjes waar je met je puberbrein nog in blijft hangen nooit lang duurt. Kom tot de realisatie, jongen! Hoe had je verwacht dat ik verdomme dan zou reageren? Dat onbenul komt zomaar mijn leven binnengedrongen als een hardnekkig parasiet, gooit het zonder besef om, verplicht mij vervolgens om het weer op orde te krijgen - Hier ben ik, pappie, ben je niet blij?' Om zijn sarcasme bij te dragen zette hij een hoog stemmetje op, zwaaide in enkele spottende huppelpasjes met zijn handen om Fwinncendh na te bootsen. De woede had zich weer langzaam in zijn stem en houding gemengd. Zijn mondhoeken hingen weer strak omlaag, de zichtbare pret was van zijn gelaat gedropen om plaats te maken voor de ijzige trek op zijn gezicht. 'NEE!' vulde hij snauwend het antwoord in op die retorische vraag. 'God, dan zal ik je één ding bijbrengen en duidelijkmaken dat je NOOIT geboren had mogen worden!' Een flinke por tegen Fwinns borst zette een driedubbele streep onder zijn woorden, want verdomme; hij kon niet duidelijk genoeg zijn. 'Ik heb alle recht om zo te reageren, hoor je me?' vroeg hij plotseling zacht terwijl hij zijn gezicht dichter bij dat van Fwinn bracht. 'IK HEB ER ALLE RECHT OP! IK HEB ER - FUCKING GOD'S SAKE - ALLE.. RECHT - OP..' Hysterisch sloeg hij op zijn borst terwijl zijn overslaande stem in volume afnam door het gebrek aan zuurstof, en eigenlijk gewoon het feit dat hij niet eens de moeite nam om adem te halen. Moest iedere ademteug gebruiken om het duidelijk te maken, want dat klerejong begreep het niet en zou het ook niet kunnen begrijpen. De trek over zijn gelaat werd haast pijnlijk, de blik in zijn halfdicht geknepen ogen gericht op Fwinn bijna smekend. Het kon zelfs zielig genoemd worden. Zijn mond was verwrongen alsof hij ieder moment in huilen uit kon barsten, maar dat was enkel de frustratie die het zo liet lijken. En de steken in zijn borst als een grote gebalde vuist die zich om zijn hart had gesloten en het orgaan bij iedere steek samenperste. Net op tijd slaagde hij erin zichzelf uit de fase te rukken voor hij hier weer ineengekrompen op de vloer lag, deinsde traag weer achteruit. Zijn hand tegen zijn ontblootte borst geklauwd, alsof hij zijn hartslag ervan wilde behoeden om niet net als de vorige keer op hol te slaan. Dat kon nog eens zijn dood worden. Zijn ogen flitsten weer naar Fwinn toen de jongen geen genade leek te willen tonen en hem voor handelingen waarschuwde die hij nog niet eens in zijn hoofd had gehaald. Een verontwaardigd geluid ontsnapte uit zijn keel terwijl hij zijn ogen tot spleetjes kneep. 'Hoe durf je?!' stootte hij er in een hese fluistering uit, zijn smalle lippen weer op elkaar geperst. Langzaam wees zijn arm opzij richting de deur - wetend dat die nog op slot zat, maar dat hij ook op magische wijze in een vingerknip kon ontgrendelen. 'Verdwijn uit mijn ogen,' beviel Savador met een zachte maar trillende, vastberaden stem. Hij sloot zijn ogen even in een poging zichzelf te bedaren. 'Verdwijn NU - ' zijn ogen schoten waarschuwend open - '- uit mijn ogen.' Hij wilde hem niet meer zien of spreken. Kon hem niet meer luchten of zien. Niet meer - dit was voor hem echt de allerlaatste keer geweest. Maar als een allesverwoestende plaag wist hij dat Fwinn terug zou blijven komen, tot het joch alles tot in het precieze detail wist wat hij wilde weten over zijn verleden, zijn moeder - álles wat de bemoeizuchtige rat volgens hem niets aanging.
Kristh .
PROFILE Real Name : Little pig Posts : 301
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Light Klas: - Partner: You ain't nothing more then a distortion in a perfect taken photograph
Onderwerp: Re: The letters are the answer. wo okt 17 2012, 17:53
Wat zou er gebeuren wanneer je olie en vuur in een gesloten ruimte zette. Nou de sitautie die hier afspeelde kon het goed weergeven. Fwinn schreeuwde zijn woorden als tirade op Savador af. Het kon hem niet schelen al vond de man een weerwoord. Het kon hem niet schelen al zou de man woedend worden en hem de huid volschelden. Het kan hem niet schelen wat de man voor lichamelijke pijnen bij hem zou uitvoeren. Het was niets vergeleken met de pijn die hij de eerste achttien jaar van zijn leven had gevoeld. Het was hetzelfde als dat je een eurocent aan een miljonair gaf. Hij zweeg en hield zijn vuisten gebald in een offensieve houding, maar hij deed niets. Hij voerde niets uit. Na zijn woorden walm kwam Savador's tirade terug. De woorden van Savador deden hem geen pijn, in tegenstelling, hij had ze vaker gehoord. Iedereen noemde hem een dom iemand de jaren dat hij op straat gezwerft had was het vaker te oren gekomen dat hij een goed-voor-niets was. Hij beet zijn kaken verhit op elkaar. Zijn woorden over geen voogdij lieten hem grinnikend staan. 'Alsof ik u überhaupt wil accepteren als mijn vader! Kom op, ik kan mijn eigen boontjes doppen, for god's sake!' sprak hij verhit terug. 'Ik ben misschien een van de weinige studenten hier die al werkt, ik krijg een royaal loon op mijn rekening gestort voor ieder uur dat ik werk, nog maar te zwijgen over wat ik krijg betaald als bonus voor iedere opdracht die ik fotografeer...' sprak hij kalm. 'Ik kan op mezelf wonen als ik niet hoefde te studeren!...' sprak hij verhit terug. 'Denk je nou echt dat ik zo'n schaamteloze vader nodig heb die zich vergrijpt aan kinderen nog jonger dan de gemiddelde leerling hier. Die niets als alleen maar om zichzelf en zijn dochter en zoon geeft.' sprak hij met een verhitte stem tegen. 'Dan mag ik nog zo veel indrukken gemist hebben in mijn leven! U bent niet degene die mijn keuzes gaat beoordelen! Misschien bent u wel degene die te weinig hersencellen heeft, u bent degene die constant in de zelfde waan leeft. Misschien moet u maar eens wakker worden!...' sprak hij terwijl hij zelf bewust het schoolhoofd de les las. Hij maakte het schoolhoofd nog uit voor zelf ingenomen zak maar hij zag aan het schoolhoofd dat het net een stap te ver was. Dat hij dat beter niet had kunnen zeggen. Hij zette en stap naar voren en liet zien dat hij geen angst had. Zijn armen in defensieve houding voor zich terwijl hij zich schrap zette voor een mogelijke nieuwe pijn. Echter was het een simpele slag van de hand tegen zijn wang waardoor zijn hoofd wat opzij sloeg en hij even voor zich uit keek. Een corrigerende tik mocht Fwinn het niet noemen, hij was immers geen zoon van Savador, aldus de man zelve. Hij beet zijn kaken op elkaar en balde een vuist. Hij wilde uithalen maar hield zich wijselijk in. De man begon vervolgens over wat hij dacht dat Fwinn dacht. Hij liet hem gaan maar Fwinn vond dat hij een stap te ver ging bij de laatste woorden. Hij greep Savador ruw bij zijn kraag en duwde hem tegen de zijkant van de boekenkast terwijl in de beweging Savador's hoofd op zijn beurt tegen de kast vloog. De kloppende ader, die net aan de andere kant van zijn gezicht zat dan die van Savador, klopte nu ook. 'Nee!...' sprak hij sissend tussen zijn tanden door. 'Maar wat ik wel had verwacht was op zijn minst een andere reactie. Ik had geen hoop goede momenten met je verwacht. Ik had nooit verwacht om aan je te hangen als parasiet waarbij ik alleen maar om geld vraag aan je. Ik kan zelf rond komen, ik heb zelf een loon, remember!...' sprak hij in op de woorden. Hij hield Savador in een stevige grip vast en keek hem verhit aan. 'Maar gelijk iemand aanvallen...nee! Dat ook niet. Ik had op zijn minst nog een keer een goed gesprek met je willen voeren. Een steunpilaar op het moment wanneer het mij moeilijk zit. Eentje die me dingen zelf laat oplossen wanneer ik het moeilijk heb maar er op zijn minst laat merken dat ik er niet alleen voor sta. Ik hoef geen zandkastelen met jou te bouwen op een Shadraans strand. Wat ik had verwacht was iemand die zich als vader opstelde tegenover een volwassen zoon. Maar wat ik terug krijg is niets meer dan een opgebranden kaars! En het ergste is nog wel, Mealena had haar verwachtingen. En alles wat je hier uitvoert gaat er tegen in. Ze stuurde me niet voor niets naar je toe met de brieven. Ze dacht juist dat je blij zou zijn!' sprak hij tegen de man terwijl hij ruw de kraag los liet en hem bewust nog een duw gaf om vervolgens een stap weg te zetten van hem. Hij had al doorgehad dat de slang bij de deur stond dus een uitweg was er niet. Fwinn zijn ogen stonden verhit in die van Savador toen hij zei dat hij nooit geboren had mogen worden. Normaal zou de stekende woorden een kind kunnen breken. Fwinn hield zijn trots echter en stond met gebalde vuist tegenover de man. 'Nee, misschien niet....' stemde hij verbazingwekkend in op de woorden van de man. 'Misschien niet nee!' sprak hij. De man begon echter heftig te reageren wat al weer snel afzwakte. Hier gingen we weer, de man zwakte af. Maar Fwinn was zo gefrustreerd dat de handrem geen nut meer zou hebben. 'Hoe ik durf!...' sprak hij heftig. Hij liep naar Savador toe en greep hem bij zijn kraag en trok hem wat naar zich toe. 'Hoe durf jij kan hier beter gevraagd worden...' sprak hij met een hatelijke ondertoon. 'Je bent een man van vijftig en je hebt twee kinderen met iemand van mijn leeftijd. Ze had je dochter kunnen zijn, idioot!...' schreeuwde hij heftig in zijn gezicht. Stak hij de zwaard van heftige beschuldigen in Savador. Hij had zijn huiswerk gedaan over de man, hij had enkele daden weten te ontfrutselen. 'Zolang je maar duidelijk door hebt dat je weet van welke personen je af moet blijven...' sprak hij met een verbeten woede. Hij hoorde Savador hem bevelen de ruimte verlaten. 'En nu moet ik ineens gaan. Ik dacht het niet, niet voordat ik duidelijk weet waarom je er niet was! Waarom je mijn moeder in de steek had gelaten wanneer zij het nodig had. Je mag dan wel volgens een stervende vrouw mijn vader zijn, maar het geeft je nog geen gezag over waar ik heen ga.' sprak hij. Hij wist niet beter, hij had zelf zijn conclusies getrokken. Hij had enkel gelezen hoe het komt dat hij zou oud was geworden en dat Savador zijn vader was. Fwinn was echter drukker bezig met waarom zijn vader er nooit was geweest voor hem. Fwinn liet Savador los en balde een vuist. 'Dus vertel! Waarom was je er niet op het moment dat ik wakker werd uit die verdomde kist waar ik achttien jaar in heb gezeten!' sprak hij woedend terwijl hij zijn vuist opzij sloeg.
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: The letters are the answer. za okt 20 2012, 23:35
Zijn walging was terecht. In zijn ogen wel. Dit vreselijk naïeve joch, gebroken en onbegrepen en broos door het leed dat hij door alle zwartgallige voorafgaande jaren met zich meedroeg; kapot gemaakt door de jeugd die hij nooit had gehad, het straatleven dat hem hard had gemaakt. Het deed hem aan zichzelf denken, en God, hij haatte het. Die periode had hij al ver achter zich liggen. Na jaren van moeite en moeizame inspanningen was hij erin geslaagd dat hoofdstuk af te sluiten - geloofde hij, althans. Waarom was het voor een enkele jongen zo gemakkelijk om dat alleen al met zijn verschijning allemaal weer teboven te halen? Onbewust, dat wel. Het maakte weinig verschil voor hem. Het was bespottelijk. Hondsbrutaal, dat was het centrale woord dat hij tesamen met Fwinncendhs naam in één zin kon plaatsen. Tuurlijk kon hij zijn eigen boontjes doppen; daarom kwam hij hier vast ook in alle frustratie bij hem aan om allerlei verwijten naar zijn hoofd te slingeren. Ook al mocht het zo zijn dat hij hem absoluut niet als zijn kind wilde aanvaren; het deed hem iets te horen dat hij niet als vader werd geaccepteerd. Niet dat hij het zo graag wilde, laat staan dat hij had verwacht het te horen. God, nee. Maar hij had hem verdomme wel op de wereld gezet. En kennelijk was het joch er ondanks alle verloren jaren wel voldaan over, nam er het profijt van om carrière te maken. Een beetje dankbaarheid kon er wel van af. Wat hij ervoor terug kreeg was alle schuld over de wijze van zijn bestaan. Bij Medusa, hij was niet degene geweest die had besloten om hem in een of andere capsule te plaatsen en hem in rap tempo te laten verouderen. Misschien was het zelfs beter geweest als Mealena het kind na de geboorte had gelaten zoals het was en hij er de zorg over had genomen. Dan had hij nog alle kanten met het joch opgekund, hem zelf kunnen kneden en klaarstomen voor alles wat hij van zijn kinderen verwachtte om te gaan doen. Maar nu? Nee. Hij was al mislukt. Zijn leven was al mislukt. Tenzij hij als de wiedeweerga die camera wegdeed en rechten ging studeren, iets in die trant. Maar dit deel van zijn jonge leven kon niet meer overgedaan worden, en het tergde hem. Zoals hij nu was, was het joch niet veel beter dan hij geweest in zijn kinderjaren. En maar koketteren met hoever hij het al wel niet geschopt had, hoeveel hij wel niet betaald kreeg en hoe goed hij voor zichzelf kon zorgen. Dwaas. Dat was het enige wat hij erover kon zeggen. Wat een geesteloze imbeciele dwaas. 'Good gracieus me, give this boy an encore!' spuwde Savador uit waarbij hij met een bekrompen grimas zijn hoofd van hem wegdraaide. Wat verwachtte hij dat hij nu ging doen? Voor hem klappen? Hem aanjoelen hoe fantastisch hij was? Zijn felle slangachtige ogen boorden zich met pure spot in die van Fwinncendh toen hij zijn hoofd weer naar hem terugdraaide. 'Een fotograafje?' De vragende, verachtende toon ging samen met de verwrongen trek die langzaam maar zeker over zijn gelaat kroop. 'Een nietig fotograafje dat zijn brood voor de rest van zijn leven tracht te willen verdienen met momentopnames. Is dat het wapen waarmee je de maatschappij te lijf gaat? Met een camera?' Zijn mondhoeken krulden om tot een vreugdeloos glimlachje, triest, mild en smalend; maar vooral alles behalve hartelijk bedoeld. Hij kon wel janken. 'En eentje die absoluut geen schaamte voelt over kwesties als dit.' In een robuust gebaar hield hij het boek met het kleine verborgen opbergvakje ondersteboven, schudde er een keer woest mee tot alle inhoud zich dwarrelend over de vloer verspreidde. Hij griste de laatst genomen foto van Mealena tussen de brieven vandaan en zwiepte er nijdig mee in Fwinns gezicht. 'You sick, piss-poor bastard,' siste hij op fluisterende toon waarbij hij ontzet zijn hoofd schudde. Hij haalde de foto bij Fwinn vandaan, wierp er even een moeilijke blik op en hield het beschermend tegen zijn borst gedrukt. 'Je eigen creperende moeder fotograferen op haar sterfbed,' vervolgde hij op verwijtende toon. Hij scheurde zijn blik van de achterzijde van de foto af voor hij deze in de binnenzak van zijn nachtmantel stopte, alsof de buitenwereld niet hoefde te weten hoe ze erbij had gelegen, en richtte zich weer woedend tot Fwinn. 'Nee, dat is zéker humaan! Fantastisch, jongen - zeer goed op weg.' Hij klapte er nadrukkelijk bij in zijn handen. 'Reden nummer tien waarom ik je in zijn lang zal zijn leven niet zal accepteren in mijn leven. Mijn eigen kinderen laat ik nog niet eens zo ver zinken, worden nu al op educatieve wijze getraind om later op de beste scholen te worden toegelaten, af te studeren, hun verdere leven te vullen met functies als diplomaat, rechter, hoogleraar, ALLES wat verdomme voor het normale volk buiten de boot valt om zowel hun vader als hun familie de nodige eer aan te doen! Maar een simpele fotograaf.' Zijn blik gleed minachtend over Fwinn om hem van top tot teen te bekijken. 'Nee..,' droeg hij op een fluisterende toon zijn eigen woorden bij. 'Disgrace..' Hij haalde zijn neus voor hem op. 'You my boy, are nothing more but a synonym for disgrace.' Hoe langer de menselijke schande hier voor zijn neus bleef staan, hoe pijnlijker het bonzen in zijn hoofd werd. Hoe hij het in zijn hoofd had gehaald om hem persoonlijk op te komen zoeken, de schoft. Nu werd hij weer op zijn plek gewezen door zijn hopeloze pedofilie. Alsof hij er verdomme voor gewenst had om op vrouwen te vallen van een veel te jonge leeftijdsgroep. 'Je gaat te ver, Fwinncendh!' zei hij nu nog kalm op waarschuwende toon. 'Je gaat te ver en dat weet je donders goed!' Afschuwelijk. Het was een typisch kindse tiener, het stereotype puber die hij iedere dag op de vingers moest tikken. Zijn kinderen moesten verschil maken van dat domme volk, en Fwinncendh deed dat niet. Alles behalve. Had Mealena verwacht dat hij hiermee samen zou gaan leven? Hij crepeerde nog liever in de goot. Hij schoot het volgende ogenblik in de lach. Koud en smalend, duidelijk meer uitlachen dan toelachen - hij kon er niets aan doen. Maar dat Fwinncendh onzin uitkraamde die nog het meest op hem sloeg; het was nogal onwaarschijnlijk dat hij ermee geconfronteerd werd. 'Jongen, besef je wel wat je zegt?' vroeg hij nog zacht nalachend. 'Het verbaast me dat je spreekvaardigheid niet is blijven hangen op het niveau van een kleuter. Nog maar te zwijgen over je mentaliteit, want Medusa, zie hier; sta ik een dialoog te voeren met een schepsel dat nog minder van de wereld heeft gezien of geleerd dan een levensvermoeide kluizenaar.' De zelfingenomen uitdrukking verdween beetje bij beetje van zijn gelaat, en zijn blik schoot alert over Fwinns gezicht naar zijn handen. Hij had ze na de slag in zijn gezicht gebald tot vuisten, zag hij. Eigenlijk had hij een stomp terug verwacht. Er gebeurde iets anders voor in de plaats; voor hij zich er goed en wel tegen had kunnen verzetten, werd hij bij de kraag van zijn nachtmantel gegrepen en tegen de kastwand gedwongen. Zijn hoofd stootte een keer flink tegen het hout, en hij die hij gluurde tussen zijn oogleden naar de furieuze jongen die hij in het moment dicht had geknepen in reflex om de klap op te vangen. Hij herstelde zich, sneller dan hij van zichzelf verwacht had, draaide zijn hoofd terug om woedend in Fwinn's ogen te staren. Tijdens het aanhoren van zijn tirade ontglipte hem een spottend geluid uit zijn keel. 'Volwassen?' Fwinn was nog nauwelijks uitgesproken, of hij herhaalde het woord sissend door zijn verklaring heen. 'Jongen,' hij onderdrukte een nieuwe laatdunkende lach terwijl hij vervolgde, 'jij bent bij lange ná nog niet volwassen - want geloof me op mijn woord als ik zeg dat dat nog een lange tijd zal duren! Je bent een dwaas, hebt niet eens het besef dat je letterlijk pas komt kijken, als de walgelijke larve die uit zijn cocon komt gekropen. Dat is wat je bent! Een larve die nog niet klaar is voor de verpopping, de wereld ziet door naïeve kinderogen. En niets meer dan dat.' Zijn stemgeluid zwakte af, de laatste zin ijselijk gelispeld om het hem nogmaals duidelijk te maken. De goudgele ogen sperden zich in een fractie van een seconde even open toen het onderwerp weer op Mealena afdraaide. Welk vuil recht hij dacht te hebben om die naam in zijn ongespoelde mond te nemen. Hij ving zich met een hand op tegen de kast toen hij nadrukkelijk werd weggeduwd, zonder zijn blik van Fwinncendh af te scheuren. Automatisch verhief zijn stem zich in de opwelling van emoties bij zijn volgende woorden. 'Je moeder is een domme gans geweest om je op de wereld te zetten! Je uit te persen als een nietig naakt blauw kind in een plas met bloed en placenta. Wat mij betreft neem je je veilige foetushouding aan, kruip je er terug in en zorg je er maar voor dat de rest van de wereld geen last meer van je heeft. Je steelt bruikbare lucht in mijn omgeving, je neemt mijn persoonlijke ruimte in beslag en sterker nog; je bestaat.' Hij was klaar hier, vond hij. Klaar met hem en klaar met alles. Dat jong zag maar hoe hij zijn leven op ging bouwen; hij zou doen alsof hij hem niet kende. Als lucht voor hem, want meer waard was hij ook niet. Kennelijk stond hij op het punt om te breken bij de uitspraak dat het beter was geweest als hij nooit was geboren. Zo zag het er wel naar uit. Hij hoopte het, althans. Misschien liet hij hem dan wel met rust. Het tegendeel werd echter bewezen; hij reageerde er zelfs verbazend kalm op. Een indruk die al gauw werd afgekapt toen Fwinncendh het volgende moment weer op hem afstapte en hem opnieuw ruw aan zijn kraag beetgreep. Savador klampte zijn vuisten haast knijpend om de handen die de stof van zijn nachtmantel verstikkend strak om zijn keel spande en staarde kwaad in de rode ogen die hem bekritiserend aankeken terwijl er in zijn gezicht werd geschreeuwd. Hij ging te ver. Hij had het al eens op een waarschuwende toon gezegd, maar luisteren? Ho maar. 'IK. HIELD - ' schreeuwde hij al half door de rake beschuldigingen heen. '- van haar,' hij maakte zijn zin op een bevende maar zachtere toon af, al ging het geheel in tegenstelling met de barse blik in zijn ogen. Welke geldige reden dacht hij te hebben om hem zijn obsessies kwalijk te kunnen nemen? Hij wist absoluut níets over hem, behalve het feit dat hij zijn vader was. 'Is het zo'n schande om iemand oprecht lief te hebben, haar de kinderen te schenken waar ze zo over droomt als enkel de leeftijd niet geheel compenseert?' Hij rukte zich los uit Fwinncendh's greep en trok verontwaardigd zijn nachtmantel goed, die in de handeling half van een schouder was gezakt. Terwijl hij dat deed, staarde hij Fwinn vuil tussen de lokken die in zijn gezicht waren gaan hangen aan. Het kostte hem niet meer dan een halve stap om de jongen te naderen en hem nu op zijn beurt bij de kraag te grijpen. 'Je rept geen woord over mijn vrouw zolang je niets over haar weet!' siste hij dreigend nadat hij zijn gezicht dichterbij had gebracht. In een ruk liet hij Fwinncendh weer los en keerde hem zijn rug toe. Hij wilde terug naar bed, de problemen van zich afzetten; want dat kon enkel en alleen maar hier, als er weer een drukke dag op zat en hij verlost was van alle haatdragende leerlingen. Eigenlijk was het joch geen haar beter. Hij had hier zo geen zin meer in. En bij Medusa, wat was hij ongelofelijk koppig. Hij reageerde al niet eens meer op alle verwijten, want God; de jongen wist echt niets. Het was nu wel overduidelijk dat hij zelf vermoedens had aangenomen als de waarheid. Het domste wat je kon doen. Tenzij het gebaseerd was op feiten moest je het achterwege laten. Uiteraard dat hij niet kon verwachten dat dat in Fwinncendh's kunnen lag, iemand die niets anders kende dan de binnenkant van zijn schild. Eigenlijk zou hij daardoor niet eens de mogelijkheid kunnen hebben om een mening te kunnen vormen, laat staan te spreken en te handelen als een tiener, sociaal ontwikkeld te zijn. Niet als je enkel in isolement en duisternis bent opgegroeid, niets hebt geleerd. Je brein alleen ontwikkeld is door toedoen van magie. In feite nog maar een droge spons zoals het was vlak na zijn geboorte, die hij - pas echt beginnend met zijn leven op achttienjarige leeftijd - behoorde te bevochtigen en de regels van de maatschappij erin op te nemen. Daarom vond Savador het raar dat hij zich niet gedroeg als een onderontwikkeld kind met een mentaliteit van nog geen jaar oud. Voor zover hij wist was het onmogelijk om een karakteristieke geest te creëren met magie, of Mealena had het een en ander geleerd tijdens haar medische opleiding. Dat stond weer niet in de brieven, en hij zou er ook niet achter kunnen komen. Niet meer. Mealena had het meegenomen in haar graf. De frons tussen zijn wenkbrauwen viel drastisch dieper weg, zijn smalle lippen beefden. Ondertussen ging Fwinncendh onbekommerd door met het maken van de fout door hem te laten herinneren aan zijn fouten. 'Omdat ik het niet WIST!' riep hij uit op hysterische toon terwijl hij zich weer naar Fwinncendh omdraaide, de uitdrukking op zijn gelaat vermoeid. 'Ik wist het niet..' Even was hij bang dat zijn nu halffluisterende stem weg zou vallen in de hese piepende ademhaling. Een paar flinke ademteugen, en het ging weer. 'Als ik het wel had geweten was ik linea recta naar haar toegegaan, alles voor haar gedaan wat in mijn kunnen lag om haar te redden, jou naar een veilige thuishaven gebracht. Wat had je dan gedacht dat ik zou doen? Ze was al dood voor ik een vlucht naar Shadra kon regelen.' Zijn schouders hingen naar beneden, zijn lichaam liet hij tegen een kast leunen terwijl hij zich traag naar Fwinncendh toebewoog. 'Maar jij bent degene voor wie ze is gestorven, en als de keuze bij mij had gelegen, had zij nu nog levend rondgelopen en was jij -' hij porde fel tegen Fwinncendh's borst, 'niets meer dan een verwijderde foetus - welke reden had ik om er voor het kind te zijn dat mijn vriendin vermoord heeft?' Savador bleef even licht hijgend staan om controle te krijgen over zijn versnelde ademhaling voor hij zijn vinger over Fwinncendh's borst slapjes naar beneden liet glijden en hem wat wankelend voorbij ging. 'There..,' zei hij zacht. Hij schoof zacht zijn fauteuil achter zijn bureau vandaan en liet zich er langzaam op neerzakken. 'Tevreden met je antwoord?' Verdomme. Was het nu echt nodig geweest om hem midden in de nacht te confronteren, de pijn, het verdriet en alle schuldgevoelens weer teboven te halen? Hij was doodmoe. Waarom liet hij hem gewoon niet met rust. Savador staarde somber naar de muur om Fwinncendh's blik te kunnen ontwijken, al niet eens meer de fut hebbend om de discussie op gang te houden. Hij wilde gewoon de rust hebben die hij verdiende.
Kristh .
PROFILE Real Name : Little pig Posts : 301
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Light Klas: - Partner: You ain't nothing more then a distortion in a perfect taken photograph
Onderwerp: Re: The letters are the answer. zo okt 21 2012, 13:35
Fwinn negeerde de woorden van Savador die hij sprak. Voor hem waren het niets als verwoedde pogingen om gelijk te krijgen en de af en toe schreeuwende beledigingen deden hem weinig. Alleen zijn kloppende ader van woede deden zijn woede laten zien. Toen Savador hem ging aanvallen op fotograaf. Hij klikte rustig het houder bij zijn heup los. Hij haalde een camera in alle rust tevoorschijn. 'Sommige momentopnames....' sprak hij ijzig kalm. 'Zijn dodelijk...' sprak hij terwijl hij een foto nam. Nou, een foto was het niet. Een ijzerscherpe windvlaag schoot op een haar na langs Savador's hoofd af en Fwinn keek hem strak aan terwijl hij zijn camera opborg. 'Het is mijn wapen. Ik hoef geen rijke luis te worden bezit van macht zoals u...' sprak hij. Toen Savador verwoed alles omgooide en de foto van zijn moeder liet zien. 'Ik ben in een rap tempo ouder gemaakt! Ik heb een uur weten te praten met mijn moeder omdat ik daarna flauw ben gevallen. Ik heb die foto niet kunnen maken! Ik had geen camera bij de hand. De foto is gemaakt door ziekenhuis personeel en mijn moeder heeft de nodige toestemming er voor gegeven toen ze het nog kon!' sprak Fwinn met een net zo scherpe stem terug om de beschuldiging van zijn vader gelijk te maken met nul. Het was niet waar, Fwinn had die foto niet genomen en dat wist hij maar wat goed. 'It's a disgrace of your hand that you don't give them any freedom!...' vloekte hij net zo terug. "Je zit maar te brabbelen over je eer! Over je naam die zuiver moet blijven. Maar om maar eens te kijken naar wat de passies van je kinderen zijn? Vergeet het. Een echte vader geeft om zijn kinderen en laat ze hun hobby uitvoeren en hun passie uitvoeren en staat voor de volle honderd procent achter hun om te sturen waar nodig!...' waren zijn woorden scherp en berispend. 'Je zegt dat ik geen toekomst hebt als fotograaf, maar u bent juist degene die in het verleden leeft...' sprak hij terug. Hij zweeg en keek hem strak aan terwijl hij de zoveelste woordenval liet gaan dat hij nooit geboren mocht worden. 'En toch ben ik er...' sprak hij bars terug. 'Onomkeerbaar geboren, een ongeluk. Als je het maar vaak genoeg herhaald misschien ga ik het nog geloven...' sprak hij met dezelfde barse toon. 'In je dromen...' voegde hij er aan toe. Hij was dan wel een ongeluk, een geval dat niet had mogen geboren worden. Maar zijn moeder had hem laten leven. Hij gooide de beschuldigingen er uit woede uit. De reactie deed hem een stap terug zetten en hij zette een stap weg en wendde zijn blik af. Hij beet zijn kaken op elkaar en hield zijn mond wijselijk dicht. Fwinn zijn mond maakte woorden een vraag hij vroeg om een rede van zijn afwezigheid. Hij wist het niet? Fwinn zijn ogen verwijdde zich. Hij wist.....het niet. Hij draaide zijn rug toe naar de man. De laatste woorden hard als een zweepslag op zijn rug deden zijn handen tot vuisten ballen. Hij draaide zich om en liep met een dreigende houding op zijn bloedeigen vader af. Hij gaf hem vervolgens een vuistslag in zijn maagstreek gevolgd door een genadeloze knie tegen zijn bovenbeen. 'IK!...' sprak hij heftig. 'IK HEB MIJN MOEDER NIET VERMOORD!...' sprak hij hees. 'Jij als verdomde advocaat, die alles via de boekjes werkt weet dat moord met voorbedachte rade is! Ik als pasgeboren kind kan dat niet kiezen ik kan haar niet vermoord hebben. Het was die slopende ziekte, lul! Haar kan van leven...' zijn ogen vormde tranen en hij zette een stap naar achteren. 'Waren al gelijk aan nul zonder dat ze zwanger was. In plaats van het leven in haar op te geven....' sprak hij happend naar adem. '...besloot ze het door te zetten in haar zoon. Sorry, dat ik die keuze niet heb kunnen veranderen als een kind van tien minuten oud!...' sprak hij. 'Ik hield ook van haar! Ik ken mijn moeder misschien korter dan jou, hooguit een uur. Maar ik hield van haar. Haar stem was een veilige plek die me afgenomen is vlak na dat ik eindelijk iets kon doen!...' sprak Fwinn. Hij had tranen in zijn ogen hij wist niet meer wat hij moest doen. Dat deze man ook maar durfde te denken dat de dood van Mealena zijn schuld was. Fwinn hoorde ineens ferme bonzen op de deur een bekende stem vervolgde. 'FWINN!' sprak een meisjes stem. 'Noëla..' stamelde hij. 'Fwinn ik weet dat je hier zit! Wat is er? sprak ze met bezorgde ondertoon. Fwinn zijn ogen gingen naar Savador. 'Ik ben klaar hier...' sprak hij met barse stem en liep naar de deur. Hij legde zijn hand op de sleutel en stopte even alsof hij nog een verwoedde poging om zijn vader wat inzicht te geven wilde doen. Hij schudde zijn hoofd. 'Ik snap nu waarom mijn moeder weg is gegaan, zo'n stuurse vent als jou is gedoemd om alleen te sterven...' sprak hij terwijl hij het slot los draaide en de deur open deed. Twee armen vonden zijn weg om Fwinn. Het meisje zag er wat overstuur uit en ze keek met een scherpe blik richting de man in het kantoor, het schoolhoofd. Ze wist dat deze man de ellende van Fwinn alleen maar vergroot had, zo zag ze hem. Ze mocht hem nu al niet en ze kende hem amper een paar minuten. Fwinn omhelsde haar niet terug staarde even voor zich uit. 'Kom we gaan...' sprak hij toen en sloot de deur achter zich dicht. Hij zweeg en keek even naar de deur voor hij aanstalten maakte om te vertrekken. - of wilde je nog meer woordenwisselingen, want dan gaan we op de gang wel verder xD -
Master Savador
PROFILE Real Name : Saf Posts : 14626 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Dark // Fire Klas: Teacher FireMagic Partner: ♛ Seven Devils all around you
Onderwerp: Re: The letters are the answer. wo okt 24 2012, 01:43
Hoe vaak moest hij zijn standpunt nog duidelijk maken? Hij had alles al verteld, meer dan de jongen eigenlijk hoorde te weten. Vermoeid haalde Savador een hand door zijn lokken, wetend dat hij na dit alles toch al niet meer zou kunnen slapen. Dat werd urenlang piekeren in bed terwijl de verwarring aan hem bleef knagen, non-stop in zijn geval. De altijd aanwezige vraag wanneer het nu eindelijk wel weer wat beter met zijn leven zou lopen daarbij niet uitgesloten. Hij had teveel tegenslagen meegemaakt de afgelopen tijd. Hij haalde de arm verder over zijn kruin naar achteren en richtte zijn hoofd weer op naar Fwinncendh bij het horen van een klikkend geluid. Er verscheen opnieuw een frons op zijn gelaat; de jongen had zijn camera tevoorschijn gehaald. Om wat? Om welke reden? Wat dacht hij nu te kunnen klaarspelen, de vlerk. Er stond één ding vast: hij was in ieder geval dom en honds genoeg om zijn argumenten te beamen door het nutteloze voorwerp tevoorschijn te halen. Demonstratief. Medusa - en blijkbaar ook lafhartig genoeg om een snelle foto van hem te schieten, maar daar kwam niets van in. Zeer zeker niet. Hij draaide zijn hand er niet voor om te vrezen dat de stommeling in het bezit van zijn foto hem zwart zou maken bij de hoge ambtenaartjes waar hij als vriendelijke loyale man bij bekend stond, hem zonder blikken of blozen af zou persen. Zijn imago zou instorten als de met nog onfijne motoriek opgebouwde blokkentoren van zijn kinderen. Hij liet het niet gebeuren. Met een vastberaden blik in zijn slangachtige ogen, en ondertussen tussen neus en lippen door Shadraanse verwensingen prevelend, beende hij al op hem af om hem de camera uit handen te nemen. Met geweld, als het moest. Abrupt bleef hij als verstijfd staan, gealarmeerd door een suizend geluid vlakbij zijn oor. Een windvlaag als een werpmes schoot op een haar na rakelings langs zijn hoofd. Letterlijk op een haar na; de zwarte haarpeilen dwarrelden in de korte stilte die volgde geruisloos op de vloer. In diezelfde stilte staarde hij Fwinncendh alleen maar roerloos aan. Het duurde zeker een halve minuut voor hij zich weer wist te herstellen en de grimmige schaduw terug over zijn gelaat gleed. 'Dus dit is je volgende onthulde zwakte? Het feit dat je je camera moet gebruiken om je magie in de praktijk te brengen?' vroeg hij zacht. Hij stootte een smalende snuif uit zijn neusgaten. 'Wat ben jij een talentloze, simpele ziel.' Luchtmagie; liever had hij dat al zijn nakomelingen de duistere magie beoefenden, maar het talent en de kennis over meerdere magiesoorten waren niet uit den boze. Sterker nog; hij kon er profijt van nemen. En toch was hij er niet tevreden mee in Fwinn's geval. De zoveelste schandelijke imperfectie. Hoeveel langer werd de lijst nog? Het amuseerde hem te zien hoe druk de jongen zich kon maken over de beschuldigingen. Tuurlijk; misschien had hij de foto's van Mealena niet gemaakt. Maar ging hij de feiten niet na, welke reden had hij dan om dat wel te doen? Fwinncendh bewees zijn domheid maar weer door niet in te zien dat hij elke kans greep om hem een extra stempel op zijn voorhoofd te drukken dat hij onvolmaakt en mislukt was in zijn ogen - en er nog op in te gaan ook. Hij maakte er geen verdere woorden aan vuil, want tegelijkertijd stelde het hem diep teleur. Voor de zoveelste keer deze nacht. Een spottend geluid verliet zijn keel toen het onderwerp over zijn kinderen werd aangesneden - waarom ook niet? Nu ze toch bezig waren kon dat er blijkbaar ook wel blij. 'I beg your pardon?' vroeg hij toornig na een klein pff-geluidje. 'Ga jij mij vertellen hoe ik mijn kinderen moet opvoeden?' Hij plaatste een hand op zijn borst en staarde Fwinncendh ongelovig aan. 'Alsjeblieft, jongen - als je toch al van plan bent je leven te verzieken, wordt dan op z'n minst komiek. Dan kan heel de wereld om je armzalige ikke lachen, prutser!' Hij had een groffe hekel aan dat slappe zachtaardige gedoe, 'laat die kinderen toch kiezen wat ze willen'-bullocks en alles wat erbij kwam kijken. Op stijldansen, met mes en vork en hoe het vasthouden van een glas leren, een muziekinstrument bespelen, zich interesseren voor politiek en geschiedenis en de wereldeconomie: dát moesten ze. En niemand, absoluut níemand die hem even ging vertellen hoe het anders moest. Hun moeder was dood, maar hij was er nog om voor ze te zorgen. En als dank verwachtte hij dat ze hem trots gingen maken. Niet alleen hem; ook hun grootmoeder die als wereldster in de grootste operatheaters had staan schitteren, hun grootvader die het destijds voor een korte periode helemaal had gemaakt met zijn politieke partij. En dat was verdomme wel iets anders dan een aan de onderste tak van de maatschappij bungelend fotograafje. Hij was nog wel de laatste die iets over zijn familie en kinderen te zeggen mocht hebben. 'Dat was ook precies wat ik wilde doen!' snauwde hij op het moment dat Fwinncendh het had over dat hij erin dreigde te geloven dat hij niets waard was, als het maar vaak genoeg werd gezegd. Het moest genoeg zijn nu. Dit was alles wat hij losliet, alles wat er ook te zeggen viel. Niets meer dan de waarheid. Vanuit zijn oogpunt, weliswaar, en daarbij meer een betoog dan een objectieve verklaring - maar hij loog er niet om. Het was hoe hij werkelijk over de hele situatie had gedacht na het doorspitten van al die nagelaten brieven. Hoe hij er nog steeds over dacht. En het maakte hem misselijk als hij terugdacht hoe vriendelijk hij zich had opgesteld, de eerste keer dat ze elkaar gezien hadden. Die hartelijkheid was hij nooit waard geweest. Hij merkte niet hoe Fwinncendh woedend op hem afstapte, had zijn aandacht bij het bewaren van zijn evenwicht en het stapje voor stapje voortschuifelen langs de boekenkasten. Op het laatste moment draaide hij zich in een ruk naar de jongen om; iets wat hij beter niet had kunnen doen als hij had geweten wat zijn bedoelingen waren. De stoot in zijn maagstreek liet hem happend naar adem dubbelklappen, hij zakte aan één kant door een been bij de kniestoot. Zo stabiel was hij niet na een bijna-terugval. 'Vuil rotjong!' wist hij er hees uit te stoten. Een hand vergreep zich om de zere plek bij zijn buikspieren terwijl hij kuchend en steun zoekend aan de boekenplanken bij Fwinn vandaan strompelde, nauwelijks luisterend naar diens frustratie. 'You bloody.. bastard - fucking.. - ' Zijn zweterige handen zochten koortsachtig naar zijn medicijnendoosje tussen al het overige prul in de la van één van de kasten terwijl hij tussen zijn gierende ademhaling door vloekte. Fwinn tierde op de achtergrond door, schold hem zelfs uit - hij had zich echter maar op één ding gericht. Snel - hij moest een pil hebben. Het was niet dat hij het echt nodig had op het moment; hij wilde het verzachtende en verdovende effect tot zich voelen. Behalve dat het de pijn stilde, kalmeerde het hem. Fwinn was er zeker in geslaagd hem van streek te maken. Normaal nam hij er bij noodzaak één als zijn wazige zicht zwart wegtrok, hij het gevoel had dat hij ieder moment zijn avondeten uit kon braken, de kamer die draaide. Zijn lichaam dat het feit dat hij zich te vaak veel te drukmaakte echt niet kon hebben, tesamen met te weinig rust. Nog maar te zwijgen over dat stress en paniek ook storende factoren waren. De ernst van zo'n terugval verschilde keer op keer - de ene dag was het alleen zo dat zijn zicht te wazig was om zonder lenzen of bril de dag door te komen en was er verder niets aan de hand, de andere keer had hij zo'n zware spier- of rugpijn dat hij nauwelijks zijn bed uit kon komen. In het laatste geval konden de trillingen van geluid alleen al de pijn vergroten - of dat dacht hij, bij iedere kleine beweging die al teveel was. Misschien liep hij iets te hard van stapel - maar hij wist wat hij zou doen als hij niet nu onmiddellijk kalmeerde. Verdomme! Hij vloekte toen hij in zijn haast het rammelende doosje liet vallen. Zodra hij het weer gevonden had, griste hij het van de grond, schudde de strip uit het doosje en sloeg een pil achterover. Meteen voelde hij zich weer iets rustiger worden - waarschijnlijk alleen om de voldoening, het duurde immers pas minstens een kwartier na het innemen dat hij de kalmering en verzachting merkte. Maar het werkte, dat was het belangrijkste. 'Wat weet jij nu van je moeder,' kwam het er half lachend, half melancholiek uit. Hij deed er nog niet eens de moeite voor het vragend te laten klinken. 'JE GAAT NU MIJN KANTOOR UIT!' Hij wankelde nog even op zijn plek voor hij zich met een waarschuwende wijzende vinger op Fwinncendh richtte. Je eigen vader afranselen; hoe haalde dat kind het in zijn hoofd? Dat had hij nooit moeten proberen bij zijn vader; dat was iets wat hij zeker wist. Hij zou hem alle hoeken van de kamer hebben laten zien als hij er de kracht er voor had gehad. Rótjoch. 'HEB JE DAT BEGREPEN?!' Zijn stem sloeg over in zijn woedende geschreeuw. 'VERDWIJN!' Bij Medusa, wat had hij gedaan om dit te verdienen? Walgelijk, moest het joch ook nog gaan staan janken. Zwakkeling. Hij schrok op van de meisjesstem die plotseling door de deur schalde. Zijn hoofd draaide zich in een ruk opzij. Welke andere imbeciel zwierf er in het holst van de nacht nog door het kasteel, en leek bovendien deze etter persoonlijk te kennen? Wie wilde er überhaupt met zo'n lege geest bevriend raken. Zijn blik schoot terug naar Fwinncendh, die eindelijk aanstalten maakte om te vertrekken. Hij bleef licht bevend op zijn plek staan, wierp de jongen een vuile - misschien ook wel angstaanjagende blik toe bij zijn passeren en scheurde geen moment zijn ogen die iedere beweging van hem opnam van hem los. Zijn laatste woorden jegens hem voor de deur met een klap werd dichtgeslagen troffen hem als een pijnlijke steek in het hart, maar van buiten gaf hij geen kick. Tot hij weer alleen was in zijn kantoor en hij zijn frustratie tussen tanden en lippen uitte, zijn handen geklauwd in zijn haar. Hij wankelde naar zijn bureaustoel, zijn ene been nog brandend van de pijn, en liet zich er op neer zakken. Dit alles was veel te ver gekomen, en hij tastte in de duisternis over hoe dit nu verder moest. Medusa. Vermoeid slaakte hij een zucht en legde zijn nek te rusten op de leren rugleuning van zijn stoel, geprikkeld starend naar het wazige plafond - en zich voor de zoveelste keer deze nacht afvragend waarom Mealena hem op zo'n manier had laten stikken.
[ Haha nee hoor, wat mij betreft is dit topic nu afgerond c; ]
Volledig in het thema van Valentijn staan er twee Events op het programma van de site. Beide zullen van start gaan vanaf 14 februari, dus houd de site zeker goed in de gaten.
Cupid Hearts: Verras vrienden of in game characters met een vrolijk hartje deze Valentijn. Met of zonder lief berichtje eraan vast. Anoniem of juist niet. Stuur je hartjes naar het account van Alpha.
Valentine's Dance:Vanaf 14 februari zal de grote zaal van de school omgetoverd worden tot een danszaal vol met eten, drinken en live muziek. Iedereen is welkom om aan dit algemene topic deel te nemen.
WINTER
Tijdens de winter is het terrein van de school in diepe rust. De meeste dieren zijn onvindbaar verscholen en de ijzige wind houd ook de leerlingen binnen. De perfecte tijd om met een kop warme choco naar de vallende sneeuw te kijken.