Malaika gaapte en strekte haar armen boven haar hoofd uit terwijl ze door de gangen liep. Ze had wat van haar spullen in haar lokaal laten liggen en iets in haar had besloten dat ze geen gemoedsrust zou krijgen totdat die spullen uit het lokaal waren. Jammer genoeg was ze er zo ongeveer midden in de nacht achtergekomen, hoewel ze nog niet in slaapkleding was. Ze had haar les nog voor zitten bereiden, de hele tijd ideeën afkeurend. Ze kon gewoon niet zoveel verzinnen. Misschien dat die nachtelijke wandeling een beetje zou helpen.. Ze had een lichtbolletje gemaakt wat voor haar zweefde en steeds vooruit ging wanneer zij een stap zette, zodat ze niet zomaar over iets zou vallen.
Goed, ze had haar spullen. Terug. Maar niet via dezelfde route, dat was zo saai. Dan via de andere kant! Malaika gooide haar haren even naar achteren zodat ze niet meer in haar gezicht zaten en liep vrolijk verder, haar blik gleed langs de lokaaldeuren. De muziek was het eerste wat haar bereikte; prachtige pianomuziek. Voor iemand die zelf een geoefende pianospeelster was, was het gewoon onmogelijk om door te lopen. Wie zou het zijn? Bij de deuropening bleef ze staan, keek even naar de persoon achter de piano. Een leerling? Die mocht toch helemaal niet op zijn? Toch zei ze niets, om het liet niet te onderbreken. Uiteindelijk sloot hij de pianoklep, terwijl de laatste noten nog nagalmden. Malaika wilde wat zeggen, maar hij waande zich duidelijk alleen en straalde zo'n verdriet uit.. Hij mompelde iets, keek zo intens gekwetst. Ze zou hem bijna willen omhelzen, gewoon om hem te vertellen dat het wel goed zou komen. De jongen deed nu een paar passen achteruit en begon van de piano weg te lopen; voor Malaika het moment om haar keel te schrapen en naar hem te glimlachen. 'Dat was een prachtig lied,' zei ze. Jammer dat ze niet kon klappen, met die spullen in haar handen.