❃ Let's cherish the honey sweetness of the workerbees that we are ❃
Auteur
Bericht
Francesca
PROFILE Real Name : Sergeant Pepper Puppycat Posts : 13 Points : 0
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Water magic & Air magic Klas: ~ Partner: Puzzle me Spread my heart out on your floor The pieces now are yours to put in place Rearrange, 'cause I'm scattered, undefined Hanging on by borderlines 'Till you complete
Onderwerp: ❃ Let's cherish the honey sweetness of the workerbees that we are ❃ do jun 01 2017, 16:05
Met een geoefende hand vouwde ze de eetbare kleurstoffen door de zoete gelatine mix in de verschillende schenk bekers wat ze allemaal verschillende kleuren blauw en paars tinten gaf. Francesca was de avond ervoor al bezig geweest in de keuken van haar nieuwe woonplaats, Starshine Academy, om meerdere lagen cake te bakken en deze op een bodem van aardbeien jam en verschillende lagen witte chocolade mouse in te vriezen. De ingevroren cake was nu mooi stevig geworden. Ze plaatste het op een verhoging zodat ze de glaze over de cake kon gieten wat het dat mooie spiegel effect gaf. Improviserend met de blauwe en paarse tinten. Tevreden keek ze neer op het resultaat. Alleen nog een paar Bramen en bosbessen als garnituur op de cake zelf en ze was klaar!
Het was niet zonder reden dat de jonge dame zo haar best aan het doen was. Deze cake was namelijk voor haar nieuwe mentor en leraar, Master Shong. Voor een moment werd ze overvallen door een gevoel van onzekerheid. Misschien kon hij een taart als deze wel helemaal niet waarderen. Of begreep hij haar intenties verkeerd... Ach ja! Ze was nu al zo ver met de taart. Ze plaatste hem op een groot bord en zette er een glazen bescherm vorm omheen, waarna ze hem nog even in de koelkast plaatste. Ze had van haar vader geleerd om altijd alles eerst op te ruimen voor je de keuken verliet en gezien Francesca nu toch wel een aardig rommeltje had gemaakt was dat wel zo netjes. Helemaal als de koks straks aan het avondmaal voor de leerlingen moesten beginnen. Dus terwijl ze alle bestek en materiaal begon schoon te maken en op te ruimen ging haar gedachte terug naar de afgelopen dagen. Ze had zich al weken voorbereid op haar verhuizing naar deze school. Ze had zelfs geregeld dat Drama met haar mee kon en op haar kamer kon blijven zolang ze hier bleef. Maar haar uiteindelijke aankomst en vooral de eerste nacht was zo anders geweest dan ze had verwacht. Ze was opzich gewend aan academies en colleges. Ze had zelf jaren lang gestudeerd aan Ambergris University, waar ze ook op kamers sliep. Maar er waren tot haar ontdekking en ergens ook verbazing aanzienlijk grote verschillen tussen Ambergris University en Starshine Academy. Dat ze hier geen vrienden had was natuurlijk best logisch. Ze kende hier niemand behalve haar zus, Paisley. Master Shong had ze misschien 2 keer gezien ofzo? Sollicitatie gesprekken en dergelijke. Maar verder dan dat kwam ze nog niet. Maar het gebouw en de hele sfeer was zo anders. Het bruiste veel meer in dit kasteel. Er was een levensenergie die ze niet gewend was. Maar wat haar wel aanstond. Ze voelde zich vreemd genoeg meer thuis in die bruizende chaos. En het was zo anders dan de serene haast harmonieuze sfeer die Ambergris soms droeg. Het was zeker aangenaam geweest en een prima leer omgeving voor een meisje als zij. Maar wellicht was deze bruisende nieuwe energie wel precies wat ze nodig had..
Met de taart nu balancerend op het bord op haar handen liep ze zo voorzichtig mogelijk tussen de studenten in naar de leraren etage. Ze had een paar keer verlegen moeten vragen waar die was en vermoedde dat mensen haar hadden aangezien voor een ass kissing student. Eenmaal op de lerarenetage aangekomen kon ze eindelijk even opgelucht ademhalen. Het was hier tenminste een stuk rustiger en Francesca was heel blij dat de leerlingen, die haar met een smiechterige hadden aangekeken, niet hadden uitgehaald. Ze had ontzettend haar best gedaan op de taart. Met een vinger schoof ze haar bril hoger op haar neus waarna ze nieuwsgierig de gang door keek. Nu moest ze enkel bij de juiste deur aankloppen...
Was het.. die? Nee die voelde iets te fire magic aan. Misschien die dan? Hmm... twijfelig bleef ze voor de deur staan. Opeens voelde ze een bekende energie bij de volgende deur. Ah! Dat moest hem zijn! Iets te enthousiast met haar ontdekking stapte ze op de deur af. En haakte ze haar eigen voet achter haar been... Met een hoog gilletje viel ze recht voorover. Instictief smeet ze alles wat ze in handen had weg zodat ze zichzelf op kon vangen en daar ging de taart. Suizend door de gang. De onsmakkelijke kwak en de harde dreun waarmee de glazen bescherm vorm en de taart tegen de deur aan kwam echode luid door de lege gang. In haar landing moest Francesca zich beschermen tegen de brekende scherven van het bord terwijl klodders taart in haar opgestoken bruine lokken lande. "Oh no.." jammerde ze zachtjes toen ze opkeek vanaf de vloer en de ravage zag. De taart was recht tegen de deur van Master Shong's vertrekken aan gebeukt. Het hele tapijt voor de deur zat onder met plakkerige zoete glaze and jam en half ontdooide witte chocolade mouse en op de deur zelf zat een prachtige paarse en blauw vegen. Het bord was aan diggelen geslagen, maar verrassend genoeg was de bescherm vorm van glas nog heel. "Oh no, oh no. What have I done." piepte ze jammerlijk terwijl ze op haar handen en knieën naar de verloren taart kroop. What a mess! What a waste! Wat een afgang!
The Mirror Glaze cake before it shattered to pieces:
Master Shong
PROFILE Real Name : ✮Fox Posts : 1376 Points : 93
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Water ✗ Ice Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you! Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.
Onderwerp: Re: ❃ Let's cherish the honey sweetness of the workerbees that we are ❃ vr jun 09 2017, 02:26
We're ascending
to the unknown
Er heerste een vreemdsoortige stilte in de Hide of Serenity, meer dan gewoonlijk het geval hoorde te zijn. In de bewegingloze harmonie wervelde een lauwe luchtstroom, nieuwsgierig zijn weg banend door een op een kier opengezet raam en niet zichtbaar aan het oog kolkend door het vertrek. Papieren en notitiebriefjes, veilig tussen dikke boeken op bureaus geslagen, ritselden zachtjes op de melodie van de lente. Alsof het fluisterde naar maan en getijden; ver weg, zo laat in de middag, maar uiteindelijk daar op het eind van de dag. De zucht wind ging langs op de wand geplakte tekeningen, duidelijk gemaakt door kinderen - een representatie van kleurrijke onbezorgdheid die iedere volwassene op een dag niet meer kon hervinden-, langs langzaam om hun as draaiende windklokjes met geluksboodschappen, langs windgongs met oosterse kwastjes en langs muziekmobielen bestaande uit een twintigtal zilveren visjes met piepkleine saffieren die als hun oogjes dienden. Een helrood lichtspoor van de zon vond speels haar weg in een gelijke baan met de wind. De baan van de lichtbundel brak op een astronomisch correcte en magisch bewegende hemelkaart van Kovomaka's kosmos die door - wat leek wel - een onzichtbare lamp werd geprojecteerd op een gepolijste agaatschijf. Daar kwam het licht tot uiting in een explosie van kleuren, in alle directies van de serene ruimte reflecterend, en langzaam over de vloer kruipende vaalblauwe lichtjes in de vorm van sterretjes. Een teder spoor van donsveertjes en verloren maagdelijk witte bloemblaadjes van de margriet, af en toe dwarrelend en tollend in de bries, liep sporadisch naar twee keurig voor een laag trapje gezette rode slofjes. Hoewel de schacht van één van de stoffen schoentjes slapjes naar een kant leunde, alsof het moe was van het hele dag moeten verplaatsen van diens eigenaar. Zelfs als hij vederlicht was in lichaamsgewicht. Het lage trapje waar de sloffen waren neergezet bestond uit maar drie bescheiden treden en leidde naar een op een kier staande deur, waar de zakkende zon en de zachte wind vrij toegang vonden. Voor ieder die voldoende geprikkeld werd door nieuwsgierigheid om de deur een stukje verder open te duwen, zou er een al net zo'n bescheiden slaapvertrek kunnen vinden.
De kamer was gehuld in een mantel van zachte blauwe kleuren, die een erg vredige sfeer in de ruimte wekten. Het rook er naar zand, naar zee, naar fresia's en naar pasgewassen kleding. Een aangename mengeling van geuren die aan een etherische wereld deed denken. In de wanden schitterden glittertjes als fonkelende sterretjes afhankelijk van hoe het licht erop viel, die in de structuur zelf leken te zijn verwerkt, en hier en daar werd een deel van een muur in beslag genomen door een klein maar goed verzorgd wandaquarium, waar wat enkele neonkleurige maanvissen het zich gemakkelijk hadden gemaakt. De grotere kale stukken van de muur werden bedekt met sierlijke kobaltblauwe stoffen van Cassia, met kundig vakmanschap gefabriceerd en geweven. Het enige licht in de kamer leek 's avonds, tegen de schemering, verzorgd te worden door een vijftal papieren lantaarnlampjes in bolvorm, op verschillende hoogtes hangend aan het plafond als manen uit een nog onontdekt galactisch stelsel. Een laag lichtblauw houten kastje stond in een hoekje geplaatst, waar een glazen bol in een eveneens blauwe kleur op pronkte. De wonderlijke substantie in de bol, als een miniatuur-kosmos, kolkte traag als vloeibare rook en leek op dit punt niet in werking te zijn. Er stond ook een mooi intact exemplaar van een roze wulkschelp naast, waar je met een beetje fantasie de zee in kon horen ruisen. En aan de voet van de schelp twee kleine oorbelletjes van barnsteen, die door diens eigenaar zorgvuldig op een met watjes bedekt klapdoosje voor sieraden waren gelegd. Een paar meter naast het nachtkastje stond een grote spiegel in een goudgelakte, met weelderige rozentakken en barokachtige damastpatronen gedecoreerde lijst. De Waterspiegel schitterde met een lichtende omtrek van iets wat aan een deur deed denken, als een geheime doorgang naar een andere dimensie. In de omlijsting ervan kolkte een fosforescerende, diepblauwe diepte, die zowel aandeed als een stuk heelal als de mysterieuze bodem van een oceaan. Als een soort dromerige 3D-afbeelding deinde in het midden in de spiegel een diertje op en neer, een gekko die op dit moment in slaap verkeerde. De Watergeest leek van ieder oogpunt een ander perspectief aan te nemen, als een projectie waar je urenlang naar kon kijken, en waakte over een vrij ruim tweepersoonsbed. Ruim genoeg voor een klein persoon die gewoon niets liever dan zeeën van zachte dekens wilde, waarin hij zichzelf kon verliezen, waartussen hij zich voor de buitenwereld kon verschuilen in een fort van dons en stof - en bovenal, waar slaap en dromen het best tot gewaarwording kwamen. Een grote blauwe dromenvanger gesierd met veren van de paradijsvogel boven de hoofdkussens zorgde daar wel voor. Er stonden vier gebeeldhouwde pilaren die een sierlijk, koepelvormig baldakijn boven het bed steunden van fijn Cassiaans geweven satijn. De beelden aan de pijlers stelden dolfijnen, zeeschildpadden, roggen, kwallen, inktvissen en zeesterren voor, in verschillende poses. Sommige van die poses waren interessant; andere wonderlijk. Vele herhaalden zichzelf, in grote lijnen. De Hide of Serenity deed haar naam boven alles eer aan: een toevluchtsoord, waar harmonie en kalmte heersten.
Op het haast losgewoelde bed lag een vormeloos hoopje, half verwikkeld in de dekens. Het bolletje veerde in een rustige gang op en neer, indicerend dat het een levend persoon onder de wirwar van damasten dekens betrof. De bries door het open raam ging zacht door sneeuwwitte, door slaap rommelig gewoelde lokken, delicater dan zwanendons. Een paar plukjes in zijn nek waren wat vochtig door licht zweet en staken eigenwijs over zijn kraag. Opgekruld als een kat lag hij te rusten, in een voor hem veel te groot zachtblauw t-shirt, weggezakt in een verzameling van massa's aan kleinere kussens en met tussen zijn opgetrokken benen een stervormig kussen geklemd: alsof hij zich ook in zijn slaap in een fijne, beschermende positie maande. Maar op zijn gelaat stond echter een vredige glimlach, haast gelukzalig te noemen, één wang opgebold tegen een gigantisch opengeslagen boek waar hij minstens één keer in paste. Daar lag hij half overheen, ogenschijnlijk in slaap gevallen tijdens het lezen. Of, liever gezegd: het bestuderen van de vergeelde bladzijdes. Het had nog het meest weg van een enorme atlas, opengeslagen op een geografische panorama van de planeet van Cassia. Zijn vingers gingen bijna zoekend over het perkament, aftastend, misschien wel strelend, over een bepaald oostelijk deel van de kaart - en terwijl hij dat deed lichtten er spiraaltjes in een helder blauw licht onder zijn vingertoppen op, als langzaam aanzwellende kringen in water. In het kozijn van het openstaande raam fladderden een aantal witte duiven, bij gelegenheid een nieuwsgierige blik naar binnen werpend. De dieren deden zich in een aangename kalmte tegoed aan vogelzaad dat hij eerder in de vensterbank had gestrooid vlak voor hij zich aan het bestuderen van de Cassiaanse kaart waande. Het gefladder van de vogels maakte her en der wat veren los, wat meteen de oorzaak vormde van het eerdere verenspoor door zijn vertrek - maar ondanks dat één van zijn puntige vleermuisachtige oren even zacht klapperde toen het in aanraking kwam met één zo'n verdwaald donsveertje, als het oor van een kat, verkeerde hij in een te diepe, te begenadigde rust om daaruit gewekt te worden. Zo lag hij lekker te slapen. Niet zomaar slapen. Hij was letterlijk aan het dromen, in de zin dat hij zijn dromen tot op het helderste punt in ieder verscherpt detail, kleur en geur beleefde. Dreamscaping - Dreamwalking; hoe je de vaardigheid van de Syaorin ook wilde noemen. Het kiezen en bekijken van bepaalde in realiteit opgedane herinneringen, ervaringen, ontmoetingen, mensen, omgevingen, wensen, als selecteerbare, zwevende deuren in een vreemd, ruimtelijk spectrum - en daar uiteindelijk geheel eigen werelden van kunnen creëren, waar hij naar hartenlust naar terug kon keren in zijn dromen. Zo vaak hij wilde, wanneer hij wilde. Het was altijd daar, onaangebroken. Vaak waren dat ideale presentaties van vreedzame, prachtig opgebouwde werelden, met.. bepaalde personen die hij liefhad en die hij daar graag wilde hebben. In zijn geval was het een herinnering aan de oase waarin hij was opgegroeid, waar het nog niet was verwoest door een Shadraanse krijgsmacht, waar nooit oorlog had gewoed of Syaori bruut waren afgeslacht. En er waren leden van zijn kamp - zijn familie - die er in werkelijkheid niet meer waren, maar die daar voortleefden alsof er geen genocide had plaatsgevonden. Ook een paar enkele zinnebeelden van andere personen die op de Academy aanwezig waren, maar waarover hij van schaamte door de grond zou zakken als het ooit buiten de staat van Dreamwalking zou glippen. Hij had de mogelijkheid om andere mensen mee te kunnen nemen in zijn reizen van Dreamwalking; maar meestal, bijna altijd, ging hij alleen. Dat was zijn oord, waar alleen hij de sleutel van had.
In zijn ruimte, in de rust, en onbewust in het gezelschap van bedaarde dieren, had hij zich het ene moment nog verloren onder lagen en nog eens lagen van zijn persoonlijke utopie - en het volgende moment schoot hij abrupt wakker, met roffelend hart neigend om onder de lakens te schieten. Met uitpuilende ogen donderde hij in één wending van zijn bed, op zijn bips op de grond. Daar bleef hij even in een momentje van verbijstering stomverbaasd voor zich uit staren. Niet voor lang, want de enorme atlas kieperde erachteraan en kwakte bovenop hem. De duiven in de vensterbank hielden het verschrikt voor gezien en vlogen als één geheel op. Bedolven onder pagina's en een harde omgekeerde V-vormige kaft, leek hij voor even een kampeerder in een tent, een schildpad en toen een heremietkreeft te imiteren - in die volgorde. Wrijvend over zijn stuitje en zijn hoofd wurmde Shong zich met enige moeite onder het boek vandaan, intussen in zijn paniek een poging wagend om op een zo logisch mogelijke manier punt A met punt B te verbinden. Want wat was dat? Het was een enorme dreun geweest die hem zo ruw uit zijn slaap had gerukt, en die zijn scherpe oren maar al te goed registreerden. Niet alleen dat: ze lokaliseerden ook prima waar het vandaan kwam. Maar wat het was geweest - voor hetzelfde geld had iemand in de gang het niet meer kunnen trekken na het aanzicht van de intimiderende Adviseur van de Vrouwe van het Duister en was in zijn flauwvallen met zijn hoofd toevallig tegen de deur van zijn vertrekken geklapt - of had iemand een dikke bos bloemen voor hem, maar hadden duiven in zijn oren gepoept en had hij daardoor de wanhopige pogingen tot aankondigende aanwezigheid tot nu toe niet gehoord, die op een gegeven moment toen maar is overgegaan in tentafbrekend geram.
Zodra hij zijn onbeholpen kleine gestalte overeind krabbelde, hobbelde hij in een sukkelpasje door zijn slaapkamer, door zijn vertrek, recht naar de deur. Hij moest bijna huilen van zijn schuldbeladen gevoel toen hij - zowat slingerend aan zijn deurklink na een goed gericht sprongetje - zijn deur open zwaaide. In zijn slaapshirt, pyjamabroek en chaotische coupe, alsof iemand hem aan een voet ondersteboven had gehangen en hem tegelijkertijd met een föhn bewerkt had. Toen hij neerkwam, belandde zijn blote voet met een naar 'plrrt'-geluid in.. chocolademousse? - en glibberde hij voor bijna een tweede keer op zijn achterste. Hij wist zich halsoverkop vast te grijpen aan de deurklink, maar ook nog maar nét. Schaapachtig stond hij daar in de deuropening de vele hoeveelheid room, vegen van een paarse en blauwe substantie en bloedachtige remsporen van jam en bramen maar een beetje te bekijken, waar zijn deur mee was beklad en waar het tapijt voor zijn vertrekken mee in de verf.. taart.. was gezet. Een naar gevoel van beklemming bekroop hem bij de gedachte dat het een geleverde streek van leerlingen moest zijn geweest, puur om hem te pesten; hij en zijn broer waren tenslotte wel vaker op deze manier behandeld omdat ze anders waren en het was beslist niets nieuws. Tot hij een in een laagje mousse doordrenkt gestalte in alle ravage zag liggen. Even had hij de neiging om terug in zijn kamer te schieten en de deur met een klap dicht te gooien, want het leek griezelig veel op het slagroommonster dat zijn neus gebroken had. Toen hij beter keek zag hij echter dat het tot zijn schrik verre van een monster was. Het was - het was.. maar hoe - was ze dood? Een mistroostig geluidje ontsnapte zijn keel. 'Oh - oh nee, oh nee - oh nee, juffrouw Hawthorne toch! Oh, juffrouw -' In zijn haast waande hij zich zo snel een weg naar zijn stagiaire toe, dat hij onbeholpen even door alle prut roetsjte alsof hij deelnam aan een wedstrijd op een zeepbaan. Vergeet die neergekwakte taart, de troep - maakte niets uit! De arme dame lag daar languit tussen de glasscherven. 'Juffrouw! Hebt u uzelf bezeerd? Meisje toch, dat dat u weer moet gebeuren - eerst maar eens overeind komen, tot rust komen!' Voor zover dat kon met zijn geringe lengte, hielp hij de jongedame buiten adem overeind, mompelde iets dat klonk als 'bril mee' terwijl hij de daad bij het woord voegde en Francesca's identieke bril - die tijdens haar valpartij waarschijnlijk over de vloer gebuiteld was - uit de room scoopte, en keek bezorgd naar haar op. Met de zorgelijke frons die alle gewennige vrolijkheid uit het jeugdige gelaat van de kleine man weghaalde, omsloot hij onder geruststellende strijkbeweginkjes van zijn duim één van haar handen en begeleidde hij haar zo voorzichtig als hij kon door de derrie naar zijn vertrekken. Daar zette hij haar zonder enige dwang neer op een bescheiden bank van marineblauwe stof (maar niet voor hij haar even aanhield voor ze zou gaan zitten om snel nog even het zachtste en lekkerste kussen voor haar op te schudden), en leek hij er daarbij geen zier om te geven dat de zitting onder kwam te zitten met stukjes taart. Shong knielde zwijgend voor haar neer (alhoewel hij niet echt diep door zijn benen hoefde te gaan), legde haar grotere handen in de zijne, vouwde ze beide voor zijn neus open. In een klein ogenblik leek hij ze nauwkeurig te bestuderen, te analyseren, met enige fascinatie onder zijn vingertoppen af te tasten. In werkelijkheid controleerde hij op niets meer dan venijnige scherven of splintertjes die zich mogelijk in haar huid hadden geboord. Een opgeluchte twinkeling speelde in zijn ogen toen hij vervolgens weer zijn hoofd in zijn nek legde om naar haar op te kijken, als een voorzichtig eerste zonnestraaltje op een regenachtige lentedag. Het was erg jammer van de taart. Juffrouw Hawthorne kennende, van wat hij tot nu toe had gezien, was ze een erg ijverig werkende bij, altijd paraat om opdrachten binnen haar stageproject aan te pakken en daarbij alle informatie als een onuitputbare spons op te zuigen. Ze had ongetwijfeld haar best gedaan op die taart - maar hij vond haar gezondheid en welzijn tien keer belangrijker, en had tien keer liever een splat taart tegen zijn deur dan een plasje bloed voor zijn vertrekken. Dat zag er toch wat feestelijker uit. Die conclusie trok hij, terwijl hij zelf zijn tanden met nog een nabonzend hoofd en een kloppende buil na die klap van die pil van een boek op elkaar klemde - maar, ook dát maakte niets uit.
❃ Let's cherish the honey sweetness of the workerbees that we are ❃
Volledig in het thema van Valentijn staan er twee Events op het programma van de site. Beide zullen van start gaan vanaf 14 februari, dus houd de site zeker goed in de gaten.
Cupid Hearts: Verras vrienden of in game characters met een vrolijk hartje deze Valentijn. Met of zonder lief berichtje eraan vast. Anoniem of juist niet. Stuur je hartjes naar het account van Alpha.
Valentine's Dance:Vanaf 14 februari zal de grote zaal van de school omgetoverd worden tot een danszaal vol met eten, drinken en live muziek. Iedereen is welkom om aan dit algemene topic deel te nemen.
WINTER
Tijdens de winter is het terrein van de school in diepe rust. De meeste dieren zijn onvindbaar verscholen en de ijzige wind houd ook de leerlingen binnen. De perfecte tijd om met een kop warme choco naar de vallende sneeuw te kijken.