PortalIndexTender is the noon }} HpD5UwnTender is the noon }} 2q24v8xLaatste afbeeldingenZoekenRegistrerenInloggen



 

Deel
 

 Tender is the noon }}

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Ga naar beneden 
AuteurBericht
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimewo apr 26 2017, 01:35


what is one cloud


Met een grote glimlach op zijn gelaat, staande op de tippen van zijn tenen, draaide de kleine watermagiër zich om en omklemde met beide handen de deurknop om deze zorgvuldig dicht te duwen. Warme klanken van gitaarmuziek werden een kort ogenblik overstemd door een rinkelend belletje boven de deurpost dat de komst van de nieuwe klant aankondigde, maar geen van beide achtergrondgeluiden leken echt tot hem door te dringen. Noch de reeks aan 'sí! die af en toe jubelend door de zaak klonken. En zo nu en dan een aanhitsend 'hei, hei, hei!', die hij evenmin kon plaatsen.
De boetiek - klein en doddig verborgen in een onopvallend zijstraatje, achter de hoofdstraat met de grotere zaken - legde zijn accent vooral op handelswaar van Razen, en dat was precies waar hij voor was gekomen. Geurige Wildfreesia's, Vergeetmenooitjes en natuurlijk ook de frisse passiebloemen, Woestijnnaalden en Lilith-Lillies; de bedwelmende, aangename geuren van de Raziaanse bloemenboetiek waren precies dát: exotisch.. prikkelend - Raziaans. De plaats waar je wezen moest als je op zoek was naar de mooiste, bijzonderste bloemen. Het deed hem automatisch denken aan de vredige oases van zijn stam, waar de natuur eveneens rustig haar gang was gegaan. Watervallen, eindeloos vallend, geflankeerd door duizelingwekkende kleurenpaletten aan wilde bloemenvelden, zover het oog reikte. Euforisch keerde hij zich om, zijn mond al half geopend om de winkelier in een mogelijk nóg beter humeur te begroeten - en staarde naar een daar plotseling opgedoemd, door een bloedrode kokerjurk strak omspannen, ritmisch schuddend achterste, dat daar zomaar ineens gewoon maar even was. Maar - wat gebeurde hier?
Het bleek toe te behoren aan een dansende vrouw, die benomen op de zinderende klanken van de muziek op automatische piloot achteruit kwam 'gesalsaad'. Het kleine leesbrilletje (dat hij standaard leek te vergeten om af te zetten na een inspiratievolle bevlieging van schrijven aan zijn eigen informatieve boeken) viel abrupt van zijn neus, strak aan het halskoordje waar het aan bevestigd zat. Alsof ook voor het brilletje de verbluffing waarmee ze hem in feite mee in het gezicht sloeg, teveel was. Of misschien omdat de stomgeslagen dynamiek die uit zijn uitpuilende ogen straalden te sterk was voor zijn brillenglazen om tegen te kunnen houden.
'O-olé,' kwam er toen maar benauwd, bijna geluidloos over zijn lippen, zelf niet eens echt wetend waarom. De temperamentvolle Raziaanse plantte als reactie met veel drift en vurige manie ongegeneerd haar hak ter afsluiting van haar passievolle dans op de betegelde vloer, waar hij zich - zonder dit te willen - een ongeluk van schrok, vooral toen er een klaterend applaus volgde. Trillerig stak hij zijn hoofd om de gleuvende, welgevormde derrière van señorita pal voor zijn gezichtsveld, om een blik op de balie te werpen. Daar zat de Raziaanse bloemist duidelijk geamuseerd van het schouwspel te genieten, zijn in zware laarzen gestoken voeten leunend op zijn toonbank en onder goedkeurend geknik en gebalk draaiend aan zijn snor, die aan weerszijden enigszins vlassig in twee opwaartse krullen eindigden. Een onvervalste Alfonso; gluiperig en ingezakt, met een spleetje tussen zijn tanden en zwart haar, dat vettig en glanzend strak achterover was gekamd. Met veel moeite, een knalrood hoofd en een hoop disculpa's, wurmde de kleine Cassiaan zich langs de enorm zinnenprikkelende vormen van de vrouw, die gewoon op haar plek bleef staan en in haar hoofd vast stiekem in een knuistje moest giechelen.
'Amabli señores!' kirde hij. 'Al.. la fleur - la.. ehm - Arcus Amandozas, vendu usti?' hij probeerde het, struikelend en zoekend naar de juiste (maar toch niet helemaal juiste) woorden, duidelijk te maken. Als rasechte Cassiaan vond hij het maar knap lastig om zich een weg te vinden in de taal van de planeet die de directe tegenpool van zijn thuisfront was, dus gooide hij er om de een of andere reden (die je hem niet moest vragen) ook een paar gestes bij uit de gebarentaal, die hij opmerkelijk wel in rap tempo kon uitvoeren als het nodig was. Een zweem van pure opluchting overspoelde hem toen de man al schaterend met een monter 'sí!' reageerde en precies het boeket aan bloemen tevoorschijn haalde waar hij om vroeg. Vrij prijzig, maar hij had het er voor over. Hij slaagde erin zijn snoet te verwringen tot een schuin, zij het ietwat pijnlijk glimlachje.
'Grap-g-pr-graschpias,' kwam er met veel gesputter, struikelende verbeteringen en een misplaatst gnuifje in gebrekkig Raziaans uit, waarna hij zichzelf nog knulliger dan mogelijk neerzette door de bos bloemen per abuis proestend in zijn gezicht te kieperen toen hij achteruit richting de uitgang wilde schuifelen en tenslotte - tastend naar de deurkruk - gauw de deur dicht te trekken. Buiten niesde hij nog een keer na, nadat hij de stampers vol in zijn neusholtes had gekregen. Blind en snuivend door zijn eigen korte niesaanval dook hij gauw een tochtig steegje in, waar hij niet alleen op adem hoopte te komen, maar ook hoopte af te koelen. Daar liet hij zich met zijn rug tegen een muur op de grond zakken, zijn hoofd hangend tussen zijn benen. Pfff! Hoe onbeholpen wilde je het hebben? Zijn gelaat, zo rood als een biet, moest ongetwijfeld boekdelen spreken. Vrouwelijk schoon bracht hem veel te gauw al in verlegenheid, laten we wel wezen. Maar hij had ze weten te bemachtigen, en dat was wat telde! Bloemen, voor juffrouw Levina. Het voelde zo hard, koud en onvriendelijk om met lege handen een nieuwe collega te bezoeken. En het was immers niet zomaar een onwillekeurig bosje van je doorsnee bloemenboetiek op menig hoek van de straat; oh, nee! Dit waren Arcus Amandozas, een exclusieve Raziaanse bloemensoort die enkel groeide op de wilde steppen in het uiterlijke westen van Razen. Het was dan ook niet een gewone bloem: haar bloembladeren hadden alle kleuren van de regenboog en konden zelfs de saaiste, meest grijze kamer opfleuren met haar alle-spectrum-tinten. Of in de handen van een chagrijnige oude, willekeurig van straat geplukte grijze muis haast aandoen als de vrolijkste persoon in heel Kovomaka. Glimlachend keek Shong neer op de spiralende kleurenkolkjes, die ieder nog werden weerspiegeld in zijn donkere ogen en zijn vrolijkheid leken te reflecteren. De kleuren van zijn blijdschap. Hij wist zeker dat juffrouw Levina er over haar toeren mee zou zijn - en anders was het altijd nog de perfecte aanvulling op haar atelierlokaal. Hoe je het ook wendde of keerde: het zou iemands dag zonder twijfel opvrolijken, zij het leraar, zij het leerling. De lerares Kunst, die altijd voor de dag leek te gaan met een extravagante laag schmink prijkend op haar gelaat, had hem bij het eerste aanzicht haast een hartaanval bezorgd. Rondlopend (zoals hij menig leerling had horen smiezelen) als een ontsnapte circusartieste, slash killerclown, slash leeuwentemmer - en dan nog Shadraans ook, de enige mensen waar hij zich erg, érg ongemakkelijk bij voelde. Helaas voor menig leerling zou hij het niet eens zijn met hun mening en een 'eerst zien, dan geloven'-mentaliteit aanhouden, waarin hij alle mogelijkheden openliet. Immers wist hij zelf maar al te goed hoe het was om constant beoordeeld te worden op parabelen. Op uiterlijk. Op afkomst. Op lengte. Simpele, door-de-bocht getrokken conclusies die vaak niet eens op waarheid hoefden te berusten. Het was tenslotte zo makkelijk een veel te lang herkauwd gerucht aan te nemen omdat iedereen dit deed. Het makkelijkst, zou je kunnen zeggen. Neergespat als een weke kluit voor je voeten. Wilde u daar een tasje bij of gaat het zo mee? Je hoefde niet eens na te denken terwijl je het overnam; iedereen kon riekend van zijn eigen gal en zweet deelnemen aan zo'n onfraaie estafette. Daar bleef hij liever buiten, wilde alleen geïndoctrineerd worden door zichzelf en al het andere dat hem de frisse positiviteit schonk. Hij was er dus heilig van overtuigd dat er veel meer moest schuilen achter het angstwekkende, iconische kinder-nachtmerrie voorkomen van de lerares Kunst - en met zulke begrippen wilde hij om mee te beginnen niet eens over haar denken! Maar juffrouw Levina simpel komen verblijden met bloemen was niet hetgeen wat op de eerste plaats stond. Hij zou er met reden komen omtrent hun vakgebied, voorstellen over lessen delen; een fusieles, misschien. Het bloemetje was daarin gewoon een vriendelijk 'hallo! leuk om met u samen te mogen werken!'.
En.. - zijn blik dwaalde af naar de zwartlederen draagtas, die schuin naast hem tegen zijn rode slofjes steunde. Een vertederde glimlach hervond zijn weg terug op zijn gezicht bij de gedachte wat de tas verborgen hield achter flap en slotje. Werktuigelijk liet hij zijn vingertoppen zacht over het leer gaan. Het was zo'n dunne, ruim in de breedte om papieren zoals mappen en portfolio's te preserveren.. en tekeningen. Voorzichtig haalde hij ze eruit, het hele stapeltje. Een hele, hele hoop kunstwerkjes van de kinderen die hij les had gegeven op de Cassiaanse basisschool. Zelfportretten, vingerverf-scheppingen, en aandenken, voor hem. Hij dacht dat het een leuk gebaar zou zijn om het mee te nemen en het juffrouw Levina te laten zien, al was het maar als hulpmiddel om meteen een gemoedelijke sfeer te creëren.
Opgewekt maakte Shong zijn weg terug naar het kasteel; de bos kleurige bloemen prijkend op borsthoogte, de tas als aangename aanwezigheid continu klossend tegen zijn heup, stapel kunstwerkjes onder een arm, zijn hoofd nu net zo vrij en leeg als de fidele straatjes. Er pronkte een onuitwisbare glimlach op zijn gelaat, eentje die de meesten op de Academy inmiddels wel gewoon van hem moesten zijn. Voor hij het zelf goed en wel doorhad stond hij voor de deur van het Atelierlokaal, die op een kier stond. Oh? Een beetje nerveus drukte hij de stapel tekeningen tegen zijn borst, stak het boeket tussen de kier, toen kwam zijn hoofd boven de bloemen tevoorschijn gepiept om een snelle blik in de ruimte te werpen - niemand. Al.. zo leek het. Het lokaal stond wel overvol met een hoop glazen kwastenpotten, blikken dozen met potloden, in wat slordige rijen opgestelde schildersezels, tekeningen aan de muur en een hele hoop materiaal aan papier. Altijd behaaglijk en losjes, die ateliers. Het had iets charmants. Verzonken in gedachten waggelde hij behoedzaam verder het lokaal in, verwonderd rondkijkend naar de vele kleuren, vormen en details. Eén grote, knusse zoekplaat. Het hoefde nog geen tel of vijf te duren, of hij amuseerde zich door twee ledemodellen tegenover elkaar te zetten. Van miniformaat. Net als hij. Of.. toch niet helemaal, in de wetenschap dat ze waren gemodelleerd naar de gemiddelde figuur en omvang van een persoon.
Er speelde een glimlach op zijn gezicht bij die gedachte terwijl hij ze in een danspositie zette, waarbij hij erop toezag dat de 'man' beschermend met zijn torso richting de 'vrouw' gebogen stond en zij liefhebbend naar hem opkeek. Voor zover dat ging met expressieloze, houten hoofdjes. Maar - hmm.. nu hij er beter naar keek.. toch miste er iets. En hij wist al wat. De bloemen werden even op een ladekast gelegd en de tas vond steun tegen een willekeurige stoelpoot, hoewel de stapel aan kindertekeningen nog veilig onder een arm zat geklemd, alsof het stapeltje hem toch te dierbaar was om even weg te leggen. Hij had zich totaal verloren in zijn bedrevenheid nu, misschien ergens zelfs wel een klein beetje vergeten waar hij eigenlijk voor was gekomen. De leraar watermagie zetelde zich vrolijk neer op een krukje aan een tafel die veel te hoog voor hem was, papier en schaar in de aanslag. Glunderend knipte hij uit een leeg vel papier een cirkeltje, in het midden een gat, waarna hij het zorgvuldig om de taille van de vrouw sjorde en uitvouwde. Een simpel jurkje, dat in zijn ogen al meer dan prachtig was. Veel beter zo! De man stond er een beetje naakt bij, dus kreeg meneer ook een papieren creatie; een weelderig strikje. En dat was dat! Het dolgelukkige danspaar was.. klaar. Voldaan bekeek hij het resultaat en moest zeggen dat het er weldadiger uitzag dan hij had gedacht. Wellicht was hij in zijn onwetendheid na jaren knutselen en frullen met kinderen uit groep drie een waar pro geworden in priegelen. Van de liefkozende vrouw gleed zijn fonkelende blik naar de man, stopte daar - en vertroebelde even met een zweem van smart, die achter zijn irissen kolkten. Zijn mondhoeken zakten omlaag. Voor even voelde hij de drang het linkermodel door zijn benen te laten buigen, zodat hij korter leek, en een broek uit te knippen die de geknikte knieën van het oog onttrokken. Zoals hij nu stond; een wenselijk criterium waar hij nooit aan zou voldoen. 'Nee, Shong,' lachte een vrouwenstem uit herinneringen van zijn diepste verleden, schrijnend, alsof hij ook niet een kloppend hart in zijn borst had dat liefde wilde kennen, 'weet je dan niet dat alles onder één meter zeventig automatisch vriend-materiaal is, en meer niet?'
Hij liep verder, versomberd. Naast het door hem gecreëerde danspaar stond een houten anatomische hand, als een levenloze klauw die boven de kast uit reikte. Hij schudde hem voorzichtig zoals hij met een echte hand zou doen, zelfs weer met een voorzichtig glimlachje, en terwijl hij dat deed - een beetje gespannen, zijn ogen sluitend, gestaag uitademend - probeerde hij zich in het moment van de verbeeldingskracht vast in te denken hoe hij zich zou voorstellen aan de kunstlerares, dat er in zijn concentratie uit kwam als een onsamenhangend, fluisterend geprevel.

To a sky, after all? ☁


@Emori!

Amabli señores = Amable señor - beste man
Al la fleur = El la flor - de bloem
Vendu usti = Vende usted - verkoopt u ze?
Disculpa - pardon
Graschpias = gracias
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimewo apr 26 2017, 11:54

Dromerig staarde Emori even uit de grote ramen van het atelier. De hartelijke zonnestralen beschenen haar fijne gelaat en omarmden haar als een prachtige, ongerepte mantel, haar aandacht prikkelend, aftastend en haar gelaat onderzoekend. Het deed haar hazelnootbruine ogen lichtjes glinsteren als vervuld met de schittering van puur geluk, nog meer dan gewoonlijk. Haar lange, lichtbruine lokken straalden als met gouddraad doorsponnen, waarbij ze losjes als een stromende waterval over haar smalle schouders vielen. Op haar lelieblanke wangen stond een aangename, gezonde blos door de innige warmte die de zon verspreidde. Onbewust ontsnapte een vredige zucht haar volle lippen, terwijl haar blik uitgebreid over de uitgestrekte omgeving voor haar ging, welke nog enigszins weggeborgen was achter het glas, alsof ze in feite het wonderlijkste schilderij bestudeerde…
De bescheiden bries die zachtjes door een open raam naar binnen blies, speelde onderwijl plagend met haar haar en de luchtige kleding rond haar lichaam, zoals het altijd deed als het de kans kreeg. Het maakte niet uit waar ze zich bevond, de wind -het element wat een plek in haar hart had ingenomen al sinds jonge leeftijd- was er altijd om over haar te waken en haar hier en daar stiekem te herinneren aan haar aanwezigheid. Het hoorde bij haar zoals de magie voor velen op deze school onontkoombaar deel uitmaakte van hun leven, al trad het bij haar niet altijd op de voorgrond zoals dit voor anderen soms wel het geval was.
Waar Emori normaal gesproken gekleed ging in makkelijke kleren als een broek en blouse, had ze vandaag eens voor de verandering iets anders aangetrokken, alsof de zon en bijbehorende temperatuur zelf haar hadden uitgenodigd het te doen. Ze dofte zich gewoonlijk niet op voor iemand anders dan zijzelf. Ze droeg waar ze zin in had en waar ze zich fijn en.. wellicht.. mooi in voelde (ze bleef een vrouw), maar het was meer voor haar eigen genot dan om een ander een plezier te doen. Hierdoor kon ze maar moeilijk begrijpen waarom sommige vrouwen zich genoodzaakt voelden om zich te verbergen achter lagen en lagen make-up of juist.. weinig verborgen gingen achter zeer schaarse kleding. Om dan nog maar niet te spreken over het concept “hoge hakken” die je voeten al leken af te knellen op het moment dat je erin stapte… Hm…
Het was in haar bescheiden optiek een ander verhaal als deze uiterlijke kenmerken gepaard gingen met een zekere betekenis, een eigenheid die uitstraalde wie je werkelijk voor je had. Niet iedereen durfde zich namelijk te laten zien in zulke mate, zeker niet wanneer iemands voorkomen hierin recht tegen de stroom, van wat door de maatschappij als “normaal en acceptabel” werd gezien, indruiste. Vandaar dat Emori haar nieuwe gids binnen de kunstwereld en de wereld van het doceren, Levina, met het uiterste respect benaderde. Zij.. was het toonbeeld van iemand die zichzelf durfde te zijn, die het niet leek te deren wat andere mensen ervan vonden. En waar anderen vaak genoeg een excentrieke dame leken te zien die ze wellicht liever zouden mijden, enkel op dat oordeel alleen gebaseerd, zag Emori… een voorbeeld.
Het was dan ook niet elke dag dat je deze jonge vrouw zelf in een jurkje zag rondlopen, maar alsnog was deze.. gepast: het witte kledingstuk reikte keurig tot net boven de knie, omarmde haar slanke lichaam op de juiste plekken, maar was verre van opzichtig. Het kant bij de top was genoeg voor een bepaalde.. elegante uitstraling. De kleur deed haar lichte huid en vooral haar zachte lokken en doordringende ogen nog meer afsteken tegen de rest, deed het eruit springen als enkele spatten verf op een verder maagdelijk wit doek. Gepaard met het natuurlijke licht van de zon en omringd met de kleurrijke, artistieke omgeving van het atelier, kreeg het geheel haast een etherische sfeer…

Het was een rustige dag vandaag. Zoals gewoonlijk, was de ruimte nagenoeg verlaten geweest op de vrije weekenddag, waardoor Emori haar kans had gegrepen verder aan een eigen schilderij te werken waar ze enkele dagen geleden aan was begonnen toen ze de Legendarische Magiër was tegengekomen, of eigenlijk.. toen hij haar had opgezocht.
Haar lange, dunne vingers hielden het penseel nog losjes vast, welke de juiste tonen op het doek aanbracht, zodra haar opmerkzame blik was teruggegleden naar haar werk.
Plotseling leken de geschilderde, dreigende en donkere wolken, de naargeestige duisternis op de achtergrond en het enkele licht in de voorgrond misplaatst in het verder zonovergoten atelier rondom haar en in verhouding tot haar eigen serene gelaat. Maar een kunstenaar kon nou eenmaal niet altijd in dezelfde mate uit de levendige bron der inspiratie putten. Haar handelingen waren daarom eerder geconcentreerd, doelgericht, getraind, in plaats van de vrijelijke manier waarop ze even geleden had geschilderd. Toch kon ze het niet helpen dat er af en toe een vrolijk geneurie haar mond ontsnapte, op het moment dat ze haar concentratie ook maar eventjes liet verslappen…
Toen ze zichzelf er uiteindelijk op betrapte, trok Emori zich zachtjes lachend terug en rolde uitgebreid met haar ogen door het contrast in haar wezen en haar werk. Nee, dit zou zo niet gaan werken. De dag was simpelweg te prachtig en haar gemoedstoestand te kalm, te.. levendig, als een voortkabbelend beekje wat gemakkelijk en op eigen tempo zijn weg vond door het wilde landschap van de kunst en creativiteit.
Hierdoor besloot ze zich na even aarzelen voor nu geheel terug te trekken van haar werk, zette het penseel trouw terug bij de rest van zijn soortgenoten na het afgespoeld te hebben en liet ze zich langzaam van de kruk afglijden waar ze zojuist op gezeten had.
Nog één maal liet ze haar ogen ijverig naar het doek gaan. Of zou ze…?
Nee. Nee, het was genoeg geweest. Ze zou het later nog eens proberen.
Om haar tijd dan toch nog enigszins nuttig te maken, begon de stagiaire vervolgens braaf haar eigen rommel op te ruimen en haar werkmaterialen te ordenen voor het geval ze later nog een poging zou wagen. Zo viel haar blik ook op een stapel tekeningen die ze eerder al had opgemerkt. Het was het werk van de leerlingen van de donderdagklas, als ze zich niet vergiste. Met haar nieuwsgierigheid duidelijk geprikkeld, lichtte ze de stapel haast ietwat ondeugend op om er nog eens uitgebreid doorheen te neuzen. Hier en daar begon ze al enigszins de verschillende stijlen te herkennen en te koppelen aan de individuele personen, puur omdat het haar oprecht interesseerde wie wat gemaakt had, welke potentie ze mogelijk bezaten en waar hun interesse en voorkeuren naar uitgingen. Alsof ze in werkelijkheid het werk van de bekendste schilders van Puffoon in handen had, liet ze heel voorzichtig tekening na tekening door haar vingers glijden, vervuld met de zachtheid en betrokkenheid van een trotse docente, al mocht ze zich nog niet zo noemen. Schitterend, ieder vel afzonderlijk, ieder op zijn eigen, unieke manier...

Nadat ze de laatste tekening met uiterste zorg bekeken had, maakte ze voor zichzelf een besluit: het atelier had best nog plek op de muren voor nog een aantal kunstwerken!
En mocht Levina het er niet mee eens zijn, dan.. kon ze het altijd nog weghalen. Toch?
Hierdoor met weer een duidelijk doel voor ogen, legde Emori de tekeningen tijdelijk terug op de tafel en begaf zich naar de voorraadkast om plakstrips te halen.
Ze was nog maar net uit het zicht verdwenen toen ondertussen iemand anders de ruimte betrad… Zoekend naar het materiaal, had Emori dit verre van in de gaten.
Pas op het moment dat ze even later weer kalm terug wandelde, bleef ze abrupt stokstijf in de deuropening stilstaan bij het opmerken van een… bescheiden verschijning. Verwonderd liet ze haar blik rusten op de nieuwkomer en bekeek hem automatisch aandachtig, met dezelfde zorgvuldigheid waarmee ze ook naar een kunstwerk zou kijken. Het kostte haar een tel om vast te stellen dat hij gering in lengte was, maar langer dan dat bleef ze daar niet bij stilstaan. Het was immers niet het enige wat telde, verre van zelfs. En daarbij.. was dat niet wat werkelijk haar aandacht trok… Er was in feite zoveel meer te zien, hoe langer ze naar hem keek: speelse, witte lokken waar zelfs de bries ook even nieuwsgierig naar leek, sprekende ogen, een aangename uitstraling en een glimlach die perfect leek aan te sluiten bij het gouden licht van de zon in de ruimte…
De belichaming van vreugde.
Wie was hij..?
Ergens kriebelde het bij haar direct om naar hem toe te gaan en ernaar te vragen, benieuwd naar de vreemde, zoals ze altijd was wanneer ze een nieuw persoon ontmoette en zeker bij hem, maar iets… hield haar tegen. Alsof… alsof het nog te vroeg was om nu al van haar plek te komen, alsof.. ze hem nog iets langer moest observeren, moest… bestuderen… Het was misschien niet heel netjes van haar, maar ze kon het gewoonweg niet helpen. Het was haar leergierige aard die weer eens de overhand had genomen.
Onbewust verscheen er weer een glimlach rond haar lippen toen ze toekeek hoe de man uit zichzelf met de ledemodellen begon te spelen; een glimlach vrij van oordelen, vrij van lading, enkel vervuld met een bepaalde… tederheid die aansloot bij haar fijne gelaat. Ook de vriendelijke blik in haar ogen verzachtte, terwijl ze aandachtig gadesloeg hoe de poppen door hem werden gepositioneerd en aangekleed. Het deed een merkwaardige sensatie van warmte door haar lijf trekken, door het werkelijke gevoel wat deze handelingen uitdroegen op het moment dat haar ogen zijn gezicht weer vonden en erop bleven hangen. Slechts enkele seconden had ze zich op de kleurrijke bloemen naast hem gericht, haar lievelingsbloemen toevalligerwijs, maar langer ook niet.
Nee.. Nee, wat op zijn gezicht te lezen viel was zoveel malen interessanter… Ze kon simpelweg niet stoppen met het bekijken. Zijn blik.. Zijn.. uitdrukking… Het vertelde haar zoveel en weinig tegelijkertijd. Wat betekende het versmallen van zijn lach? Waarom vertoonde zijn gezicht plotseling niet langer die vrolijkheid die zonet nog haar aandacht had getrokken? En dat terwijl juist nu zijn werk gedaan was en het paar beter gekleed verder kon dansen voor zijn neus? Had ze.. toch iets gemist? Maar wat..?
Onbewust was Emori ondertussen iets van haar plek gekomen, maar wist zich ervan te weerhouden geheel naar voren te stappen. Nee, nog niet. Kijk, hij liep nog verder…
Wat zou hij nu weer van plan zijn?
Ze onderdrukte een lach door haar eigen houding en drukte zich ietwat tegen de deurpost aan om zich zo klein mogelijk te maken in haar positie en nog niet opgemerkt te worden, al betwijfelde ze ergens of dit anders wel zou gebeuren. Net zoals zij soms op kon gaan in haar eigen wereld, wanneer ze verloren ging in haar inspiratie, leek ook de man tijdelijk geheel opgezogen te worden door zijn eigen “onderzoek” naar de omgeving om hem heen. Het prikkelde haar nieuwsgierigheid naar de vreemdeling alleen nog maar meer.

Uiteindelijk moest ze haar hoofd toch iets voorover buigen om net om het hoekje van de deur te kunnen spieken hoe hij nu naar een ander voorwerp reikte, waarbij haar lange lokken direct opgewekt langs haar lichaam naar beneden vielen. Eenzelfde tederheid en zachtheid die eerder al op haar gezicht te zien waren geweest, schemerde eveneens door toen hij daarop de houten hand voor hem aanpakte en het.. zowaar de hand schudde. Oh?
Toch was het niet zozeer het schudden van de hand zelf waar haar aandacht op gevestigd bleef, maar het weer lichtelijk omhoog krullen van zijn mondhoeken terwijl hij dat deed. Mooi… Daar was die lach weer, al.. leek deze niet meer zo helder als ze net nog bij hem had gezien. Hm…
Bij het horen van zijn stem, zo gedempt, kon ze zich gewoon niet langer inhouden: zachtjes -om hem onverhoopt niet te veel te laten schrikken- stapte Emori naar voren en begaf zich, als door de wind zelf gedragen, lichtvoetig naar de ander toe.
Vlak naast hem bleef ze staan. Zonder nog te spreken, gleden haar eigen, kleine handen nu naar voren om voorzichtig zijn hand los te maken uit de grip van het model en zo het houten voorwerp te vervangen voor haar zachte, warme handpalm. Glimlachend en zonder enige gêne schudde ze de man de hand, terwijl ze zijn ogen opzocht, aangezien deze vaak meer konden vertellen dan welke woorden dan ook. “Bijna.” klonk daar voor het eerst haar melodieuze, lieflijke stem richting hem, sprekend op een toon alsof ze hem wilde helpen, wat de sfeer rondom haar luchtig en opwekkend maakte. “Ik mis alleen die glimlach nog die ik eerder wel bij je heb gezien…” prevelde ze er nog achteraan, doelend op zijn ietwat.. gespannen glimlach nu en liet zelf even een helder, aanstekelijk lachje horen, welke als het ware haar vrouwelijkheid en jeugdigheid benadrukte, maar geenszins spottend overkwam.
Langer dan normaal gesproken de gewoonte was, bleef ze zijn hand vasthouden, net zolang tot ze deze goed wist te schudden. “Emori Bijoux.” stelde ze zich uiteindelijk voor, waarna ze hem pas weer losliet, nog wel in afwachting of hij zich ook aan haar zou voorstellen. Door haar accent en zachtaardige stem gesproken, klonk haar naam zo zacht en sierlijk, alsof je haar bijna ‘gezondheid’ erachteraan wilde wensen. “Stagiaire Kunst.” voegde de jonge vrouw er nog voor de duidelijkheid aan toe, tevens om haar aanwezigheid in de ruimte te verklaren.
Onverstoord en zelf verre van ongemakkelijk door zijn plotselinge verschijning, draaide ze haar hoofd vervolgens weer iets naar de bloemen. “Arcus Amandozas.” verzuchtte ze haast dromerig, wat haar eigen bewondering voor de bloemensoort liet doorklinken. De zon was ondertussen zo mogelijk nog feller gaan schijnen en omarmde haar gelaat wederom als tevoren. “Prachtig… Zijn ze voor Levina?” Het was een conclusie die ze vormde, aangezien hij vermoedelijk niet voor niets juist in het atelier met de bos was verschenen en ze ging er maar vanuit dat het niet voor haar zou zijn. Waarom zou hij? Waarschijnlijk.. wist hij nog niet eens van haar aanstelling af, tot nu, zoals de meeste werknemers op de school. En daarbij was ze natuurlijk ook maar een stagiair. Met Legendarische Magiërs die de Toren bezet hielden, stelde haar functie nou eenmaal niet veel voor. Niet dat ze dat erg vond. Ze kwam hier immers enkel om te leren en ervaren.
Geleidelijk aan gingen haar glanzende, bruine ogen terug naar hem. Het was duidelijk dat Emori in dermate communicatief vaardig was, dat ze geen enkele moeite leek te hebben zo een gesprek met een verder compleet vreemde aan te knopen, al hoopte ze ondertussen dat ze hém uiteraard niet te veel had laten schrikken met haar aanwezigheid…
Terug naar boven Ga naar beneden
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimevr mei 05 2017, 03:56


what is one cloud


Peinzend gleed zijn blik van de houten man met strik en onzichtbare tuxedo naar de vrouw in haar papieren jurkje en weer terug, nog steeds analyserend en nog steeds.. een beetje neerslachtig. Gekweld zou hij zich ervan af zetten, maar de bescheiden watermagiër wist dat het een manier was om zijn onuitputbare equilibrium weer te hervinden, die hij even uit het oog en uit het hart verloren had. Als hij niet geheel benomen was door het moment, had hij haar aan kunnen horen komen. Zijn opvallende spitse oren en zijn verscherpte gehoor: hij kon een naald horen vallen aan de andere kant van de kamer, een insect horen kruipen achter de wand. Maar daarvoor was hij werkelijk te diep verzonken in zijn generale repetitie voor de kennismaking, zoals hij die in zijn hoofd in kleine stapjes afliep. Hand schudden - niet buigen. En dan de naam, jezelf verkondigen. Onthoud: de eerste indruk is het belangrijkst. Thuis was niet meer, en hij bevond zich ook niet langer in de vredige oases van de Syaorin, die hun geheime heilige domein afbakenden tegen de rest van de buitenmaatschappij. Kovomaka was een betoverende wereld met hardvochtige mensen, en hoewel hij zich al jaren van zijn rustgevende Cassiaanse thuisfront had losgemaakt, bleef het toch keer op keer een uitdaging om zichzelf eraan te herinneren dat hij zich aan diende te passen aan gebruiken die hem niet eigen waren. Nog veel te vaak vergat hij dat een simpelweg 'hoi' al volstond als begroeting. Dat het niet nodig was om ieder individu met ofwel 'meneer' of 'juffrouw' aan te spreken, hoewel menig persoon dit uit zijn ervaring aandoenlijk en beleefd vond en hij dit er van zichzelf om die reden wel in mocht blijven houden. Betrapte zichzelf erop dat hij af en toe nog buiginkjes in introducties stouwde, vaak geheel onbewust. Maar een hand schudden, dat bleek niet meer dan normaal, een etiquette, het was zelfs onbeleefd als je een aangereikte hand niet aannam. Dus.. dus schudden - niet buigen!
Vlagen van reeds geoefende woorden waren als zachte spelingen van de wind in het beloken lokaal te horen ('juffrouw Levina.. juffrouw Levina, goed u te zien, u - nee.. nee, dat is niet goed. Juffrouw Levina, aangenaam kennis met u te maken - s..schudden, niet buigen!'). Terwijl hij geheel in zichzelf gekeerd de laatste woorden nog lispelde, zijn ogen uit diepe concentratie met een bijhorende diepe frons gesloten, merkte hij dat zijn kleine mini-toneelstuk wel erg de lijn van spel en realiteit begon te overbruggen. De houten hand in de zijne was niet langer meer een houten hand, besefte hij toen hij knipperend naar de slanke vormen tussen zijn vingers staarde.
Het was de manier hoe ze hem benaderde. In iedere andere situatie was hij zich het apenzuur geschrokken, had uit reflex misschien wel een ledemodel richting de andere kant van de kamer geninjaad, of was letterlijk in een kastje gedoken (waar hij met opgetrokken knieën overigens toch wel in zou passen). Sprakeloos keek hij naar haar op, zijn ogen groot en starend. De onbekende die daar plotseling uit het niets leek te zijn opgedoemd. Er was toch nog een soort van stormachtige nevel die zijn perplexie op die manier enigszins wilde uitbannen, dat namelijk gebeurde door het verslappen van zijn spieren en - zonder zijn verstomde blik van haar af te kunnen scheuren - het loslaten van het stapeltje kunstwerkjes onder zijn arm. Een suf, ongelukkig plofje weerklonk door het atelier. De vlagen aan knipsels, verf en vormen die stompzinnig langs hem heen richting de vloer dwarrelden, was daar neergekwakt in een waaier van kleuren. Stompzinnig, omdat hij vanzelfsprekend weer niets tegen zijn schrikachtige aard kon doen. En waarom moest zoiets er dan weer voor zorgen dat hij zichzelf daar altijd mee in een onbeholpen houding bracht? Zijn lippen vonden elkaar in een herhaaldelijke cirkelgang, af en toe met een klein ademteugje dat zijn weg vond tussen zijn tanden door - maar er iets fatsoenlijks uit krijgen, dat leek er niet in te zitten. Hij trachtte een poging te doen het tot een halt te brengen, met het beschromende idee in zijn hoofd dat het hem op een onthutste vis deed lijken, maar slaagde hier niet bepaald in. Zijn bij de knokkels wit weggetrokken vuisten - hij wist niet waarom - omklemden strak de zoom van zijn hemelblauwe livrei, die zijn kleine, slanke lichaam als gegoten omsloot en precies voor hem gemaakt leek te zijn. Dat korte postuur, dat o zo zwak en breekbaar leek, maar binnen zijn borstkas een warm baken van overvloeiende affectie verholen hield; voor hem en haar, voor dit en dat, voor zus en zo en voor iedereen. Iedereen was teveel. Wijs genoeg was hij om dit te weten, maar hij deed - of liever gezegd - kon er niets mee doen. Te diep in zijn kern ingeworteld. Het resulteerde in beteuterde schuchterheid en weifeling, bang om iemand te vergeten, het fout te doen, of gefrustreerd te raken. Zoals hij nu ook schoorvoetend voor de jonge vrouw stond, een paar propjes papier en verloren krijtjes tussen zijn rode slofjes bestuderend, met enigszins gekleurde wangen. Het vlasrood dat intussen zijn weg had gevonden naar de puntjes van zijn oren was in de oranjerode kleurennuances gelukkig niet al te merkbaar, maar wel zichtbaar. Ondertussen schoten zijn schuwe, donkere ogen over al haar kleine details die hij maar kon registreren; de betoverende, welteverstaan, zoals hoe het zonlicht gevangen werd in de lokken van de brunette en gouden spikkeltjes in haar ogen naliet - niet de uitgewrongen, geborneerde borst-haar-billen-analysatie van menig man, Nansra verhoedde ze, en hij zou zijn nietige beschamende zelf in dat geval ook maanden niet in een spiegel aan durven te kijken.
Als dit juffrouw Levina Soleil was - de lerares Kunst zoals hij haar in haar zwart en wit, rouge en gloss, gekkigheden en wandelend definitie van creativiteit door de gangen had zien lopen - als dit wérkelijk was hoe de intimiderend lijkende docente onder al haar lagen make-up en schmink eruit zag, dan.. dan was ze een bijzonder mooie vrouw. Niet dat hij daarmee wilde concluderen dat ze dat anders niet was - hij vond haar in één omschrijving een interessante verschijning, hield van excentrieke figuren omdat hij zichzelf daar toevallig ook onder kon rekenen, en Levina was met of zonder haar allure zeker een aantrekkelijke vrouw - maar die lagen schmink leken toch sprankelende bolletjes licht die hij als haar ongekunstelde pracht kon aanduiden, te vermolmen. Dit - dit was haar ingeschapen pracht. Een meer gedefinieerde streep kon hij daar niet onder zetten. Au naturel, zelfs nog met een glimlach die hij er gratis bij kreeg. Er waren geen andere vormen van schoonheden die een vrouw kon dragen. Waarom make-up, waarom sieraden, waarom teveel onthullen, waarom fauxe glans en waarom de meest kostbaarste stoffen van over heel Kovomaka's Zeven? Die twee dingen alleen al, dat was wat een vrouw op haar mooist bracht. Een glimlach was de mooiste 'curve' die ze kon dragen, en dat was dat. Dun of wat gezetter, ze waren allemaal lekker op hun eigen manier een plaatje. Maar vooral, boven alles, natuurlijk. Als je het hem vroeg, zou hij verlegen en frunnikend aan zijn oranje ceintuur zijn blik neerslaan en zoiets mompelen, hoewel zijn spitse oorpunten zouden gloeien en hij er in negen van de tien gevallen toch niets uit zou krijgen. Dat kon hij overigens sowieso al niet.
De dame - die misschien bewust of onbewust de vlammende tinten van buiten droeg, doorgespekt, ingeroerd en vermengd tot er donkerdere, herfstachtige kleuren uit kwamen die haar aankleedden met pure élégance - bood hem nog meer kleine aspectjes finesse om verwonderd over te zijn. De simpele witte jurk viel bescheiden over haar postuur, was vrouwelijk, zonder extreem te worden. Zo smetteloos als één van de onaangeroerde doeken die hij in zijn ooghoek staande op een schildersezel opmerkte.
En.. - hij bedacht het zich terwijl hij zich timide in een bovenarm kneep - ze was als het tot leven gekomen ledemodel in haar witte jurk, dat daar nog in een vluchtige danspositie op de kast prijkte. Zijn in het niets ronddolende gedachten aardden - of kon hij beter zeggen, 'stegen'? - zich in iets etherisch toen hij zich voor zijn geestesoog haalde hoe ze uit een wit, verheven licht kwam gestapt, als uit een betovering misschien, om een slanke hand op zijn schouder te leggen en hem te vertellen: 'Maar Shong - hoe het ook zij, je bent goed zoals je bent. Niets meer aan veranderen.' En vervolgens een glimlach op dat lieve gelaat. Huiverig beet hij op zijn lip; het was zo onzinnig zoiets te denken. Hij moest ophouden met dingen te verbloemen in de hoop zichzelf buiten de staat te houden waarin zijn hart angstig en kleintjes in zijn borst roffelde, als dat van een in een hoek gedrukt knaagdiertje. Dat spiegelde mogelijkerwijs misschien ietwat terug in zijn gedrag, doordat hij zich in zijn hoofd had gehaald dat hij - ondanks zijn vrij succesvolle boeken, ondanks het feit dat iemand als hij, iemand van een vaak uitgespuugd en belagen ras, carrière had weten te maken - niet zoveel voorstelde.
Hij was dun en - zoals op het eerste gezicht al duidelijk mocht zijn - van een opvallend klein formaat. Iedere beweging die hij maakte, blaakte normaal gesproken van een aanstekelijke levenslustigheid, alsof zoveel bruisende, positieve energie niet in zo'n iel lichaam paste en er op de een of andere manier wel uit móest stromen. Alles was zacht en behaaglijk, van zijn handelingen tot zijn stem, en de contouren van zijn gezicht. Dat had iets dat je je mogelijk aan hem aan kon trekken, vooral omdat hij alles met zoveel toewijding en zorgzaamheid deed en hij niet bepaald over het atlas-postuur beschikte van menig volwassen man. Het zou iets reins kunnen hebben, omdat het extreem moeilijk was om je hem voor te kunnen stellen als zondaar met bloed aan zijn handen. Curieus ook, misschien; als een opengeslagen boek waar de letters op het perkament vervaagden voor je ook maar een glimp van een woord op had kunnen vangen. Maar hij hoopte dat dat onbewust een aangenaam uitgangspunt bood voor wie dan ook om toenadering te zoeken wanneer ze vastliepen met.. wat dan ook. Zij had eveneens een bepaald soort zachtheid, waarin hij zich kon vinden. Van haar stemgeluid tot de twinkeling in haar ogen, van haar kruin en fijne gelaatstrekken, tot - alles. En ze was natuurlijk langer dan hij, zodat hij gedwongen was naar haar op te kijken. Dat was zo'n gewennig, oud patroon dat hem bij iedere nieuwe kennismaking eigen was, dat in de afgelopen dertig jaar dat hij leefde daar tot op heden nog geen verandering in was gekomen. Maar het gaf niet, want om de een of andere reden voelde hij dat het er helemaal niet aan toedeed in haar bijzijn. Dat zij onuitgesproken liet weten dat het helemaal niets uitmaakte. Het viel ook te horen in haar sussende stem, melodieus en mild, en toen een helder lachje dat klonk als een klaterende fontein. Bevangen door de opbeurende uitdrukkingen die vrij hun gang gingen op het gelaat van de alleraardigste vrouw, kon hij het niet helpen om mee te doen in haar welbehagen. Dat gebeurde in een half glimlachje - alsof hij vergeten was hoe te glimlachen - terwijl hij ietwat soezerig naar haar opkeek en er intussen niet zoveel acht op leek te slaan hoe hij onder haar schudden wat houterig heen en weer deinde. Emori Bijoux. Zelfs de klanken van haar naam waren als welgekozen, heldere muzieknoten die samen een minnelijke melodie vormden.
Haar hand, die nog in de zijne lag, bleef hangen in dat gebaar van verbondenheid. Oh! Maar verdorie, zijn introductie! Als een kind in opperste concentratie dat iets ingewikkelds voor het eerst uitprobeerde, deed Shong een poging met een lichte frons te schudden. Hij.. wist zeker dat het door het moment zelf kwam; in verwarring wapperde hij in eerste instantie alleen wat aan haar vingertoppen, alsof hij de pezen los trachtte te gooien, en toen in zijwaartse, horizontale heen en weer beweginkjes, voor hij erin slaagde de hand van de vrouw te schudden zoals het hoorde. Daarmee klaarde ook zijn gezicht wat op, blij dat het hem weer te binnen schoot en hij haar op die manier 'aangenaam!' kon zeggen, iets dat ze boven alles zeer verdiende. De eer was geheel aan hem!
'Shong!' riep hij daarop iets te vreugdevol, om al snel weer in te zakken als een plomp hoopje onzekerheid bij het besef van die manier van voorstellen, die eerder klonk als een nietsbeduidend kreetje in een veilingshuis. Hij nam een grote hap lucht, liet deze ontsnappen, en probeerde het opnieuw. 'Ah - Shong Mu Chang-Yao. Leraar watermagie.'
Zonder het zelf in eerste instantie door te hebben, plaatste de kleine man toch - ja, toch - zijn vuisten voor zijn borst tegen elkaar en zakte iets door zijn rug in een respectvolle buiging. Waardoor hij zichzelf wel om zijn hoofd kon slaan. Hij had het te vaak voor zichzelf herhaald, en helaas: zijn aangeleerde tradities hadden zich in hem vastgeslagen met weerhaakjes.
Maar - had ze zich nu voorgesteld als stagiaire Kunst? Had hij zich hier nu een potje lopen voor te bereiden, bloemen gekocht, een uitgebreid stappenplan verspreid over de gehele dag die uitreikte naar een ontmoeting in dit zekere lokaal in zijn hoofd afgelopen, om vervolgens tot de ontdekking te komen dat juffrouw Levina er niet was en háár - de stagiaire - compleet te vergeten? Dat, terwijl ze ze duidelijk zo mooi leek te vinden - dat.. hoe kon hij - Bloemen voor iemand die er niet eens was, niet bedoeld voor haar - hoewel hij haar een tuin rijk aan Arcus Amandozas zou willen schenken. Wat moest ze wel niet van hem denken? Wat stom! En gênant! Liep hij hier een beetje vrij te knutselen in een werkruimte die niet eens aan hem toebehoorde, om haar daar waarschijnlijk midden in haar werk te storen en vervolgens alleen een hand in de aanbieding te hebben. Koortsachtig schoot zijn blik door het atelier, niet meer wetend wat te doen, wat te zeggen - en begon toen als een bezetene de kinderknutselwerkjes van de grond te tasten in een kreukelig balancerend stapeltje, verloor er een paar, plukte ze weer uit de lucht, in het voorbijgaan drapeerde hij slordig een kliederdoek over het houten danspaar en kukelde in zijn bevlieging van onbeholpen pogingen haast op zijn snufferd, over een krukje waar hij tegenaan botste. Stom, stom, stom!
'Ik - juffrouw Levina - in Oak's Field, ik..' Benauwd drukte hij zich met zijn rug tegen de kast, de kunstwerkjes die hij wel van ieder nieuwsgierig oog had weten te redden stevig tegen zijn bovenlijf gedrukt terwijl er nog een paar fletse wegstervende woordjes die klonken als 'señorita' en 'olé' over zijn lippen kwamen, als weinig aanduidende aanwijzingen waar ze het maar mee moest doen. Zichtbaar zakte zijn borst beverig in bij het langzaam laten ontsnappen van een lange ademteug, een onmisbaar streven om zichzelf tot rust te manen. Zelfs zijn slokdarm schokte licht toen hij een brok doorslikte, zijn smalle adamsappel rolde gejaagd door zijn keel. 'Ik ga nu - nú meteen een tweede bos bloemen voor u halen! Nu meteen! Vergeeft u me, als ik geweten had dat u hier nu aanwezig zou zijn, dan had ik wel - en was ik.. niet-' Tevergeefs probeerde hij zich met gebaren van zijn vrije hand te verduidelijken, maar voelde dat het geen zin had. Alles liep weer in het honderd - als het al niet in het duizend liep. Kalmte ging hand in hand met zijn manier van handelen, slim als hij was om als buitenstaander maar al te goed te weten hoe de wereld in elkaar stak, wijs als hij was, dat tevens het wapen was dat hij hanteerde - maar dat alles liet hem keer op keer in de steek, daar waar de broze besluiteloosheid en pressie als een Puffoonse wervelwind tekeer ging binnen zijn veel te gevoelige ik.

To a sky, after all? ☁
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimeza mei 20 2017, 17:43

Ze had wel degelijk opgemerkt hoe de stapel papieren onder zijn arm vandaan was gegleden op het moment dat hun ogen elkaar eindelijk vonden, maar ze weerstond de verleiding direct behulpzaam neer te knielen en het voor hem op te rapen. Iets in zijn blik leek namelijk weg te geven dat iedere, onverwachte beweging van haar kant hem wellicht zou kunnen laten schrikken. Het was niet gek te noemen, aangezien ze redelijk uit het niets was opgedoemd en zonder pardon zijn hand had gepakt. Maar juist deze bevlogen nonchalance, het gemak waarmee ze contact zocht met eenieder individu, vervuld van oprechte interesse in de ander, was wat Emori… Emori maakte. En dus bleef ze hem stilzwijgend observeren om zijn reactie te peilen en hier zelf ook een passend antwoord op te kunnen geven. Wellicht waren enkele, geruststellende woorden genoodzaakt na haar ongegeneerde actie, een teken dat ze het goed bedoeld had en hem niet zo had willen overrompelen. Ze kon het daarbij niet helpen dat haar blik hier en daar heimelijk afdwaalde uit de puurste nieuwsgierigheid naar de kunstwerkjes op de vloer. In een flits dacht ze een bepaalde kinderlijke speelsheid erin op te merken, maar door haar focus op de man voor haar gunde ze zichzelf niet meer dan enkele tellen om ernaar te kijken. Bovendien wilde ze niet zomaar onbeleefd gaan staren naar iets wat zijn bezit leek te zijn. Dat was niet haar plaats.
De glimlach was onuitwisbaar op haar vriendelijke gezicht gebleven naarmate ze had gewacht eer hij in staat was haar de hand te schudden. Of het hem wel of niet lukte, deerde haar niet zozeer. Stiekem was het puur haar manier om hem gerust te stellen met haar aanwezigheid, om zijn zichtbare spanning voor.. wat dan ook te willen wegnemen. En daarbij was het altijd leuk een nieuw persoon te ontmoeten.
In een opwelling schoot het haar te binnen hoe zijn handelen, zijn uitdrukking en… -hm?- een lichte verkleuring op zijn wangen haar deed denken aan dat van een verlegen kind wat een klein duwtje in de goede richting nodig had om contact te maken, maar daarbij rustte er… iets in zijn ogen wat keer op keer haar aandacht bleef trekken: een bepaalde volwassenheid en sluimerende levenservaring waar ze voor nu nog niet goed bij kon komen. Alsof… er in werkelijkheid zoveel meer door de ander heenging dan ze voor nu te zien kreeg. Het… intrigeerde haar, zorgde ervoor dat ze wel naar hem moest blijven kijken, zelfs nadat ze uitgesproken was en hun handen zich weer uit elkaar hadden losgemaakt. Emori onderdrukte een verraste giechel toen hij daarop plotseling (vermoedelijk) zijn naam riep. Het schalde werkelijk voor een moment door het lokaal en deed een gelijksoortige vreugde in haar hazelnootbruine irissen doorschemeren. Ze kon zijn enthousiasme en opgewektheid zeker waarderen, waardoor haar volle lippen zich direct iets van elkaar sperden toen daarna in een flits de vlaag van onzekerheid terugkeerde bij zijn eigen realisatie over de uitroep. ‘Nee… Nee, verstop je nou niet.’, schoot het onbewust door haar heen.
Toen zijn volledige naam en functie volgden, voelde ze haar mondhoeken spontaan ietwat omhoog krullen. Die naam… Het kwam haar zo bekend voor. En hij was dus docent? Ah. Hij-
Hm?
Een klein schokje trok door haar hele lichaam op het moment dat hij daarbij plotseling… een buiging maakte. Hij… Hij boog voor haar? Oprecht verwonderd schoot haar blik direct in het rond, alsof ze zeker wilde weten dat er niet toevallig een Legendarische Magiër of iemand anders van betekenis achter haar stond. Maar nee… Hij had werkelijk voor háár gebogen. Waarom? Emori was… een niemand. Slechts een stagiair, slechts een gewone, jonge vrouw van Puffoon. Niets meer en minder. In geen enkel opzicht was ze in haar eigen ogen “bijzonder” te noemen. Ze deed zich dan ook geenszins anders of als meer voor dan dat ze was, waardoor zijn actie haar overrompelde, op… een positieve manier. Nog nooit had iemand haar zo benaderd, met dergelijk respect. Nog nooit had ze zelf het gevoel gehad dat überhaupt verdiend te hebben, dus moest ze kort haar gezicht afwenden om haar acuut gloeiende wangen zoveel mogelijk te verbergen. Als vanzelf was er een lichtroze blos op haar gezicht gekropen als de eerste hint van kleurige, zachtroze bloemenknoppen in de vroege lente. Emori was… gecharmeerd, mede omdat ze niet wist in hoeverre dergelijke manieren van begroeten wel of niet gebruikelijk waren voor de ander. Hm.. Emori gecharmeerd… Dat gebeurde niet snel. Tevens kwam het niet vaak voor dat ze voor even niet wist wat te zeggen en ieder woord in haar keel bleef hangen. Ze had daarom ook niet direct in de gaten gehad hoe de persoon voor haar eveneens stil was gevallen.
Pas toen ze vanuit haar ooghoeken opmerkte hoe hij bij de kunstwerkjes neerhurkte, keek ze op en bestudeerde hem als vanouds. Shong… Geluidloos prevelde haar zachte mond de naam, alsof ze het op haar lippen wilde proeven. Het paste bij hem.
Lichte verrassing was eveneens op haar gezicht te lezen zodra ze merkte hoe hij gehaast en chaotisch de kunstwerkjes probeerde op te rapen en wellicht iets te veel dingen tegelijk wilde doen. Het was ergens aandoenlijk om te zien, maar ze haalde het niet in haar hoofd direct toe te schieten, om hem niet nog verder “aan te spannen” als de pees van een boog. Als de rust zelve, als een voortkabbelende rivier die rustig zijn weg vervolgde, wachtte de jonge vrouw opnieuw zoals ze eerder had gedaan, zorgvuldig het juiste moment uitkiezend waarop ze weer zou spreken of handelen. Dit moment toonde zich zodra hij zich weer op haar focuste en leek te willen spreken, iets wilde uitleggen… Niet direct kon ze raden waar hij op doelde, maar het was dan ook zijn non-verbale communicatie waar ze meer aandacht aan besteedde. Wat had ze veroorzaakt? Wat had ze toch in hem losgemaakt, waardoor hij haar als een schichtige kat aankeek en naar ieder woord, ieder gebaar leek te moeten zoeken..? Die gedachten en de vele vragen die tegelijkertijd in haar opdoemden, speelden een spel met haar, vormden een uitdaging om de persoon “Shong” verder uit te pluizen. Haar eigen gelaat gaf daarin nagenoeg niets weg, behalve die eeuwige rust, die onuitwisbare, serene glimlach, bestemd om de donkerste dagen op te lichten en twee warme, vriendelijke ogen, vrij van oordelen.
Zijn laatste opmerking bracht haar tenslotte uit haar diepe gedachtestroom, waardoor ze ietwat leek op te schrikken. Wat? Tweede bos? Waarom- Ah. Ze kon haar mondhoeken er niet van weerhouden iets verder omhoog te krullen door de oprechte, goede bedoelingen die in die woorden weerklonken. Hij was bereid zo te vertrekken en terug te komen met ook een bos bloemen voor haar; Hij wilde haar niet passeren. Hij had haar opgemerkt en meer dan dat… Hij hield bewust rekening met haar en haar gevoelens.
Het was… verrassend voor haar, als je bedacht hoe Emori over zichzelf en haar functie dacht, hoe ze er werkelijk van overtuigd was zelf maar onbeduidend te zijn, maar dit geenszins erg vond. Ze nam dan ook een zeker aantal seconden de tijd om zijn woorden op zich te laten inwerken, alsof ze puzzelde wat ze met deze nieuwe informatie aan moest, alsof ze daar nog geen kader voor had uit eerdere conversaties, omdat zoiets dergelijks nog niet was voorgevallen. Alsof ze nog niet eerder zo… “gezien” was, zoals hij haar nu leek te zien.

Al die tijd had ze gezwegen, haar blik op hem gericht, voor ze tenslotte langzaam in beweging kwam. In een elegante, kalme pas wandelde ze naar de bloemen toe om deze van dichterbij te kunnen bewonderen. Zodra ze er naast stond, reikte haar kleine hand met de lange, slanke vingers er naartoe. Enkele verfspetters op haar huid verraadden waar ze eerder die dag mee bezig was geweest. Geleidelijk aan sperden haar rozige lippen zich weer iets van elkaar. “De waarde van een bloem zit niet in het bezitten ervan,” begon ze plots te spreken, waarbij haar stem als etherisch gezang door het atelier golfde, “maar in diens schoonheid die we -met enig geluk- mogen aanschouwen.” Bijna liefkozend streken haar vingerstoppen voorzichtig langs enkele van de bladeren, alsof ze een geliefde aanraakte. “Zo hoef ik bijvoorbeeld zelf ook niet daadwerkelijk de bloemen te bezitten om alsnog te kunnen genieten van hun pracht wanneer ze in mijn bijzijn verkeren.” Plotseling schoten haar ogen hierbij op naar hem en boorden ze zich recht in de zijne, wederom zonder enige gêne. “Als ze hier in deze ruimte staan, kan ik er evenveel van genieten, als wanneer ze mij persoonlijk gegeven zouden zijn. Hun schoonheid blijft immers hetzelfde in beide gevallen.” besloot ze tenslotte, waarmee ze in werkelijkheid aangaf dat het voor haar meer dan voldoende was om überhaupt zulke schoonheid te kunnen en mogen aanschouwen, ongeacht of de bos voor haar of Levina bestemd was, ongeacht of de bloemen wel of niet “haar bezit” waren. Daarbij maakte het duidelijk dat Shong zich daarom op geen enkele manier in allerlei bochten zou hoeven wringen om haar dezelfde bloemen te schenken. Enkel het prachtige aangezicht wat zich nu al aan haar toonde, was voor Emori’s bescheiden, liefdevolle aard genoeg. Haar woorden leken daarbij een zekere wijsheid in zich te dragen die voorbij ging aan haar werkelijke levensjaren en daarmee een glimp weergaven van haar oudere ziel.
Ze bleef hem nog even langer aankijken, om toch nog iets toe te voegen: “Maar dankjewel dat je rekening met me wil houden. Dat is…” Voor een moment, misschien slechts enkele seconden, werd de blos iets duidelijker zichtbaar. “…lief.” eindigde ze een stuk zachter en met verhulde verwondering. Om de daad bij het woord te voegen, scheurde ze uiteindelijk haar blik weer los en ging opzoek naar een vaas om te vullen, zodat de bos niet onverhoopt zou verwelken voordat de werkelijke eigenaresse er naar had kunnen kijken. Dankzij de geordende chaos van het lokaal, had ze deze binnen de kortste keren gevonden, vulde het met een rijkelijke hoeveelheid water en pakte de bos voorzichtig op om het erin te zetten en voor nu op een plek te zetten alsof het in werkelijkheid het mooiste en meest betoverende kunstwerk in de gehele ruimte was en het ieders aandacht direct bij binnenkomst zou grijpen. Tevreden bleef ze er ook zelf nog even naar staren met de kijk van een geïnspireerde kunstenares, de vele kleuren in zich opnemend en innig genietend van de heerlijke geur die het verspreidde.
Hierna begaf ze zich wederom terug naar Shong, bleef op een (voor hem hopelijk) comfortabele afstand staan, om zich hier diep en lenig voorover te kunnen buigen om nog twee verloren kunstwerkjes van de vloer te rapen die eerder onder zijn grip waren doorgegleden. Even, heel even, keek ze ernaar, bestudeerde het met een bijna ondeugende uitdrukking op haar snoet, aangezien ze niet zeker wist in hoeverre de ander dit toestond. Het deed haar ogen weer spreken op het moment dat ze het vervolgens zorgvuldig aan hem aanreikte, voorzichtig zoals ze deed met het werk van eenieder, aangezien ze zelf als kunstenares alle begrip had voor de waarde van dergelijke, persoonlijke stukken. “De geest van een kind is werkelijk… intrigerend als je het de vrije loop laat.” sprak ze daarbij zachtjes, daarmee onthullende dat ze had herkend dat de twee stukken door kinderen waren gemaakt en haar eigen bewondering voor kinderlijke creativiteit en verbeelding tegelijkertijd uitsprak. Zodra haar hand zich naar hem uitgestoken had, hadden haar ogen de zijne als vanzelf weer gevonden.
Terug naar boven Ga naar beneden
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimedi mei 30 2017, 23:06


what is one cloud


In zijn onbewuste, hals-over-de-kop-pogingen om de neerdwarrelende kinderkunstwerkjes te redden, was er in het bijzonder iets dat hem opviel aan de manier van handelen van juffrouw Emori Bijoux. Ze handelde, wel - niet. De jonge brunette was de kalmte zelve terwijl ze bedaard glimlachend bleef staan waar ze stond, niet eens opvallend haar misschien wel aangewakkerde nieuwsgierigheid naar de prille kunstwerkjes de vrije loop latend. Alsof ze hem tevens de tijd wilde geven om tot rust te komen, al daar leek het op. Was ze een observant, net als hij? Opnieuw een nooit uitgesproken, maar in zijn hoofd afspelende gesuste zin; en dat het niet werd uitgesproken en mooi binnen de banen van zijn - vond hij zelf - vrij beschamende gedachten bleef, was ook niet nodig. Hij was in alle eerlijkheid te druk in zijn paniek om ieder detail op te merken, maar haar houding was al alles. Menig bijstander die hem goed genoeg kende, ging een beetje door de knieën om het gelaat op gelijke hoogte met het zijne te brengen, omlijstte met beide handen voorzichtig zijn gezicht om hem te doen dwingen oogcontact te maken en riep hem vervolgens met een zacht woord of een gebaar terug naar de werkelijkheid, afgesloten met een zacht glimlachje.
Maar dit - dit was al genoeg. Ze hoefde niets anders te doen dan er alleen maar te zijn en haar kalmte de rest van het werk te laten doen - en daar was hij haar ontzettend dankbaar voor.
Een ogenblik later, enigszins bekomen van de gecreëerde heisa in zijn eigen hoofd, bedacht hij zich dat ze wellicht een geweldige gedragscoach zou kunnen zijn. Of.. - er schemerde een nipt glimlachje door op het moment dat hij haar een schuine blik toewierp - hij zag haar ook gerust lopen over de blauw met gele stipjes gesierde-linoleum-vloer waar hijzelf jarenlang heel wat rondjes gemaakt had, hij zag haar zonder moeite langs de vrolijke opgeschilderde paarse olifanten op ramen van klaslokalen paraderen, weer een dag rondmakend als kleuterjuffrouw. Daar was ze het type wel voor: rustig, zachtaardig, begripvol. Zo'n lieve juf waar iedereen gek op was. Huilende kinderen die apart werden gezet en zorgzaam benaderd en getroost werden. Ongegeneerd een jonge leerlinge die in haar roze prinsessenjurk naar school was gekomen ten dans vragen, in plaats van daar een op een 'volgens de regels uit het boekje'-opmerking over te maken. Een kwartiertje moppen tappen, of tien minuten eerder vrij. Gratis traktaties, zoals een ijsje voor de hele klas op een hete zomerdag, gewoon, omdat ze een goede dag had. De vrouwelijke variant van wat hij was geweest voor zijn klas.
Maar - ah.. hij betrapte zichzelf er opnieuw op dat hij haar aan stond te staren, of eerder, op de voor hem op maat gesneden term: af en toe een schichtige, indirecte blik in een richting werpen die een béétje in de buurt van een gezicht kwam en intussen stilletjes de grond bestuderen, alsof hij daar een dialoog mee voerde. Hij haatte het idee dat dat over zou komen alsof hij helemaal niet in haar geïnteresseerd was. Hij vond haar zelfs machtig interessant. Hij voelde zich yin, nieuwsgierig roterend om yang; elkaar een beetje onderzoekend, elkaars gedachten aftastend, wegend, peilend, afwachtend. Voorzichtig kroop zijn preutse blik terug naar haar ogen, toen hij een verandering op haar gelaat zag en merkte dat ze zijn onbedoeld plompe introductie op de een of andere manier wel genoeglijk leek te vinden. De onderdrukte giechel bereikte hem natuurlijk niet, maar zou misschien wel hebben geholpen om de sfeer nog luchtiger te maken. Nochtans glimlachte hij - kleintjes, weliswaar, maar het was al een heel pak van zijn hart dat zijn onbeholpen introductie haar eerder leek te amuseren dan te deren. Dat vulde hem met warmte. Meteen schoot zijn blik daarna ook weer weg, hoewel een natrek van de glimlach nog op zijn gelaat te zien was, als nauwelijks zichtbare, maar toch duidelijk op het blanke papier aanwezige zwarte vegen nadat je een dikke potloodlijn met een gum had bewerkt.
Het liefst was de kleine man in zijn onbedoelde buiging blijven hangen, zijn hoofd met dichtgeknepen ogen zowaar hangend tussen zijn benen - voor de buitenwereld zou dat ogen alsof hij met des te meer respect zijn buiging trachtte uit te rekken, maar eigenlijk, in het diepste geheim liep hij dan een proces af om van zijn 'blunder' te herstellen. Een idle status, met een onzichtbaar laadbalkje. Het riep normaal gesproken vragen op waarom hij het deed en voornamelijk waarom hij het zo vaak, bij iedereen deed. Dat leidde dan weer naar overgenomen gebruiken uit zijn cultuur, waardoor het gespreksonderwerp automatisch helemaal overging naar hém - en.. daar voelde hij zich te bescheiden onder. Het deed er niet toe waar hij vandaan kwam, wie of wat hij was. Niet voor hem, in ieder geval. Het ging om de frisse ontdekking van de eigenschappen van de nieuwe persoon vóór hem. En, ach - aan de andere kant: juffrouw Emori zou één van die personen zijn waar hij steeds de neiging bij zou hebben om zijn diepste buigingen uit de kast te halen. Het was misschien om die reden dat hij zich er iets minder beschaamd over voelde en nota bene met frisse, hernieuwde moed een breder glimlachje toonde zodra hij zijn rug weer rechtte. Maar -
Nog met de glimlach op zijn gelaat hield Shong zijn hoofd een tikkeltje schuin, observeerde haar. Hij probeerde de vragende blik in zijn donkere ogen te onderdrukken, maar hij meende toch echt te zien dat ze op de een of andere manier in verlegenheid was gebracht door zijn gangbare begroeting. Waarom? Nansra hield van al haar kinderen. Wist ze dan niet dat ze een mens van betekenis was, met ook in haar curieuze golvende velden die ieder een vaste kleur kregen naarmate ze zich door de jaren heen steeds verder ontwikkelde, minuscule bevende partikelen die haar ziel tot één schoon geheel maakten, en dat dat prachtig was? Ze was werkelijk intrigerend. Het was iets waar hij een zacht lachje om zou kunnen slaken, omdat het zo wonderlijk was om dat níet te denken - maar dat deed hij natuurlijk niet.
De duidelijke verkleuringen op haar wangen merkte hij later pas op, en Shong wenste ergens dat hij het nooit gezien had. Het bracht ook hem weer in verlegenheid. Niet goed wetend wat te zeggen of te doen om haar - en ook hemzelf - uit gêne te brengen, sloeg hij zijn blik al ronddwalend neer en wreef over een bovenarm. De stilte heerste tussen hen, af en toe enkel een bries die papier en gordijnen liet opwaaien, af en toe een fellere schittering van de zon die tersluiks zijn weg vond door het raam van het atelier, en die roze, paarse en rode fonkelingen liet dansen in het glas van opgeborgen potjes verfkwastjes. Het was alsof alles even stil bleef staan. Zijn adem inhield.
Toch niet helemaal onaangenaam (haar aanwezigheid was immers niet onprettig te noemen) maar enigszins toch een beetje terneergeslagen, omdat hij - Nansra, stel je eens voor - daar natuurlijk niets aan kon veranderen. Dat was weggelegd aan de potige kerels die hun woordje klaar hadden, daar iedere situatie (of vrouw) naar hun hand konden zetten: niet aan iemand zoals hij, kleine pion die in de eerste paar zetten al uit het spel zou worden geslagen, als het leven een spelbord was geweest. Het was enigermate vreemd, omdat hij van nature erg sociaal was. Juffrouw Emori was daarin als een fel licht dat hem verblindde, en beter dan dat kon hij het niet beschrijven.
Hij voelde een licht schokje door hem heentrekken op het moment dat één van hen besloot om het bevroren tafereel weer in beweging te brengen. Met een klein rukje keek hij op en sloeg haar gade, hoewel hij zijn hoofd nog een beetje gebogen hield en nog met enige schichtigheid vanuit zijn bovenste ooghoeken haar handelingen volgde. Zwijgzaam keek hij toe hoe de brunette zich als in een zweem van hem afkeerde en met passen vol gratie naar de kast waande. Grondig schoten zijn donkere ogen in kleine afstanden over haar uitreikende handen, enkele lokken die soepel langs haar schouder naar beneden gleden, van haar ranke oren toen naar haar blik, die met ontastelijke liefde de bloemen beroerde. Zijn mondhoeken krulden om tot een speels glimlachje bij het opmerken van de enkele verloren verfspatten, eigenwijs en karakteristiek zoals ze daar zaten.
Hij kon het niet helpen. Hij kende haar nog maar net, maar wist nu al dat dat typisch iets was wat Emori Bijoux tot Emori Bijoux maakte. Dat waren de kleine dingetjes bij een persoon waar je onvoorwaardelijk van begon te houden, en miste als ze er niet waren. Waar je vrolijk een proestje om liet ontsnappen, en dat met een hand om je mond geslagen probeerde te onderdrukken omdat het zoiets eigen was. Zijn snoet perste zich daadwerkelijk in een breder lachje - tot ze in haar zangerige stem begon te spreken.
De woorden die ze sprak droegen iets vederachtigs, niet passend bij de vaak tunnel-zienswijze die hij zo van het mensenras gewend was. Ze sprak als een oude sjamaan uit een Syaorin-kamp, die, zogezegd, lichtjaren verder kon kijken - dat was de eerste vergelijking die hij in zijn hoofd kon maken omdat dat hetgeen was dat hij door en door kende. En het verraste hem. In dat ogenblik kon hij haar alleen maar bewonderd aan blijven staren, met stomheid geslagen.  
'Juffrouw, wat - hebt u een prachtige visie,' de bewondering klonk nog hoorbaar door in zijn satijnen stem. Met een schuine glimlach op zijn gelaat staarde hij even schaapachtig naar haar op.
'Oh.. Als ik dat mag zeggen, natuurlijk; want het mag zeker gezegd worden. Dat heeft een zekere zeldzaamheid dat het een gave is geworden. Vooral.. vooral in deze wereld.' Hij zweeg weer; de zachtere toon in zijn stemgeluid droeg een dergelijk soort pijn en leed van ervaringen uit het verleden die hij liever diep wegstak, en tegelijkertijd nooit meer wilde vergeten.
Nu ze een lopend gesprek hadden, en hij zich daar totaal in begon te vinden, durfde hij dichterbij te komen. 'Alle bloemen onthouden schoonheid, met zekerheid, altijd,' begon hij diepgevoeld verder te spreken terwijl hij met omklemde handen om de zoom van zijn livrei dichter naar haar en de bonte bloemen toe schuifelde, zijn tedere blik vastgehaakt op de kleurkolken in de bloembladeren, onderwijl een glimlach op zijn gezicht. 'Zelfs de vaalste in het woekerende onkruid - als u haar eenmaal leert kennen, of daar de moeite voor wilt nemen. Ze compenseert zich niet met de bloemen naast haar: ze bekommert zich enkel om te kunnen bloeien. En die convictie in de wereld gegooid, vind ik dat u zich ook eigenaar mag noemen.' Glimlachend keek hij naar haar op, waarbij hij zijn hoofd ietwat in zijn nek moest leggen. De oorbellen van barnsteen klingelden zachtjes bij die beweging, als vlammende gele bolletjes in de stralen van de zon. Hij bracht het over op een luchtige, quasi-plechtige manier. Het boeket had immers nog maar een zwevende eigenaar, nu de eigenlijke eigenaar niet aanwezig was om het in ontvangst te nemen. En hij was er honderd procent van overtuigd dat de Arcus Amandozas meer dan goed op hun plek waren onder hoede van een mede-eigenaresse die zoveel onvervalste wijsheid bezat.  
Plotseling vergenoegd - en stiekem ook een beetje genietend - staarde hij naar de grond en kneedden zijn licht zwetende handen de zoom van zijn livrei, als ware het dat hij zich waande in de positie van een jong jongetje op het schoolplein en een jeugdvriendinnetje een kus op zijn wang plantte - zoals zich dat in een vervaagd verleden weleens had afgespeeld toen hij net op een Cassiaanse school zat. Een snel pekje dat nog geen fractie van een seconde in beslag nam, maar al meer dan genoeg was. Het riep hetzelfde gevoel op. 'Lief'.
'Natuurlijk, juffrouw..' murmelde hij iets te zacht, iets te zweverig, en waarschijnlijk daarom eigenlijk meer voor zichzelf voor zich uit. Een onbewuste uiting van wat er in zijn hoofd omging, in zijn afwezigheid naar buiten reflecterend. 'Niet meer dan vanzelfsprekend,' voegde hij er kleintjes glimlachend, haar blik ontwijkend, aan toe. Het klonk op een manier waarbij hij evengoed een schouder op kon halen terwijl hij het zei. Hoewel 'lief' wel erg aangenaam was om te horen, moest hij toegeven. Als een lauw briesje dat toegenegen zijn oren kietelde, waarop er eentje dan waarschijnlijk licht zou klapperen - als het zachtjes aangetikte oor van een kat - en hij dit helemaal niet erg zou vinden.
Met een geluidloze hap lucht, waarbij zijn bescheiden bovenlichaam opzwol, trachtte hij weer een beetje terug naar de werkelijkheid te manen. 'Uw belang mindert niet gebaseerd op het onvermogen van een ander om uw waarde te kunnen zien. Nooit. U.. u lijkt me iemand die kan zeggen: ik heb mijn eigen wereld, je hoeft mij die niet aan te bieden. Ik hoop dat u dat ook zegt, soms. Dat mag u. U wel.' Verlegen sloot hij het af met een timide glimlachje, schuin, maar nietsziend starend naar wat enkele neergedwarrelde lege vellen papier onder een tafel. Hij frunnikte wat aan zijn vingers terwijl hij toekeek hoe de jonge vrouw met alle zorg en toewijding een vaas tussen de vrolijke rommel in het atelier vandaan pakte en hier voorzichtig de bloemen in zette. Het was zo prachtig onbedorven om te zien hoe ze de bloemen liefkoosde, bloemen - die ademden en tevens beschikten over een pulserend soort levensenergie om hen heen, en hoe dit door menig mens alsnog veel te vaak vergeten werd, of dit feit niet eens wisten. Maar niet door haar. Zelfs als ze ze niet kon zien - de aura om alle levende organismen - leek ze dit ergens diep van binnen te weten.
Een lange tijd bleef ze de bloemen bekijken.. en keek hij naar haar. 'Parelwit aura,' fluisterde hij ademloos. Het was eruit voor hij er zelf erg in had, al geloofde hij dat hij niet bang hoefde te zijn dat ze die twee woorden opgevangen had. En wat kon hij daar verder aan doen?
In eerste instantie had hij het nog niet volledig door dat ze zich intussen weer tot hem richtte, een paar verloren kunstwerkjes van de vloer rapend. Het was met een soort van trots hoe hij het stapeltje in zijn armen uitgelaten tegen zijn borst drukte, het zelfs graag toeliet dat Emori de kunstwerkjes kort bekeek, alsof hij als Meester Shong over deze kinderen mede verantwoordelijk was geweest voor de ontwikkeling van hun letterlijk spetterende creativiteit. Dat daargelaten blaakte hij sowieso al van trots over zijn klas. Breed glimlachend nam hij de twee kinderlijke scheppingen van haar over.
'Daar kan ik u alleen maar gelijk in geven, lieve juffrouw. De geest van een kind heeft gezorgd voor de grond waar we op staan, voor de lucht die we delen, voor de Grote Zeven, voor u en voor mij, per slot van rekening. En, weet u.. -'
Met stralende gewaarwording reikte hij naar haar hand, plotseling al zijn angsten vergeten, zijn onzekerheden weggesmolten. Nog met een stralende glimlach zichtbaar op zijn gelaat, trok hij haar mee naar de zitbankjes van de dichtstbijzijnde tafel, met een puur gevoel van glundering. Alsof ze op het punt stonden om samen van een waterval af te springen, of hij haar een kleur, een seizoen of een wereld wilde laten zien die ze nog niet kende, of die zelfs nog nooit eerder waren ontdekt. Die hij had geconverseerd - voor haar. En het leek hem daarbij niets te kunnen schelen dat hij haar nog geen uur kende, want dat hoefde nog niet te betekenen dat ze het daarom niet waard was.
'In eerste instantie was het mijn bedoeling geweest om uw leidster, juffrouw Levina, de werkjes in te laten kijken om een collegiale introductie minder stroef dan nodig te laten verlopen. Normaal hangen ze in mijn werkruimte, ziet u. Maar gezien juffrouw er nu niet is en.. en u wel en u zó.. - vergeeft u me trouwens dat ik mezelf zomaar uitnodig om plaats te nemen, dat is ongebruikelijk voor me en erg onbeleefd - kijk, juffrouw, deze is gemaakt door meneer Mikhail, zeven jaar oud - o, en dit knappe werkje is van juffrouw Lana, die van lieveheersbeestjes houdt -' Een beetje kwijt in zijn eigen enthousiasme, haalde Shong een knutselwerkje tevoorschijn dat een shuttle voorstelde; een met vrolijk gekleurd papier beplakt wc-rolletje. Zelfs het authentieke zegel van Cassia stond op de cockpit, hoewel door kinderlijke onprecisie met bibberige lijntjes nagetekend. Het lieveheersbeestje van karton dat vervolgens onder het stapeltje vandaan werd gepakt, kon haar gestipte vleugels openen: onder beide vleugels zat een klein pasfotootje geplakt van de jonge, voorzichtig glimlachende maakster.
Hij schoot onbeholpen in de lach toen er een portret tevoorschijn kwam van.. hem. Zijn van nature lavendelkleurige huid was op het papier meer biggenroze geworden, zijn ene oor was groter dan de ander en zo overdreven doorgetrokken dat het uiterlijke puntje niet meer op het vel paste, en zijn normaal vrij ingetogen, maar donzige witte lokken stonden zwaartekrachtloos recht overeind als de kam van een kloeke haan - of een ruige punkartiest (waartoe hij overigens best weleens in dat beeld zou kunnen passen als hij een leren jack met patches en een spijkerbroek met scheuren bij de knieën aan zou trekken, een elektrische gitaar voor zou hangen, zwarte schmink om zijn ogen trok en met gel en een kam door zijn haar ging).
Naast hem stond een poppetje met harken als handen en voeten, knalgele krulletjes en een bloem in een hand die even groot was als het hele figuurtje in lengte zelf. 'Voor meester Shong, van Mary. U ben mijn lieflingsmeester bedankt' prijkte er kort maar krachtig onder het werkje. Het moest ongetwijfeld ook één van zijn lievelingswerkjes zijn, bedacht hij zich. Dat daargelaten wilde hij het natuurlijk niet uitlachen, en was dat zijn bedoeling ook zeker niet: de geest van een kind was zo vrij en ongegeneerd als de tomeloze zee dat het hem een glimlach opriep, en meer. En vanzelfsprekend was een tikkeltje zelfspot nooit verkeerd, vond hij. Werktuiglijk krabde hij zich ietwat peinzend over een kaak, langs de alweer doorkomende lichte bakkenbaardjes die bij hem de grootste uitwendig-zichtbare aanwijzing leken te zijn van aanwezige testosteron, en glimlachte. 'En deze,' vervolgde hij toen zacht, zij het ietwat ontroerd. 'Deze was aan het begin van het jaar gemaakt, voor en door de hele groep.'
Hij schoof een groot zwart vel onder de stapel vandaan, dat hij zorgvuldig en met bijna liefkozende strelingen van zijn handen naar de hoeken toe uitvouwde. Het knutselwerkje was gemaakt in een presentatief supersterren-thema, met uit zilver- en goudkleurig knutselpapier geknipte sterren. Daarin prijkte een foto met naam van ieder kind, met een zonnebril van doorzichtige fotofolie over de ogen geplakt, en daaronder een kleine bijhorende handafdruk in Hollywood-stijl. Daar had hij zelf ook aan meegewerkt, om het als een leuk overzichtje te laten dienen voor alle nieuwe kinderen.
'De sterren van groep drie' las de bovenstaande titel, waarin de letters in een speelse boog waren geplaatst. Alsof ieder jong individuutje op het werkje een VIP-ster was - en dat waren ze voor hem ook een beetje geweest. Warm glimlachend sloeg Shong zijn ogen naar de vrouw naast hem op, als ware het dat hij na wilde gaan of ze net zo genoot van deze grenzeloze creatieve vrijheid als hij, misschien zelfs net zo geroerd was. Het was zoals Emori eerder had gesteld: de geest van een kind was intrigerend, als je het de vrije loop liet.

To a sky, after all? ☁
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimewo jun 21 2017, 21:53

Ze was even naar hem blijven kijken toen ze over de bloemen had gesproken en kon een zachte lach niet onderdrukken bij het compliment wat ze hiervoor ontving. Het was haar bescheidenheid dat een aanspraak op haar maakte. Prachtige visie? Vond hij dat werkelijk…? Ze was oprecht gevleid dat hij het kon waarderen, maar het was gewoon hoe zij de wereld zag; als een prachtig kunstwerk wat zich hier en daar aan haar durfde te openbaren. En Shong… was precies zo’n stukje van de puzzel wat nog leek te missen, alsof hij het kunstwerk wat het leven was nog completer maakte door zijn aanwezigheid. Hij was… een verademing, ook vergeleken bij de personen die ze tot nu toe had ontmoet.
Maar haar lach versmalde abrupt toen hij verder sprak, haar vertellend dat haar kijk op de wereld een zeldzaamheid was. Die blik… Die blik in zijn ogen daarbij… Had het onbedoeld iets aangeraakt? Iets in hem naar boven gehaald?
Als het specifieke moment langer had geduurd, zou ze naar hem toe gewandeld zijn om hem er voorzichtig naar te vragen, om bij hem neer te knielen en hem zo nog beter te kunnen bekijken, maar… het was slechts vluchtig geweest. Een opmerking tussen vele indrukken over en weer door. Samen vielen ze van de ene sensatie in de andere, van het wederzijdse spel om iemand… “te leren kennen”.
Daarom was ze weer blijven zwijgen, gegrepen door zijn gelaat, zijn woorden die volgden welke de hare over de prachtige bloemen feilloos leken aan te vullen. Haar hoofd richtte zich enigszins naar beneden toen hij onderwijl haar kant op was gekomen en voor haar bleef stilstaan. Een ongemerkte zucht verliet haar lippen welke stilletjes weggaf dat ze onder de indruk was van zijn zienswijze en het feit dat hij ook aan haar de bloemen wenste te geven op deze manier. Even, heel even, voelde ze zich net als de kleurige flora naast haar, omdat iemand haar zag… En niet alleen dat: iemand schonk bewust zijn aandacht aan haar, aan die enkele bloem tussen velen. Als een kleur in een overweldigend palet aan kleuren. En andersom had Shong net zo haar onverdeelde aandacht verworven en vastgehouden. Ze wilde hem bedanken, maar ieder woord was in haar keel blijven steken. Het zorgde ervoor dat hij eerder reageerde op haar eigen bedankje dat hij überhaupt rekening met haar had willen houden.
Hij vond.. het niet meer dan vanzelfsprekend?
Maar dat was het niet voor haar…
Het vertelde haar tegelijkertijd des te meer over de persoon die ze voor zich had als hij dit als vanzelfsprekend zag. Het zei iets over zijn oprechte goede wil, zijn zachtaardige aard en-
Ze schrok op uit haar gedachten op het moment dat hij verder sprak: “Uw belang mindert niet gebaseerd op het onvermogen van een ander om uw waarde te kunnen zien. Nooit." Nooit…
De opmerking bleef nog even in de lucht hangen, ondanks dat hij al uitgesproken was. Het.. omarmde haar en vervulde haar van een vreemd, warm gevoel. Het hielp niet bepaald voor de blos op haar wangen, maar nodigde haar wel uit aarzelend te spreken: “Ik hoop dat ik dat ook op een dag kan inzien…” sprak ze zo zacht terug, alsof het ergens meer een gedachte was die ze hardop had uitgesproken, dan dat het tegen hem was. Hierna was ze vlug verder gegaan met het zoeken naar een vaas voor de bloemen voor het al te veel aandacht zou krijgen. Zijn opmerking over haar aura was haar daarbij ontgaan, omdat ze voor even weer verloren was in de schoonheid van de bos.

Toen ze even later de twee kunstwerkjes van de vloer had geraapt en deze aan hem overhandigd had, wachtte ze zichtbaar geïnteresseerd op zijn reactie. De uiteindelijke woorden die volgden, verrasten haar, waardoor haar hoofd iets opzij kantelde en haar bruine lokken weer heen en weer dansten. De geest van een kind… had alles geschapen? Wat zou dat kunnen betekenen? Zelf van Puffoon afkomstig, was Emori niet bekend met Shong’s achtergrond, nog zijn tradities en geloof, dus kon ze voor even niets anders doen dan hem verwonderd aankijken. Net toen ze hem er een vraag over wilde stellen, schoot zijn hand naar voren en pakte hij de hare. W-Wat? Een verbaasde lach ontsnapte daarom haar lippen bij gebrek aan een verbale reactie, maar het leek juist perfect aan te sluiten bij het bruisend enthousiasme wat de leraar toonde. Ze liet zich dan ook gewillig door hem meevoeren waar hij ook maar heen wilde gaan en streek naast hem op het bankje neer. Terwijl ze haar jurkje vlug wat fatsoeneerde voor het onverhoopt omhoog zou kruipen, richtte ze haar vragende blik afwisselend van zijn gezicht op de werkjes in zijn handen.
De hand die zojuist nog in de zijne had gelegen, reikte nu naar haar eigen gezicht om een nieuwe lach te smoren door de aandoenlijke, pure vreugde wat zich tentoonspreidde tegenover haar toen Shong direct begon te vertellen over de afkomst van de kunstwerken en ze aan haar liet zien. “Oh, kijk nou…” verzuchtte ze vertederd zodra haar glinsterende ogen de kans kregen alles in zich op te nemen. “Prachtig…” prevelde ze zachtjes tussendoor en knikte glimlachend bij de toelichting die ze hier en daar ontving.
Uiteindelijk liet Emori dan toch toe dat haar aanstekelijke lach duidelijker de ruimte vulde bij het zien van het portret van Shong zelf. “Hm… Eens zien..” fluisterde ze vervolgens aanlokkelijk, de tekening voorzichtig overnemend om het van dichterbij te kunnen bestuderen. Haar gezicht draaide zich van het vel papier, naar Shong en weer terug. Met de tekening in haar ene hand, strekte haar andere zich nu uit naar zijn wang om hier kort overeen te strijken en zijn hoofd nog iets meer naar zich op te richten om de vergelijking te kunnen maken. Haar lange, slanke vingers gleden hierbij lieflijk langs zijn huid.
“Lijkt precies!” concludeerde ze tenslotte speels en plagend. “Een natuurtalent.” Met een grinnik werd het portret zorgvuldig op de tafel voor hen gelegd. Haar blik verschoof weer naar hem bij het werk wat door een hele groep was gemaakt, al was haar hart nog half aan het verwerken hoe één van de kinderen Shong haar lievelingsmeester had genoemd. Blijkbaar was hij ook hiervoor een geliefde docent geweest… Door zijn prikkelend enthousiasme en aanstekelijke opgewektheid kon ze zeker begrijpen waarom.
De adem werd haar even benomen door misschien wel het meest wonderlijke stuk van allemaal. Met haar kenmerkende kalmte hielp ze hem het volledig uit te vouwen, waardoor ze iets tegen hem aan was gaan zitten om er beter bij te kunnen en ze een ogenblik elkaars lichaamswarmte deelden. “Heel mooi en leuk bedacht.” prevelde ze goedkeurend. “En wat een fijn aandenken moet het zijn om nu nog te hebben.” Nog even nam ze de tijd om alle lieve snoetjes, inclusief de levensechte naast haar, te observeren, voor ze haar gezicht geheel opzij richtte.
Voorzichtig liet ze het werk weer los, om één van zijn handen in haar beide handen te kunnen nemen. “Dankjewel dat je dit met me wilde delen.” klonk het daarop gemeend, waarbij ze hem een zacht kneepje in zijn hand gaf en weer losliet voor hij zich wellicht ongemakkelijk zou voelen. Het was slechts een teder gebaar geweest om haar oprechte dankbaarheid en genegenheid richting hem te uiten. “Ik weet zeker dat Levina het ook geweldig had gevonden om te zien, maar ik voel me vereerd dat je besloot zulke kostbare, persoonlijke stukken nu aan mij te tonen.” Haar ogen gingen even door het atelier. “Ik zou willen dat ik hetzelfde had om te laten zien, maar ik vrees dat ik nog maar net bij dit beroep kom kijken. Ik zou je enkel mijn eigen werk kunnen laten zien.” Glimlachend streek ze een lok haar achter haar oor. Een korte stilte viel terwijl ze nadacht: “Aangezien ik Levina pas later verwacht, zou je… misschien iets willen drinken in de tussentijd? Tenzij je liever op een ander moment terugkomt als ze wel aanwezig is.” vroeg ze vervolgens, gebarend naar de kleine fluitketel en de kan water die verderop stonden. Ergens hoopte ze dat hij hier op haar mentor zou willen wachten, maar sprak het niet hardop uit om te voorkomen dat hij zich verplicht zou voelen te blijven. Dat ook hij genoot van hun gesprek en misschien wel voor haar zou willen blijven, kwam niet direct in haar op.
Terug naar boven Ga naar beneden
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimedi jul 04 2017, 14:22


what is one cloud


Even was de zachtaardige Syaorin bang geweest dat hij de jonge vrouw overrompelde met zijn enthousiasme, dat hem evengoed vanuit het niets als een vloedgolf overspoelde. Hij kon het werkelijk niet helpen. Hij wilde de daad dolgraag bij de met gewisheid geuite woorden voegen, haar de voor menig volwassene vaak vergeten wereld laten herontdekken van het kind, die bruiste van kleuren en geuren en zoveel meer. Hoe prachtig en simplistisch dat op zichzelf was. Een stukje memorabilia aan toen alles nog eenvoudig en jofel was. De mystieke schepping van Nansra en Syaorin; daar waar ooit niets was, waar het allemaal mee begonnen was - maar waaruit vervolgens langzaam maar zeker kleurrijke krijtstrepen werden getrokken; een simpele bibberige cirkel: Kovomaka.
Toen een uitgebreider palet van kleuren, bergen, dieren. Daarna, een eon later, de andere Planeten die Nansra baarde. Alles was voortgevloeid als eigenzinnige waterverf uit de pure geest van kinderen. Dat was de kroniek waar hij zich aan vasthield, en die hij (met haar, ze was de allereerste persoon; de allereerste buitenstaande persoon) wilde delen. Indirect, op deze manier - die tevens een grote passie was geweest, dat lesgeven. Zo had hij het toegelaten dat in te spelen en terug te laten komen in zijn eigen leven, om daar voor zolang hij wenste mee in verbinding te staan. Want dat was het waard. En zíj was het waard.
Ze.. hij wist dat ze hem daar niet op zou beoordelen. Daarom durfde hij dat specifieke hoofdstuk hier en nu open te slaan. Wel bij haar. Zelfs al hing hij zijn religie niet direct aan haar neus, en - dat was totaal ook niet van belang, vond hij. De pracht en praal die zijn jonge leerlingetjes hadden geschapen was wat er nu aan toe deed, omdat het Emori net zo verwonderde als dat het nog steeds bij hem deed, iedere keer opnieuw. De brunette slaakte een verrast lachje, liet zich door de stroming van zijn bezieling meevoeren. Zie je wel? Ze was zo open dat ze een hele wereld op zichzelf leek.

Gelukkig voor de geringe man, die glunderend over zijn zitvlak schoof, was zijn aandacht volledig gestort op de kinderknutsels en merkte hij de vlugge schikkingen van kleding naast hem niet op. Zijn hart was in de eerste plaats al in zielsverrukking.
Shong lette slechts op haar blik, haar uitdrukkingen, de leuke twinkelingen in haar ogen en haar ademhaling, die haar in stilte benomen werd - en kon alleen maar genieten. Bij ieder bescheiden werkje dat boven kwam drijven, betrapte hij zichzelf erop dat zijn blik steels opzij schoot.
Een scala aan Emori-uitdrukkingen die hij gretig in zich op nam, waar hij vanachter een hand zo nu en dan stiekem een timide gnuifje om liet ontsnappen. Dat was alsof hij een fanatieke verzamelaar van zakhorloges de zeldzaamste en mooiste exemplaren vanover heel Kovomaka liet bekijken, ieder stuk begerig onder de loep genomen.
En de sfeer - Nansra, de sfeer. Nog steeds in een fase van 'het leren kennen', maar alweer een klein stukje verder. Het lokaal was sereen, stil en raadselachtig in het licht van de zakkende zon en herfst - okerbruin en mild - en lente, - luchtig en levendig - zaten dicht op elkaar aan tafel. In geen tijden was er een persoon geweest waar hij zich zo aan kon meten. Het voelde werkelijk aan als een uitstorting van zijn hart, en zoveel meer waar hij jaren enkel in stilte van had genoten.

Maar.. wat - gebeurde er nu?
Ietwat bedeesd keek de leraar Watermagie schuin vanuit zijn bovenste ooghoeken toe hoe de vrouw in alle voorzichtigheid het zelfportret van tafel nam, het vel nauwkeurig naast hem hield, demonstratief haar blik verwisselde tussen zijn gelaat en het komisch infantiele gelaat op het papier. Er schemerde langzaam een glimlachje door, terwijl hij vergenoegd zijn handen tussen zijn knieën tegen elkaar aan wreef. Zij het verlegen. Zij het glunderend, om haar quasi-plagende en ongedwongen handeling. Zij het.. was zwevend het goede woord?
Ze liet hem een beetje opschrikken toen haar hand, warm en teder, zich tegen zijn wang aanlegde, haast streelde. Schrik, als ware het dat hij in ijskoud water plonsde, en toen -
Toen was er alleen maar de warmte die nableef. En het besef dat iedere vezel de kleinste aanraking registreerde. De puntjes van zijn spitse oren kregen een vuurrode kleur die hij niet tegen kon houden. Haar gekomde hand om zijn kaaklijn en haar slanke vingers van zijn oren tot zijn kin.
Neptunus, maar hij had zich niet geschoren!
Het.. was eigenlijk hoog tijd dat hij zich weer moest scheren, en hoewel de doorkomende haartjes van bakkenbaardjes en piepkleine stoppels allesbehalve ruw waren - fluweelachtig zelfs, misschien - kwamen ze wel door. Dat had hij niet gedaan. Was hij vergeten toen hij zich halsoverkop naar zijn eigen les begaf deze morgen. Ook beslist geen tijd voor gehad. Hij had zich niet geschoren en.. en haar vingers lagen dáár. Wat beschamend! Wat moest ze daar nu wel niet van denken. Liet het haar in gedachten zeggen dat hij zich slecht verzorgde? Maar dat was niet zo. Hij waste, hij douchte, hij verwisselde zijn kleding; hij rook van zichzelf per slot van rekening al een beetje naar lavendel en zeep. En verschraalde dit nu zijn eerste indruk? Hij hoopte vurig van niet. Hij hoopte desperaat van niet.
Zijn ontwijkende blik - zijn ogen daar een beetje bij verwijd - had een zweem van benauwenis die hij tegen wenste te gaan, maar niet kon. Het was haar wijze van optreden die die onnodige kopzorgen snel genoeg wegnam; een wapen van plagende speelsheid zoals alleen een genegen vrouw zoals zijzelf die kon hanteren.
Onwillekeurig plooide het van nature al milde gelaat van de man zich in een volkomen gemeende glimlach, waarbij zijn mond vrolijk openstond, zijn dichtgeknepen ogen wegvielen en lichte kuiltjes in zijn wangen verschenen. Een klaterende lach vulde het atelier en zijn ziel deed mee. Was het te zeggen dat hij ervan genoot? Absoluut. Ze had humor, compassie; hoe kon ze zichzelf zo min zien?
Dat snapte hij gewoonweg niet.
Shong voelde de neiging knagen om een mooi gebaar terug te schenken, om misschien zijn hand langs haar bovenarm richting de curve van haar hals en haar schouder te wrijven en daar een klein kneepje te geven, puur om dát duidelijk te maken - maar dat zou.. iets te aanhalig zijn. Bevatte hij. Vreesde hij.
Dus liet hij het maar zo; hoewel met een soort dreinend gevoel van binnen dat op zijn borstbeen leek te drukken. Want wat als hij haar daar ongemakkelijk onder liet voelen? Ze zou hem liever zien gaan dan komen, en dan kwam het toeval om de hoek kijken, dan was dat weer iets wat hij voor zichzelf verbruid had. Zoals zoveel dingen, met alle dank aan zijn sociale fobie. Minderde dat nog een keer op een dag of bleef het zijn leven beheersen; hij gokte op het laatste.

Nog half stokkend in een maalstroom van negativiteit en verdoemenis (waarbij het hem een streven leek te zijn om zichzelf nog kleiner te maken dan hij al was, en zichzelf daarmee flink te tormenteren), schrok Shong half op toen hij merkte hoe Emori tegen hem aan kwam zitten, reikend naar de hoeken van het vel papier. Ooh-
Het was alleen om het uit te kunnen vouwen, maar- maar toch. Het was.. fijn.
Hij zat er een beetje bij - schouders bedeesd opgetrokken en handen tussen zijn benen geklemd - als een kind dat samen met een ouder een voorleesboekje in keek, maar het kon hem werkelijk niets deren. Hij liet het toe terwijl hij de laatste vouwen uitstreek, deed alsof hij zich volledig daar op richtte, de bedreven leraar die slechts inschikkelijk iets wilde delen - waarbij hij onderwijl wel automatisch iets naar haar toe leunde en er zich een nauwelijks opmerkbaar, dodderig glimlachje op zijn snoet aftekende.
'Ja,' verzuchtte hij een beetje mummelend voor zich uit. En daarna een laat bijgevoegd: 'Zeker', alsof hij in zijn afwezigheid bijna vergat dat hij dat woord in de eerste plaats in zijn volledige versie had willen zeggen.
'U mag altijd langskomen om ze te komen kunnen bekijken - te kunnen komen be-'
Een pauze, een diepe ademhaling.
'- Komen k- hh!'
Wat erg weer, dit.
Zijn laatste woorden gingen verloren in een hees binnensmonds geginnegap waarbij hij zich uit nervositeit geluidloos lachend tegen zijn eigen wangen kletste in een poging er iets zinnigs uit te krijgen. Nog zacht nalachend tikte hij zich vervolgens een aantal keer met een vuist op zijn hoofd alsof hij duidelijk wilde maken dat het even vastliep daarbinnen - of nogmaals weer eens diep door de grond wenste te zakken. Verdorie.
Die uitbundige spanning zakte een beetje weg naar de achtergrond toen de jonge stagiaire een hand om de zijne sloot - of beter gezegd; helemaal omsloot, zoals zijn kleinere hand al gauw verdween in grotere handen - en hem genoeglijk aanmaande.
Pas nu merkte hij eigenlijk hoe dicht ze op elkaar zaten, nog steeds. Shong slikte en keek haar met een bedeesd glimlachje vanuit zijn bovenste ooghoeken aan, zijn kin haast op zijn borst - maar hij durfde het, en dat was wat telde. Toch?
Ze bedankte hem. Meende zich haast vereerd te voelen.
'Juffrouw,' zei hij toen zacht, zijn zijden stem bijna een fluistering. 'Ik hoop dat ik u daarmee een stukje geholpen heb om het enigermate in te zien.'
Hij glimlachte verlegen. En hoopte dat ze wist dat hij daarmee doelde op haar visie op haarzelf, dat het tegelijkertijd als antwoord gold op haar woorden.
Hoe ze zich zo onterecht als een niemand zag.
Dat was ze niet. Zou ze ook nooit worden.
Hoe ze hoopte dat ze dat op een dag ook in kon zien, dat ze meetelde.
En die dag zou komen: gegarandeerd.
Het was alsof zijn plotselinge impuls opeens helemaal niet zo plotseling had geleken, maar hij bewust juist haar de werkjes op het ogenblik in had laten kijken om een beetje meer 'hier ben ik' bij haar los te maken. Het ad hoc meebrengen van de knutselwerkjes voor Levina om te bezichtigen; het had zijn waarde verloren als collegiale initiatie en een veel mooiere voor in de plaats gekregen.

Shong hapte het volgende moment een beetje gierend naar adem in zijn perplexiteit, hij wist niet hoe snel hij moest reageren. Want waar hij een poging had willen doen om Emori zichzelf meer lovenswaardig te voelen, leek ze zich weer iets weg te cijferen met in feite een heel bescheiden 'ik heb wel mijn eigen werkjes, maar het stelt niets voor, ik kom immers pas net in het vak kijken'.
'Zielsgraag!' riep hij daarom iets te luid uit, alsof ze zich weer even in een veilingshuis of iets dergelijks waanden. Een vlasrode kleur trok binnen twee tellen in zijn wangen. 'Als het - als het u niet teveel moeite is. Het kan alleen maar mooi zijn, als het door handen van een persoon zoals uzelf is geschapen,' voegde hij er zacht aan toe, ieder woord gemeend. Zometeen mocht hij haar werk bezichtigen. Glunderend richtte Shong zich een beetje voorovergebogen tot de knutselwerkjes om ze in een stapeltje te schikken, zodat ze straks weer in de tas zouden passen. Toen Emori hem alleraardigst iets te drinken aanbood, leek hij niet meteen te reageren - maar die grote scherpe oren van hem hoorden het zeker wel. Hij keek glimlachend naar de jonge vrouw op, zijn handen reikend naar één van de laatste kunstwerkjes - een vrolijke bloemenkrans van crêpepapier - en plaatste die zonder daar iets aan toe te voegen op haar hoofd. Zo. Het beste kunstwerk van allemaal.
'Ik ben nu hier met u en niet een ander moment,' reageerde hij simpel, nog altijd glimlachend. 'Ik-
ik zou daarom met alle genoegen een theekopje willen heffen op een goede tijd voor u op deze school, juffrouw Emori. Graag!'
De bescheiden watermagiër maakte het af met een piepklein, maar eervol buiginkje. Klein maar fijn. En ergens hoopte hij dat er nog een moment en nog veel meerdere momenten erna mochten komen, als Nansra hem genadig was.

To a sky, after all? ☁
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimezo jul 16 2017, 18:05

Ze had even verwonderd opgekeken toen Shong leek te willen reageren op haar compliment over de werkjes die hij haar had laten zien, maar… hij niet helemaal uit zijn woorden kwam. Wat was er aan de hand? Een serene glimlach speelde om haar lippen die er de rest van de dag niet meer af te krijgen leek te zijn, maar enige bezorgdheid schemerde door in haar blik. Hem de kans gevend te spreken, hield ze zelf haar mond dicht en keek geïnteresseerd toe, maar op het moment dat hij zichzelf op het hoofd tikte ten teken dat hij er niet uitkwam, moest ze toch een bescheiden lachje uiten. Niet om hem uit te lachen. Integendeel. Het was een manier om de sfeer luchtig te houden en aan te geven dat hij zich er niet ongemakkelijk onder hoefde te voelen. Met enige vertedering reikte haar hand daarom als in een automatisme naar zijn lichte lokken om zacht zijn kruin aan te raken. “Ik kom graag een keer langs om ze te bewonderen.” sprak ze daarbij zachtjes om hem te helpen, voor ze net zo vlug haar warme hand weer terugtrok en daarop de zijne had vastgepakt met haar beide handen, een bedankje prevelend dat hij dit überhaupt al met haar had willen delen. Ze meende ieder woord. Dit moest nu al het langste gesprek zijn wat ze tot nu toe met iemand op deze school had gevoerd. Bij de meeste collega’s kon er net een begroeting vanaf, voor ze vlug weer doorliepen om hun werk voort te zetten. Maar… Shong nam zijn tijd met haar te spreken. En meer dan dat… Ze zou haast vergeten voor wie hij hier werkelijk gekomen was. Zijn reactie op haar woorden, deed haar zo mogelijk nog verbaasder opkijken. “Ik…” Maar nu was het Emori die even niet verder kwam. Hij… hoopte dat ze in zou zien dat… zij er ook toe deed? Was dat waar hij op doelde? Maar waarom? Waarom zou… hij zich daarmee bezig houden? Shong had ongetwijfeld wel iets belangrijkers aan zijn hoofd. Waarom-
“Shong, je blijft me verrassen…” sprak ze daarom plotseling zachtjes, meer tegen zichzelf dan tegen hem. Het was eruit voor ze er erg in had. Vlak daarna had ze hem gevraagd of hij iets te drinken wilde, wat haar tegelijkertijd de mogelijkheid gaf zichzelf te herstellen. De jonge vrouw wist werkelijk waar niet hoe hij het deed, maar de docent bleef haar iedere keer van haar stuk brengen. Op… een goede manier. Het was prikkelend, intrigerend, maar ook… confronterend tegelijkertijd. Het was lang geleden dat ze iemand had gesproken die net zo’n eigen zienswijze op de dingen leek te hebben als zijzelf. Waar zij normaal verder keek dan wat op het eerste gezicht zichtbaar was, leek hij exact hetzelfde te doen, waardoor ze zich haast een open boek voor hem voelde en merkte hoe dit de stiekeme verlegenheid in haar naar boven bracht. Maar tegelijkertijd wilde ze niets liever dan hem nog wat langer hier houden, dus kon ze -voor nu enkel aan zichzelf- toegeven dat haar voorstel of hij iets wilde drinken niet alleen bedoeld was om het wachten op Levina wat draaglijker te maken…
Ze schrok op uit haar eigen stormende gedachten toen hij plotseling reageerde op haar vluchtige woorden over haar eigen werk, waar ze zelf snel voorbij was gegaan. Grappig genoeg was dat iets wat ze altijd deed, bijna onbewust inmiddels. Ook al hing één van haar werken in de galerie van haar ouders, dan nog liep ze hier altijd het snelst voorbij tijdens de rondleidingen die ze weleens gaf. Vandaar dat zijn reactie wederom een voorbeeld was van een moment waarop Emori compleet overrompeld werd, maar tegelijkertijd een brede, oprechte glimlach simpelweg niet van haar gezicht kon houden. “Echt? Je… wilt het zien? Oh… Ik eh…” Een zachte lach ontsnapte haar lippen. “Ik… laat het je graag zien. Wacht, dan zal ik-“ Midden in de zin stopte ze, toen ze vanuit haar ooghoeken ineens twee kleine handen naar haar zag reiken met een fleurig knutselwerk erin geklemd. Met grote ogen keek ze toe hoe de bloemenkrans op haar hoofd belandde. Waar anderen misschien verontwaardigd zouden hebben gereageerd of zich gewoonweg geen houding wisten te geven door de plotselinge, spontane actie, tikte Emori de prachtige, kleurige “kroon” voorzichtig aan, zodat het recht op haar kruin kwam te staan en goed bleef zitten. “Voor mij?” grapte ze, knipperend met haar lange, zwarte wimpers. Voor enkele tellen transformeerde haar glimlach daarbij in een aanlokkelijke grijns. “Wat prachtig! En? Staat het me?” prevelde ze er geamuseerd achteraan, terwijl ze hem een speels duwtje gaf. Direct leek weer iets van de verlegenheid van haar af te vallen, helemaal toen Shong opnieuw begon te spreken en het laatste stukje onzekerheid in één klap in haar wegvaagde: hij kwam hier nu voor haar. Niet voor Levina. Voor haar. En om die reden wenste hij ook te blijven. Werkelijk? Dat was… Dat was…
Een ingehouden zucht toonde dat Emori zich dan toch gewonnen gaf en accepteerde dat Shong oprecht interesse toonde in… háár. Nu. Op dit moment. Bovendien wenste hij er nog een toost op te maken ook en op haar verdere verblijf op de school. “Ik zou graag hetzelfde voor u willen doen, heer Shong.” reageerde ze daarom lachend op zijn laatste opmerking en deed moeite zijn buiging elegant na te doen, omdat dat… misschien wel zo hoorde? Of in ieder geval zou het hopelijk door hem als evenredig beleefd worden opgevat. Dat was haar bedoeling ervan tenminste. Het zou haar nog zijn gelukt ook, als… de bloemenkrans niet eveneens naar voren was geschoven en zo precies voor haar ogen zakte. Oeps… Bijna gelukt. “Oh.” Grinnikend schoof ze het weer verder terug op haar hoofd, waardoor haar donkere irissen de ogen voor haar weer vonden en ze in voorover gebogen positie hem een vluchtige, speelse knipoog toe kon stoppen. “Eén kop thee… Komt eraan!” Met deze woorden was ze soepel overeind gekomen en ging staan, haar jurkje recht strijkend. Zonder ook maar een poging te doen de bloemenkrans te verwijderen, maakte ze glimlachend een pirouette als een ware “bloemenfee” in haar element, om zich vervolgens naar het kleine keukentje verderop te begeven, zodat ze een ketel water op kon zetten voor thee. Thee… Goede keus.
Al bij de eerste stap, verzonk ze daarbij weer zoals vanouds in eigen gedachtes, waardoor binnen de kortste keren een dromerig geneurie door de gehele ruimte klonk. Er ging haast geen dag voorbij dat Emori Bijoux zich niet omringde met kunst en muziek. Het was er al vanaf kinds af aan ingeslopen en er sindsdien niet meer uitgegaan. Aangezien haar hele gezin ermee leefde en ademde, schroomde ze ook niet haar geneurie en zacht gezang hoorbaar te maken en liet nu ook Shong ongegeneerd van de zoete tonen van haar melodieuze stem meegenieten, zonder het zelf echt door te hebben.
Zodra het water even later stond te pruttelen, wandelde ze naar een andere hoek van het atelier om daar haar schetsboek vandaan te pakken. Het was voor nu het gemakkelijkst om dat te laten zien, omdat hij daarvoor niet van zijn plek hoefde te komen. Met het schetsboek beschermend in haar slanke armen geklemd, wandelde ze weer terug naar Shong en bleef even aarzelend tegenover hem staan. “Oké…” verzuchtte ze uiteindelijk met een voorzichtige glimlach. “Het is alweer even geleden dat ik iemand mijn werk heb laten zien, dus… wees een beetje lief voor me?” grapte ze met een stiekeme kern van waarheid, waarbij ze hem tenslotte over de tafel heen het schetsboek toeschoof, zodat hij het door kon spitten. Op de vele vellen papier stonden uiteenlopende dingen afgebeeld, gecreëerd met een al even gevarieerd aantal werkmaterialen; van houtskool tot potlood, aquarelverf, Oost-Indische inkt en nog tal van andere soorten materialen. De schetsen toonden vormstudies, perspectiefverkenningen, maar ook eerste ideeën voor latere werken, zoals composities met natuurrijke landschappen, flora, fauna, personen… Emori’s stijl en onderwerpkeuzes leken daarmee even veelzijdig als zijzelf. Vrijwel geen onderwerp leek de overhand te hebben in het bomvolle schetsboek waar ze vrijwel iedere dag het één en ander in plaatste. Het was er slechts één van velen. Als ze zou willen, zou ze in feite haar ouders’ galerie wel kunnen vullen met alle schetsen die ze haar hele leven lang al had gemaakt. Dit waren haar meest recente die ze Levina nog niet eens had laten zien. Het was te zien aan de beelden van sommige locaties en personen van en rond de Academy zelf, inclusief één schets van leerlingen aan het werk in dit specifieke atelier, welke met een dergelijke tederheid was opgetekend wat Emori’s oprechte affiniteit met haar vakgebied en haar betrokkenheid met de studenten liet doorschemeren. Het was haar favoriete schets op het moment.
Nu Shong haar waardevolle werk in handen had, had zij zich stilletjes aan weer omgedraaid en terug naar de ketel begeven, omdat enige spanning in haar opborrelde voor zijn reactie, dus besloot ze handig wat verderop te wachten waar hij de lichte blos op haar wangen niet direct kon zien.

Voorbeelden van Emori's schetsen:
Terug naar boven Ga naar beneden
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimeza aug 05 2017, 16:07



Let it shine, until you feel it all around you
And I don't mind - if it's me you need to turn to



Het was hem niet gelukt. Mentaal maakte hij met een rotvaart een botsing tegen zijn eigen wirwar van emoties. Shong liep volslagen vast en er leek niets te zijn om dat nog te kunnen herstellen. Ondanks de luchtige manier hoe hij het trachtte op te pakken - hij lachte, Emori lachte, en het was allemaal niet zo erg als dat het leek - voelde hij lichte schaamte. Knagend in zijn binnenste, als een muis die door hout vrat. Een gezond scheutje zelfspot was altijd een kwestie geweest waar hij ongegeneerd gebruik van maakte, doordat hij als geen ander begreep dat fouten maken menselijk was. Maar bij haar parelde het zweet in de lijnen van zijn handpalmen en brandden de puntjes van zijn spitse oren in een vuurrode zweem - zelfs als er geen spoortje van enige schroom op zijn gelaat zelf te vinden was. Daar schoot ze hem weer te hulp door hem zonder woorden te verduidelijken dat het niet erg was, door het goed op te pakken, door een -
Een hand tussen zijn zijdezachte lokken te leggen.
De eerste reactie die het bij hem losmaakte, was het neerslaan van zijn blik onder een genoeglijke, verlegen glimlach. Zijn beide ogen sloten zich vervolgens voor even, als een kat die onder zacht gesnor genietend wegdoezelde onder een aanhalige hand over zijn kop. In stilte nam hij kort het moment om haar in alle voorzichtigheid weer in haar beide ogen te kijken, zijn aandacht met ingehouden adem uitstralend over de schone contouren van haar gelaat, die hij op deze korte afstand in al hun pracht en praal tot in het diepste detail mocht aanschouwen.
'Dat zou ik fijn vinden,' luidde zijn zachte reactie uiteindelijk na een korte stilte. Niet eens meer de moed kunnen vindend om zijn donkere ogen - die in de hellerode lichtbundels bijna een tint van warm bruin leken te zijn - naar haar op te slaan. Niet eens in staat om daaraan toe te voegen dat zijn deur altijd wagenwijd voor haar zou openstaan. Dat zijn eigen gedachten hem over leken te willen halen om haar te vertellen dat hij eigenlijk bedoelde haar graag vaker te willen zien, sloeg hij in de wind. En dat zijn uit spanning gebalde hand tussen de knutselwerkjes door langzaam maar zeker, stukje bij stukje, maar bovenal nauwelijks merkbaar over het tafelblad dichter naar haar toereikte (een soort van 'troost'? Hij wist het niet), werd direct afgekapt zodra het tot hem door leek te dringen dat zijn hand zowaar een eigen leven was gaan leiden. Natuurlijk dat hij dat niet kon zeggen, niet kon doen. Stel je voor.

Overheerst door zijn eigen emoties en zijn wild kloppende hart, trachtte Shong zijn gedachten af te schudden, om zich te richten op wat er nu aan toedeed. Geïntrigeerd gleden zijn ogen over haar gezicht, van haar rondzoekende blik beneden naar haar volle, stamelende lippen. Haar lippen, waar geen zinnig antwoord over leek te kunnen vloeien doordat.. het nu de beurt aan haar was om alle woorden even kwijt te zijn. Al, zo leek het. Meteen leek zijn schuwe gelaat te verzachten en plooiden zijn mondhoeken zich om tot een klein glimlachje. Het was niet erg. Vriendelijk haakten zijn glunderend fonkelende ogen zich weer vast in de hare, een tikkeltje verwachtingsvol zonder hierbij dwingend over te komen. Maar wat ze hem te zeggen had, overviel hem meer op een prettige manier dan hij had kunnen denken.
'O-oh, ik -' Schromend voelde hij zijn oren opnieuw rood kleuren terwijl hij zijn wrijvende handen tussen zijn bovenbenen klemde, al was het maar om zichzelf iets van een houding te geven. Vanuit zijn bovenste ooghoeken wierp hij haar schuchter een blik toe, glimlachend. 'Het.. het was anders ook een prettige verrassing om hier op de late namiddag iemand zoals u te treffen, juffrouw,' wist hij, zonder finaal over zijn eigen woorden te struikelen, uit te brengen. Wie had dat ooit gedacht. Al had hij er de grootste moeite mee om het toe te geven, zoals dat in conflict ging met zijn positieve aard: zijn terugkomst was toch vrij eenzaam geweest. Geen van de collega's die hij hier gekend had en waar hij een band mee had opgebouwd, was hier nog werkzaam. Alleen Madeline - nee, Eres - was als een laatste fonkelende ster aan die hemel aan herinneringen. Eentje die plotseling was gaan flikkeren na wat ze hem verteld had. Dat ze zich niets meer herinnerde. Dat ze zich al die mensen uit die vervlogen tijd nauwelijks meer herinnerde. Dat ze zich hém niet meer kon herinneren. En Emori.. hij voelde dat Emori die pijnlijke lege plek, alsook het gevoel van eenzaamheid, verzachtte. Iets waar hij haar ontzettend dankbaar voor was - maar nooit over zijn lippen durfde te krijgen. Hij mocht met gemak één van de sociaalste personen zijn die iemand leerde kennen; over zichzelf deed hij niet zo gauw een boekje open. Het was alsof hij zelf zorgvuldig uitkoos op welke pagina's hij het opensloeg en wat men mocht lezen. Vandaag deze bladzijde. Morgen misschien een andere.

Met zijn aandacht op de vrouw gericht, merkte hij haar lichte verbazing op nadat hij aangaf haar werkjes graag te willen zien. Dat leek opnieuw op een wijze alsof ze zich niet kon indenken dat iemand zich wilde beproeven over haar en haar talenten (talent; hij was er zeker van dat ze het had). In plaats van zichzelf opnieuw de vraag te stellen waarom, zag hij zijn kans schoon in om dat met goede hoop weg te nemen. Zijn handen maakten haar een bloemenmeisje van hoogste gratie. Die uitdrukking van aangename ontzetting stond haar zowaar mooier dan de krans crêpepapier-bloemetjes die haar kruin kroonde. Shong kon het niet helpen; zijn gelaat was verwrongen tot één en al vrolijkheid. 'U bent een plaatje,' glunderde hij breed glimlachend ter beaming, ieder woord oprecht gemeend. Als hij zo'n antieke Erdse polaroid-fotocamera in zijn bezit had gehad, dan zou hij ongetwijfeld hier en nu een kiekje van haar hebben genomen. En als ze dan een keer niet aanwezig was, sloop hij op de tippen van zijn rode slofjes het atelier binnen om diezelfde foto aan de muur te hangen. Schuin en ietwat slordig onder een punaise geprikt, wat meteen weg zou geven dat het in een haastige handeling was gedaan. Daar mocht het dan prijken. Daar mocht het haar dan opnieuw verrassen. Dan zou ze glimlachen, gokte hij, en aan hem denken. Waarschijnlijk doordat haar kleine fleurige zelfportret dan niet hoger zou hangen dan één meter vijftig.
Gniezend verstopte hij zijn glimlach achter de preserveermap waar hij alle kinderwerkjes in bewaarde, naglunderend, maar te verlegen om haar een plagende duw terug te geven. Ondanks dat liet de kleine man zich het volgende ogenblik wel van zijn stoel glijden, dribbelde enthousiast naar haar toe totdat hij op een paar meter afstand voor haar bleef staan, en maakte een buiging terug. Niet de buiging die hij van huis uit had geleerd als een gebaar van respect, die nog het meest weghad van een zelfverdedigingsgroet, maar eentje van meer elegantie. Als een soort mannelijke versie van een plechtige revérence om haar bij te staan in het kleine toneelspel. 'Met alle bijhorende zegeningen en positieve toekomstperspectieven, madame Emori!' glimlachte hij haar toe terwijl hij haar, met zijn hoofd in zijn nek en staand op zijn tenen, een beetje vertederd probeerde te helpen met haar zakkende bloemenkrans.

Zonder zijn blik van Emori af te scheuren, zelfs niet toen ze zich van hem af keerde om thee te zetten, schuifelde hij stukje bij beetje achteruit naar zijn bankje, de map daarbij stevig tegen zijn borst geklemd alsof het een zacht kussen betrof. Wiebelend over de zetel positioneerde hij zich - floepte vervolgens door zijn gebrek aan aandacht bijna in de kleine ruimte tussen bankje en tafelrand en liet zijn map daarbij haast op de grond neerkwakken, maar wist zich op tijd te herstellen, zijn voeten bungelend boven de grond. Zo bleef hij een poosje kijken naar de bloemenfee die ijverig in het bescheiden bijkeukentje in de weer was. Met een steunende hand onder zijn kin en, zonder dat hij het zelf echt doorhad, met een glimlach op zijn gezicht die daar permanent op leek te zijn gebrand. In stilte liet hij zich intrigeren door de milde bries langs de zacht wapperende gordijnen door het lokaal, door het versmorende getjilp van vogels in de namiddag achter de ramen, door de oranjerode nuances die in bundels licht speelden met de goud lijkende kleurschakeringen in bruine lokken - maar bovenal genoot hij van de zachte, heldere klanken van haar geneurie. Vliegensvlug draaide hij zich met een rood aangelopen gezicht (en een onbedoeld luide bons tegen de tafelrand) van haar af toen ze zich plotseling omdraaide, zich buigend over zijn map om deze open te slaan en de indruk te wekken dat hij verzonken was in de knutselwerkjes. Werkjes die zich onder de kaft van de map bevonden, waar hij tevergeefs tussen duim en wijsvinger aan plukte. Misschien nog wel zijn meest subtiele actie van vandaag. Pluimpje, Shong.  
Hij schrok zichtbaar op uit zijn beteuterde overpeinzingen door kort op zijn bankje op te wippen bij het horen van Emori's stem vlak naast hem, en zich met opgetrokken schouders vast te grijpen aan de rand van zijn zitvlak. Nog half in zijn moment van verschrikking en schaamte door de doffe plof waar hij mee op zijn bips op het hout terecht kwam, keek hij met grote ogen naar het schetsboek dat plotseling over het tafelblad naar hem toegeschoven werd. Oh- oh ja. Ja! Werkjes. Emori's kunstwerkjes.
'Nee hoor, ik kijk er graag naar,' luidde het zwevende, mummelende antwoord vanonder de ietwat verstrooide witte lokken van de hanenkam. Hoewel het niet helemaal door kon gaan als een antwoord zoals de woorden nauwelijks bij hem binnen waren gekomen. Hij durfde weer een beetje uit zijn gebogen positie te komen zodra Emori wegbeende om een kijkje te nemen bij de pruttelende ketel, hem achterlatend met haar scheppingen. Langzaam liet hij zijn adem ontsnappen. Als 'anxiety' een mens van vlees en bloed was geweest, dan zou hij Shong Mu Chang-Yao hebben geheten.

Hij slikte moeizaam een brok weg en tastte even over het schetsboek dat voor zijn neus lag. Terwijl hij het schetsboek voorzichtig opende, het papier tussen zijn kleine vingers door liet glijden tijdens het bladeren, het omslaan en ook weer het terugslaan - omdat de voorstellingen op papier het verdienden een tweede keer bekeken te worden - kwam hij tot één gouden conclusie: Emori Bijoux beschikte daadwerkelijk over talent. Ademloos nam hij het allemaal in ogenschouw. Zinnebeelden in stromende lijnen, ruw en golvend, scrupuleus en dan weer vrij, tekenden zich bladzijde na bladzijde af. Sommige prachtig gekleurd in waterverf, waar ze het aan haar kwast had overgelaten hoe het zich op gekozen vlakken over het papier verspreidde. Anderen gezet met de afwisselende lijnen van dik naar dun naar dik in contrasterende inkt, stellig en vloeiend. Ze nam hem onbewust mee op een excentrieke reis naar pittoreske straatjes die hem aan Oak's Field op een rustige zondagmiddag deden denken, naar met bloemblaadjes bezaaide bloementuinen, de roeping van de wilde natuur, en naar -
Stilletjes liet hij het papier tussen zijn vingers doorglippen. Een kort ogenblik bleef hij als bevroren zitten en kon hij enkel staren. Breedvoerig gleden zijn donkere ogen over de geraffineerde omtrekken van bomen, bergen die de hoogte in reiken om dan weer te dalen, van flarden wolken die hij van de achtergrond kon onderscheiden en zacht gras dat hij onder zijn vingertoppen meende te kunnen voelen. Voorzichtig - hij raakte de vezels van het papier nét - volgden zijn vingers een doorgetrokken lijn naar het meer in de schets, waar de weerspiegeling tijdloos op haar oppervlakte lag. Daar waar het hem het meest om ging. Wat initieel zijn aandacht had getrokken. En zelfs..
Zelfs zijn keel een beetje dichtkneep.
Zijn dunne schouders veerden onder zijn bevende inademing kort even op. Nee - niet nu. Zeker ook niet boven het papier! Vechtend tegen de opkomende tranen balde hij zijn vuisten. Het deed hem onomkeerbaar denken aan de oase waarin hij was opgegroeid. Een ooit zo vredig en harmonieus thuis waar hij niet meer naar terug kon keren - niet eens meer naar de personen die het de definitie van 'thuis' hadden gegeven. Alles was uit Kovomaka vervaagd alsof het er nooit was geweest. Maar hier stond een gelijkenis, vereeuwigd op papier. En dat - dat had een zekere pracht en ontroering die hij niet in woorden kon uitdrukken. Het was dan ook niet zo vreemd dat het in lijnen was gedaan.
Ietwat ruw veegde de Syaori langs zijn wangen - als ware het dat hij enige sporen van verdriet weg trachtte te halen - en sprong vervolgens gedecideerd van zijn plek. Kleine, snelle stapjes indiceerden dat hij het bijkeukentje in kwam, waar hij lang bleef staan voor hij Emori aan durfde te kijken, of zelfs maar tot haar kon spreken.
'Ik vind het echt heel mooi, juffrouw Emori,' klonk het uiteindelijk zacht. 'Echt heel mooi.' Vertwijfeld bleef hij in de korte stilte die volgde voor haar staan. Even iets dat leek op een ernstige blik in zijn zoekende ogen, als ware het dat hij in zijn hoofd ondertussen een proces afliep om een keuze te maken. Zonder een woord, een blik, schoof hij toen zijn hand in de hare. Een warm glimlachje verzekerde haar dat hij niets raars van plan was - al zou.. 'raar' misschien op de een of andere manier wel volstaan. Op een positieve manier, hoopte hij. Raar, eigenaardig - ongewoon, misschien.
En toen nam hij haar ongedwongen mee. Terug naar de tafel, naar haar werk, om haar daar wellicht mee te confronteren. Met de pracht ervan, althans. Zwijgend begeleidde hij haar over het zitvlak van het bankje, haar beide handen in de zijne genomen, af en toe met een duim strijkend over haar vingers. Een klein glimlachje schemerde door op zijn gelaat omdat haar bloemenkrans weer over haar voorhoofd zakte, die hij onder voorzichtige, zorgvuldige handelingen terug op haar kruin plaatste. Met een wat serieuzere blik, haakte hij zijn donkere ogen weer in de hare.
'Vertrouwt u me?' vroeg hij kalm. Er was iets wat hij voor haar moest terug doen, zij het op zijn manier. Zij het, op een niet geheel gewone manier waar vertrouwen een belangrijke rol in speelde. Dat was een stukje in zijn boek dat hij wel voor haar wilde openslaan.
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimevr aug 18 2017, 20:46


Tender is the noon }} W5IuYKK
“U bent een plaatje.” Het waren die woorden die waren blijven hangen in het diepst van haar gedachten. Van het ene moment in het andere werd Emori meegevoerd in een stroom van onverwachte wendingen, opmerkingen en acties in deze prikkelende conversatie, maar… toch wist hij haar iedere keer weer opnieuw op een onbewaakt moment te verrassen, op een aangename manier. Het was alsof ze de zachte kroon op haar kruin spontaan trots omhoog voelde prijken. Haar vingers hadden zich er teder langs bewogen in een gedachteloze streling. Een plaatje..?
Was hun gesprek niet verder gevorderd, dan had ze nog langer door kunnen dromen, maar hun spontane “toost” op elkaars welzijn en geluk had haar weer naar het hier-en-nu gevoerd. Ze giechelde zachtjes bij de buiging die ze terugkreeg en schudde vertederd haar hoofd om de hoffelijkheid van de man. Het leek een zeldzaam vertoon, als in een verhaal over koene ridders, beeldschone jonkvrouwen en andere fantasierijke taferelen wat heel even voor haar neus tot leven was gekomen. De kroon op haar hoofd en haar persoonlijke “ridder” met de grootste glimlach maakten het geheel nét echt. Als alle docenten en stagiairs op deze school ook maar een sprankje van Shong’s persoonlijkheid hadden, zou ze het hier vast naar haar zin gaan hebben en wellicht zelfs nieuwe vriendschappen sluiten.

Opnieuw te zeer verzonken in haar eigen mijmeringen, had Emori nauwelijks doorgehad hoe Shong zich even later van haar af had gedraaid toen ze zich van de bijkeuken zijn kant op begaf met haar schetsboek in haar handen geklemd. Kalm had ze één wenkbrauw iets opgetrokken bij het bemerken van de lichte schok op Shong’s gezicht, maar besloot er verder niet op in te gaan om te voorkomen dat hij zich daar misschien wel ongemakkelijk onder zou voelen, dus had ze hem haar werk toegeschoven, er vlug enige uitleg bij gegeven, voor ze zich net zo snel weer uit de voeten had gemaakt.

Haar hand was weliswaar in de buurt van de ketel waar de stoom langzaamaan vanaf begon te komen, maar haar gedachten waren ergens anders. Ze waren blijven steken bij de witharige docent vlak achter haar. Haar gehoor was zodanig aangescherpt alsof ze werkelijk dacht nog aan zijn ademhaling te kunnen horen wat hij van haar werk vond.
Hmpf. Waar was ze toch mee bezig? Normaal had ze er niet zoveel moeite mee haar schetsen aan iemand te laten zien, behalve als ze er zelf echt een slecht gevoel over had gehad. Maar iets aan Shong’s eigen openheid en houding naar haar toe, deed haar lichtelijk vrezen dat ze niet aan zijn verwachtingen zou kunnen voldoen, ook al had hij deze niet uitgesproken en was het helemaal niet te zeggen dat hij deze koesterde. Ze wilde hem gewoon niet teleurstellen nu hij zo nieuwsgierig en geïnteresseerd had gereageerd op haar voorzichtige voorstel dat ze misschien wel iets van haar werk aan hem kon laten zien. Wat dat betreft was een criticus tenminste makkelijk te voorspellen en kon ze zich van tevoren al wapenen tegen een lading tips, adviezen, met misschien hier en daar een compliment verborgen in een enkel, goedkeurend knikje. Maar nu…
In feite was er één reden wat haar nervositeit verklaarde, een reden die al de anderen oversteeg: Daar, in de vele schetsen verborgen, lag ook een stuk van haar persoon, van… haar ziel, haar innerlijk verscholen. Niet alles wat in het boek te vinden was, was immers uit observatie getekend. Niet alles had zich daadwerkelijk voor haar ogen voltrokken, zodat ze het met vlugge penseelstreken of de krassen van een pen na had weten te bootsen op papier. Eigenlijk.. was het grote merendeel het product van haar eigen verbeelding, van haar voorstellingsvermogen, haar dromen over verre, onbekende oorden en haar ongestilde honger naar avontuur… Haar penseel had simpelweg geschilderd waar haar geest naar toe wenste te reizen, maar waar ze nog niet had mogen komen tot nu toe. Wonderlijke plekken die tot op heden voor haar slechts fantasie waren, maar vast wel ergens… dáár in het universum te vinden moesten zijn, waren al vereeuwigd in haar schetsboek voor ze de kans had gekregen ze eerst in het echt te bewonderen. Het was als een klein zoethoudertje voor alle reizen die ze nog niet had kunnen en mogen maken. Tevens een nieuw stuk informatie in de subtielste vorm om te onthullen wie Emori Bijoux als persoon werkelijk was...
Ze liet een dromerige zucht ontsnappen en kon nog net voorkomen dat ze het kokendhete water over zichzelf goot in plaats van het in de twee mokken te laten stromen.
Ooit. Ooit zou ze er naartoe gaan…
Daarop veerde Emori even overeind toen ze plotseling een zacht geluid achter zich hoorde. Verwonderd draaide ze zich om en liet haar bruine ogen op het vriendelijke gelaat rusten wat ze daar vond. Als vanzelf tekende zich weer een kleine glimlach om haar lippen, maar… deze versmalde nagenoeg direct weer. Niet omdat ze niet wenste te glimlachen, maar door… door… Wat was dat…?
Haar blik bestudeerde het gezicht voor haar aandachtig, tot in detail, zoals ze onbewust altijd deed als de kunstenares die ze was. Haar ogen zochten die van de ander, maar ze mochten deze niet ontmoeten, niet gelijk. Zonder een woord te spreken keek ze daarom toe hoe Shong zichzelf leek te herpakken en twijfelde er niet eens over hem daarin te storen. Als de rust zelve bleef ze staan waar ze stond en gunde hem alle tijd die hij nodig leek te hebben om te spreken, al kon ze niet achterhalen wat er nu in zijn hoofd om moest gaan…
Haar hoofd richtte zich iets op toen hij uiteindelijk de stilte doorbrak met… een compliment. De woorden klonken zacht, maar waren des te meer betekenisvol gepaard met wat zijn non-verbale communicatie haar vertelde. “Ik… Dank je.” wist de jonge vrouw nu zelf met enige moeite te reageren, maar veel verder kwam ze niet. In gedachten zocht ze naar het antwoord op al haar vragen die nu als donderslag bij heldere hemel door haar heen gingen, maar gevonden werden ze wederom niet. Het was één ding dat Shong haar werk mooi had gevonden, heel mooi zelfs, maar… iets aan de manier waarop hij dat gezegd had, waarop hij nu naar haar keek, aarzelde, nadacht… deed haar vermoeden dat er in werkelijkheid veel meer achter school dan hij nu in woorden weggaf.
Ze overwoog een ogenblik er gewoon maar naar te vragen uit pure interesse en -als ze heel eerlijk naar zichzelf was- ook enige zorgen die in haar opborrelden, maar hij was haar voor. De kleine, zachte hand vond de grotere met de lange, slanke vingers. Emori schrok niet, week niet terug en… keek ernaar. Voor toch zeker een seconde of tien kon ze niet anders dan er verrast naar kijken voor ze heel zachtjes, heel subtiel haar grip iets verstevigde en even voorzichtig in zijn hand kneep ten teken dat het goed was. Niets meer, niets minder.
In het moment dat volgde, liet ze zich vrijelijk meevoeren terug naar de tafel. De mokken warm water werden voor nu op het aanrecht achtergelaten. Iets… anders had duidelijk prioriteit.
De bloemenkrans op haar hoofd maakte een gedempt, ritselend geluid in de serene streling van de bries toen ze weer op het bankje neerstreek en langzaam opzij schoof. Afwachtend keek ze in het rond. Wat was er hier te zien? Te doen? Of… wilde hij haar soms iets vertellen? Wat- Oh. Ze grinnikte kinderlijk en enthousiast toen haar zicht ineens opnieuw werd belemmerd door de primaire kleuren vlak voor haar ogen en glimlachte dankbaar toen deze weer keurig terug op haar kruin werd geschoven, maar het was de enige reactie die ze zichzelf toestond voor ze zou weten wat Shong van plan was.
Het donker van zijn irissen vond haar twee bruine, fonkelende poelen van de puurste nieuwsgierigheid die hem afwachtend aankeken, kort naar haar werk gleden, om vervolgens weer naar hem te schieten, vragend, verwachtingsvol.
Zijn onverwachte vraag leek haar even uit het veld te doen slaan. Vertrouwen? Ze knipperde. Hij vroeg of ze hem vertrouwde..? Het was een antwoord wat het overwegen waard was. Haar verleden speelde er slechts een minuscule rol in, maar… ze kon het niet helpen dat ze de stilte van haar kant nog iets langer liet voortduren. Ze kende Shong nog maar zo kort, maar had zich tegelijkertijd nu al op een bepaalde manier naar hem opengesteld wat ze lange tijd niet meer zo had gedurfd. Niet meer sinds…
Voor ze het goed en wel besefte, was het alsof haar hart al voor haar sprak en haar lichaam aansloot: Ze knikte lichtjes, maar duidelijk. Haar beide handen vonden aansluitend één van zijn handen om deze volledig te omsluiten. “Ik vertrouw je.” besloot ze fluisterend, zonder enige twijfel in haar stem.
Ze vertrouwde hem… Ze vertrouwde hem oprecht. Dat was… lang geleden.
Terug naar boven Ga naar beneden
Master Shong

Master Shong

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILEAscendant
Real Name : ✮Fox
Posts : 1376
Points : 93
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Water ✗ Ice
Klas: You're my ☆-pupil, each and every one of you!
Partner: Tremble, little lion man, you'll never settle any of your scores.

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimevr sep 22 2017, 11:52



Let it shine, until you feel it all around you
And I don't mind - if it's me you need to turn to


In een moment van stilte werd de uitdrukking op het jonge gezicht van de vrouw gepeild, maar niet lang. Dat was wederom niet nodig; het gevoel van evenredigheid was daar, gevoelig als de Syaori daarvoor was. En voor nu was hij daar maar wat dankbaar voor, dat hij zich op dat vlak emotioneel met haar kon meten en Emori op die manier kon voelen. De grotere, maar vooralsnog ranke hand sloot zich om de zijne. Een goedkeurend kneepje. Een gebaar van verbintenis. Als een voorteken voor wat komen ging..
Een enkele glimlach op het zachte gelaat van de leraar Watermagie bevestigde dat het inderdaad goed was, dat hij niet van plan was om haar met scherpe kritiek neer te sabelen om haar werk. Nee, integendeel. Immers was hij geen kunstcriticus. Hij was docent, auteur, geavanceerd Watermagiër, een piepkleine schakel van Cassia zelve, tweedegraads zwarte band in wushu, eerste 'dan' in shaolin kempo, vrijwilliger-ouderenverzorger op zijn vrije zaterdagen in Oak's Field, een reiniger van Water, voor het gevoel van genoegen amateurvoetballer in een team van kinderen uit het plaatselijke weeshuis, een levende representatie van 'het onmogelijke mogelijk kunnen maken' voor gediscrimineerde rassen, en hij was ook -
Er was geen vak te beoefenen in de kunst waar hij zich toe wijdde. Dat was maar goed ook. Hij wilde niet al die begrippen voor haar zijn. Hij wilde 'Shong' voor haar zijn. En - als het even kon wilde hij belichamen dat hij dat was, om dit aan te pakken op zijn manier. Dat die Shong daadwerkelijk niet alleen met stomheid geslagen was, maar ook geroerd was. Het enkel laten bij woorden, een compliment? Dat moest ze iedere keer opnieuw horen wanneer menig bewonderaar van haar werk opkeek, vervolgens haar blik zocht met een enthousiaste twinkeling en haar uiteindelijk vertelde: 'mooi'. Misschien zelfs alleen omdat gedacht werd dat ze dat het liefst hoorde. Hoofdzakelijk wenste hij haar niet te laten denken dat ook hij zich als gewoon maar een ander individu afschilderde dat werkte met maskers. Veel liever nog stortte hij er zijn hart voor uit. Laat het een keer - veel anders zijn. Zo hoopte hij.
Zo schonk hij haar dat. In het diepe springen met je ogen dicht. Of - zou het tegelijkertijd ook een metafoor vormen waarbij twee kleine handen voor haar ogen weg schoven en haar iets gade liet slaan, iets dat eindeloosheid definieerde wat niet van deze wereld leek?

Damp slierte zich in kronkelende lijnen van de twee achtergelaten theekopjes af terwijl Shong tussen de ezelzeteltjes door manoeuvreerde, haar teder begeleidend naar de tafel, naar haar werk - alsof het haar riep. Lieflijk glimlachend schuifelde hij met haar over het houten bankje, en nieuwsgierig schonk ze hem een blik.
Vragend - verwachtingsvol; vanzelfsprekend. Maar hij wilde het haar laten beleven in een euforische ervaring, en niet in een patroon met vooraf gegeven instructies. Later, hoopte hij, zou ze hem daarvoor dankbaar zijn. Tenslotte had hij niet de moeite genomen en wat van haar tijd gestolen om haar hier te brengen omdat er iets bijzonders was te bezichtigen, iets opmerkelijks was te doen - behalve zij, fluisterde zijn hart, en dat waren woorden die vooral nu niet zijn lippen konden bereiken. Alleen zijn glimlach verbreedde zich toen haar charmante grinniken klonk, en zijn blik van de met zorg herschikte bloemenkroon een paar centimeters daaronder haar ogen weer vonden. In die diepe bruine poelen, daar verloor hij zichzelf opnieuw en opnieuw in gedurende de stilte die heerste. Het soort dat pijnlijk kon zijn of worden, maar dit desondanks niet was.
Er volgde geen directe reactie op zijn vraag - aannemelijk leek ze er de tijd te voor moeten nemen om haar gevoel voor haar te laten beslissen en met een gedecideerd antwoord te komen op zijn vraag. Shong kon mogelijk niet opgeluchter zijn toen het het antwoord was waar hij op hoopte. Een zwevende fluistering die genoeg was om de rode kleur terug te laten trekken in zijn spitse oorpuntjes. Voordat hij voor zichzelf doorhad dat hij dat als teken aan kon nemen om tot de daad over te gaan - kon hij eigenlijk alleen maar een lange tijd afwezig glimlachend staren. Nu ze zo dichtbij zat, voornamelijk alleen oog voor hem hebbend. Zelfs zijn oogleden weigerden helemaal te sluiten wanneer hij met zijn ogen knipperde, zijn mondhoeken onderwijl protesterend om uit de dodderige glimlach te glijden. Ze vertrouwde hem. Voor een typerende man zou dat misschien slechts een luttel stapje zijn, of nog niet eens als zijn doel gezet was op veel meer dan dat - maar hij, zonder enige ervaring, hij nam daar voor nu genoegen mee. Zoiets hield hem al zoet om maandenlang te kunnen herhalen in zijn dromen, met een gelukzalige glimlach om zijn kussen krullend in zijn slaap.

Er gingen een goede paar seconden overheen voor hij knipperend zijn blik van Emori afscheurde, onwillekeurig over de tafel dwalend. Dat ging gepaard met een hoorbaar ademteugje alsof hij uit zichzelf opschrok. Meteen borrelde er een mengeling van schaamte en schuld in hem op; het was allerminst zijn bedoeling om haar in spanning te laten, wellicht op die wijze zelfs wel haar tijd slijtend. Per slot van rekening was hij al ietwat geagiteerd, een beetje zenuwachtig zelfs. Datgene wat hij haar graag wilde laten zien - weliswaar stond dat voor hem gelijk alsof hij zichzelf volledig blootgaf. Net zo waar als dat Emori het had gedurfd om hem haar innerlijke mysteries te tonen door middel van haar werk. Diversiteit, emotie, gevoel, alsook fragmenten van dagen, gebeurtenissen, herinneringen weggestopt in kleuren, kleuren wild en vrij binnen lijnen, lijnen ruw of vloeiend het gehele zinnebeeld aftekenend. Visuele snippers van de persoon wiens hand dit alles op een vel zette - misschien tussendoor wel even weifelend boven het papier zwevend, misschien in dat moment wel overdenkend, die gedachte een bron vormend van wat de volgende stap in de schepping zou zijn. Microscopische of gigantische segmenten van Emori Bijoux. En hij wist dit. Haar werk kón daarom niet anders dan mooi zijn.
Zonder haar hand los te laten, draaide Shong zich tot haar schetsen en schoof de vellen papier met een zo kalm mogelijke glimlach naar hem toe. De voorbereidingen waren getroffen en de rest - wel, dat zou zich spoedig openbaren. Van de hoek van de tafel pakte hij een vrolijk gekleurd speldenkussen, onwaarschijnlijk een benodigdheid tijdens de uurtjes vrije handarbeid. Met de vluchtige, secure bewegingen van kleine vingers die iedere dag eetstokjes hanteerden, ontdeed hij het opgevulde stuk stof van al haar spelden en naalden en legde ze in een geordende, nette rij neer. Het speldenkussen - dat nu eerder een doodnormaal minikussentje leek dat een ijverige creatieveling in een blokuur van oude gekleurde stofjes kon hebben gemaakt - plaatste hij voor hen neer op de tafel. Zijn zachte blik en de kleine glimlach moesten haar gerustheid inboezemen, zo was de bedoeling toen de kleine man zich het volgende ogenblik weer tot haar richtte. De geruststellende benadrukking dat er echt niets vreemds zou gebeuren, of dat hij iets naars van plan was. Met zijn hart overgaand in een roffelende galop, hoopte hij dat hij dat daadwerkelijk bij haar teweeg bracht toen hij zich uit haar handgreep liet glijden. Gestaag reikten zijn beide handen naar haar hals, zijn vingers langzaam door haar lokken verstrengelend om haar hoofd voorzichtig beet te pakken. Met beleid. Zeer belangrijk! De handelingen zonder enige toelichting alleen al wekten ongetwijfeld een merkwaardige indruk.
Ongedwongen bracht Shong haar hoofd vervolgens naar beneden, op het speldenkussen. Dat schikte hij nog even alsof het om een normaal hoofdkussen ging, in acht nemend dat ze zo comfortabel mogelijk moest liggen. Genegen streelden zijn vingers een verloren streng haar achter haar oor. Hij kon geen duidelijke reden geven waarom. Was dat voor nu nodig?

'Juffrouw Emori,' zweefde zijn fluistering door het atelier. Twee donkere ogen zochten vriendelijk haar blik, keken nog verzachtend dan mogelijk leek op haar neer. Zoals ze daar lag op een bont klein kussentje, bloemenkroon nog op haar hoofd, haar volumineuze lokken golvend over haar schouder, haar kaak en over de tafel - ze leek daadwerkelijk op een prinses uit oudere tijden. Onder de genegen toeknijpende ogen tekende zich een glimlach af, terwijl de kleine man nu ook zijn hoofd te rusten legde. Op het koude tafelblad, op nog geen paar centimeters van het gezicht van de jonge vrouw verwijderd. In de vurige hoop dat hij haar niet ongemakkelijk liet voelen, bleef de glimlach op zijn gezicht pronken. Ook al stal hem dit de adem. Ook al voelde hij zijn handen beven, boven de tafel tot in ieder aspect, haar ene werk na haar andere werk, de lijnen met zijn vingertoppen aftastend, voorvoelend, opnemend. Het was niet alleen dat hij ook haar graag intussen tot in ieder detail wilde registreren, zodat zijn hersenkwabben haar als een blauwprint voor de geest zouden kunnen halen. Hij moest.
'Ik zou u willen vragen om uw ogen te sluiten,' wist hij de instructie er uiteindelijk verrassend kalm uit te krijgen. 'Geen zorgen,' verzekerde hij haar, aldoor fluisterend,
'ik ben bij u.' Die woorden leken nog in de lucht te zweven toen de Syaori dichter naar haar toe krabbelde en zijn voorhoofd tegen het hare legde. Een tedere aanraking; de link leek immers niet veel moeite te hoeven doen om van ziel naar ziel over te springen, om slingerend tussen weefsels, cellen, moleculen, atomen contact te leggen. Daar gingen ze dan.
In het eerste geval openbaarde zich.. niets. Enkel duisternis. Een soort ruisen. Maar langzaam en zeker penetreerde zich daar, heel ver weg in de tunnel van donkerte, een enkel lichtpuntje. Zijzelf - slechts nog in hun wezen, niet in een belichaming; als nooit ingekleurde schetsen - leken als vanzelf naar dit licht toe te bewegen. Of - kwam het naar hen toe? Een aanzwelling van een enkele noot, en een opwelling van samenkomende tonen die over tijd een helderder geluid vormden - alsof dichtzittende oren opensprongen. Diep- naar oceaanblauw tekende zich af links, rechts, onder en boven hen, maar het leek eindeloos. Onwillekeurig schoot een school helderblauw oplichtende vissen hen plotseling voorbij, kort uiteen struinend om elkaar weer een paar meter verder te vinden tot een algeheel tussen vormen die koraal en anemonen werden. Vluchtige vissen maakten geheel ongedacht plaats voor sereen voorbij drijvende wolken, die deze gedachteloze oceaan van leegheid met enige nieuwsgierigheid besloten te verkennen, met lak aan de realistische regels van de natuur. Van het punt waar ze stonden trok het blauw weg naar een lila-witte kleurschakeling. Grond, dat leek er niet te zijn - alleen een uitgestrekte horizon, verder reikend dan het oog kon kijken, waar een versie van de zon beverig haar stralen van haar af slierde.
Toch was de leegte niet enkel leegte, en was het luchtruim gestippeld met honderden zwevende luchtbelletjes. Het zijn in het nieuwe niets duurde maar een paar seconden. Van een zee, naar staand midden in de lucht, stortten ze langzaam afgetekende hand in langzaam afgetekende hand in een andere sensatie. Hoewel zonder reëel zwaartekracht, gaf dat hetzelfde diepe gevoel in de onderbuik als in een achtbaan. Wolken en belletjes stegen hen voorbij de hoogte in. Alsof het zocht naar een omgeving, naar kleuren en lijnen, naar objecten om deze in een bij de milliseconde ontwikkelend panorama te plaatsen - wat 'het' dan ook moge zijn. Hij, of zijn vingers in de realiteit, was 'het' niet; hij deed alleen het werk. En - dacht hij terwijl hij in hun droomreis opzij keek naar Emori's gestalte, haar versie hier nu volledig afgetekend en haast opgloeiend in haar kleuren - hij hoopte dat het goed werk was. Dat, terwijl ze een eindeloze diepte in leken te vallen, de lijnen die zich aan een horizon vorm aannamen alle gevoel en fijnheid die erin was gestopt, reflecteerden. Maar er was op dit punt nog niet genoeg te zien om eruit op te maken wat hier gevormd werd. Meeuwen riepen, hoewel ze bij lange na niet dicht genoeg aan de hemel zweefden om hoorbaar te zijn. Het klotsende geluid van terugtrekkend en toestromend water was een grondslag van sereniteit.
En zijzelf? Zij stonden niet langer meer stil. In feite leek de grond hortend en stotend te bewegen, op en neer golvend op een manier alsof het dat al die tijd had gedaan. Nee - niet staand. Zittend. Een enorme olifant, gedetailleerd en tegelijkertijd losjes, droeg hen op zijn rug door pittoreske straatjes in minuscuul detail. Bij iedere zware stap die hoe dan ook niet dreunend klonk, spatte er een kleurenfestijn van blauwe tinten op. Het was toen, alsof er een verfpot werd omgestoten met tientallen kleuren, dat een duidelijke omgeving zich voor hun neus als een inktvlek openbaarde; een vlek die eigenaardig tientallen kleuren en vormen ontholen hield, al die tijd gepreserveerd gebleven om nu, op dit zekere moment los te laten. Het waren de eerdere zinnebeelden in stromende lijnen, ruw en golvend, scrupuleus en dan weer vrij. Hun tocht slingerde zich door een rijke bloementuin die daar plotseling gewoon voor hun neus leek te verschijnen, waar de morpho peleides-vlinders hen voorbij fladderden en de lavendel in de lucht hing. Alle bloemen knikten in een lauwe bries, rommelig en op hun eigen manier prachtig - haar bloemen. Hij nam haar nu mee op een excentrieke reis naar pittoreske straatjes die hem in het eerste geval aan Oak's Field op een rustige zondagmiddag deden denken, naar met bloemblaadjes bezaaide bloementuinen, de roeping van de wilde natuur, en naar -
Contouren van bomen, in de hoogte reikende en dan weer dalende bergen, flarden wolken, zacht gras. Daarna, opdoemend, een uitrekkend meer. Haar landschap. Emori's landschap. En al het andere dat terug in het atelier zwart op wit stond in haar schetsboek.
Dwars over het water vervolgde de olifant vlakuit zijn weg, zijn loeizware poten enkel kringetjes op de oppervlakte achterlatend - omdat Shong dat nagenoeg zo wilde. Simpeler kon dat niet gezegd worden. Schommelend op de olifant konden ze niets anders dan deze reis in vogelvlucht afleggen, zij voorop zodat vooral zij alles goed in ogenschouw kon nemen. Dat wilde hij ook zo. Hij voelde zijn hart in galop gaan omdat dit een samenvloeien was van hun inbeeldingsvermogen - een stukje van hen allebei. Heel voorzichtig vonden zijn handen haar middel, als ware het dat hij er zorgzaam voor wilde zijn dat ze niet van de knobbelige rug af zou glijden, en bleven daar liggen. Teder glimlachend - het kon raadselachtig genoemd worden - boog de kleine man zich over haar schouder om haar blik te vinden. 'Vind u het mooi?' vroeg hij zacht.
Mooi; zelf vond hij het zoveel meer dan dat. Het was surrealistisch, onmogelijk, onlogisch - maar.. daarom wellicht des te adembenemender. Uiteindelijk was het immers haar creatie: dat stiet als een vuist door wat nog altijd wél reëel was.
Terug naar boven Ga naar beneden
https://www.youtube.com/watch?v=PtGqtow9AYs
Emori
..
..
Emori

Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILENovice
Real Name : Sansan
Posts : 150
Points : 0
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN
✦ CHARACTER ✦
Magic: Air & Earth
Klas: -
Partner: In your dreams whatever they be, dream a little dream of me

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitimedi okt 03 2017, 23:09


Tender is the noon }} W5IuYKK
Ze was aandachtig naar hem blijven kijken, haar ogen zoals altijd geïnteresseerd, maar nu ook met een tikje nervositeit. Het zou enkel zichtbaar zijn voor de paar personen die haar het beste kenden of… voor hen die verder durfden te kijken dan de zoete glimlach die ze gewoonlijk naar de buitenwereld zond en al vaak afdoende was. Haar wenkbrauwen waren ongemerkt iets naar elkaar toe gekropen, maar verder leek ze nog steeds de rust zelve, enkel omringd met haar kenmerkende, kinderlijk enthousiasme.
Zou hij het zien? Zou hij doorhebben wat er nu werkelijk door haar heen ging? Hoe lastig ze het had gevonden dat vertrouwen in een ander persoon te leggen? Het was onwillekeurig door haar heen geschoten, maar ze stopte het ver weg, voor nu, bang dat ze anders op haar woorden terug zou komen. Nee… Ze vertrouwde hem. Oprecht. Belangrijker nog: Ze was bereid hem te vertrouwen. Het was… een eerste stap. Was ze niet juist daarvoor hierheen gekomen…? Had ze niet-
Stop.
Zodra ze zich opnieuw betrapte op deze maalstroom van gedachten, wendde ze haar blik gedwongen af en sloeg haar ogen neer. Het was gek… De meeste dagen leefde ze in de overtuiging dat het verleden zijn grip op haar grotendeels verloren had, maar nu bleek maar weer dat er maar iets nodig was om het oude wederom op te rakelen. Opnieuw leek het zo levensecht alsof de gebeurtenissen zich gisteren hadden voorgedaan. Kwetsbaarheid… Dat was wat er verscholen ging achter de stralende uitdrukking. Kwetsbaarheid wat zich nu voorzichtig liet zien door de wijze waarop ze zich had opengesteld naar Shong toe. Het toonde zich in de manier waarop ze langzaam weer op had gekeken en met nieuwsgierigheid en toch… een vleugje wantrouwen observeerde wat hij deed, hoe hij met haar werk omging en wat hij van plan leek te zijn. Het ging automatisch. Onbewust was de grip op zijn hand echter verstevigd, alsof ze tegelijkertijd júist wilde voorkomen dat de storm in haar hoofd hen weer verder uit elkaar zou drijven, nu ze net enige toenadering bij iemand anders had gezocht.
Een oprechtere lach kroop toch weer op haar lelieblanke gezicht bij het zien van het mini-kussentje wat hij vaardig voor haar had geprepareerd. Niet wetende wat hij hiermee wilde, blikte ze daarom van het kussen naar het vrolijke gezicht naast haar om er zo achter te komen dat Shong haar verwachting na bleef komen: Hij bleef haar werkelijk verrassen, hoe graag ze ergens diep van binnen ook de controle hoopte te behouden over zichzelf en de situatie.
Ze schrok bij het voelen van zijn handen bij haar hoofd, maar ze liet hem. Haar versnelde hartslag moest duidelijk voelbaar zijn onder zijn vingertoppen. Haar borstkas ging gestaag sneller op en neer… maar ze liet hem. Aarzelend beet ze op haar onderlip toen hij hierop haar hoofd naar beneden begon te leiden, maar vocht met alle macht tegen de muur die zich direct maar al te graag wilde opwerpen.
Nee. Niet doen. Stop. Laat het toe. Voor deze ene keer…
Toch waren het niet deze sturende gedachten die ervoor zorgden dat ze berustend haar hoofd op de ondergrond liet rusten, maar… slechts een korte handeling van zíjn kant: de streng haar die verrassend teder achter haar oor werd gestreken. Het deed een gevoel van opluchting door haar heen gaan waar ze niet precies haar vinger op kon leggen.
“Juffrouw Emori.”
Ze keek vragend op, maar bleef liggen. Een nerveuze giechel ontsnapte haar keel voor ze het in de gaten had toen hij net als zij zijn hoofd te rusten legde. Het was meer een reactie van haar lichaam om uiting te geven aan de borrelende spanning in haar binnenste, dan dat er daadwerkelijk iets komisch gaande was, al moest ze toegeven dat het aangezicht van de vrolijke, lichte plukken -die nu helemaal alle kanten op staken op het tafelblad- aandoenlijk genoemd kon worden.
Bij het verzoek dat volgde om haar ogen te sluiten, had ze even gewacht. Waarop, dat kon ze niet precies zeggen. Maar het was zeker dat ze de daaropvolgende geruststelling nodig had gehad. Pas daarna knikte ze vertwijfeld, keek nog één maal op om daar de bloemen in al hun fleurige pracht te kunnen zien staan… Zíjn bloemen. Haar ogen gleden verder naar de knutselwerkjes die hij had meegebracht, inclusief de bloemenkroon op haar eigen hoofd waar ze nog net de uiteinden boven haar oogleden kon ontdekken, om tenslotte te eindigen bij de vriendelijke ogen voor haar, onbekend en toch… vertrouwd. Vertrouwd…
“Ik vertrouw je.” herhaalde ze uiteindelijk zacht, meer voor zichzelf, terwijl ze langzaam haar ogen sloot en toeliet dat zijn hoofd het hare raakte.
Ik vertrouw je…

Waar was ze? Wat was er gebeurd? Als iemand het haar nu zou vragen, zou ze geen antwoord kunnen geven. Zelfs met een penseel in de hand zou ze geen uiting kunnen geven aan wat er toen gebeurde.
Hevig verward en gedesoriënteerd schoot haar blik in het rond om enig houvast te vinden in logica, maar deze was ver te zoeken. Waar logica kwijt was geraakt, zocht ze daarom naar een doel. Iets om haar geest bezig te houden om te voorkomen dat ze in paniek zou raken. Dit deed zich voor in de vorm van… een licht? Was dat wat het was…? Haar gedachten troebel, haar beleving… wazig. Ze wilde haar ogen vernauwen om het beter te kunnen observeren, enkel om er achter te komen dat er voor nu niet zoiets was als… “haar ogen”. Ze was… niet zichzelf en toch ook weer wel. Ze was er, geestelijk, maar iedere duidelijke vorm ontbrak. Ze miste het gevoel van haar zachte, lange lokken die haar eigen hals en wangen kriebelden als ze haar hoofd ergens op richtte. Ze miste de wrijving met haar kleding als ze bewoog. Ze miste zelfs het gevoel van haar wimpers die elkaar raakten als ze kort knipperde…
Plots… geluid. Waar kwam het vandaan? Waar hoorde het bij? Het voelde bijna alsof ze de wereld weer voor het eerst zag en als een nieuwgeborene iedere indruk ten zeerste moest verwerken en zien te plaatsen. Als haar stem had kunnen spreken, had het een verrast kreetje geuit bij het zien van vastere vormen, helderdere kleuren… Maar net als ze dacht het enigszins te kunnen plaatsen… was het net zo vlug weer verdwenen.
Zo goed en kwaad als het ging probeerde ze zich daarom geheel open te stellen voor al het moois (want dat was het zeker) wat haar tegemoet kwam en besloot… los te laten. Maar pas bij het zien van de zwevende luchtbelletjes had ze zichzelf eindelijk zover gekregen haar menselijke rationaliteit, haar Erdse kant, compleet aan de kant te vegen voor nu en gewoon… te dwalen in het droombeeld wat haar geschonken werd voor het straks te laat was en ze er te weinig van had gezien.
Ze lachte. Wacht… Ze lachte? Ja… Ze kon nu lachen. Haar lach, helder en aanstekelijk als altijd, weerklonk als een echo om hen heen, in de cocon waar ze zich samen met Shong in leek te bevinden, terwijl ze in een oneindige diepte leken te storten wat voor een vreemde kriebel in haar buik zorgde. Maar bang was ze niet. Nee… Hoe meer ze leken te vallen, te zweven of welke benaming er ook aan gegeven mocht worden… hoe meer ze juist leerde loslaten en genieten.
Inmiddels als een kind zo blij, kwam ze haast vingers te kort om naar al het schoon te wijzen. Haar lach kon voor haar gevoel onmogelijk nog breder groeien. Haar ogen straalden -zonder haar weten- zo helder dat het hazelnootbruin haast in vuur en vlam leek te staan en even warm was als de zon die de gecreëerde hemelen verlichtte. Maar het was nog niets vergeleken bij wat er in haar werd losgemaakt bij het zien van… Nee. Nee, dat kon niet…! Ze staarde, haar mond iets geopend uit de puurste verbazing, maar ze kon het eerst niet bevatten. Geschrokken deed ze een stapje terug op de onvaste ondergrond die haar direct weer omhoog gooide, waardoor ze langzaam als een gevallen blaadje weer naar beneden dwarrelde. Daar, piekend aan de horizon, stond één van haar tekeningen in levende lijve. Ze wist zeker dat het dier een product uit haar verbeelding was door de artistieke tint die ze er aan toe had gevoegd, maar toch… stond hij hier zo levensecht dat ze verwachtte dat hij even warm zou aanvoelen als het echte zoogdier als haar vingers hem zouden raken…
Ze knipperde en… weg. Verdwenen. Wacht… Nee! Ze had er nog langer naar willen kijken. Heel even ma- Whoa! Nog net wist ze te voorkomen dat ze onverhoopt achterover tuimelde toen de grond nog heviger schudde dan eerst. Verwonderd keek ze naar beneden en vond daar… de kleuren, de vormen… Ze herkende het allemaal, zelfs de onderliggende schetslijnen die ze vluchtig geplaatst had voor ze aan het echte werk was begonnen. Met trillende vingers aaide ze de olifant onzeker over de kop, bijna net zoals ze als negenjarige had gedaan bij het circus op Gren. Echt… Hij voelde nét echt en toch wist ze dat het niet mogelijk moest zijn. Haar hand reikte naar de opspattende kleuren rondom die haar al even opgewekt begroetten. Met grote ogen keek ze toe hoe de kleuren enthousiast om haar heen dansten en bijna troostend langs haar wang streken voor ze weer verder zweefden.
Te weinig tijd. Ze had bijna te weinig tijd om alles te zien en evenveel aandacht te geven. Inmiddels op knieën gezeten, schoot haar blik van links naar rechts, naar de straten door haar hand getekend, de bloemen door haar getekend, wezens uit haar verbeelding tot leven gebracht… Alles… het was van haar, dóór haar en toch compleet nieuw en verfrissend, alsof het nieuw leven was ingeblazen.
Tegen de tijd dat smalle, knusse straten werden verwisseld voor bomen en gebergten, waren tranen van ontzag, verwondering en pure vreugde in haar ogen gesprongen. Hevig trillend liet ze zich achterover zakken en ging stil zitten. Haar handen sloegen zich voor haar mond alsof ze niet had geweten wat ze er anders mee aan moest, wat ze.. met zíchzelf aan moest.
Vastberaden om haar emoties vooral binnen te houden, was ze stokstijf blijven zitten, maar het plotseling voelen van de bekende, kleine handen op haar middel, deed haar schouders tenslotte schokken en een eerste, eenzame traan over haar wang rollen. De vraag was haast aan haar voorbij gegaan, maar ze knikte. En nog een keer. En nog een keer… “Het is…” Ze snikte even zachtjes, wuifde dit luchtig weg (want verdorie… Waarom nu?!) en haalde diep adem. “Het is prachtig… Maar zelfs ‘prachtig’ doet het geen eer aan.” Van haar adem benomen had ze een moment nodig om zich te herstellen. Meerdere, zoute tranen vonden nu hun weg naar beneden, maar nog voor ze daadwerkelijk van haar kaak afdruppelden, transformeerden ze in kleine vlinders om tezamen de horizon tegemoet te fladderen. Ontroerd keek Emori ernaar… naar alles… “Hoe..?” Maar verder kwam ze niet. Ja… “Hoe?” Dat was de grote vraag. Hoe had hij dit voor elkaar gekregen? Hoe was het mogelijk dat haar verbeelding, haar werk… híer was? Dat zíj hier was, alsof ze zo haar schetsboek was ingezogen? “Shong…” Maar opnieuw weigerde haar melodieuze en inmiddels onvaste stem dienst. Vlug blikte ze daarom achterom, zodat hij net een hint van haar natte wangen en warme glimlach kon opvangen voor ze net zo snel weer wegkeek, lichtelijk gegeneerd door haar eigen reactie. Hierop bewoog ze zich langzaam weg van hem, dichter richting de kop van het dier wat hen voort leidde, eerst onzeker, maar steeds doelgerichter en standvastiger. Met een zekere daadkracht, hees ze zichzelf tenslotte overeind, ter hoogte van zijn schouderbladen, en ging staan. Balancerend wist ze net aan haar evenwicht te behouden en keek dapper vooruit, naar die eindeloze horizon. De wind die in duizend kleuren uiteenspatte, blies direct in haar gezicht, haar wangen droog en speelde met haar lange lokken die als herboren om haar heen dansten als een gouden waterval in het juiste licht. Eveneens kriebelde de rok van haar jurk langs haar slanke benen en voelde ze het geliefde element ruisen in haar oren. Intens genietend en lachend spreidde ze voorzichtig haar armen met de innerlijke intentie net als de vlinders rondom weg te zweven. Het voelde ook alsof ze vloog, zonder dat ze er ook maar meer voor hoefde te doen dan… hier te staan. “Het is geweldig, Shong.” riep ze net luid genoeg om boven de oorverdovende wind uit te komen. “Ik… Ik weet niet hoe ik je moet bedanken.” Geweldig…
Vrij. Ze was… vrij.
Terug naar boven Ga naar beneden
Gesponsorde inhoud



Tender is the noon }} UTL8oxA PROFILE
Tender is the noon }} UTL8oxA MAGICIAN

Tender is the noon }} Empty
BerichtOnderwerp: Re: Tender is the noon }}   Tender is the noon }} Icon_minitime

Terug naar boven Ga naar beneden
 

Tender is the noon }}

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Terug naar boven 
Pagina 1 van 1

 Soortgelijke onderwerpen

-
» Bijles Tender Warmth || Syo
» Bijles Tender Warmth || Wren
» Bijles Tender Warmth || Zack
» Bijles Tender Warmth || Liam
» Bijles Tender Warmth || Flamma

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
Starshine Academy ::  :: Classrooms :: Atelier-