Om te beginnen was het al heel erg vreemd om een brief te krijgen, maar een brief met deze context.. Oké, tijd om zich zorgen te maken. Veel tijd kreeg hij hier alleen niet voor. Hisashi kwam al binnen lopen en groette hem met een glimlach. Heel kort gingen zijn ogen naar Yana, die meteen haar beste vriend leek op te zoeken. Ook Nica leek heel blij te zijn Yana weer te zien. Kit daarentegen kon amper glimlachen bij het zien van die twee. Ook zijn tweelingbroer leek nu te beseffen dat hij Louis niet op de stoep had gehad voor een of andere impuls. ”Wat staat erin?” Vroeg Hisashi terwijl hij richting Kit liep.
Heel even gleden Kits ogen nog over het briefje voor hij deze uitstak naar zijn broer en opstond.
‘Het is aan ons gericht en ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik heb werkelijk helemaal niemand die mij iets zou sturen.’ Tijdens deze woorden had hij zijn armen gespreid en was er een pijnlijke grijns op zijn gezicht ontstaan. Hij schudde kort zijn hoofd en haalde zijn handen door zijn gouden lokken.
‘Vertel me alsjeblieft dat jij hier vrienden hebt gemaakt die belachelijk stomme grappen uithalen.’ Hij keek zijn broer met een blik aan die het antwoord al duidelijk maken. Natuurlijk niet. Punt een, zijn broer en vrienden maken? Grappig. Punt twee, wie zou iets als dit grappig vinden? Natuurlijk wist hij dat hier leerlingen rond liepen met idioten ideetjes en een brein dat niet eens voor 10% functioneerde, maar dit? Nee, dat wilde hij niet eens geloven.
Hij had veel zieke grappen meegemaakt ondertussen. Nummer één? De moord op Leylya. Beste grap ooit. Niet. Zijn zogenaamde vrienden hadden het hilarisch gevonden, hij had het de moeite waard gevonden om wraakgevoelens op te bouwen. Hij nam zelden wraak, maar dit “grapje” was de moeite waard om al deze jongens een voor een neer te steken. Het liefst zou hij willen dat ze heel erg langzaam zouden sterven. Zo ver was het alleen nog niet en deze brief was een hele andere manier van “grappig”.
Zijn ogen waren op Hisashi gericht.
‘Wat denk je?’
Extreem laat en meeeh..