PROFILE Real Name : Ruby~Pinksheep Posts : 827 Points : 10
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Lucht en vuur Klas: Master Geralt Partner: I guess, it's just not meant for me.
Onderwerp: x Just hanging around... || Met Pomme~ do okt 15 2015, 14:10
De warme, onder gaande, zomer zon scheen op haar lichte huid. Zachtjes waaide er een windje door haar opvallend rode haren waardoor ze lichtjes wapperden. Waar ze meestal haar haren in een hoge paarden staart had zitten, vielen deze keer de lange lokken on geknoopt langs haar schouders en rug. Het avondmaal was net afgelopen en Yang had besloten een wandeling te maken over het terrein. Ze had nog niet iemand om mee te nemen, anders zou ze dat wel doen, maar deze keer was ze alleen. Ze stapte van het bordes, wat voor het schoolgebouw lag, af. Geen idee waar alles was keek ze vragend om zich heen. Ze tuiten haar lippen en besloot toen maar om het paadje wat voor haar lag af te lopen. De walm van een heerlijke zomer avond hing in de lucht. Het zorgde er voor dat haar mond hoeken automatisch op krulde in een verrukte glimlach. De oranje, gele zon verlichte haar pad met een magisch licht. Ze merkte hoe de warmte in de lucht hing. Op Puffoon was het vaak ook warm maar voelde het een stuk minder broeierig aan. Dit kwam vast doordat er altijd een stevige wind raasde. Yang snoof de warme lucht naar binnen en zuchtte tevreden. De koude winden die op Puffoon waren had ze altijd vervelend gevonden. De wind zelf vond ze heerlijk maar de kou er van haten ze. Ze was een persoon die het liefste, op gekrult als een kat, in een zonnestraaltje ging liggen. Hierdoor genoot ze nu dan ook enorm van het zonlicht wat op haar scheen. De minuten gleden voorbij en de zon zakte steeds verder naar benden. Gelukkig was het heir, op deze planeet, zomer en zou de zon dus nog een tijdje haar licht op de wereld schijnen. Door de dromerige heerlijkheid van de atmosfeer was Yang totaal vergeten waar ze heen ging of hoelang het duurde. De meters waren voorbij geschoten en de academy lag nu een stuk verder weg. Met haar handen in de zakken van haar veel te lange blouse keek ze om en bedacht zich dat ze een stuk verder was gelopen dan dat ze gedacht had. Zorgeloos haalde ze haar schouders op en draaide zich weer om. Ondertussen was het wind stil geworden en de wolken hingen vredig in de lucht. Door de zonneschijn kleurde de hemel in allerlei pastel kleuren. Waar de ene wolk oranje was, was de andere roze geworden. Zo speelde het licht ’s avonds met de kleuren. Het leek wel een kunstwerk wat aan de hemel was gehangen. Yang had het vaak genoeg nagetekend maar in de werkelijkheid was het nog veel mooier. Ze tuurde even naar de hemel en liet haar gedachten de vrije loop gaan. Er waren een paar dagen verstreken en ze had haar eerste lessen gehad. De lesstof was enorm interessant maar soms wel lastig. Ze was ingedeeld in de vijfde klas en was een van de oudsten. Waar iedereen al vrienden had door de vijf jaren die ze samen op school hadden door gebracht, viel Yang een beetje buiten de mand. Ze was net nieuw en had dus nog geen ‘maatjes’. Het was niet dat ze verlegen was of niet durfde te praten maar een echte klik met iemand had ze nog niet gehad. Daarom had ze het tot nu toe alleen nog maar over de les stof gehad en wat er om haar heen gebeurden. Over zichzelf of waar ze vandaan kwam had ze nog niet veel verteld. Dat kwam wel als ze de juiste persoon er voor zou ontmoeten. De mensen van Puffoon deden haar erg denken aan de mensen thuis, rustig en vaak vriendelijk. Mensen van Razen deed haar meer aan zichzelf denken. Hier had ze dan ook een paar keer mee gelachen maar of er echt diepe vriendschappen in zaten was de vraag. Niet dat ze perse innige vriendschappen verwachte of nodig had. Maar doch kon haar hart het niet laten te hopen op een betere vriendschap dan alleen praten over het weer en de leraren.
Met een zucht door alle gedachten keek ze weer voor zich en vervolgde haar weg. Na een tijdje lopen kwam ze tot stil stand en zag enkele meters verder op glazen huizen staan. Met een vragende blik hield ze haar hoofd schuin en vroeg zich af of dit de kassen waren waar ze wel eens wat over had gehoord. Zelf was ze in de stad opgegroeid dus echt veel verstand van planten had ze niet. De enige die af en toe een bloem op at was Flame. Die lag waarschijnlijk op haar kamer te slapen, dat deed ze wel vaker na het avond eten. Schouder op halend besloot ze om een kijkje te nemen. Het zag er rustig uit dus de kans dat ze te horen kreeg dat ze er niet mocht wezen was erg klein. Ze liep naar de eerste kas toe en legde haar hand tegen de glazen deur aan. Deze opende ze en stapte naar binnen waarna ze de deur weer sloot. Ze draaide zich weg van de deur en keek recht de kas in. Door de glazen wanden kwam het warme, oranje zon licht binnen. De zonnestralen vielen op veel verschillende planten. Yang keek haar ogen uit. Ze hield van dingen die er mooi uit zagen ook al kwam ze soms stoer of oppervlakkig over. De vele planten hadden veel bladeren en een donker groene kleur met hier en daar een licht groen blaadje er tussen. De bloemen die bloeiden verschilden in grote, kleuren en vormen. De ene was nog vreemder en mooier dan de ander. Sommige leken haartjes op hun kroonbladeren te hebben en andere leken haast van plastic. Het licht dat naar binnen viel weerkaatsen op de paar water druppeltjes die her en der op de planten lagen. Door de buiging hier van zag ze af en toe kleine regenboogjes. Samen met het oranje licht, de planten en bloemen was het een moment van schoonheid. Zo ontastbaar en magisch dat Yang stil stond en haar mond lichtjes open viel. Het was een wonderbaarlijk aan zien. Iets wat Yang altijd kon waarderen. ‘Ethereal,’ fluisterde ze en een kleine, onschuldige glimlach vormde om haar lippen waar normaal gesproken een grote grijns zat.
Dit betoverende moment duurde echter niet lang want wanneer Yang probeerde door te lopen merkte ze dat haar haren niet mee kwamen. Met een vragend piep geluidje keek ze over haar schouder en had nooit gedacht dat ze dit zou zien. Een grote plant met een soort mond had haar lange haren tussen zijn kaken zitten. Op zijn pot stond dat je hem niet mocht voeren en uit de buurt moest blijven. ‘Hoe heb ik dat kunnen missen?!’ riep ze dan ook en greep haar haren vast. Met flinke ruk aan haar haren hoopte ze dat deze los kwamen maar in plaats daar van hapte de plant nog een stuk van haar haren weg. ‘WAH!’ kwam er geschokt uit. ‘Zoek je ruzie! Geef mn haren terug!’ Alsof de plant haar woorden begreep, begon hij te bewegen. De stronken die uit zijn pot lagen begonnen te krioelen en haar kant op te kruipen. Haar blik gefixeerd op de plant en de stronken onder haar had ze niet door dat er van boven ook lianen naar beneden kwamen. Opeens voelde ze iets op haar schouder. Voor ze kon reageren werd haar aandacht afgeleid door het feit dat de stronken op de grond haar voeten en benen begonnen te wurgen. Niet lang daarna begonnen ook lianen om haar borst en middel te kruipen. ‘Wat the, laat me los!’ riep ze en probeerde de lianen van zich af te trekken. Toen ze zag dat het geen nut had, verscheen er een felle blik in haar ogen en een klein vlammetje kwam tevoorschijn in een van haar handen. Deze wilde ze naar de plant toe brengen maar als een roofdier greep de plant haar pols vast en hield deze stevig in bedwang. ‘Sterke plant,’ sprak ze met grote ogen. Met alle macht begon ze tegen te stribbelen en spuugde vuur. Dit ging zo door tot ze uiteindelijk op het punt kwam dat ze ondersteboven in de kas hing met lianen om haar heen en het puntje van haar haren nog steeds in de bek van de plant. ‘Well then,’ zei ze. ‘Just chillen, hanging around, with my buddy plant...’ kwam er sarcastisch uit, niet goed wetende wat ze nou moest doen of hoe de hel ze in deze situatie terecht was gekomen.
Laatst aangepast door Yang op zo nov 01 2015, 18:21; in totaal 1 keer bewerkt
Onderwerp: Re: x Just hanging around... || Met Pomme~ za okt 24 2015, 20:41
{
kissed by moon and stars
}
Als je gedacht had dat het om even na middernacht rustig zou zijn op het lanceringsplatform dan had je het mis. Rijen aan mensen lopen van en naar de shuttles, wachten op hun koffers of zitten casual op een bankje te roken of een drankje te doen met vrienden. Deze plek leek altijd open te bloeien in de nacht, gevuld met muziek, rook, drank en gezellige mensen. De meesten mensen schenken de aankomende en vertrekkende shuttles geen aandacht en lijken, in hun eigen wereldje, de passerende wereld en tijd snel te vergeten. Het is daarmee ook een ontsnappingsplek voor de velen die hun standaard leventje zat zijn, en tijd nodig hebben voor hunzelf, in hun zelf. Het is kortom een plek van bestemming, vertrek en alles wat daar tussen zit. Voor een eenentwintig jarige jongen is het de plek van bestemming; het begin van een nieuw hoofdstuk.
Maar zover zijn we nog niet. Laten we eerst een paar uur terug de tijd in gaan, naar het moment vlak nadat de eenentwintig jarige jongen bijna zijn vlucht gemist had en zijn eerste hoofdstuk een vroeg einde had kunnen kennen.
10:01, zijn hart slaat agressief tegen zijn borstkas aan wanneer hij neerploft in zijn gereserveerde lederen stoel. Een zachte zucht klinkt tussen zijn trillerige lippen, zijn ogen groot en wild. Ik heb het gehaald, Kovomaka-zijdank ik heb het gehaald. beseft hij zich na enkele seconden opgelucht. Hij veegt met de palm van zijn hand langs zijn glanzende voorhoofd en leunt nu iets ontspanner in zijn stoel. De shock van de opstijgende shuttle doet hem even opkijken, maar vanaf daar lijkt alles smooth sailing. De weergoden waren goed gezind en hadden de hemel een donkere diepe blauw geschilderd met hier en daar illuminerende witte stippen; sterren. Vol bewondering kijkt hij door het raam van zijn buurvrouw, zijn ogen te kost doend aan het donkere kleuren palet van de nacht. Onder het maanlicht kan hij het glinsteren van de oceaan ontdekken die het maanlicht zachtjes terug reflecteert naar de hemel. Een waar mysterieus schouwspel wat hij voor geen goud had willen missen. Na een kort moment leunt hij weer terug in zijn stoel, blijkbaar had hij de vrouw naast hem ongemakkelijk gemaakt, aan haar energie shift te voelen. Beter om haar maar met rust te laten. bedenkt hij zich, waarna hij zijn lichaam iets van haar afdraait en zijn ogen sluit. Meerderen gedachten gaan door zijn hoofd, maar meer dan de gedachten zijn het de gevoelens die zijn lichaam voelen. Zijn eigen gevoelens -een mix van enthousiasme en nervositeit- en die van anderen. Er is het meisje in het de hoek die gevoelens van angst transpireert en de gedesoriënteerde man achter hem diens gedachten beïnvloed zijn door iets externs, vermoedelijk pijnstillende middelen. Teren, de naam van deze eenentwintig jarige jongen, gaapt en probeert hun gevoelens uit te sluiten, enkel ruimte overlatend voor zijn eigen, en valt tien minuten later in een onrustige slaap.
12:26, de shuttle land soepel maar met genoeg snelheid om Teren uit zijn slaap te halen. Hij gaapt en kijkt knipperend verward naar de mensen in de shuttle die ineens tot leven komen. Iedereen springt op en begint zijn of haar spullen haastig bij elkaar te rapen. Teren wil hun voorbeeld volgen maar wordt tegen gehouden door een lichte druk op zijn knie. Zijn knie is voorzien van een smalle hand met een ring om diens ringvinger. Teren's blik glijdt naar de vrouw naast hem die met een uiterst kalme blik op haar gezicht ligt te slapen. Een korte blik van medelijden verschijnt op Teren's gezicht voordat hij abrupt opstaat en de shuttle verlaat, de vrouw aan haar gedesoriënteerde wakker-word-ritueel overlatend.
Gebeurtenissen als die op de shuttle gebeuren bijna dagelijks in de eenentwintige zijn leven. Mensen weten meestal niet eens dat het door zijn aanwezigheid komt, maar beseffen wel dat het verdwijnt zodra ze hem niet meer aanraken. De vrouw in de shuttle bedoelde er niets kwaads mee, net zoals al die anderen bij wie dit al gebeurd was. Het was kortom, gewoonte, geworden voor Teren, dit soort vreemde 'aanrakingen'. Teren was er niet kwaad om, maar liet zich evenmin meer gebruiken voor dat soort doeleinden. Hij is zijn eigen persoon, met zijn eigen doelen en plannen en die gaat hij niet meer veranderen voor anderen. En met die gedachte pakt hij zijn reistas uit de shuttle en loopt hij vastberaden het lanceringsplein op.
Eenmaal omringd door al die mensen duizelt het Teren kort voor zijn ogen. Al die verschillende gevoelens en intenties flitsen door zijn lichaam en hoofd, zijn eigen energie wegnemend. Teren legt zijn hand op zijn slaap en zucht vermoeid. Hij kon hier niet te lang blijven of hij zou worden leeg gezogen van energie en geen pas meer kunnen verzetten. Hij gaat overeind staan, beperkt zijn energie tot een minimum en wandelt in een rechte lijn van punt A naar eindpunt B. Hij zou later nog wel een keer terugkomen om te genieten van het nachtleven hier, wanneer hij uitgerust en voorbereid was. Voor nu? Bestemming Starshine Academy.
01:30AM, aankomst op zijn oude school. Zijn al vermoeide hoofd wordt gevuld met de paar herinneringen die hij aan zijn schooltijd had bij het zien van de poorten. Ah, er is bijna niets veranderd bedenkt hij zich tevreden, glimlachend. Hij sloft de poorten door en wordt daar ontmoet door een bepaald figuur, die zich kort mompelend voorstelt en dan vertelt dat hij hem moet volgen. Teren knikt, werpt een blik op de grote zaal die voor hem ligt, grijnst, en volgt de man naar zijn slaapvertrek. Slaap. Oh, hoezeer hij daar aan toe is.
De volgende dag, wordt Teren vroeg wakker, zijn lichaamsdelen gespreid in een X vorm over het dekbed. Vanonder zijn wimpers onderzoekt hij zijn kleine maar lichte kamer. Het was prima, hij zou hier prima kunnen verblijven. Hij had niet meer nodig dan dit, luxe deed hem denken aan vroeger, en dat wilde hij voorkomen. Na een korte heette douche hijst hij zichzelf in een donkere redelijk strakke jeans en wit shirt met V-hals. Hij draait zijn haar wat in het rond en knikt tevreden wanneer het er goed, maar niet perfect uit ziet. Teren's groengele ogen blijven hangen op zijn weerspiegeling. Hij kan zich nog goed bedenken hoe hij er een jaar geleden uit zag rond dit tijdstip van de dag. Een soort diep paarse doorzichtige japon die niets van zijn smalle lichaam bedekte zou hij aan hebben gehad. Zijn, toen nog, lange blonde haren zou hij in een extreem ingewikkelde mode hebben opgestoken, met de helft los langs zijn lichaam. Dat was hoe ze het het liefste hadden tenslotte, zijn cliënten, het mocht niet in de weg komen bij hun...- Teren kapt zijn gedachte abrupt af en loopt de badkamer uit, zichzelf in een geelgroen vest hijsend en de deur uitlopend. Er is werkelijk geen ontkomen aan... of niet? is de bittere gedachte die zijn gedachten voor een moment vult.
Met dat Teren de deur achter zich dicht trekt hoort hij zijn naam vallen. Een man in donkere kleding wenkt naar hem. De man was wat ouder, zijn haren grijs en gezicht ingevallen. Teren gehoorzaamt hem en wordt kort daarna verteld over de bedoeling van vandaag. De meneer zou hem de school laten zien, en ondanks dat Teren meerdere malen had gezegd dat het niet nodig was, drong de man aan en volgt Teren de man tien minuten later braafjes op de voet. Ze passeren onder andere de wc's, de grote zaal, de klaslokalen en de gymzaal. Hun volgende bestemming bleek het buitenterrein te zijn, waar een warm zonnetje op hun beiden neer scheen. De man wil alweer verder lopen, maar Teren is veel te druk bezig met de natuur om zich heen om daar aandacht aan te schenken. De tuinen stonden nog in bloei en een frisse bloemen geur hing in de wind. De geur gecombineerd met het honingzoete windje wat waait zorgen voor zowel een rilling over Teren's rug als een glimlach op zijn gezicht. Dit was het meest interessante wat hij tot noch toe had gezien, waardoor die oude meneer hem even geen reet meer kon interesseren. Die oude rots vind zijn weg ook wel weer terug
Teren passeert velen kleuren en geuren aan natuur die zijn sensaties zo weten te vullen met gevoel dat hij die van anderen simpelweg even kan uitsluiten. Het is pas wanneer hij langs de kassen komt dat een korte 'vlam' van energie hem uit zijn natuur obsessieve gedrag haalt. Iemand had daar zojuist magie gebruikt, van korte duur en zwak in kracht maar toch... de magische energiedraden glinsteren voor Teren zijn ogen in heldere kleuren van rood en oranje, nog natrillend van hun gebruik. Teren grijnst nieuwsgierig, stopt zijn handen in zijn zakken en loopt richting de kassen, benieuwd naar deze jonge vuur magiër. Het was waarschijnlijk een zij aan diens energie te voelen. Hoe klein dan ook, er was een verschil in mannelijke en vrouwelijke energie, en hoe magie daarin verweeft was. De magische draden van vrouwen waren feller en meer helder van kleur dan die van mannen, hoewel hun draden altijd meer leken te schitteren. Kortom het verschil was klein en daarom was het nooit meer dan een accurate gok die hij kon maken. Naarmate Teren dichterbij de kassen komt hoort hij een stem tegen iemand of iets praten. Dankzij het dikke glas klinkt haar stem dof en vervormd en verstaat hij haar jammer genoeg niet. Buiten de planten voelde Teren geen andere aanwezige en besluit hij daarom om de deur van de kas open te gooien.
Daar, in de kas, wordt Teren verrast door een meisje wat aan donkergroene lianen ondersteboven aan het plafond hangt. Teren's mondhoeken kruipen enkele centimeters omhoog, gevolgd door gegrinnik. Het was vast een zeer vervelende situatie voor haar, maar het zag er hoe je het ook went of keert, veel te grappig uit. Teren's groengele ogen volgen het meisje haar lange haren naar een gevlekte plant enkele meters van hem vandaan. De plant gaf bijna licht van de vijandige energie die hij hield voor het meisje. Teren slaat zijn armen over elkaar heen en kijkt het meisje vanaf onderen geamuseerd aan. ''Goedemorgen. Heerlijke dag om rond te hangen niet waar?'' zegt hij met een perfecte glimlach, zijn witte tanden ontblotend in het proces. ''Behoefte aan een beetje hulp?'' vraagt hij haar, zijn hoofd ietsje kantelend. Natuurlijk had ze behoefte aan hulp. Stop met plagen, Teren. bedenkt hij in zichzelf. Hij herfocust zijn groengele ogen op de plant en onderzoekt nogmaals de draden van diens magische energie. De plant was fysiek sterk, maar zijn magische weerstand was laag. Teren trekt kort, maar subtiel, aan de plant zijn energiedraden en kijkt tevreden toe hoe deze hier op in gaat. Beetje bij beetje ontspannen zijn lianen en laat hij het meisje zakken, tot ze weer 'veilig' met haar kont eerst op de grond land. Het stuk haar laat hij met nog een laatste hap van Teren's energie los, en daarmee kapt Teren het verband af, zijn eigen energie draden afsnijdend van die van de plant. Teren draait zich grijnzend naar het meisje toe en zakt door een knie heen, zijn hand naar haar uitgestrekt. ''Alles ok?'' vraagt hij haar met een licht bezorgd maar warm gezicht. ''De kleur van je haar moet hem aan aardbeien hebben laten denken.'' zegt Teren, duidend op haar rode lokken. ''En wie likt daar nu niet zijn lippen bij af?'' vraagt hij haar met zijn karakteristiek perfect-mooie glimlach, haar bekijkend vanaf onder zijn blonde lange wimpers. Wie had gedacht dat mijn eerste daad zo een als deze zou zijn? bedenkt hij zich vrolijk. Mijn eerste hoofdstuk is officieel begonnen hier. Wie weet wat de tijd nog meer gaat brengen...
Yang .
PROFILE Real Name : Ruby~Pinksheep Posts : 827 Points : 10
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Lucht en vuur Klas: Master Geralt Partner: I guess, it's just not meant for me.
Onderwerp: Re: x Just hanging around... || Met Pomme~ di okt 27 2015, 12:19
Al hangend in de kas vroeg ze zich af hoe ze hier in Kovomaka’snaam uit zou komen. De lianen zaten strak om haar heen. Haar armen strak tegen haar lichaam aan duwend en haar benen bij elkaar houdend. Het leek wel alsof ze gekidnapt was door een of ander monster. Jammer genoeg was dit niet z’n stoer verhaal en had ze gewoon ruzie met een plant. Ze keek van beneden naar boven en schatten de lengte in van hoe hoog ze hing. Als ze de lianen zou proberen weg te blazen met haar lucht magie zou ze naar beneden vallen en ellendig op haar hoofd terecht komen. Dit gold ook voor vuur, maar daar was ze nog niet ervaren genoeg in om het met die kracht te gebruiken. Ze blies geïrriteerd door haar neus gaten en haar zilveren ogen gleden weer naar de plant die lekker van haar haar lokken aan het genieten was. Als ze niet van haar moeder geleerd had dat planten en dieren aanvallen een oneerbare zaak was dan had ze de plant allang door de kas gegooid. De minuten kropen voor bij als een slak die uit de bocht vloog, niet dus. Wachten was niet haar sterkste punt en haar geduld begon enigszins op te raken. In haar gedachten had ze al een klein schiet gebedje gedaan dat er een engel zou komen om haar te redden. Ze geloofde niet in god maar vragen om hulp kan nooit kwaad, al is het naar iets vaags wat op een wolk zit in de hemel. Alsof die gozer op de wolken naar haar had geluisterd ging de deur van de kas met een zacht geluid open. Niet dat Yang dit merkte want die was te druk met stribbelen om uit de lianen te komen tot ze gegrinnik hoorde. Haar ogen werden groot en een jongens stem was duidelijk te horen. Snel keek ze naar beneden. Een jongen met blonde lokken stond haar geamuseerd aan te kijken. Hij had zijn armen over elkaar heen geslagen en de grijns op zijn gezicht was niet te missen. Zijn woorden verjaagde de stilte van de kas en na zijn tweede zin fronste Yang semi-geïrriteerd. Ze had enorm de neiging om, ‘’ziet het er naar uit of ik hulp nodig heb ofzo?!’’, te zeggen maar slikte haar woorden wijselijk in. Als ze hem weg joeg bleef ze hier waarschijnlijk nog een lange tijd hangen. Nieuwsgierig volgde ze de jongen met haar ogen terwijl hij om draaide naar de plant toe. Ze zag niet duidelijk wat hij deed maar de lianen verslapte en Yang voelde hoe ze langzaam omlaag dreigde te vallen. De lianen zorgde er echter voor dat ze in een soort stoel van lange touwen naar beneden gedragen werd. Met grote ogen van verbazing keek ze naar de lianen en een kleine glimlach krulde om haar lippen. Ze hield van dit soort wonderbaarlijke momenten. Waarop de wereld net een soort magisch verhaal leek te vertellen. Haar ogen gleden naar de ondergrond waar ze nu nog enkele centimeters van verwijderd was. Veilig kwam ze neer op de grond en de lianen trokken zich terug. Ze keek ze na toen ze terug omhoog kropen. Op dat zelfde moment voelde ze hoe haar lange haren werden los gelaten en terug over haar schouders vielen. Verbijsterd door al dit viel haar mond lichtjes open. De stem van de jongen zorgde er voor dat ze uit deze dagdroom werd getrokken en al knipperend door de plotse realisatie van tijd en ruimte keek ze voor zich. De jongen was voor haar geknield en hield zijn hand naar haar uitgestrekt. Zijn woorden over haar rode lokken zorgde er voor dat haar mondhoeken lichtjes omhoog krulde. Dat was weer eens wat anders dan uitgescholden worden voor vuurtoren. Zijn ogen keken haar vriendelijk aan gepaard met een bijna perfecte glimlach. Als Yang niet beter wist zou ze denken dat ze weer eens aan het dagdromen was. Van onder haar lange, donkerrode wimpers keek ze hem aan en wist even niet goed wat ze moest zeggen. Hij had iets, magisch, over zich. Iets ongrijpbaars wat je alleen maar in boeken of films zag. Wat je het gevoel gaf alsof je je in een andere wereld bevond. Zich realiserende dat ze hem langer aan keek dan de bedoeling was schudden ze haar hoofd en stak als automatisme haar hand naar hem uit om de zijne te pakken. Een schok van twijfel ging echter door haar heen waardoor haar hand in de lucht bleef hangen. Ze staarde naar haar kleine hand die omhuld was door het lederen, zwarte, vingerloze handschoentje. Hierna gleden haar ogen naar zijn hand met lange sierlijke vingers. Eigenlijk haten ze het om zo maar iemand aan te raken of aangeraakt te worden. Door de jaren van nare aanrakingen had ze een soort fobie opgebouwd er voor. Niet dat ze er als de dood voor was maar negen van de tien keer gaf het haar een naar gevoel, als ze werd aangeraakt. Daarom ging de twijfel of ze zijn hand zou pakken nu ook door haar heen. Ze liet een onhoorbare zucht. Het was maar een hand wat haar aan raakte, no big deal, sprak ze zichzelf toe. Hierna pakte ze zijn hand vast en het leer om haar hand begon strakker te zitten toen hij haar hand steviger vast pakte om haar omhoog te helpen. Met gemak kwam ze overeind en stond nu recht voor de jongeman. Met een opgetrokken wenkbrauw moest ze omhoog kijken en merkte hoe veel lengte verschil er eigen tussen de twee was. Hij was zeker een meter tachtig en zijn slanke figuur maakte het er op dat hij nog langer oogden. Met een zucht stapte ze naar achter en boog zich voorover waarna ze het groen achtige stof wat afkomstig was van de lianen van zich af begon te kloppen.
Hierna ging ze weer recht staan en blies haar wangen op. Ze sloeg haar armen over elkaar en draaide zich weg van de jongen. ‘Het was me best wel zelf gelukt hoor,’ sprak ze als een klein koppig kind en blies een lok haar uit haar gezicht. Haar zilveren ogen gleden naar hem toe en vanuit haar oog hoeken bekeek ze hem. Een speelse grijns vormde zich om haar lippen en met wat gelach keerde ze zich weer naar de jongen toe. ‘Just kiddin tall guy,’ sprak ze half grinnikend. ‘Als jij er niet was geweest hing ik daar vanavond zeker nog.’ Ze glimlachte haar vriendelijke glimlach waardoor ze een vrolijke twinkel in haar ogen kreeg. ‘Dus bedankt, ik sta bij je in het krijt.... uhm...’ ze tuiten haar lippen en keek de jongen bedachtzaam aan. ‘Tall guy,’ sprak ze toen uiteindelijk omdat ze zijn naam nog niet wist. Veel tijd om naar zijn naam te vragen had ze niet want schuin achter hem zag ze hoe de plant weer begon te bewegen. Als een kat waar je een plens water voor gooide sprong ze achter uit. Ze blies naar de plant en keek het wezen quasi boos aan. Ze gooide haar haren over haar rechter schouder naar voren en begon het te aaien. ‘Ik heb niks tegen planten,’ begon ze terwijl ze zenuwachtig haar haren door kamde. ‘Maar die vertrouw ik niet meer!’ Riep ze en wees met een priemende vinger naar het groene wezen toe. Haar haren waren gelukkig niet al te veel aangetast anders had ze het echt overwogen om de plant wat aan te doen. Schuin voor haar zag ze een klein bakje met aardbei plantjes op een van de tafels staan. De plantjes hadden hun laatste rode aardbeien nog aan hun uitlopertjes hangen. Met een piep geluidje, omdat ze de aardbeien zag, liep ze er op af en bukte zodat ze de aardbeien van dichtbij kon bekijken. Ze pakte een pluk van haar rode lukken tussen haar vingers en hield deze bij het vruchtje. De rode kleuren kwamen inderdaad heel erg overeen. Ze rechte haar rug terwijl ze haar haren weer terug over haar schouder gooide, fronste en stak haar vinger op. ‘Zelfs al deed mn haren de plant aan aardbeien denken,’ Zei ze als vervolg op haar vorige zin.
Haar zilveren kijkers gleden naar de jongen toe en kort liet ze haar blik over hem heen glijden. Nogmaals bedacht ze zich hoe lang en slank hij was. De zonnestralen vielen zo naar binnen dat het zijn huid een licht oranje gloed gaf. Zijn huid zelf was creamy en leek, gepaard met het zonlicht, op te lichten. De glimlach die op zijn gezicht rusten was een mengeling van warmte, kalmte en vriendelijkheid. Een glimlach zoals maar weinig mensen hem hadden en eentje die Yang erg kon waarderen. Weer bedacht ze zich dat er echt iets onverklaarbaars over hem heen hing. Ze wilde naar hem toe lopen en zijn gezicht poken om er zeker van te zijn dat hij geen schim was van haar levendige verbeelding. Ze fronste, kneep haar ogen lichtjes samen en keek hem onderzoekend aan. Ze voelde hoe haar vinger toppen tintelde. De drang om zijn hand nogmaals aan te raken bekroop haar. Toen ze, met haar grote zelfbesef, dat realiseerde keek ze vaag voor zich uit waarna ze haar hoofd schudden en hem daarna weer aan keek. Vanzelf, omdat ze nou eenmaal een artistiek persoon was, veranderden dit gevoel van hem willen aanraken naar het verlangen om hem na te tekenen. Zoals hij daar nu stond. Tussen de planten, de vliegende oplichtende stofdeeltjes en zonnestralen in. Alsof hij al een schilderij was van zichzelf. Haar ogen dwaalden af naar zijn gezicht en zijn geel groene ogen vielen haar direct op. Het was iets aan ogen dat ze altijd al interessant vond. Misschien kwam het door de glinstering, of misschien de verschillende kleuren die ze konden hebben. De ogen van de jongeman waren heel helder en de kleur van zijn irissen was erg intens, wat het alleen nog maar mooier maakten. Misschien wilde ze ook alleen zijn gezicht tekenen. Een portret, met aquarel verf. Het was een aparte ervaring wanneer ze mensen ontmoeten die ze direct wilde na tekenen. Deze mensen hadden iets wat Yang intrigeerde. Het was niet dat ze verliefd was of liefde op het eerste gezicht maar iets anders wat ze moeilijk kon beschrijven. Natuurlijk vond ze deze mensen dan wel mooi maar voor haar zat er zeker een duidelijke lijn tussen verliefdheid en iemand artistiek intrigerend vinden, als je het zo kon noemen. De enige die haar op dit gebied begreep was haar moeder. Haar moeder zei altijd dat het bij het introverte stuk van Yang hoorden. Eerst snapte Yang er niks van, maar door de jaren heen heeft ze het leren begrijpen. Het enige wat er minder fijn aan was, was dat ze deze mensen de hele tijd wilde aan staren. En dat kwam niet altijd even ‘’goed’’ over. Voor de tweede keer vandaag realiseerde ze zich dat ze de jongen aan het aan gapen was. Niet heel lang, maar net lang genoeg dat je je kon afvragen waar Yang met haar hoofd was. Haar ogen werden groot en ze moest zichzelf tegen houden om niet luid te roepen dat ze er niks mee bedoelde. Dit had ze eerder gedaan, maar dat resulteerde vaak in dat het alleen nog maar meer ongemakkelijker werd. In plaats daar van floot ze even, blies een lok haar uit haar gezicht en keek de jongen vragend aan. ‘Zeg, moet je me niet weg sturen ofzo? Zeggend dat ik hier niet mag zijn na les tijden? Je lijkt me nogal, uhm,’ zoekend naar het goede woord keek ze naar boven en tikte met haar vinger op het puntje van d’r neus. ‘...volwassen!...’ riep ze tenslotte enthousiast terwijl ze met haar vinger weer in de lucht wees. ‘Voor een leerling, ya know,’ sprak ze, om zichzelf te verduidelijken terwijl ze met haar hand naar hem gebaarden. Ze bedacht zich dat dit vast stom of raar klonk, dus een lach die over ging in een grinnik kon ze niet onderdrukken. Hierna keek ze de jongen met haar licht zilveren ogen weer aan, wachtend op zijn reactie.
Onderwerp: Re: x Just hanging around... || Met Pomme~ do jan 07 2016, 18:51
{
kissed by moon and stars
}
Als vogelzang, in een kakofonie van verschilende tonen die samenkomen als een harmonie. Zo klinken de draden afkomstig van de verschillende planten in de kas. Een sierlijke nee-, gracieuze glimlach vibreert tussen alle klanken door; zijn eigen. Speels maar met de nodige waakzaamheid streelt Teren met zijn onzichtbare handen langs de draden. Meer dan dat het snaren zijn, lijken ze op de spinsels van een spinnenweb. Soms glitterend, soms dof of kleurloos, maar allen broos en onzichtbaar voor het onoplettend oog. Teren is van mening dat iedereen zijn 'kunstje' kan leren, als ze maar leren zien in plaats van te kijken, leren te strelen in plaats van te voelen en te luisteren in plaats van te horen. Tussen de kakofonie aan vibraties van de verschillende draden die Teren weeft, zijn er een paar die hees naar hem zingen. Aanwezigheiden die als het ware hun draden naar hem uitreiken en aan hem vast proberen te maken. Teren's ogen zowel geel als groen, keren zich naar de Margliezen aan zijn rechterzij. Margliezen; zowel blauw als roze van kleur, met hun elkvormig blad en felle kleuren zijn ze de prooi van menig mensenhand die een cadeau zoekt voor zijn of haar geliefde. Het is een kruising tussen de van oudse 'Margrieten' en 'Lelie's, een goedkopere variant van de oudere befaamde bloemen. Prachtig, dat zeker, maar dankzij de vele kruisingen zijn de bloemen van oudsher niet meer te vinden. En zo is het maar net met mensen en hun levensdraden; hoe langer en met meer verschillende draden je in aanraking komt, hoe meer je originele kleur mixt met die van anderen en je oude zelf verloren gaat. Verandering is geen slecht ding, je moet er slechts voor open willen en kunnen staan. Teren wenkt naar de Margliezen en keert zijn ogen dan naar het meisje met haar aardbei rode haren en aura. Teren doet geen poging om haar draden te onderzoeken, hoewel hij ze wel kan voelen. Hij ziet het als een inbreuk van privacy bij iemand die het niet wil. Na jaren lang zijn eigen kracht bestudeerd te hebben kan hij steeds meer afleiden van wat een ander 'slechts een hoopje hersenschimsels' zou noemen. Iemands leeftijd, iemands stemming, iemands intentie en iemand zijn verleden zijn allemaal te beschrijven aan de hand van een persoon zijn draden of ook wel hun 'sporen' genoemd. ''Heb je ooit van Margliezen gehoord?'' vraagt hij met een dunne glimlach op zijn lippen. ''Veel mensen zoeken ze als liefdesbetuiging. De roze voor de vrouwen en de blauwe voor de mannen. Wat ze nooit door hebben is dat het geslacht van deze bloemen precies andersom is.'' zegt Teren met een zekere hint van gegrinnik. ''Misschien dat sommige vrouwen daarom meer verliefd worden op de bloem dan op de man.'' zegt Teren, nu met een volledige grijns op zijn lippen.
Geel-groene ogen zoeken de lichtgrijze variant op van de vrouwelijke studente voor hem. Nog geen moment geleden had ze getwijfeld om zijn hand aan te nemen, en nu stond ze voor hem als een trotse pauw met haar veren gespreid. Teren wil er een opmerking over maken, een metaforische opmerking, maar houdt wijselijk zijn mond. Vrouwen in haar leeftijd zitten vol met kleine beestjes die ze hormonen noemen, en die verspreiden zich snel als ze onder vuur liggen. In het korte moment dat ze hem had aangeraakt had hij alles op alles moeten zetten om niet meteen aan alle strings te trekken die er waren te voelen. Vreemd genoeg was het lang geleden geweest dat hij iemand bewust had aangeraakt, en de vorige keren waren allemaal om... andere redenen. Teren verzacht zijn houding iets bij het horen van haar woorden, een speelse glimlach op zijn gesculptuurde gezicht. Ze lijkt op een kogelvis. bedenkt Teren zich schaapachtig, met enige verwondering. Haar opgeblazen wangen vertellen hem dat die zogehete 'hormonen' al bezig zijn met een van hun 'defensieve' mechanismen. Defensief waarvoor? Kun je je afvragen. Waarschijnlijk alleen is alleen al de aanwezigheid van een persoon van het andere geslacht zal al wel voldoende zijn, bedenkt Teren zich kritisch. ''oooh dat geloof ik best.'' zegt Teren, zijn sarcasme proberend te verbergen. ''je had de situatie volledig onder controle.'' voegt hij er nog aan toe. Haar opkomende woordkeuze verbaast Teren lichtjes. Groot? Zo groot was hij niet toch? Teren trekt een wenkbrauw omhoog en haalt zijn schouders op bij haar bedankje. ''Hoe kan ik nu geen vrouwe in nood redden?'' plaagt hij vrolijk. ''Teren.'' vult hij automatisch aan bij het gat wat er valt in haar zin, een glimlach op zijn gezicht. Zo, dat was de eerste student die hij had leren kennen, hoewel haar naam voor nu nog een mysterie bleef.
Haar korte actiesequentie doet hem een verbaasde blik naar haar schieten. Hij rijst zijn handen in de lucht als in een kalmerende beweging. ''Je moet hem gewoon rustig benaderen.'' zegt Teren. En misschien je aardbeienrode haar bij hem vandaan houden. In tegenstelling tot wat je waarschijnlijk denkt ziet hij je niet als eten, maar als gevaar. Rood is voor hem de kleur van dood.''[/b] zegt hij terwijl hij zijn hand langs de plant zijn steel streelt. ''Vaak misbegrepen deze Grazier'' Teren glimlach naar de vrouwelijke aardbei en haalt zijn schouders op. ''Maar geen zorgen, hij is vergevingsgezind.''[/b] zegt Teren waarna hij haar hand oppakt en tegen de plant aanlegt. ''En nu voorzichtig.'' zegt hij kalm, haar hand nog niet losgelaten. Onbedoeld, misschien wel een beetje uit voorzicht, kalmeert zijn aura de hare, althans dat probeert het, want met zo'n rode aura als die van haar is het moeilijk om haar emoties te temmen. Haar rode aura staat voor passie, en daar is niets mis mee, passie is goed, maar te veel passie kan leiden tot blindheid voor andere zaken en mensen. Teren kapt de aanraking wanneer hij merkt dat het de overhand krijgt en stopt zijn handen wijselijk in zijn zakken. ''Zie je?'' mompelt hij, nog steeds die vrolijke glimlach op zijn snoet. Teren draait zich weer schuin naar de Margliezen en laat zijn blik vallen op een die er somber bij staat. ''Als je ze goed behandeld... krijg je er altijd wat voor terug.'' zegt hij terwijl hij twee vingers op de bloem legt, iets onder zijn adem bromt en zijn woudmagie het werk laat doen, hem helend tot een weer prachtige bloem; hooguit nog iets mooier en opvallender dan de anderen. ''En zo schuilt er ook in de minder mooie bloem een zekere pracht.'' zegt hij, weer metaforisch bedoeld. Teren schud zijn hoofd op haar vraag. ''Zie ik er zo volwassen uit?'' vraagt hij zichzelf hard op af. ''Je mag zelf weten wat je doet met je tijd hier.'' zegt hij uiteindelijk met een glimlach. ''In die paar minuten dat je spijbelde hem je mij ontmoet, en een aantal dingen geleerd, niet waar Fragaria?'' zegt hij vrolijk haar een eigen naam gevend.
Teren haalt een hand door zijn blonde lokken die voor zijn ogen zijn gegleden en negeerd haar blozende blik op zijn lichaam. Teren is het inmiddels gewend om aangekeken te worden en heeft het leren interpreteren als niets meer dan pure nieuwsgierigheid en in sommige gevallen bewondering. Hij was niet voor niets zo'n goede...- laten we daar maar niet over nadenken in het bijzijn van een studente, bedenkt Teren zich, zijn linker mondhoek omhoog getrokken. Kort hierna ontmoet Teren weer Fragaria's blik, waarop Fragaria haar ogen van hem afwend. Don't get naughty thoughts now, you couldn't pay for what you see anyway. is de enige gedachte die kort zijn intrede doet, en dan weer verdwijnt. Dat waren de woorden die hij ooit gepreveled zou hebben. ''Wat kwam je hier doen? Behalve gered worden door een onbekende?'' vraagt hij uiteindelijk maar om zichzelf af te leiden van andere, storende, gedachten. Intussen humt hij heel zachtjes mee op de zang van de draden om hem heen, die zijn aanwezigheid hem verwelkomen en tegelijkertijd soms verafschuwen.
Yang .
PROFILE Real Name : Ruby~Pinksheep Posts : 827 Points : 10
MAGICIAN ✦ CHARACTER ✦ Magic: Lucht en vuur Klas: Master Geralt Partner: I guess, it's just not meant for me.
Onderwerp: Re: x Just hanging around... || Met Pomme~ vr jan 08 2016, 20:22
Het gesprek met de jongeman, blijkbaar genaamd Teren, verliep erg goed. Het was een van de eerste echte gesprekken die ze had op school, buiten de kletspraatjes in de les en kantine om dan. Ze had ook wel met leraren gesproken maar dat was meer omdat het moest. Tegen deze jonge was ze begonnen met praten omdat ze dat zelf wilde, deels ook natuurlijk door de situatie. Althans, ze had hem ook kunnen negeren en weg kunnen lopen, maar dat was wel heel asociaal geweest vond Yang. Ze was altijd bang dat als ze iets tegen iemand zei of contact met die genen legde dat ze die persoon dan zou overspoelen met haar enthousiasme of dat die persoon haar niet zou mogen. Als dat gebeurde, of ze merkte dat ze iets fout deed, werd ze vaak stil en klapte ze in elkaar. Thuis gebeurde dit amper omdat iedereen haar daar accepteerde, maar op haar vorige school was dat wel anders geweest. In plaats van de luide Yang die je overal boven uit hoorde, sprak ze alleen als er iets aan haar gevraagd werd of als zij iets vroeg, vaak aan een docent. Ze hield er niet van om in ruimtes te zijn waar ze niet getolereerd werd. Dan was de sfeer erg zwaar en drukkend. Iets waar ze de kriebels van kreeg omdat het mede leek op de sfeer die in ziekenhuizen hingen. Bij deze jonge was dit gelukkig niet het geval. Zijn sfeer voelde zelfs heel luchtig en behaaglijk aan. Een sfeer die je deed denken aan een middag buiten zitten in de net goed warme lente zon. Als de vogels tjilpte en het geruis van de bladeren als een rustgevende symfonie in je oren klonk. Het kwam waarschijnlijk hierdoor dat Yang zich erg op dr gemak voelde en onbeschaamd haar eigen, vrolijke, bubbly, drukke en vooral enthousiaste, zelf was. De meeste mensen zouden zeggen dat ze altijd zo was, maar niets is minder waar. Als je Yang echt kende kon je het verschil tussen gewoon beleefd zijn -en dr weirde zelf zijn- en als ze zich echt op de gemak voelt –en dr weirde zelf zijn- wel zien. En op dit moment voelde ze zich dus prima waardoor ze gezellig en speels, zonder schaamte of onzekerheid, door praten.
Het ogenblik dat de jongen haar hand vast pakte was echter een moment dat ze even in elkaar wilde krimpen. Het was heel misschien te zien door de immens korte flits van schrik in haar ogen, maar los daarvan gaf ze aan de buitenkant geen enkele blijk van onrust. Haar moeder, een licht magiër en enorm goed sferen aan kon voelen, die zou misschien een korte verandering in Yang haar sfeer hebben gevoel. Het was echter Yang zelf die de sfeer temde en zichzelf tot bedaren bracht. Althans, dat dacht ze, aangezien ze nog geen duidelijke weet had van de jongeman zijn gave. Ze had wel al opgemerkt dat hij iets ‘aparts’ om zich heen had hangen maar zou waarschijnlijk niet kunnen bedenken wat het helemaal precies was. Dat zou ze hem waarschijnlijk eens vragen als ze vaker hadden gesproken. Maar dat was iets voor de toekomst. Voor nu stond ze met haar hand op de plant en zijn hand op de haren. Het duurde enkele seconden eer het Yang opviel hoe zacht en fijngevoelig zijn aanraking was. Net alsof je met een penseel over een heel kostbaar stuk canvas streek. Deze manier van aanraken was heel anders dan ze gewend was van een jaar geleden. De jongens van de bende waren meer van de ruwe hand. Het was iets wat automatisch kwam als je veel vechten en op de ruige straat rond hing. Zelf was ze het ook gaan doen maar had een deel tederheid behouden door de kunst van het tekenen. Ze stond er op het moment gewoon van te kijken dat sommige mensen, Teren meegerekend, z’n zachte hand hadden dat het net voelde alsof je werd aangeraakt door een veertje. Iets bijzonders, concludeerde Yang en richten zich nu pas op de plant. Waar deze haar enkele minuten geleden nog had aangevallen bleef het nu rustig en moest ze denken aan het spinnen van een kat. Als ze niet beter wist zou ze het plantje gaan aaien om te kijken of het ook zo zou spinnen. De jonge haalde zijn hand weg en mompelde een ‘zie je’ haar kant op. Bij deze woorden drong het tot haar door dat de plant inderdaad niet meer bos op haar was. Wat haar, vreemd genoeg omdat het een plant was, vrolijk maakte en een glimlach op haar gezicht toverde. ‘Aangenaam Grazier, lets be friends,’ fluisterde ze en kon het niet laten te grinniken alsof ze zojuist een vriend had gemaakt.
In een oog hoek zag ze hoe de jonge zich omdraaide naar de bloemen waarover hij eerder had gesproken. Eentje van de bloemen hing er treurig bij alsof het het leven niet meer zag zitten. Een troosteloos aanzicht vond Yang. Het deed haar denken aan kerkhoven, een plek waar ook vaak planten werden neer gezet maar niet goed werden onderhouden en daarom er uit kwamen te zien als deze zielige Marglies. Wijze woorden klonken van de jonge zijn kant en opeens bloeide de bloem op tot het weer zijn mooie kleur had. Yang’s ogen werden groot van verwondering. Ze had sommige docenten wel al natuur magie zien gebruiken maar dat waren acties die niet zoiets moois creëerde als dit. ‘Wooaah, heb jij dat nou zojuist gedaan?!’ zei ze dan ook en zakte door haar knieën om de bloem op oog hoogte te kunnen bekijken. De lijnen die de structuur van de kelkbladeren aangaven waren duidelijk zichtbaar wat aangaf dat de bladeren sterk waren. Zijn kleur was dezelfde kleur als zijn mede bloemen en misschien zelfs nog een tikje feller. Waar hij net nog had gehangen, stond de bloem nu trots recht op met zijn kopje naar de zon toe. Het was een prachtig zicht hoe zoiets treurigs weer levendig kon worden en Yang knikte dus ook instemmend mee op de woorden van Teren. Waarschijnlijk was hij een stagiaire, wat betekende dat hij ooit een klas mee les zou geven. Ze wist niet in welk vak hij stage liep maar wist wel zeker dat hij vast goed en duidelijk kon uitleggen. En dat kon ze niet zeggen van alle leraren hier, laat staan stagiaires.
Nadat ze weer recht was gaan staan en had gevraagd of hij haar niet weg moest sturen had hij zijn hoofd geschud en een vraag terug gevuurd. Of deze vraag voor haar bedoeld was of meer voor hemzelf was niet duidelijk . Toch opende ze haar mond om te reageren, ‘Je ziet er volwassener uit dan de meeste mensen, jongens, hier. Althans, je kaak, gezichtslijnen, handen en sfeer maken duidelijk dat je zeker ouder bent dan achttien.’ Legde ze uit terwijl ze gebaarde naar de dingen die ze noemde. ‘Maar wees gerust, het valt niet op, als je et erg zou vinden tenminste.’ Zijn antwoord op haar vraag deed haar even bedenkelijk op kijken. In de tijd dat ze hier was had ze inderdaad al wat dingen geleerd. Misschien nog wel meer dan in sommige lessen, bedacht ze zich maar hield dit wijselijk voor zich. Toen ze het laatste woord hoorde kon ze een twinkeling in haar ogen niet onderdrukken. Zelf gaf ze vaak mensen bijnamen omdat ze dat leuk en gemakkelijk vond. De bijnamen die zij kreeg waren echter nogal vaak afgezaagd en onorigineel, rooie etc. Wat ze jammer vond omdat ze nou juist zo van unieke dingen hield. De bijnaam Fragaria vond ze dan ook geweldig klinken. Zelf wist ze echter niet wat het betekende maar ze zag de jonge niet aan voor iemand die je uit zou schelden met aparte woorden. Waarschijnlijk sloeg het op haar rode haren, waar ze vaak haar bijnamen aan te danken had. ‘Fragaria,’ mompelde ze in zichzelf om daarna verrukt te kijken. Daar kon ze wel aan wennen maar misschien was het wel zo netjes als ze ook haar naam vertelde, bedacht ze zich. ‘Ik heet Yang trouwens, maar noem me gerust Fragaria, I quite like it,’ gaf ze eerlijk toe en maakte vanaf haar voorhoofd met haar middel en wijs vinger een groet gebaar. Vervolgens liet ze haar ogen naar hem toe glijden en zag hoe hij z’n hand door zijn haren haalde. Ze was er al over uit dat hij iets esthetisch over zich had. Een soort magische gloed wat haar intrigeerde waardoor ze hem dol graag eens wilde tekenen. Dit zorgde er voor dat ze net die paar seconde langer bleef kijken naar zijn verschijning. Ondertussen had ze zich al een paar keer afgevraagd of ze dit misschien niet allemaal droomde. Maar zijn handelingen en de duidelijkheid waarmee ze hem zag gaven steeds weer aan dat hij een echt persoon was. Mensen die in dromen verschenen waren vaak vage schimmen van haar verbeelding en dus niet zo gedetailleerd als een echt persoon. Opeens bedacht ze zich, voor de zoveelste keer vandaag, dat ze hem had staan aanstaren en deze keer verscheen er wel degelijk een kleine blos op haar wangen. Niet omdat hij daar zo stond maar meer doordat ze merkte dat haar mind het wel erg leuk vond om hem in zich op te nemen. Misschien kon ze wel concluderen dat haar zo geheten ‘mind’, oftewel voorkeuren en hormonen (xD), hem wel ergens knap vonden. Maar ja, na het verleden met Liam wilde ze hier totaal niet bij stil staan en werd alles wat maar in de buurt kwam van bepaalde gevoelens of gedachten diep weg gestopt in een doofpot om nooit meer naar boven gehaald te worden. Natuurlijk kwam ze wel vaker ‘knappe’ mensen tegen en was het ondertussen dus wel al gewend dat ze bloosde en automatisch alles weg stopte. Weg kijken was dan ook haar reactie toen hun blikken elkaar kruiste. Als hij er iets over zou vragen of er iets van zou merken zou ze het misschien moeten uitleggen. En als ze ergens geen zin in had was het praten over dat soort dingen omdat het dan nog moeilijker was alles weg te stoppen.
Gelukkig vroeg hij wat ze hier kwam doen. Een vraag die totaal de andere kant op ging, wat ze veel fijner vond. Van binnen zuchtte ze opgelucht en maakte zich klaar om over te stappen van het ene onderwerp naar het andere. Het viel haar op dat hij zachtjes humde. Normaal gesproken was ze altijd de persoon die humde dus vond het interessant dat ze eens iemand anders gehum hoorde. Een kleine glimlach van geboeidheid verscheen op haar gezicht. Nog iets waardoor ze even stil viel en de jongen aan staarde. Het gene wat hij neuriede herkende ze niet. Althans ze kon het niet plaatsen op een melodie die ze kende. Maar ergens vond ze dat de melodie perfect paste bij deze omgeving. Hoe hij dit voor elkaar kreeg was voor haar een vraag en een kleine frons verscheen dan ook op haar gezicht. Deze frons duurde echter niet lang want uit het niets keek ze met grote ogen en een scherpe blik net achter Teren. In de verte was een luid gebouw te klinken. Een gemiauw wat Yang uit duizenden herkende. De blik die in haar ogen stond leek op de blik die een moeder had als ze haar kind hoorde jammeren. Een blik sterk, doch angstaanjagend, doch geconcentreerd. Zonder ook maar een aankondiging rende ze naar voren en passeerde Teren. Ze had echter nog maar een stap verder gezet dan de jonge toen ze, bij het geluid van een harde bonk, abrupt weer tot stilstand kwam. Ze had een oog dicht geknepen in een pijnlijke gezichtsuitdrukking bij het horen van de bonk. ‘Gek beest,’ mompelde ze met een zucht terwijl ze haar hand voor dr gezicht plaatsten. Hierna liep ze verder naar de deur en trok deze langzaam open. Voor de deur van de kas lag op de grond een klein rood katje op haar rug met gesperde vleugeltjes er onder. Ze knielde neer en keek even falend. ‘Heyhey, Flame,’ klonk het van Yang en ze stak een vinger uit waarmee ze het beestje in zn buikje begon te poken. ‘Ik weet dat je nog leeft... je wil gewoon... daaat... IK JE KIETEL!’ Na deze woorden begon ze het beestje op zijn buikje te kietelen. De vacht was enorm zacht en pluizig. Een vacht die je graag tegen je wang zou willen wrijven omdat het zo hemels aan voelde. Al snel gaf het katje haar doodact op en begon het luid te spinnen en te krioelen. Ieder normaal mens zou weg smelten bij dit aan zicht. Een katje, ter grote van een kitten, met vleugels die luid aan het spinnen en kronkelen was op de grond. Yang was hier echter geen uitzondering en ze kon het niet laten om enkele cooning geluiden te maken terwijl ze, ‘You are sooo adorbs,’ zei. Vervolgens begon het katje met haar vingers te spelen en beet uiteindelijk in haar wijs vinger. Nadat maakte Yang een vuist van haar hand en voelde hoe het katje zich om Yang’s vuist wikkelde. Met gemak tilde ze het beestje en hield het voor haar gezicht. ‘Wakker schatje?’ Vroeg ze en drukte haar neus tegen het neusje van het katje aan. Het katje mauwde en pruttelde wat waarna Yang opstond en het beestje op haar schouder zetten. Ze kwam weer overeind, sloot de deur, draaide zich om en keek Teren weer aan. ‘Heh, dat was Fla-‘ nog voor ze haar zin af had kunnen maken zag ze hoe Flame razend snel van haar schouder af sprong en op de jongen af vloog. Bij Teren lande ze op zijn schouder en begon zijn kaak en wang hevig kopjes te geven. Alsof de jongen catnip op zn gezicht had gesmeerd bleef het katje hem kopjes geven en liep soms achter zijn nek om naar de andere kant van zn gezicht. Bij dit aanzicht kon Yang het niet laten om te lachen. Het was erg komisch te zien hoe sociaal en gestoord haar katje soms was. Al snel herpakte ze zichzelf echter en kuchte. ‘Flllaaammmeeee, waar zijn je manieren!’ sprak ze quasi-streng en pakte het katje bij dr nek vel. Uitbundig tegen stribbelend en flapperend met dr vleugeltjes probeerde ze terug naar de jongen te vliegen. Yang was echter sterker, vanzelfsprekend bij z’n klein wezentje, en pakte het katje zo vast dat ze niet meet kon flapperen met dr vleugeltjes. Zo hield ze het beestje vast tot het rustiger zou zijn. ‘Hehe, sorry,’ zei ze falend en glimlachte verontschuldigend naar de jongen. ‘Flame kan soms erg...’ ze blies haar wangen op gedurende ze zocht naar het juiste woord. ‘Impulsief zijn.’ Besloot ze toen maar. Vervolgens keek ze hem weer aan en herinnerde ze zich de vraag die hij haar had gesteld voordat ze naar de deur was gesneld. ‘Ohja, je vroeg wat ik hier deed, nou...’ zei ze en een speelse grijns krulde zich om haar lippen. ‘Rondhangen, zag je dat niet?’ antwoordde ze bijdehand terwijl ze nonchalant haar schouders ophaalde. Een korte, geplande, stilte viel waarna ze die weer verbrak met gegrinnik. Ze was nogal in een melige bui, merkte ze opeens op. ‘Nee nee, grapje,’ ging ze verder en wuifde met een hand in de lucht. ‘Nieuwsgierigheid, het mooie weer en ik had dit gedeelte van de school nog niet gezien de afgelopen week, dus vandaar,’ sprak ze en keek met op elkaar geperste lippen bedenkelijk voor zich. ‘Oh en het gerucht dat de meeste bloemen in de kassen oplichten bij nacht! Wat me best wel awesome lijkt om te zien en te tekenen,’ concludeerde ze en knikte instemmend met haar eigen woorden. Hierna gaf ze even Flame een aaitje en keek Teren weer aan. ‘En jij? Los van random vrouwe in nood redden.’ Een grinnik klonk bij de laatste woorden. Het had al komisch geklonken toen hij het uitsprak maar nu ze het voor de tweede keer hoorde kon ze het niet laten te grinniken.
Gesponsorde inhoud
PROFILE
MAGICIAN
Onderwerp: Re: x Just hanging around... || Met Pomme~
Volledig in het thema van Valentijn staan er twee Events op het programma van de site. Beide zullen van start gaan vanaf 14 februari, dus houd de site zeker goed in de gaten.
Cupid Hearts: Verras vrienden of in game characters met een vrolijk hartje deze Valentijn. Met of zonder lief berichtje eraan vast. Anoniem of juist niet. Stuur je hartjes naar het account van Alpha.
Valentine's Dance:Vanaf 14 februari zal de grote zaal van de school omgetoverd worden tot een danszaal vol met eten, drinken en live muziek. Iedereen is welkom om aan dit algemene topic deel te nemen.
WINTER
Tijdens de winter is het terrein van de school in diepe rust. De meeste dieren zijn onvindbaar verscholen en de ijzige wind houd ook de leerlingen binnen. De perfecte tijd om met een kop warme choco naar de vallende sneeuw te kijken.