{ OTHER INFORMATION } { SECRETS } Jonah heeft een zwak voor schattige dingen, maar zal dit altijd erg hard blijven ontkennen. Het zorgt voor erge frustraties, waardoor hij dus meestal kil en afstandelijk zou reageren tegenover dingen die hij schattig vindt. Soms zelfs fel zonder enige goede reden.
{ HABITS } Jonah vindt het niet fijn om te liggen als hij slaapt. Vroeger las hij erg veel boeken, over hoe hij bepaalde dingen kon maken - omdat dat een van zijn passies is. Zo kwam het ook vaak voor dat hij inslaap viel terwijl hij nog een boek op zijn schoot had en in zijn bed zat en dus niet lag.
{ ADDICTIONS } Geen. { HISTORY } Jonah werd geboren op Puffoon, zijn beiden ouders waren ook Puffoons. Echter had alleen zijn moeder aanleg voor magie, maar zij gebruikte het nauwelijks. Ze was er erg kundig mee, maar omdat ze nooit zoveel energie scheen te hebben vermeed ze het gebruik ervan zoveel als mogelijk was. Ondanks dat zijn vader ook van Puffoon was, was de man altijd weg. Hij was meestal op Erd, omdat hij daar een goede baan had en zo zijn gezin kon onderhouden. Ze hadden het immers niet zo ruim en leefden in het zuidelijkere deel van de planeet. Omdat zijn moeder niet instaat was om te werken moest de vader des huizes dus voor al het inkomen zorgen. Dit alles scheen echter niet zoveel invloed te hebben op Jonah, die was druk bezig met andere dingen. Voornamelijk de spulletjes die zijn vader terugbracht van Erd, hij was een grote fan van werkelijk alles wat afkomstig was van die planeet.
Rond zijn vijfde levensjaar begon de omgang tussen zijn ouders te veranderen. Ze waren feller tegen elkaar, kregen grootse ruzies om de meest onnozele dingen. Het enige wat Jonah kon doen om het geschreeuw te negeren was door in zijn kast te gaan zitten en zijn handen tegen zijn oren te drukken. Dit was niet altijd zo, in het begin had hij als een schattig kind geprobeerd zijn ouders te helpen. Te vragen waarom ze altijd ruzie maakten, waarna de twee volwassenen altijd moesten lachen puur om de onschuld van de jongen. Echter werden de ruzies steeds erger en duurde het niet lang of hij werd gewoon bang. Zijn vader veranderde in een enge man, die gooide met spullen en dreigde met duizend en één woorden. Zijn moeder scheen wel genoeg energie te hebben om te schreeuwen, haast te gillen, tegen de man. Wat er precies aan de hand was wist hij destijds niet, maar hetgeen wat hij wel wist was dat hij gewoon wilde dat het stopte. Hij vond het niet leuk, om zich iedere keer te verstoppen omdat hij bang was dat hij ooit geraakt zou worden door een van de voorwerpen die zijn vader wegsmeet. Of dat de frustratie van zijn moeder op hem zou worden gericht, omdat zijn vader er door de weeks nooit was en ze er dan wel mee liep.
Jonahs vader kwam steeds minder vaak thuis, maar wanneer hij wel langs kwam had hij altijd boeken bij zich. Boeken voor zijn zoon, om deze daarmee zoet te houden. Ze gingen meestal over bepaalde apparaten en hoe deze in elkaar zaten, blauwdrukken enzovoorts. Het was het enige wat de jongen had om even te ontsnappen uit de realiteit. Er kwam niet veel fantasie bij de boeken, of echt een verhaal: maar het leidde hem af. Zo kon het ook niet verholpen worden dat de jongen zelf uiteindelijk ook begon te knutselen met dingen die hij op straat vond. Ondanks dit kleine lichtpuntje, werd alles uiteindelijk toch weer helemaal donker: Zijn vader kwam niet meer thuis. Nooit meer. De jongen was acht jaar uit toen zijn vader uit zijn leven verdween. Wanneer hij aan zijn moeder durfde te vragen waarom was het enige antwoord wat hij kreeg: ‘Je kunt hem maar beter vergeten, lieverd.’ Verder niks en nooit iets anders. Toch kon dit niet zo doorgaan, want er werd ook geen geld meer overgemaakt en ze hadden dus niks. Zijn moeder was niet instaat om te werken, want haar gezondheid was sterk achteruit gegaan na al de ruzies met haar man. De enige die dus iets kon was hij, maar hij was maar een jongetje. En het enige wat hij dus kon doen, was bedelen. Niet dat dit hielp, gezien iedereen in het zuidelijkste gedeelte van Puffoon een bedelaar was. Zo begon zich dus langzaam de kleine crimineel in de jongen te vormen. Hij ging naar de markten, niet om daar ook echt iets te kopen, hij stal het gewoon. In het begin was het amateuristisch: hij pakte iets en rende gewoon weg, hopend dat hij niet gepakt zou worden. Later werd hij er echter steeds beter in, in combinatie met zijn gadgets. Leerde ook nog eens zakkenrollen, omdat geld toch wel belangrijk was en met alleen gestolen waren hij niet echt ver kwam; want meestal was het voedsel. Uiteindelijk richtte hij een soort van zaakje op, hij stal werkelijk alles voor iedereen: zolang hij er goed voor betaald werd. Je kon het zien als een soort van bounty hunter, maar dan voor spullen. Zo kwam het soms voor dat iemand iets van grootse waarde wilde, een uniek object waar maar één exemplaar van was en niet genoeg geld had om dit ook echt te kopen. Bij Jonah was je goedkoper af. In het begin waren het alleen maar mensen uit het zuiden van Puffoon, maar op een dag kwam er ook iemand uit het noorden. Een rijk iemand. De man wilde iets speciaals, voor zijn dochter. Hem kon het eigenlijk niet veel schelen, zolang hij maar goed betaald werd. En dat werd hij ook. Door het simpele feit dat de jongen binnen vierentwintig uur het object naar wens wist af te leveren, werd hem opnieuw gevraagd – door dezelfde man – om iets te stelen. De man bleef hem uiteindelijk zo vaak inhuren, dat hij besloot om hem als zijn enige cliënt te zien: het betaalde erg goed, meer dan al het geld van alle andere cliënten bij elkaar opgeteld.
Alles leek goed te gaan, maar toch kon hij het niet helpen dat er hem iets dwars zat. Het vertrouwen van de man in hem was zo groot geworden dat hij ook al een paar keer bij hem thuis was geweest, maar hij had nooit een glim opgevangen van die “dochter”. De vraag bleef dus, waar was ze en bestond ze eigenlijk wel? Natuurlijk probeerde hij het van zich af te schudden, maar van binnen bleef hij een kind en dus ook erg nieuwsgierig naar het meisje. Vandaar dat hij ook iedere keer als hij eens langs kwam, alles afzocht opzoek naar informatie naar het meisje. Het was een ware twee strijd, het kon ervoor zorgen dat hij zijn cliënt kwijtraakte en hij moest er gewoon vrede mee hebben: het betaalde goed. Maar aan de andere kant vroeg hij zich ook af waar hij dat kind hielp, als ze al bestond. Gezien het feit dat hij al vrijwel alles had uitgekamd in het gebouw, behalve één plek: die toren. Echter leek het hem te cliché en ouderwets; om je grootste schat, je bloedeigen dochter, op te sluiten in een toren zodat niemand erbij kon komen en ze dus veilig was. Dus besloot hij op een avond om er toch maar een kijkje te gaan nemen, om zo tot de ontdekking te komen dat de man weldegelijk erg ouderwets was. Hij brak in, in de toren en baande zich een weg naar boven: om daar een slaapkamer te vinden. Met een bed, met daarin een gestalte. In het begin had hij gedacht dat ze een pop was, het geringe maanlicht dat op haar gezicht scheen maakte haar nog bleker dan ze al was. De perfect ronde kaaklijn, de ogen die vast groot en perfect rond moesten zijn en haar kleine neus en mond. Over haar haar mocht hij niet oordelen: ze lag in bed, niemands haar zat goed als deze lag te slapen. Pas toen ze ook echt haar ogen opende kwam de realisatie dat het geen pop was, maar een echt mens. Van vlees en bloed, bloed dat zo rood was als haar ogen. De twee rode ogen die hem recht aankeken, die hem schokkende informatie gaven: ze was een albino. Het soort mens waarvan hij wel had gehoord, maar nog nooit had gezien. Zo weinig, dat hij ze uiteindelijk gewoon was vergeten. Maar het meisje, met haar rode ogen, bleke huid en witte haren, haalde al de geringe informatie die hij over ze wist weer naar boven. En ook het feit dat hij hier eigenlijk niet mocht zijn. Hij in grote problemen kon komen als de man erachter zou komen. Dus maakte hij zich uit de voeten, nog voor ze haar mond kon openen en iets kon zeggen. Toch had het meisje uiteindelijk wel haar mond geopend, maar pas later; bij haar vader. Ze had hem verteld dat ze iets had gezien, iemand. Hij wist niet hoe ze het klaar had gespeeld: maar hij kreeg er een nieuwe taak bij; hij moest ’s nachts bij die toren blijven. Ervoor zorgen dat niemand naar binnen glipte, terwijl hij gewoon wist dat het niet zou gebeuren, want hij was de enige die zo dom was geweest om het wel te doen. Al zijn vrije tijd werd opgeëist aan het sprokkelen van geld, zodat hij voor zijn moeder kon zorgen: maar hij zag de vrouw amper. De keren dat hij haar normaal altijd opzocht, in de nacht, werden nu ook van hem afgenomen: werd gedwongen om alles te doen wat de man van hem verlangde. Hij was niets meer dan een hond. Zodra hij iets zou weigeren zouden er gevolgen komen en hij wist gewoon dat de man hem niet meer zou willen zien. Zijn diensten niet meer zou willen en hem zou dumpen als oud vuil. Hij had geen waarde, hij was gewoon een jongen. Eigenlijk gewoon niemand.
Dagen gingen voorbij, deze werden weken en uiteindelijk maanden en zelfs een paar jaar. Veel speciaals gebeurde er niet in zijn leven, het was iedere keer ongeveer hetzelfde. Toch werd niet alleen hijzelf ouder, dat meisje in die toren ook. En uiteindelijk moest ze dus naar een of andere speciale school, waar ze alleen zou zijn en blootgesteld zou worden aan alle mogelijke gevaren daar. Haar vader had zich wel bewezen als overbezorgde ouder, wilde haar zo goed als mogelijk beschermen. Toch was het een beetje vreemd om als vader mee te gaan naar de school van je kind en deze daar dan altijd in de gaten te houden. Niet te zwijgen over het feit dat er uiteindelijk een punt zou komen waarop ze toch echt in die fase genaamd de puberteit zou komen en de aanwezigheid van de man waarschijnlijk niet echt zou appreciëren. Dus bedacht hij iets anders: ik stuur gewoon die jongen ook naar die school om haar in de gaten te houden. Of deze jongen dat ook zelf wilde? Dat deerde hem niet. En ondanks het bedrag wat hij ervoor zou krijgen, weigerde Jonah. Hij kon wilde niet naar een school toe, zou waarschijnlijk toch een grote achterstand hebben en daarbij zou hij zijn moeder dan nooit meer kunnen zien. Zou dag in dag uit dat kind in de gaten moeten houden als een of andere stalker en dat beeld beviel hem dus overduidelijk niet. Toch bleef de man aandringen, want een andere optie had hij niet. De enige die hij ermee vertrouwde was de jongen, omdat hij deze nu al enige tijd kende. Wetende dat de ander niet zou stoppen met vragen, zei hij dat hij het zou overwegen en eerst wat dingen moest regelen. Eigenlijk ging hij gewoon naar huis. Hij zou wel weer nieuwe cliënten vinden tegen de tijd dat hij echt weer geld nodig zou hebben, want momenteel had hij eigenlijk wel genoeg. Dingen gingen echter niet zoals hij had gewild. Zijn moeder was erg achteruit gegaan en ze moest gewoon naar een ziekenhuis, medicatie alleen was niet meer genoeg. Koppig als de jongen kon zijn hield hij haar toch gewoon thuis, zag elke dag hoe ze langzaam nog meer achteruit ging tot er een punt kwam waarop hij inzag dat het niet ging. Hij had er geen grip op, kon niks doen. Was opnieuw maar gewoon een jongen en meer niet. Toch weigerde hij om zijn moeder gewoon ergens in een ziekenhuis te laten ergens in het zuiden. Dus bleef er maar één optie over: Hij ging weer naar de man, accepteerde de opdracht maar maakte wel een deal. Zijn moeder zou in een goed ziekenhuis terecht komen en hij zou alle kosten moeten dekken. Zodra er ook maar iets mis zou gaan… De letterlijke woorden van Jonah waren simpelweg: “Als je het waagt om onze deal niet na te komen, dan laat ik dat lieve lachje op de smoel van je dochter voorgoed verdwijnen.” Je moet nu niet denken dat hij het echt in zich heeft om iemand te vermoorden, maar iemand pijn doen kan hij wel. Zo bedoelde hij het ook letterlijk, zou letterlijk ervoor zorgen dat die glimlach zou verdwijnen. Niet dat hij deze ooit had gezien, maar haar vader moest hem vast wel mooi vinden. Dat is gewoon normaal. Ondanks die bedreiging kreeg hij alsnog de job, de man nam hem vast niet serieus. Hij was toch maar een jochie, wat kon hij nou doen? Wist hij veel dat de jongen al duizend en één manieren wist om iemand akelig te verminken indien nodig.
En dus ging de jongen maar achter het meisje aan. Die zich bevond op Starshine Academy. Hij heeft een achterstand omdat hij jaren niet meer naar school is geweest en zal deze dus moeten wegwerken wilt hij zich goed kunnen meningen tussen al de leerlingen daar. Toch is het niet de prioriteit, want blijft nog steeds om het meisje in de gaten te houden. Het meisje waar hij sinds kort de naam van weet. Vanilla. |