Master Savador
PROFILEReal Name : Saf Posts : 14626 Points : 0 MAGICIAN✦ CHARACTER ✦Magic: Dark // FireKlas: Teacher FireMagicPartner: ♛ Seven Devils all around you
| Onderwerp: Re: the forbidden me zo maa 24 2013, 03:29 | |
| Misschien was het om zichzelf weer een redelijke houding aan te geven of zijn blijk van genegenheid te kunnen laten verwateren. In ieder geval was hij van het bed opgestaan en had zich met langzame passen naar het raam begeven om de gordijnen geheel dicht te schuiven. De donkere zomen hield hij nog tussen zijn vingers geklemd terwijl hij nog een laatste snelle blik tussen de gordijnen door op het buitenterrein wierp. Het regende buiten. Eerst geruisloos gemiezer, daarna de kletterende druppels van de stortregen uit de plotselinge wolkbreuk. Goed. Dat was goed. Enige sporen die Duvessa in het woud had nagelaten zouden door de regen gewist worden en de mannen die Scarlet haar volgens haarzelf op de hielen zat zouden erdoor op een dwaalspoor gebracht worden. Zacht zuchtend trok hij de gordijnen uiteindelijk dicht voor hij zich omdraaide. Toch kon hij beter het zekere voor het onzekere nemen. Eerst de deur van zijn vertrek die op het dubbele slot ging. Daarna sloot hij de deur van de slaapkamer en draaide deze ook zorgvuldig op slot. Ze hoefde zich geen zorgen te maken. Als ze haar wilden hebben moesten ze eerst langs hem zien te komen. Bovendien had hij talloze van zijn slangen die als zijn oren en oogden figureerden op plaatsen waar hij op dat moment niet was. Dat verklaarde ook waarom hij het meeste dat op de school gaande was al wist als hij het bijna niet eens kon weten. De dieren erkenden enkel hem als hun meester en gedroegen zich als nederige dienaren. Ze zouden het hem onmiddellijk melden als er iets niet geheel in de haak was. Vermoeid liet Savador zich weer op de rand van het bed neerzakken. Een beetje ingezakt en met hangend hoofd omdat deze plotseling zwaar aanvoelde leunde hij iets opzij, met zijn schouder tegen de bedsteun. Met langzame bewegingen trok hij de veters van zijn herenschoenen uit hun knopen om deze vervolgens onder verrassend veel geleverde inspanning uit te trekken en aan zijn bedrand te zetten. De bril die nog op zijn neus rustte zette hij af en legde hij neer op het kastje naast het bed. Zo moest het werken. Zo moest ze in redelijke veiligheid verkeren. Hij was nog steeds haar mentor en had nog steeds zijn plicht om zich ernaar te gedragen. Daar hoorde de veiligheid van zijn leerlingen ook bij. Maar ondanks dat leek Scarlet zich er niet bij neer te willen leggen. 'Nee...' Langzaam draaide hij zijn hoofd opzij om haar over zijn schouder even aan te kijken bij het klinken van haar vermoeide stemgeluid. Ze was zittend overeind gekomen, de deken nu als een verfomfaaide hoop stof om haar heen. 'Ik ga niet nog eens jou bed in beslag nemen... terwijl dat jij zelf oververmoeid bent.' Hij had altijd een scherp oor gehad voor leerlingen die hem niet met het gewenste 'u' aanspraken, en zo ook nu ontging het hem niet. Zelfs nu leek hij te moe om zich er druk over te maken. Behalve dat deerde het hem ook niet zoveel. Dit was geen moment voor etiquetten, ja en amen en beleefde woorden. Ze was gewond. Ze was moe. Hij was moe. Het belangrijkste was dat ze nu wat slaap kregen. 'En desnoods wil ik wel op de bank liggen zodat jij zelf wat kan rusten,' voegde ze eraan toe. Er gleed een frons over zijn gezicht dat even betrok, vooral toen hij zag hoe ze zich al langzaam uit het bed werkte. Zij op die harde bank met die brose nek en open schouderwond van haar? Niets daarvan. Onder lichte dwang duwde hij haar zachtjes weer terug in het bed, en in die beweging liet hij zich ook op het matras opzij zakken. 'Niet nodig,' wist hij zacht uit te brengen. Opnieuw sloeg hij de deken om haar heen en verspreidde deze over haar alsof hij de warmte ervan niet per se nodig had. Zwakjes bewogen zijn mondhoeken iets omhoog in iets teders terwijl hij haar vermoeid aankeek, al was het nauwelijks een glimlach te noemen en leek het ergens ook geforceerd te zijn. 'Ga maar slapen.' Het laatste kwam er in een zachte fluistering uit. Zijn ogen hadden zich al gesloten, zijn strijd tegen de vermoeidheid opgegeven en bezonken in de stilte die zich niet enkel heer en meester maakte in de kamer, maar ook in zijn hoofd. Zelfs het geluid van de roffelende regen buiten stierf langzaam weg uit zijn staat van bewustzijn. Hij had er uit voorzorg rekening mee gehouden om voldoende ruimte te houden aan de andere kant van het bed, haar de warmte en de dekens te gunnen die zij meer nodig had dan hij. Maar ondanks dat alles rustte de hand waarmee hij haar terug in het kussen had geduwd nog altijd op haar bovenarm. Alsof hij bang was dat ze alsnog het bed zou verlaten en ten prooi zou vallen aan haar eigen naïviteit. |
|