Ayla slaakte een diepe zucht toen ze voor de zoveelste keer gepur bij haar oor hoorde. “Mako! Ssh!” siste ze streng richting de kleine hamsterkat op haar schouder. “Straks kun je alle botervliegen vangen die je wilt, maar voor nu blijf je hier.” Even streek ze met één wijsvinger liefkozend over het pluizenbolletje. “Ik wil je niet kwijtraken, maatje.” Een glimlach sierde haar vriendelijke gezicht terwijl ze haar hoofd weer naar voren draaide. “We zijn er bijna. Ik weet het zeker…!” Ayla snoof. Ja, daar was het weer; de geur van wilde rozen en zwavel. Perfect! Ze konden nu echt niet ver meer zijn…
Ayla volgde haar neus en ging een beetje gebogen lopen om zo min mogelijk op te vallen tussen de bomen. Het duurde niet lang of haar gehoor gaf haar een extra bevestiging van de aanwezigheid van de Talock. Eindelijk!
Ayla lachte zacht uit pure blijdschap en sloop op handen en voeten door het struikgewas. De wind werd plotseling een stuk krachtiger naarmate ze zich zo verder voortbewoog. Er moest ergens een open plek in de buurt zijn en-
Plotseling bleef Ayla doodstil zitten, haar gesloten ogen naar de lucht gericht. De zonnestralen betastten zachtjes haar bleke huid. Gedempt gegrom klonk enkele meters verderop. Ze was er! Hier moest de bekende open plek zijn met de afgrond. Met andere woorden: de verblijfplaats van de Talock.
In een automatisme hield Ayla voor enkele seconde haar adem in en luisterde gespannen. Haar aanwezigheid was duidelijk al opgemerkt. Nu was er geen weg meer terug..
Velen beschouwden de Talock als zeer gevaarlijke luchtwezens. Alleen de dappersten of juist domsten gingen naar hen opzoek. Ayla wist van zichzelf dat ze geen van beiden was. Haar reden was niet vanuit dapperheid gevormd. Ze had geen behoefte aan eer door het gevecht aan te gaan met één van deze majestueuze wezens. Noch was ze onwetend. Ze wist van het mogelijke gevaar..
Haar wens was enkel te leren van de Talock. Het waren deze draakachtige wezens die haar immers op het idee hadden gebracht luchtmagie te gebruiken om toch te kunnen ‘zien’. De Talock waren blind, net als zij, maar zij waren eveneens meesters in de luchtmagie. Zij vlogen, bewogen en domineerden de hemelen beter, krachtiger dan menig ander wezen mét normaal zicht. Maar wat maar weinig wisten, was dat deze wezens, hoe afschrikwekkend van uiterlijk ook, in feite ook zeer zachtaardig waren, mits je op de juiste manier contact legde dan... Van oorsprong kwamen zij enkel op Puffoon voor, maar zodra Ayla te weten was gekomen dat zij zich ook hier hadden genesteld, was ze vrijwel gelijk naar hen op zoek gegaan. En hier was ze dan!
Ayla bleef doodstil zitten waar ze zat en wachtte eerst geduldig af. Geduld en onderdanigheid waren twee essentiële benodigdheden nu. Ze voelde hoe kleinere en grotere luchtstromen langs haar gleden. Ze werd op het moment uitvoerig en van alle kanten ‘bekeken’, precies op dezelfde manier waarop ook zij haar omgeving waarnam. De lucht werkte als het ware als een soort sonar. De terugkaatsing van een luchtstroom zei onder andere veel over de grootte, breedte, vorm en plaats van elk object.
Ayla hoorde ze naderen. Verschillende Talock kwamen haar kant op. Hoeveel kon ze niet precies zeggen zonder haar magie. Nu was het moment om proberen contact te leggen. Haar Puffoonse grootmoeder - één van de weinige gelukkigen die ooit een Talock had mogen berijden en de enige die Ayla in haar plan had aangemoedigd - had haar zoveel mogelijk uitgelegd over dit proces. Niets was impulsief. Ayla wist wat ze moest doen en als ze het nu verkeerd deed, nou dan…tja…daar dacht ze liever niet aan.
Haar hart sloeg spontaan een slag over toen ze hun aanwezigheid pas echt voelde. Drie, of misschien vier, Talock stonden vlakbij haar. Ze hoorde hun kalme, bijna hypnotiserende ademhaling. De sterke geur van zwavel en wilde rozen prikte in haar neus. Ze was er klaar voor!
Heel langzaam, om maar geen onverwachte bewegingen te maken, stond Ayla op. Haar armen hingen slap langs haar lichaam. Mako was ondertussen van haar schouder afgesprongen en verschool zich in een struik verderop.
Zacht, maar verstaanbaar begon Ayla te zingen. Haar stem klonk helder en zuiver en produceerde woorden in één van de oudste Puffoonse talen. In feite deden noch haar woorden, noch haar stem ertoe. Het ging om de rust die ze uitstraalde, maar deze tactiek had haar grootmoeder uiteindelijk goed geholpen, dus deed Ayla hetzelfde. Blijkbaar had ze nog niets verkeerds gedaan, want er leek voor even geen beweging te komen in de enorme wezens voor haar. Ayla wist niet precies hoe groot ze waren, maar in haar hoofd leken ze wel reusachtig te zijn.
Ondanks dat er meer van de Talock haar kant op kwamen, voelde Ayla zich steeds zekerder worden en begon ze ook luider te zingen. Haar zang zweefde op de wind door de bomen heen en leek de Talock te bevallen.
Enkele minuten streken voorbij tot Ayla plotseling stopte met zingen toen ze iets tegen haar borst en buik voelde. Een schok trok direct door haar lichaam. Eén van de wezens had haar aangeraakt met zijn geschubde snuit. Dat betekende, Ayla kon het haast niet geloven, dat ze hen misschien ook mocht aanraken! Ze slikte. Oké, je kan het. sprak ze zichzelf in gedachten toe. Een beetje dapperheid kan geen kwaad nu.. Langzaam hief ze één arm, haar hand vooruit gestoken. Ze moest de grootste moeite doen haar hand niet te laten trillen. Elke vorm van onzekerheid of twijfel kon fataal zijn..
Het eerste wat ze voelde was iets kouds en geribbelds. Daarna besefte ze pas dat ze een Talocks huid voelde onder haar handpalm, vlakbij de neusgaten (aan de zware, regelmatige trillingen te voelen). Het beest gromde, maar niet dreigend. Het leek meer een soort...begroeting. Ayla boog op haar beurt eerbiedig het hoofd en trok haar hand weer terug.
Ze wilde het er net op wagen en een stap in hun richting doen voor de rest van het proces, toen ze een nieuw geluid achter zich hoorde. De Talock hadden het natuurlijk al veel eerder opgemerkt en leken schichtig achterwaarts te bewegen. Oh nee! Dit was niet goed!
Wat was daar? Een hert of een wolf misschien? Wat het ook was, het had de Talock teveel opgeschrikt en dat was absoluut ‘niet goed’, op zijn zachtst gezegd.
In een automatisme opende Ayla haar ogen en zond ze een luchtstraal achter haar om te ontdekken waar ze mee te maken had. Na de terugkaatsing staarde ze ongelovig naar de rand van de open plek. Een mens? Nee! Dat was haast nog erger dan een dier! Een mens, of magician, wist de regels van de natuur niet. “Weg!” riep Ayla richting de persoon. Haar stem was paniekerig. Er klonk al gegrom achter haar en de grond begon waarschuwend te trillen alsof een hele groep Talocks zich in beweging zette. “Rennen!” riep Ayla weer, maar het was al te laat. Eén van de Talock leek snel te naderen, klaar om de ‘indringer’ stevig aan te pakken.. Eenmaal in deze toestand kenden de beesten weinig genade, hoe ongelijk de strijd ook was met de ander.
Ze moest iets doen en wel nu, anders kon de persoon deze ‘spannende gebeurtenis’ niet meer navertellen..
Zo snel ze kon begon ook Ayla naar de persoon toe te rennen. Eenmaal bij hem aangekomen, sprong ze bovenop hem waarbij ze “Liggen!” schreeuwde. Ze gaf toe; haar aanpak was niet bepaald zachtzinnig, maar het was nog altijd beter dan de scherpe klauwen van een Talock in je huid voelen, daar was ze zeker van. Ze had de persoon op de grond weten te krijgen en lag nu beschermend bovenop hem. “Blijf heel stil liggen. Probeer maar helemaal niet te bewegen.” siste Ayla waarna ze zich omdraaide zodat ze met haar rug op de ander zijn borst lag en haar gezicht naar de eerst gearriveerde Talock, vermoedelijk de leider, was toegekeerd. Langzaam hief ze haar armen iets en mompelde ze sussende woorden. Het leek voor even te werken, want de Talock viel niet direct aan, maar hij was inmiddels wel zo dichtbij dat zijn ademhaling haar haast wegblies. “Rustig. Er is niets aan de hand.” fluisterde Ayla kalmerend, niet zeker wetend of ze nou tegen de Talock, de persoon onder haar of tegen zichzelf sprak. Het feit dat ze het draakachtige wezen niet kon zien, maakte de huidige situatie voor haar er niet minder beangstigend op. Zonder te stoppen met fluisteren, kwam Ayla iets overeind. Hopelijk lukte dit, anders zou ook zij door haar ‘reddingsactie’ dit moment niet kunnen navertellen..